Jaarverslag
2022
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
INHOUD
4
1. IN EEN OOGOPSLAG
NWB Bank in 2022 in beeld 5
Kerncijfers 7
Highlights 8
Profiel van NWB Bank 11
13
2. DIRECTIEVERSLAG
Interview met Lidwin van Velden 14
Nederland, Europa en de wereld in 2022 18
Strategie en waardecreatie 20
De duurzame waterbank: resultaten en
impact in 2022 36
Bank van en voor de
publieke watersector 40
Essentiële speler in de financiering van
de Nederlandse publieke sector 50
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland 60
Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken organisatie 66
Verantwoord rendement en
maatschappelijke impact 71
Dilemma's 78
Vooruitzichten 2023 80
81
3. GOVERNANCE
Directie 82
Raad van commissarissen 83
Interview met Joanne Kellermann 85
Verslag van de raad van commissarissen 89
Remuneratierapport 98
Corporate governance 103
Risicomanagement 110
2
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
120
4. JAARREKENING
Winst-en-verliesrekening 122
Balans 123
Overzicht van het totaalresultaat 124
Verloopstaat van het eigen vermogen 125
Kasstroomoverzicht 126
Toelichting op de jaarrekening 128
179
5. OVERIGE GEGEVENS
Controleverklaring van de
onafhankelijke accountant 180
Assurance-rapport van de
onafhankelijke accountant 191
Statutaire winstbestemmingsregeling 196
197
6. AANVULLENDE INFORMATIE
Verslaggevingsrichtlijnen niet-
financiële informatie 198
GRI-index 201
Lijst van aandeelhouders per
1 januari 2022 203
Referentietabel diversiteit 204
Verklarende woordenlijst 206
Afkortingenlijst 209
De hoofdstukken 1, 2 en de onderdelen Corporate governance en Risicomanagement in hoofdstuk 3 vormen het bestuursverslag als bedoeld in artikel 2:391 Burgerlijk Wetboek. Voor zover de
paragraaf 'Risicomanagement' in hoofdstuk 4 betrekking heeft op de risicobeheersing binnen NWB Bank, vormt dit ook onderdeel van het bestuursverslag.
3
J A A R V E R S L A G 2022 |
1
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
4
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG
NWB Bank in 2022 in beeld
Kerncijfers
Highlights
Profiel van NWB Bank
WONINGCORPORATIES
€ 6,340 MILJARD
66%
WATERSCHAPPEN
€ 942 MILJOEN
10%
GEMEENTEN EN GEMEEN-
SCHAPPELIJKE REGELINGEN
€ 590 MILJOEN
6%
KREDIETVERLENING
€ 9,6 MILJARD AAN DE NEDERLANDSE PUBLIEKE SECTOR
2021: € 12,1 MILJARD
GROENE PASS-THROUGH
NHG RMBS
€ 950 MILJOEN
10%
ZORGINSTELLINGEN
€ 336 MILJOEN
4%
DUURZAME ENERGIE
€ 47 MILJOEN
1%
NETTOWINSTFUNDING
€ 143 MILJOEN
2021: € 121 MILJOEN
16,2% COST/INCOME RATIO
2021: 13,0%
WAARVAN ESG-OBLIGATIES
€ 4,7 MILJARD
(42% van totaal opgehaalde funding in 2022)
SDG Housing Bonds € 4,1 miljard
Waterobligaties € 575 miljoen
IN 2022 UITGEGEVEN
OBLIGATIES
€ 10,9 MILJARD
TOTAAL UITSTAANDE OBLIGATIES
61,0 miljard
WAARVAN ESG-OBLIGATIES
22,9 miljard
(37% van totaal uitstaande obligaties)
NWB BANK 2022 IN BEELD
DRINKWATERBEDRJVEN
€ 190 MILJOEN
2%
LENINGEN MET
OVERHEIDSGARANTIE
€ 116 MILJOEN
1%
OVERIG
€ 42 MILJOEN
0%
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
5
J A A R V E R S L A G 2022 |
18,9%
2021: 14,3%
3,1%
2021: 2,6%
NIET
GECORRIGEERD
VOOR
PROMOTIONAL
ASSETS
LEVERAGE RATIOKAPITAALRATIO
12,5%
MINIMUMEIS
38,3% CET1-RATIO
2021: 38,0%
€ 73,6 MILJARD
2021: € 96 MILJARD
BALANSTOTAAL
2021
2019
2022
CO
2
E-UITSTOOT
1.760 KTON
GEREALISEERDE REDUCTIE
T.O.V. 2019: 10,2
%
EMISSIE- INTENSITEIT
37,5 TON CO
2
E/€ MILJOEN
CO
2
E-UITSTOOT
1.623
KTON
EMISSIE- INTENSITEIT
33,3
TON CO
2
E/€ MILJOEN
GEREALISEERDE REDUCTIE
T.O.V. 2019:
17,2%
KLIMAATIMPACT KREDIETPORTEFEUILLE
CO
2
E-UITSTOOT
1.959 KTON
EMISSIE- INTENSITEIT
43,3 TON CO
2
E/€ MILJOEN
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
6
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
KERNCIJFERS
(inmiljoenen euro's) 2022
1)
2021 2020 2019 2018
Balans
Verstrekte kredieten op lange termijn
(nominale waarde)
2)
52.167 51.888 49.844 49.436 47.644
Eigen vermogen 1.995 1.902 1.827 1.796 1.726
Tier 1-vermogen 2.155 2.083 2.049 2.010 1.938
Balanstotaal 73.285 96.019 106.882 96.205 83.715
Risicogewogen activa 4.792 4.641 3.833 3.277 2.627
Resultaten
Renteresultaat 301 286 244 213 234
Resultaat financiële transacties -30 -20 -55 -39 -48
Operationele baten 271 266 189 174 186
Operationele lasten 44 35 42 27 22
Bankenbelasting en resolutieheffing 28 38 12
3)
22 27
Waardeverminderingen van vorderingen - - -
Buitengewone bate - - - 11
4)
-
Belastingen resultaat
gewone bedrijfsuitoefening 56 72 54 41 37
Nettowinst 143 121 81 95 100
Dividend
Dividenduitkering 60,0 50,0 45,0 55,0 20,0
Dividend (in euro's per aandeel) 1.017,1 847,6 762,9 932,4 339,0
1) Een toelichting op de berekening van de in de kerncijfers weergegeven grootheden is opgenomen in de 'Verklarende
woordenlijst'
2) Kredieten inclusief rentedragende waardepapieren verstrekt aan decentrale overheden
3) Inclusief restitutie van €15miljoen met betrekking tot de jaren 2016 tot en met 2018
4) Bate als gevolg van een wijziging van de pensioenregeling
(in %) 2022
1)
2021 2020 2019 2018
Ratio's (in %)
Tier 1-ratio 45,0 44,9 53,5 61,3 73,8
CET 1-ratio 38,3 38,0 45,1 51,6 61,6
Cost/income ratio
2)
16,2 13,0 22,2 15,5 11,8
Dividend pay-out ratio 41,9 41,2 55,9 58,2 20,1
Leverage ratio
3)
18,9 14,3
4)
13,2 15,1
Leverage ratio (niet gecorrigeerd voor
promotional assets)
5)
3,1 2,6
6)
2,4
6)
2,3 2,5
Liquidity Coverage Ratio 285 183 150 204 222
Net Stable Funding Ratio 141 133 122 118 129
MVO
Volume nieuw uitgegeven duurzame
obligaties inmiljoenen euro's 4.703 3.550 4.531 2.538 2.744
CO
2
-emissie equivalenten binnen de
bedrijfsvoering p.p. (in ton) 0,9 1,2 1,5 2,8 3,7
Dekking portefeuille CO
2
-emissie
equivalenten PCAF (in %) 93,8 93,6 94,6 95,1 -
CO
2
-emissie equivalenten leningportefeuille
(in kton) 1.623
7)
1.760
7)
1.860
7)
1.959
7)
-
1) Een toelichting op de berekening van de in de kerncijfers weergegeven grootheden is opgenomen in de
'Verklarende woordenlijst'
2) 'Cost' betreft de operationele lasten en 'income' de operationele baten
3) Rekening houdend met de proportionele berekening voor promotional banks conform CRR II per 27 juni 2019
4) 53,0% met toepassing van Decision (EU) 2021/1074 of 18 June 2021 on the temporary exclusion of certain exposures
to central banks from the total exposure measure in view of the COVID-19 pandemic (ECB/2021/27)
5) Niet rekening houdend met de proportionele berekening voor promotional banks
6) Met toepassing van Decision (EU) 2021/1074 of 18 June 2021 on the temporary exclusion of certain exposures to
central banks from the total exposure measure in view of the COVID-19 pandemic (ECB/2021/27)
7) Op basis van 93,8% van de leningportefeuille (2021: 93,6%); Het emissie cijfer 2021, 2020 en 2019 is herrekend naar
de meest actuele methodologie
7
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
HIGHLIGHTS
Kredietportefeuille gegroeid tot recordniveau van
ruim €52miljard
Nieuwe financiering aan klanten in de Nederlandse
publieke sector en duurzame-energieprojecten in
2022: €9,6miljard (2021: €12,1miljard)
Nettowinst stijgt met 18% naar 143 miljoen (2021:
€121miljoen)
Op koers met ons klimaatactieplan: CO
2
e-uitstoot
kredietportefeuille in afgelopen vier jaar met ruim
17% afgenomen
Ruim 40% van de langlopende financiering
aangetrokken met ESG-obligaties
Dankzij een beter renteresultaat en lagere
bankenbelasting is de winst op een hoger niveau
uitgekomen: 143 miljoen ten opzichte van 121 miljoen
in 2021. Net als in 2020 en 2021 heeft ook afgelopen jaar
onze deelname aan de TLTRO vanwege de aantrekkelijke
tarieven bijgedragen aan het winstniveau. Het voordeel
hiervan is grotendeels doorgegeven aan onze klanten
via lagere tarieven voor de kredietverlening, maar door
het verschil in looptijd van de TLTRO-funding en die van
de kredietverlening resulteerde dit de afgelopen jaren
in een hogere winst, die er de komende jaren weer
uitloopt. We hebben het voornemen om van de nettowinst
€60miljoen als dividend beschikbaar te stellen aan
onze aandeelhouders.
MAATSCHAPPELIJKE EN
DUURZAME IMPACT
Als bank van en voor de publieke sector streven we geen
winstmaximalisatie na. Met onze kredietverlening op
maat richten we ons op de realisatie van maatschappelijk
en duurzaam rendement. Afgelopen jaar is onze
kredietportefeuille toegenomen tot een recordniveau van
€52,2miljard.
In april 2022 hebben we ons klimaatactieplan
gepubliceerd en onze eerste aan duurzaamheid
gekoppelde lening (sustainability linked loan) verstrekt
aan Waterschap Zuiderzeeland (€21miljoen). Het
waterschap krijgt een korting op de jaarlijkse rente van
de lening als het ambitieuze mijlpalen in duurzaamheid
behaalt. Het betreft mijlpalen gericht op klimaatmitigatie,
biodiversiteit en diversiteit, aangezien dit belangrijke
thema’s zijn voor zowel het waterschap als de bank. Met
deze aan duurzaamheid gekoppelde leningen willen
de (verdere) verduurzaming van onze klanten stimuleren
en helpen versnellen.
Afgelopen jaar hebben we 42% (€4,7miljard) van onze
eigen langetermijnfunding opgehaald met de uitgifte van
ESG-obligaties (Environmental, Social en Governance).
In totaal hadden we eind 2022 bijna €23miljard aan
ESG-obligaties uitstaan. Dat is 37% van onze totale
hoeveelheid uitstaande langetermijnfunding.
De NWB Bank heeft in 2022 voor in totaal 9,6 miljard aan financiering verstrekt aan haar klanten
in de Nederlandse publieke sector en duurzame-energieprojecten. Ondanks de onzekere den
waarin de wereld verkeerde, hebben wij onze positie in de Nederlandse publieke sector opnieuw
weten te bestendigen. Daarnaast stimuleren met ons klimaatactieplan onze klanten verder te
verduurzamen en committeren wij ons als bank aan een kredietportefeuille die per saldo geen
CO
2
e-uitstoot veroorzaakt in 2050.
8
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
OP KOERS MET ONS KLIMAATACTIEPLAN
Conform ons klimaatactieplan willen we in 2030
minimaal 43% CO
2
e-reductie bereiken ten opzichte
van de uitstoot van onze kredietportefeuille in 2019,
het eerste jaar waarover we de klimaatimpact van
onze financiering in kaart brachten met behulp van
de PCAF-methodologie. Doel is om in 2050 over een
kredietportefeuille te beschikken die per saldo geen
CO
2
e-uitstoot veroorzaakt. Met een reductie van 17%
ten opzichte van het referentiejaar 2019 liggen we op
koers met ons klimaatactieplan ondanks een groei van de
onderliggende kredietportefeuille.
Als onderdeel van ons klimaatactieplan, hebben we
onszelf een gewaagd doel gesteld: streven ernaar
dat onze kredietportefeuille in 2035 energiepositief is,
op weg naar een klimaatneutrale portefeuille in 2050.
We willen dat in 2035 de duurzame-energieprojecten die
financieren meer hernieuwbare energie opwekken
dan de rest van onze portefeuille verbruikt aan fossiele
energie. Dat willen we bereiken door onze klanten actief
te stimuleren hun energieverbruik (verder) te verlagen
en waar dat kan hernieuwbare energie te gebruiken.
Het financieren van duurzame-energieprojecten speelt
daarbij een belangrijke rol.
VOORUITZICHTEN
We verwachten in 2023 op dezelfde maatschappelijke en
duurzame wijze als afgelopen jaar te kunnen voorzien
in de financieringsbehoefte van de Nederlandse publieke
sector en duurzame energieprojecten. Hoewel de oorlog
in Oekraïne in 2022 weinig tot geen negatieve impact
had op onze organisatie, blijven we voorzichtig in onze
verwachting voor de nettowinst in 2023 mede in het
licht van de recente volatiliteit in de financiële markten
als gevolg van zorgen omtrent de bancaire sector. De
nettowinst zal naar verwachting lager uitvallen dan in
2022, mede doordat de positieve effecten van deelname
aan de TLTRO er in 2023 niet meern.
9
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
10
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
PROFIEL VAN NWB BANK
WIE WIJ ZIJN
zijn een national promotional bank. Dit betekent
dat met onze activiteiten bijdragen aan het publiek
belang. NWB Bank is opgericht door en voor de
waterschappen, maar al vsnel zijn we de bredere
Nederlandse publieke sector gaan financieren. Denk
aan gemeenten, drinkwaterbedrijven, zorginstellingen
en woningcorporaties.
Met onze financiering richten we ons op organisaties en
initiatieven die maatschappelijke meerwaarde leveren.
Wij streven geen winstmaximalisatie na, maar willen wel
een gezond rendement maken om zo te blijvendragen
aan een stabiele en duurzame financiële sector. Als
significante bank staan onder direct toezicht van de
Europese Centrale Bank.
“Wij dragen bij aan een betaalbare
verduurzaming van Nederland."
WAT WIJ DOEN
Vanaf de start in 1954 financieren wij maatschappelijke
organisaties, projecten en fondsen in Nederland. Op
5 mei van dat jaar is onze bank opgericht om na de
Watersnoodramp de waterschappen te helpen de
enorme investeringsopgave om ons land te beschermen
tegen het water. Al in 1939 bestonden plannen voor
de oprichting van een waterschapsbank, maar de
ramp van februari 1953 heeft de oprichting in een
stroomversnelling gebracht. Er lag dus meteen een
belangrijke taak.
In het huidige tijdperk staan we voor nieuwe uitdagingen:
verduurzaming en de energietransitien topprioriteit.
De overgang naar een klimaatneutrale, natuurinclusieve
en circulaire economie vergt de komende decennia
grote investeringen, waarbij zo'n investering over
een lange periode terugverdiend moet worden. Dit
soort langetermijnfinanciering past bij uitstek
onze bank. Een grote pre is dat wij voor deze
langetermijninvesteringen passende financiering kunnen
verstrekken en de financieringskosten voor onze klanten
laag kunnen houden. Dat is te danken aan onze hoge
kredietwaardigheid en ons efficiënte bedrijfsmodel.
HOE WIJ DAT DOEN
Het geld dat uitlenen aan onze klanten halen op
in de internationale geld- en kapitaalmarkt. We doen
dit zo veel mogelijk met de uitgifte van ESG-obligaties,
waarbij ESG staat voor de duurzaamheidscriteria
Environmental, Social en Governance. Met dit soort
obligaties financieren we bijvoorbeeld de waterschappen
en sociale woningbouw. We zijn hier zeer ervaren in en
hebben sinds de eerste uitgifte in 2014 op die manier
al circa €25miljard opgehaald. In Nederland zijn we
daarmee koploper en ook internationaal hebben we een
toonaangevende positie.
De positie die we als financiële instelling hebben
opgebouwd, is mede te danken aan onze platte
organisatie en open cultuur. Die zorgen ervoor dat
slagvaardig, deskundig en inventief zijn. Wat onze
organisatie ook kenmerkt is integriteit: klanten en andere
stakeholders kunnen op ons vertrouwen. En net als onze
klanten willen we zelf het goede voorbeeld geven als het
gaat om duurzaamheid binnen de organisatie. Zo hebben
we alleen nog bedrijfsauto’s die geen CO
2
uitstoten en is
ons kantoor energiezuinig.
NWB Bank is een bank van en voor de publieke sector met bijzondere aandacht voor water en
duurzaamheid. Met onze hoge kredietwaardigheid trekken we tegen gunstige tarieven geld aan
voor onze klanten. We richten ons op lage lasten voor de burger en een betaalbare verduurzaming
van Nederland.
11
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen
is dus ook onderdeel van al onze ínterne processen.
“Meer en meer financieren we onze
klanten met duurzame obligaties."
Het overgrote deel van de kredietportefeuille van onze
bank bestaat uit kredietverlening aan (decentrale)
overheden of instellingen onder garantie van (decentrale)
overheden. Mede daardoor beschikken we over de
hoogste kredietwaardigheidsratings AAA/Aaa en staat
NWB Bank vijfde op de lijst van ’s werelds veiligste
banken. Vanwege onze hoge kredietwaardigheid,
financiële deskundigheid en slagvaardige organisatie zijn
we in staat actief in te spelen op de
financieringsbehoeften van de Nederlandse publieke
sector, ook in moeilijke tijden.
Het geld dat we uitlenen aan onze klanten halen we op in
de internationale geld- en kapitaalmarkt. We proberen dit
zo veel mogelijk te doen met ESG-obligaties
(Environmental, Social en Governance). Zo financieren we
de activiteiten van de waterschappen met Waterobligaties
(Green Bonds). Voor de financiering van de sociale
woningbouw geven we SDG (Sustainable Development
Goals) Housing Bonds uit. De ervaring en expertise die
we hiermee de afgelopen jaren hebben opgedaan, in
combinatie met het grote volume, maken dat onze bank
in Nederland koploper en internationaal toonaangevend
is als uitgever van ESG-obligaties.
Als significante bank staan we onder direct toezicht van
de Europese Centrale Bank. De intensiteit en hoge eisen
van dit toezicht, dat voor een national promotional bank
als NWB Bank niet anders is dan voor een commerciële
bank, en ook onze eigen wens om professioneel en
deskundig te opereren, brengt met zich mee dat we
continu investeren in onze organisatie, medewerkers en
systemen.
Eerste
gesprekken over
oprichting
Waterschapsbank
1939
Beginselbesluit
oprichting
Waterschapsbank
Unie van
Waterschappen
19 DECEMBER 1952
Oprichting
Nederlandse
Waterschapsbank
N.V.
5 MEI 1954
Watersnoodramp
1 FEBRUARI 1953
1996
AAA
-rating
Uitgifte eerste
Waterobligatie
NWB Bank onder
direct toezicht
ECB
2014
2014
2023
Uitgifte eerste
Affordable
Housing Bond
2017
TIJDLIJN
2022
Klimaatactieplan
12
J A A R V E R S L A G 2022 |
2
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
13
J A A R V E R S L A G 2022 |
DIRECTIEVERSLAG
Interview met Lidwin van Velden
Nederland, Europa en de wereld in 2022
Strategie en waardecreatie
De duurzame waterbank: resultaten en impact in 2022
Bank van en voor de publieke watersector
Essentiële speler in de financiering van
de Nederlandse publieke sector
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken organisatie
Verantwoord rendement en
maatschappelijke impact
Dilemma's
Vooruitzichten 2023
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
2022 was een roerig jaar. De coronapandemie was
nog niet voorbij of de oorlog in Oekraïne brak
uit. En vervolgens schoten de prijzen en de rente
omhoog. Toch was er ook goed nieuws, zeker bij
NWB Bank. Directievoorzitter Lidwin van Velden
praat ons bij. “Mensen werken graag bij een bank
waar verduurzaming hoog op de agenda staat.”
NWB Bank presenteerde op 14 april 2022 als
eerste financiële instelling van Nederland een
klimaatactieplan. Is dat iets om trots op te zijn?
“Het is leuk om de eerste te zijn, zeker, maar ik vind
toch vooral dat we het aan onze stand verplicht zijn. De
waterschappen, de oprichters van onze bank, zijn immers
dag in dag uit bezig met het klimaat. Ons klimaatactieplan
is een moedig plan, waarin we onze ambities laten zien
om de negatieve klimaatimpact van onze financieringen
te minimaliseren. Een belangrijk onderdeel is dat we
op regelmatige basis in gesprek gaan met onze klanten
om hen te helpen bij de verduurzaming. De data die we
verzamelen delen we met ze en om onze klanten extra
te stimuleren bieden we sinds vorig jaar sustainability
linked loans aan. dit soort leningen spreken we met de
klant vooraf een aantal duurzame prestatie-indicatoren
af en ontvangt de klant een korting op de rente als deze
worden behaald. Het is wel belangrijk om te onderstrepen
dat het niet alleen om het klimaat gaat, het plan is ESG-
breed. Klimaat en natuur hangen nauw samen. Kijk naar
de ontbossing: die vergroot de klimaatcrisis nog verder.
Je hebt natuur nodig in de strijd tegen de opwarming
van de aarde. En er is ook een financiële noodzaak. Zo
hebben het Planbureau voor de Leefomgeving en De
Nederlandsche Bank eerder berekend dat Nederlandse
financiële instellingen wereldwijd voor €510miljard
bedrijven hebben gefinancierd met een hoge of zeer hoge
afhankelijkheid van biodiversiteit.”
“Ons klimaatactieplan is een moedig plan,
waarin we onze ambities laten zien om
de negatieve klimaatimpact van onze
financieringen te minimaliseren."
Interview
Lidwin van Velden
Voorzitter van de directie
“We zetten vol in op klimaat
en behoud van natuur”
14
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Vandaar dat ook biodiversiteit een speerpunt van de
bank is?
Als NWB Bank werden wij in 2018 gevraagd de werkgroep
Biodiversiteit op te zetten binnen het Platform voor
Duurzame Financiering van De Nederlandsche Bank.
Biodiversiteit had toen nog weinig tractie in de financiële
wereld, in tegenstelling tot klimaat. Maar je kunt
beide niet los zien van elkaar, je kunt ze alleen
samen gezond houden. Daarom zetten wij vol in op
klimaat en behoud van natuur. Vorig jaar was er
behalve de klimaatconferentie COP27 in Sharm el-Sheikh
ook de biodiversiteitsconferentie COP15 in Montréal.
Christianne van der Wal, minister voor Natuur en Stikstof
was erbij. Het zou goed zijn als het kabinet in navolging
van het klimaatplan nu ook komt met een nationaal plan
voor natuurherstel en -behoud. Dat biedt de financiële
sector houvast investeringen en helpt ons de risico’s in
te schatten voor de lange termijn.n ding is zeker: wij
willen met onze bank graag de transitie financieren. Niet
voor niets bedroeg onze totale kredietportefeuille voor
duurzame-energieprojecten eind 2022 €1,1miljard.”
Het zijn grote ambities, gaan de aandeelhouders
daarin mee?
Absoluut. Sterker nog: die moedigen ons aan. de
laatste aandeelhoudersvergadering kwamen ze met het
verzoek om er nog een schepje bovenop te doen!
Behalve de waterschappen heeft ook het ministerie van
Financiën aandelen van onze bank in handen en eist
een ambitieus duurzaamheidsbeleid van ons. Ik trad
in 2018 aan als directievoorzitter en dat jaar hebben we
een nieuwe strategie uitgestippeld gericht op onze
bijdrage aan de verduurzaming van onze samenleving. Als
duurzame waterbankn we toen gestart met de
financiering van duurzame energie-projecten en ook
warmtenetten. Nu, met ons klimaatactieplan, varen we
opnieuw een eigen koers. Ern geen gebaande paden,
maar het is wel een op wetenschap gebaseerde route
naar de doelen van Parijs. We publiceerden het
klimaatactieplan tegelijk met ons jaarverslag 2021. Niet
om de snelste te zijn, maar het moet wel zo snel mogelijk.
Dit om intern en extern ermee aan de slag te gaan, klanten
en medewerkers mee te nemen in onze ambities. Ik
geloof niet in een aparte duurzaamheidsafdeling binnen
onze bank, in mijn filosofie moet je duurzaamheid
inbedden in al je primaire processen. Houd je het apart,
dan leidt dat tot prachtige ESG-rapportages, maar het
dringt niet door tot de kern en besluitvorming van de
organisatie. Onze aanpak zorgt ook voor beweging binnen
de organisatie, trekt mensen aan. Mensen willen graag
werken een bank waar verduurzaming hoog op de
agenda staat.”
In het verlengde hiervan stelde de bank zich
ook een gewaagd doel: een energiepositieve
kredietportefeuille in 2035, op weg naar
klimaatneutraal in 2050.
Het grootste deel van onze footprint veroorzaken via
onze kredietverlening. Daarom is het zaak een zo
duurzaam mogelijke portefeuille op te bouwen en onze
klanten te helpen de transitie. Uitstoot is
onvermijdelijkwe zullen met z’n allen altijd blijven
uitstotenmaar wij streven ernaar om binnen onze
portefeuille het gebruik van fossiele brandstoffen tot een
minimum te beperken en dit met hernieuwbare energie
te compenseren. Per saldo willen we er op die manier
voor zorgen dat onze kredietportefeuille geen verdere
opwarming van de aarde veroorzaakt. Boter de vis is
bijvoorbeeld onze financiering van warmtenetten, maar
ook de klantgesprekken om verduurzaming te stimuleren
en de rentekorting als zij duurzaamheidsdoelen halen.
Verduurzaming is een van de grootste uitdagingen waar
we voor staan, je kunt niet op je handen blijven zitten.
Zeker niet als duurzame waterbank, want al sinds onze
oprichting is het onze taak om de investeringen van de
watersector in klimaatadaptatie, klimaatmitigatie en
biodiversiteit te financieren en zo de samenleving te
dienen. Wij zijn dus intrinsiek gemotiveerd en willen onze
rol zo optimaal mogelijk blijven vervullen.”
“Met ons klimaatactieplan, varen we
opnieuw een eigen koers. Er zijn geen
gebaande paden, maar het is wel een op
wetenschap gebaseerde route naar de
doelen van Parijs."
15
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Vind je dat er ook een rol voor de overheid
is weggelegd?
Ja, de betrokkenheid van de overheid is hard nodig
zowel waar het gaat om hun eigen voorbeeldrol als
het creëren van kaders als houvast voor investeringen
van de private sector. Een goede ontwikkelingn de
natuurinclusieve oplossingen waarwe bijvoorbeeld
als land meer ruimte bieden aan de rivieren, zodat ze
een natuurvriendelijke buffer vormen voor de opslag en
afvoer van water. En in het algemeen de maatregelen
om de diversiteit van de natuur te vergroten, wat
ten goede komt aan onze flora en fauna en wat
de zuiverende werking van de natuur versterkt. Ik
vind het goed om te zien dat de waterschappen met
andere land- en waterbeherende partijen het idee van
het Blauwgroene Netwerk hebben ontwikkeld. Hierbij
kunnen alle waterschappen de watergangen en de
dijken die ze beheren inzetten als nieuw leefgebied
en verbindingsroutes voor planten en dieren, samen
met andere partijen. Maar ook voor de financiering
van de energietransitie is de overheid hard nodig.
De SDE-subsidies (Stimuleringsregeling Duurzame
Energieproductie en Klimaattransitie) vormen voor ons
een belangrijk uitgangspunt om de energietransitie te
financieren. En het klimaat houdt niet op de grens en
daarom is het goed om te zien dat de EU het initiatief heeft
genomen voor de Europese Green Deal.
Zelf speel je nu ook een rol op het Europese toneel:
als voorzitter van de European Association of Public
Banks (EAPB).
“Het is mooi dat dit in 2022 op mijn pad kwam. De EAPB is
een samenwerkingsverband van publieke banken, samen
vormen 15% van de financiële markt in Europa. Onze
bedrijfsmodellenn niet gericht op winstmaximalisatie
maar op het maken van impact en het vervullen van
een positieve rol in de samenleving. Dat spreekt ook
uit het feit dat publieke banken de grootste uitgevers
zijn van duurzame obligaties. Bij het invullen van onze
maatschappelijke rol richten we ons niet alleen op
klimaat en natuur maar ook op de impact die we hebben
op sociaal gebied. kend vanuit het perspectief van ESG-
risico mitigeren publieke banken met hun investeringen
de klimaat- en natuurrisico’s op macroniveau, onder
meer door het financieren van duurzame energie-
projecten en waterwerken als dijken en sluizen, en
door bijvoorbeeld het financieren van natuurbeheer
met het oog op de drinkwatervoorziening. Dit levert
soms dilemma's op: wat betekenen deze toenemende
noodzakelijke investeringen van onze klanten voor hun
financiële positie en hoe gaan wevoorbeeld als
financier om met sociale woningbouw in lager gelegen
delen van het land? Het beperken van kredietverlening
of het verhogen van de kosten daarvan staat haaks
op onze maatschappelijke rol en de daarmee gepaard
gaande risicomitigerende effecten op macroniveau. Mijn
ambitie als voorzitter van de EAPB? Onze rol als publieke
banken de grote transitievraagstukken zichtbaarder
maken en vergroten, actief deelnemen aan de discussies
op Europees niveau daarover. Maar ook kennis delen
op het gebied van bijvoorbeeld ESG-risicomanagement
en zo een gemeenschappelijke benadering ontwikkelen
voor publieke banken, met duidelijke onderkenning
van de zogenoemde double materiality, want wen
als publieke banken nu eenmaal opgericht om impact
te maken. Daarbij wil ik onderstrepen dat voor
de E niet zonder de S kan: alleen met nadrukkelijke
aandacht voor de sociale kant kunnen we onze
samenleving verduurzamen.”
“Bij het invullen van onze
maatschappelijke rol richten we ons
niet alleen op klimaat en natuur maar
ook op de impact die we hebben op
sociaal gebied."
Terug naar je eigen bank: in 2021 is het Lighthouse-
programma gestart, hoe gaat het daarmee?
Lighthouse is bedoeld om onze eigen organisatie te
versterken. De eerste werkstroom van het programma,
‘Stable banking’, hebben we in juli 2022 voltooid. Daarmee
hebben we niet alleen onze operationele processen
verstevigd maar ook de individuele kredietbeoordeling
van onze publiekesectorklanten. Dan praat je over zo’n
duizend klanten waarvan we de kennis over hun financiële
situatie verder hebben verdiept. Het is goed om onze
klanten beter te begrijpen, niet alleen op financieel vlak
maar we combineren dat ook meteen met een verdieping
16
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
waar het gaat om hun duurzaamheidsambities. We
staan voor grote investeringen in de verduurzaming
en dan is het zaak om met hen mee te kunnen
denken en in te spelen op hun financieringsbehoefte
met goedkope financiering die ook passend is vanuit
het financiële-risico-perspectief van onze klanten. De
tweede werkstroom, ‘Bank of the future’, is vooral gericht
op de verdere professionalisering en digitalisering van
onze bank, waarwe ook ESG verder inbedden in de
organisatie. Dat vergt een langere looptijd en wen er
nog volop mee bezig. Werkstroom drie, ‘Winning working
environment, great bank to work’ draait om gedrag
en cultuur en om communicatie binnen een groeiende
organisatie met een hybride manier van werken. Om
die reden treffen we voorzieningen als een informatief
intranet, een goed onboardingprogramma voor nieuwe
medewerkers en trainingen voor het effectief digitaal
werken met elkaar. Hoe groot we ook groeien, ik wil met
iedere nieuwe medewerker persoonlijk kennismaken.
Mede met het oog op de saamhorigheid vonden in
2022 de NWB Samen Dagen plaats.
“Twee dagen elkaar inspireren in kasteel Woerden,
verdeeld over twee groepen. Het was voor het eerst
sinds corona dat we weer eens met z’n allen bij elkaar
waren, iedereen was aanwezig. Als directie stonden
we de poort om iedereen welkom te heten, enorm
leuk! In sessies onderzochten we het verhaal van
de bank: waar staan we voor, waarom werk ik hier,
watn de kernwaarden van ons bedrijf en wat is
onze missie? Samen het NWB-gevoel vormgeven. Het
bracht ons een stap verder met de formulering van
ons gewaagd doel, waarvoor we de volle ondersteuning
van de waterschappen kregen. Inspiratie bieden en
onze visie verder brengen, ook op onze governance: de
besluitvorming en het leiderschapsmodel. Zoiets rond je
natuurlijk niet in twee dagen af, het is een ongoing process,
maar het is belangrijkd te nemen om met elkaar te
onderzoeken hoe we invulling geven aan onze missie als
duurzame waterbank juist als je als organisatie groter
wordt. We willen als bank die stuurt op duurzaamheid zelf
het goede voorbeeld geven, een missie die je aan iedereen
wil meegeven en waar je iedereen wil betrekken.”
“Onze aanpak zorgt ook voor beweging
binnen de organisatie, trekt mensen aan.
Mensen willen graag werken bij een
bank waar verduurzaming hoog op de
agenda staat."
17
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
NEDERLAND, EUROPA EN DE WERELD IN 2022
De eerste maanden van 2022 stonden in Nederland
noggrotendeels in het teken van COVID-19, daarna
verdween de pandemievrij snelnaar de achtergrond.
Hoewel het aantal besmettingenin januari en februari
exponentieel steeg, bleek deheersende virusvariant
minder ziekmakend en nam hetaantal mensen dat met
COVID-19 in het ziekenhuis en opde intensive care
werd opgenomen significant af. Ditwas voor het kabinet
reden om de contactbeperkende coronamaatregelen
vanaf medio februari in drie grote stappen te versoepelen
en eind maart volledig op te heffen.
Het nieuws over de versoepeling van de
coronamaatregelen werdeind februari overschaduwd
door de inval van Ruslandin Oekraïne. In reactie
daarop legden landen inde Europese Unie gezamenlijk
sancties op aan Rusland en zijn bondgenoot Wit-Rusland.
Naast de humanitaire gevolgenvoor de Oekraïense
bevolking hebben de oorlog ende sancties grote
economische gevolgen voor Nederland, Europa en de
rest vande wereld. Er is sprake van verstoringen in
de wereldhandel, niet in de laatste plaats de Russische
levering van gas en olieaan Europese landen. Hierdoor
zijn de energieprijzen voorbedrijven en consumenten
fors gestegen.
OPLOPENDE INFLATIE,
DALENDE KOOPKRACHT
De uitgangspositie van de Nederlandse economie vóór het
uitbreken van het conflict in Oekraïne was goed.
HetCentraal Planbureau (CPB) verwachtte aanvankelijk
dat in 2022 het economisch herstel na de coronapandemie
zoudoorzetten. Er ontstonden door de oorlog en de
sancties echterveel onzekerheden en de ontwikkelingen
volgden elkaar snelop. Gedurende het jaar stegen
de prijzen vanallerlei producten aanzienlijk. Niet
alleen van gas,olie en benzine, maar ook van veel
voedingsmiddelendoordat grondstoffen zoals graan
moeilijker verkrijgbaar waren. Dit zorgde ervoor dat
de inflatie flink opliep en de koopkracht voor veel
huishoudens daalde.
De gemiddelde inflatie in Nederland bedroeg op basis van
de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex
(HICP) 11,6% in 2022.In de eurozone bedroeg die 8,4%.
De inflatiecijfers liggen ver boven dedoelstelling van
de Europese Centrale Bank (ECB)van 2%. Dat deed de
ECB besluiten omde maandelijkse opkoop van obligaties
sneller af te bouwen enin juni viel het besluit de
opkoopprogramma's niet verder te laten groeien. Het
maakte de weg vvoor de ECB omin juli voor het
eerst in meer dan tien jaar de rentete verhogen. Zij
verhoogde de officiële rente in 2022 uiteindelijk vier keer,
met in totaal 2,5%, hetgeen een einde maakte aan de
negatieve rente. Ook in 2023 is de rente verhoogd. Tegen
deze achtergrond zijn de rentes op de internationale
kapitaalmarkten afgelopen jaar substantieel gestegen.
Begin 2022 lag de 10-jaars Nederlandse staatsrente nog
rond de 0%, eind december bedroeg die bijna 3%.
De Nederlandse overheid hielp tot april bedrijven met
steunpakketten om de klappen van de pandemie op
te vangen. Na stopzetting van de coronamaatregelen
kwamen ook deze regelingen te vervallen. De focus
van de overheid verschoof naar bescherming van de
koopkracht van consumenten en bedrijven vanwege de
stijgende energieprijzen. Zo besloot de overheid om
de energiebelasting op elektriciteit en het btw-tarief
op gas, elektriciteit en stadswarmte te verlagen en
op Prinsjesdag kondigde het kabinet een prijsplafond
aan voor energie. Om de meest kwetsbare mensen te
beschermen en lagere middeninkomens perspectief te
bieden, stelt het kabinet in 2023 17 miljard beschikbaar
en in november en december 2022 kregen alle
huishoudens een tegemoetkoming in de energiekosten
van €190,-.
18
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
KLIMAATCRISIS EN STIKSTOFCRISIS
zijn aantreden in januari 2022 kondigde het kabinet
ook almiljardenuitgaven aan om grote problemen aan
te pakken, zoals de klimaatcrisis en de stikstofcrisis.
Verduurzaming is een centraal thema van het nieuwe
kabinet. Het streeft de klimaatdoelstelling na van
maximaal 1,5 graad opwarming uit het klimaatakkoord
van Parijs en wil de biodiversiteit vergroten.
Om uiterlijk in 2050 klimaatneutraal te zijn, wil het
kabinet in 2030 55% CO
2
-reductie hebben gerealiseerd
ten opzichte van 1990 en het beleid richt zich zelfs
op een reductie van 60% in 2030. Om de benodigde
energie-infrastructuur (elektriciteit, warmte, waterstof
en CO
2
) aan te leggen, de groene industriepolitiek
te verwezenlijken en de mobiliteit en de gebouwde
omgeving te verduurzamen, heeft het kabinet in
aanvulling op de huidige Stimuleringsregeling Duurzame
Energieproductie en Klimaattransitie (SDE++) een
klimaat- en transitiefonds van 35 miljard opgetuigd voor
de komende 10 jaar. Het belang van een ruimer aanbod
van duurzame energie is sinds de Oekraïne-oorlog alleen
maar toegenomen om daarmee ook minder afhankelijk te
zijn van gas en olie uit Rusland.
De maatregelen van de overheid om de uitstoot van
stikstof te verminderen en de natuur te versterken
leidden in 2022 tot ophef, voornamelijk onder boeren.
Het kabinet wil bedrijven die veel stikstofneerslag
veroorzaken in de natuur, zogenoemde piekbelasters,
versneld aanpakken. Vaakn dat agrarische bedrijven
en moeten op korte termijn hun stikstofuitstoot
minimaliseren of zelfs tot nul reduceren. Om dat te
bereiken krijgen deze bedrijven de keuze of ze willen
stoppen, verplaatsen of verduurzamen. Daarsluit het
kabinet niet uit dat een bepaalde groep piekbelasters
moet worden gedwongen te stoppen.
KNELPUNTEN OP DE WONINGMARKT
Behalve voor economie, klimaat en natuur heeft het
nieuwe kabinet veel aandacht voor knelpunten op de
woningmarkt. De afgelopen jaren stegen de huizenprijzen
sterk en bleef het aanbod achter de vraag. Dat
maakte het voor een groeiend aantal mensen moeilijk
om een betaalbare woning te vinden. Op de woningmarkt
spelen de woningcorporaties, een belangrijke klantgroep
van onze bank, een grote rol. Het kabinet heeft
per 1 januari 2023 de verhuurderheffing afgeschaft
en zodoende komt er bij de corporaties jaarlijks
circa €1,7miljard aan investeringsruimte vrij. In
ruil daarvoor hebben bindende afspraken met het
kabinet gemaakt over nieuwbouw en verduurzaming (de
Nationale Prestatieafspraken).
Om het tekort aan sociale huurwoningen en de
wachtlijsten daarvoor aan te pakken, moet het
bouwtempo van de corporaties de komende jaren
nagenoeg verdubbelen: van circa 15.000 woningen per
jaar naarna 30.000 in 2030. Ook gaan corporaties
al hun woningen met een E-, F- of G-label tot en
met 2028 versneld verduurzamen. Dit sluit aan
het doel om voor 2030 675.000 woningen vergaand te
isoleren en om 450.000 bestaande corporatiewoningen
aardgasvrij te maken. Verder wordt in 2023, als onderdeel
van de Nationale Prestatieafspraken, gestreefd naar
huurmatiging sociale huurwoningen.
19
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
STRATEGIE EN WAARDECREATIE
STRATEGIE
Missie en visie
Het is onze missie om samen met onze stakeholders
te investeren in een waterbewuste en duurzame
samenleving. Waterbewustzijn en duurzaamheid zitten
in het DNA van onze bank. Wij willen een drage leveren
aan ecologische en sociaal-maatschappelijke doelen voor
de lange termijn en zetten onze financieringskracht hier
optimaal voor in.
Onze klanten bieden we passende en zo gunstig mogelijke
financiering aan. Zo houden we de financieringslasten
van de publieke sector laag en de verduurzaming van
Nederland betaalbaar. Sinds de oprichting in 1954 richten
we ons op een efficiënte en verantwoorde bundeling
van de financieringsbehoeften van onze klanten. We zijn
kosten- en risicobewust en maken gebruik van onze
AAA/Aaa-ratings om goedkoop en duurzaam geld aan
te trekken voor de publieke sector.
Waterbewustzijn en duurzaamheid zitten ook in
het DNA van onze oprichters, de waterschappen.
Klimaatadaptatie, klimaatmitigatie en het verbeteren
van biodiversiteit behoren tot hun kerntaken en de
waterschappen spelen een belangrijke rol in de
energietransitie. Nog steeds zijn een van onze
grootste klantgroepen. Een andere grote klantgroep
vormen de woningcorporaties, die in de verduurzaming
ook een belangrijke rol spelen. Circa 30% van de
Nederlandse woningen betreft sociale volkshuisvesting
en de komende jaren investeren de woningcorporaties
volop in klimaatneutrale nieuwbouw, het energiezuiniger
maken van bestaande sociale huurwoningen en het
laag houden van de sociale huren. Samen met de
woningcorporaties, waterschappen, drinkwaterbedrijven
en andere klanten werken we aan een samenleving
waarin de huidige én toekomstige generaties goed en
duurzaam kunnen leven.
Door groei van onze organisatie en een verdere
versteviging van de relatie met onze stakeholders
ontstond behoefte aan een herijking van onze missie
en visie. We pakten dit op binnen het Lighthouse-
veranderprogramma, waarin we sinds 2021 werken aan
versterking van de interne organisatie. Alle medewerkers
zijn hierbij betrokken en we kregen hulp van een externe
organisatie. Dit traject resulteerde in een zogenoemd
visievierluik, waarin we helder uiteenzetten waarom we
bestaan, waar we voor staan en waar we in uitblinken.
Onderdeel van het visievierluik is een gewaagd doel,
een prikkelend en uitdagend doel dat onze medewerkers
stimuleert en motiveert wezenlijk te dragen aan de
energietransitie en verduurzaming van Nederland. In de
afbeelding hiernaast is het vierluik weergegeven.
VISIEVIERLUIK
20
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Gewaagd doel
streven ernaar dat onze kredietportefeuille in 2035
energiepositief is, op weg naar een klimaatneutrale
portefeuille in 2050. We willen dat in 2035 de
duurzame-energieprojecten die financieren meer
hernieuwbare energie opwekken dan de rest van
onze portefeuille verbruikt aan fossiele energie. Dat
willen we bereiken door onze klanten zo veel mogelijk
te stimuleren hun energieverbruik te verlagen en
waar dat kan hernieuwbare energie te gebruiken.
Het financieren van duurzame-energieprojecten speelt
daarbij een belangrijke rol. realiseren ons dat dit
ambitieuze stappenn. Om ervoor te zorgen dat onze
kredietportefeuille uiteindelijk in 2050 klimaatneutraal is,
stelden we een klimaatactieplan op.
GEWAAGD DOEL: ENERGIEPOSITIEF IN 2035
936,3 TJ
Verbruikte energie uit
fossiele brandstoffen
7.968,9 TJ
Opgewekte
duurzame energie
Kernwaarden en kernkwaliteiten
Bevlogen, betrokken en betrouwbaar zijn onze
kernwaarden. Van onze medewerkers verwachten we dat
deze kernwaarden bij de uitoefening van hun functie
actief uitdragen. zijn een organisatie die wezenlijke
maatschappelijke impact nastreeft. We hebben passie
voor ons vak, voor verduurzaming en helpen mensen
graag. Onszelf en anderen dagen we uit tot continue
ontwikkeling en verbetering en zo goed mogelijk bij
te dragen aan de maatschappelijke doelen die we
samen nastreven. Betrouwbaarheid is daarbij essentieel.
We kunnen onze maatschappelijke rol alleen optimaal
vervullen als de samenleving, en de klant in het zonder,
vertrouwen heeft in onze organisatie en in de integriteit
waarmee we als bank opereren. Bovendien geldt dat wij
voor onze financiering nagenoeg geheel afhankelijk zijn
van de internationale geld- en kapitaalmarkt. Integriteit
en een transparante informatievoorziening zijn mede
daarom van groot belang; niet alleen voor investeerders
maar voor alle andere stakeholders van onze bank.
Om goed invulling te geven aan deze kernwaarden zijn
kernkwaliteiten van belang, die we ook vastlegden in het
vierluik. NWB Bank is het essentieel dat wij in staat
zijn en de wil hebben om zaken voor elkaar te krijgen
diedragen aan een stabiele en duurzame financiële
sector en een economie die goed is voor zowel mens
als milieu. Daarvoor dienen te beschikken over de
juiste kennis en ervaring, niet alleen financieel, maar
ook voor onze maatschappelijke rol. Nederland staat
voor veel uitdagingen, zoals de energietransitie en het
betaalbaar houden van wonen. Het zijn lastige opgaven,
die we in de samenleving samen moeten aanpakken.
Vanuit de bank denken en doen proactief mee. Het is
belangrijk dat wij slagvaardig, deskundig en inventief zijn.
Die kernkwaliteiten koesteren we en bewaken we continu.
Langetermijnstrategie
De directie en de raad van commissarissen hebben
een aantal randvoorwaarden geformuleerd waarbinnen
de bank moet opereren om van toegevoegde waarde
te zijn voor onze klanten, aandeelhouders en
overige stakeholders.
Belangrijke uitgangspunten zijn het behoud van de
hoge kredietwaardigheidsratings en de status van
promotional bank. Dat laatste betekent dat, conform
Europese regelgeving, in omvang ten minste 90% van
de totale kredietverlening van de bank kwalificeert
als promotionele lening. Dit betreft kredietverlening
waarmee we bijdragen aan het realiseren van
publieke beleidsdoelen.
We hebben een lage risicobereidheid die statutair
verankerd is. De activiteiten van onze bank zijn duidelijk
gelieerd aan de Nederlandse publieke sector en ook als
zodanig herkenbaar voor onze aandeelhouders, rating
agencies en investeerders. Het overgrote deel van onze
kredietportefeuille betreft leningen aan Nederlandse
21
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
(decentrale) overheden en leningen onder garantie van
deze overheden.
Een ander belangrijk uitgangspunt is dat onze organisatie
goed is toegerust op bestaande en nieuwe taken, zowel op
commercieel vlak als op het gebied van risicobeheersing.
Middellangetermijnstrategie
In afstemming met de raad van commissarissen en
stakeholders heeft de directie in 2018 binnen het
strategisch kader de strategie voor de middellange
termijn vastgesteld. Onder de noemer ‘de duurzame
waterbank’ formuleerden we voor de periode 2019-2023
concrete doelstellingen. In 2021 trokken we die
doelstellingen door naar 2026, nadat we een mid-term
review van deze strategie hadden geconstateerd dat de
strategie werkt en we goed op koers liggen. Aan de
strategie van 'de duurzame waterbank' koppelden we zes
Sustainable Development Goals (SDG's) van de Verenigde
Naties die voor onze bank het meest relevant zijn en waar
we de meeste impact op hebben. Die impact monitoren we
aan de hand van een aantal key performance indicators
(KPI's). Deze KPI’s zijn zoveel als mogelijk kwantitatief
van aard, zodat de resultaten meetbaar, inzichtelijk en
goed vergelijkbaar zijn.
De strategie van NWB Bank bestaat uit drielers, een
fundament en een sluitstuk. We lichten deze toe en
geven per onderdeel aan welke van de zes Sustainable
Development Goals hierbij aansluiten.
STRATEGIE VAN NWB BANK
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
Bank van en voor
de publieke watersector
Duurzame, efficiënte en maatschappelijk
betrokken organisatie
Essentiële speler in de
financiering van de
Nederlandse publieke sector
Verantwoord rendement en maatschappelijke impact
22
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Pijler 1: Wij zijn dé bank van en voor de
publieke watersector
Onze bank is de primaire integrale financiële
dienstverlener van de waterschappen en de
financiering van deze aandeelhouders streven we
naar een zo hoog mogelijk marktaandeel. Door het
verstrekken van passende financiering tegen zo laag
mogelijke kosten helpen we de waterschappen
hun taken op het gebied van hoogwaterbescherming,
waterbeheer en waterkwaliteit. Voor de financiering van
de kredietverlening aan de waterschappen geven we
Waterobligaties (Green Bonds) uit.
Drinkwaterbedrijven n van oudsher ook een belangrijke
klantgroep van onze bank. De financiering van deze
klanten past uitstek het profiel van 'de
duurzame waterbank'. Drinkwaterbedrijven hebben als
belangrijkste taak om consumenten en bedrijven van
hoogwaardig en voldoende drinkwater te voorzien en om
dat ook in de toekomst te kunnen doen investeren in
natuurbeheer. De omvang van onze kredietverlening aan
deze sector willen we waar mogelijk uitbreiden.
De SDG die perfect aansluit een bank van en voor
de publieke watersector is SDG 6: Verzeker toegang tot
duurzaam beheer van water en sanitatie voor iedereen.
Om onze impact te bepalen kijken we naar de kwaliteit
van het oppervlaktewater en naar de kwaliteit van het
drinkwater waarvoor de waterschappen respectievelijk
drinkwaterbedrijven verantwoordelijk zijn. Daarnaast zijn
de SDG's 13, 14 en 15 relevant.
SDG 13 richt zich op dringende actie om
klimaatverandering en haar impact te bestrijden.
Aanpassing van Nederland aan klimaatverandering,
ook wel klimaatadaptatie genoemd, is een integraal
onderdeel van de taken van de waterschappen.
SDG 14 gaat over het behoud en duurzaam gebruikmaken
van de oceanen, de zeeën en de maritieme hulpbronnen.
De waterschappen werken aan schoon en ecologisch
gezond oppervlaktewater. streven zowel naar een
optimale waterkwaliteit voor de gebruikers (zoals de
landbouw, drinkwaterbedrijven en recreatie) als naar
goede biologische en chemische omstandigheden voor
de planten en dieren die in het water leven. We monitoren
onze impact op deze SDG door te kijken naar de
natuurkwaliteit van de zoete wateren in Nederland.
SDG 15 betreft het behoud en duurzaam gebruikmaken
van ecosystemen, zoals bossen en grasland. De
waterschappen hebben met hun activiteiten niet alleen
invloed op de biodiversiteit in het water, maar ook op het
land. het beheer en onderhoud van het watersysteem
hebben te maken met natuurwetgeving die grotendeels
is vastgelegd in de Wet natuurbescherming. Het
onderdeel 'soortbescherming' binnen deze wet ziet toe op
de duurzame instandhouding van dier- en plantsoorten
in Nederland. De waterschappen hebben een biokompas
opgesteld met vijf gezamenlijke principes waarmee ieder
waterschap op een eigen manier kan werken aan herstel
en behoud van biodiversiteit.
Pijler 2: Wij zijn een essentiële speler in de
financiering van de publieke sector
Onze bank voorziet ook gemeenten, provincies en
instellingen onder garantie van (decentrale) overheden
van passende en zo goedkoop mogelijke financiering.
Denk bij instellingen aan woningcorporaties, zorg- en
onderwijsinstellingen. De sociale volkshuisvesting is
qua uitstaande schuldomvang het grootst binnen de
Nederlandse publieke sector en dus ook onze grootste
klantgroep. Om onze impact in deze sector te vergroten,
geven we SDG Housing Bonds uit. De opbrengsten van
deze duurzame obligaties worden aangewend voor de
financiering van woningcorporaties en dragen eraan
dat de sociale huren betaalbaar blijven en corporaties hun
woningvoorraad kunnen verduurzamen.
De afgelopen tien jaar verstrekten we in totaal bijna
€80miljard aan langetermijnkredietverlening. We
streven een substantieel marktaandeel na en met een
balanstotaal van ruim 73 miljard zijn we een significante
speler in het Nederlandse bankenlandschap. Onze bank
draagt aan een financieel gezond, sociaal en innovatief
maatschappelijk speelveld, waarin efficiënt en effectief
wordt omgegaan met de publieke middelen.
23
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Met ons kredietbeleid en productenaanbod spelen
we in op de behoeftes van de publieke sector.
Zo zijn we actief in financiering van publiek-private
samenwerkingsprojecten en investeren we in obligaties
op basis van gesecuritiseerde hypotheken met een
Nationale Hypotheek Garantie (NHG RMBS). Daarnaast
hebben we de keuze gemaakt om ook kredieten
te verstrekken aan klanten in de publieke sector
met een relatief beperkte financieringsbehoefte, zoals
amateursportverenigingen (onder gemeentegarantie).
Vanwege de beperkte financieringsomvang is het lastig
om deze klanten kostenefficiënt te bedienen. Met de
analyse van de sector en de individuele klanten is veel tijd
gemoeid, die vaak niet in verhouding staat tot de omvang
van het krediet. Als we alle kosten voor een goede analyse
vertalen in een kredietopslag, resulteert dat in hogere
opslagen. Vanwege onze maatschappelijke rol zien we
hiervan af en financieren we ook deze (kleine) klanten zo
aantrekkelijk mogelijk.
deze strategische pijler sluiten de SDG's 11 en 13
aan. SDG 11 gaat over het inclusief, veilig, veerkrachtig
en duurzaam maken van steden en menselijke
nederzettingen. Woningcorporaties bezitten zo'n 30% van
de totale woningvoorraad in Nederland en onze bank
voorziet in ruim een derde van de financieringsbehoefte
van de woningcorporaties. Om onze impact te bepalen
kijken we naar het aantal toewijzingen per jaar van
huurwoningen binnen de inkomensgrenzen van de door
ons gefinancierde woningcorporaties.
SDG 13 richt zich op actie nemen voor het klimaat.
Woningcorporaties hebben een belangrijke rol in de
energietransitie en verduurzaming van woningen. En
ook gemeenten en provincies zetten zich in om
ons land weerbaarder te maken en aan te passen
aan klimaatrisico’s. zijn verantwoordelijk voor
een klimaatrobuuste ruimtelijke ordening en nemen
maatregelen om wateroverlast, droogte en hittestress
tegen te gaan. Een mooi voorbeeld van klimaatadaptatie
vormen de groene daken. Een groen dak geeft verkoeling,
buffert regenwater en zorgt dat het rioolstelsel niet
overbelast raakt bij hevige regenbuien. Ook draagt een
groen dak aan schonere lucht en diversiteit van flora
en fauna. Onze impact op SDG 13 monitoren we onder
andere aan de hand van de benutting van groene daken
door onze klanten.
Pijler 3: Wij zijn financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
Dit is de jongste pijler van onze strategie. Sinds
2019 financieren we duurzame-energieprojecten en
infrastructuur die cruciaal is voor duurzame energie,
zoals warmtenetten en regionale netbeheerders.
Overheidsinstellingen en projecten met een subsidie
Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) kunnen
ons terecht voor projectfinanciering. Dit betreft
bijvoorbeeld projecten voor zonne-energie, windenergie
en aquathermie. Op die manier leveren wij een
belangrijke bijdrage aan een betaalbare energietransitie
in Nederland en geven concreet invulling aan ons
commitment aan het klimaatakkoord.
Vanzelfsprekend staan deze activiteiten in het teken van
SDG 13: neem dringend actie om klimaatverandering en
haar impact te bestrijden. Ook sluit deze strategische
pijler aan SDG 7: verzeker toegang tot betaalbare,
betrouwbare, duurzame en moderne energie voor
iedereen. Onze impact monitoren we aan de hand
van de hoeveelheid opgewekte energie van door ons
gefinancierde duurzame-energieprojecten.
24
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Ons fundament: Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken organisatie
zijn een kostenefficiënte en (naar risico gewogen)
sterk gekapitaliseerde bank onder toezicht van de
Europese Centrale Bank. Dit betekent niet alleen
een gunstige kosten-batenverhouding, maar ook een
zekere mate van wendbaarheid. De diversificatie van
de kredietverlening en toenemende eisen die aan
banken worden gesteld, vergen weliswaar verdere
investeringen in kennis, personeel en systemen, maar
met onze iets meer dan 100 medewerkers blijven we
kostenefficiënt. Om het fundament van onze strategie
verder te versterken, stelden we in 2020 vier prioriteiten
vast waaraan we uitvoering hebben gegeven in ons
veranderprogramma Lighthouse.
Als bank van en voor de publieke sector voelen we ons
zeer betrokken de maatschappij. We willen met onze
organisatie het goede voorbeeld geven en zetten stappen
om onze eigen bedrijfsvoering te verduurzamen. Zon
nieuwe auto's in ons wagenpark alleen nog elektrisch
en hebben we het energielabel van ons kantoor naar A+
gebracht. Ondanks de vrij beperkte voetafdruk van onze
bedrijfsvoering leveren hiermee dus ook een bijdrage
aan SDG 13: neem dringend actie om klimaatverandering
en haar impact te bestrijden.
Ons sluitstuk: Verantwoord rendement en
maatschappelijke impact
Als promotional bank streven we geen
winstmaximalisatie na. Wel is een passende winst
noodzakelijk om de ambities van de bank te
realiseren en een passend dividend uit te keren.
Met onze aandeelhouders komen we ieder jaar een
normrendement op het eigen vermogen overeen. We
hebben een scherp oog voor de maatschappelijke
impact die we met onze kredietverlening nastreven,
daar doen we het uiteindelijk voor. Veel aandacht gaat
daarbij uit naar de klimaatimpact van onze financiering
en onze doelstelling om deze zo veel mogelijk te
verminderen. Inn met ons commitment aan het
nationaal klimaatakkoord ontwikkelden we een actieplan
om de CO
2
e-uitstoot van onze kredietverlening jaar op
jaar te verlagen en in uiterlijk 2050 per saldo terug te
brengen naar nul. In het verlengde daarvan stelden we
in 2022 een gewaagd doel: ons streven is dat in 2035
onze kredietportefeuille energiepositief is, op weg naar
klimaatneutraal in 2050. Maar onze maatschappelijke
impact is breder en gaat verder dan klimaat, het gaat ook
om impact op biodiversiteit en het sociale vlak met oog
voor circulariteit en natuurinclusieve oplossingen.
WAARDECREATIEMODEL
De waarde die wij als NWB Bank aan de
maatschaptoevoegen en het proces dat daaraan
ten grondslag ligt, hebben we in beeld gebracht met
het waardecreatiemodel. Onze strategie komt terug
in de verschillende onderdelen van dit model: input,
businessmodel, output, outcome en impact.
Input
Dit onderdeel van het waardecreatiemodel heeft
betrekking op het fundament van onze strategie: de
duurzame, efficiënte en maatschappelijk betrokken bank.
Het betreft de specifieke kwaliteiten en de soorten
kapitaal die gebruiken om waarde te creëren.
We maken onderscheid tussen financieel, sociaal en
relationeel, menselijk, intellectueel, organisationeel en
natuurlijk kapitaal. Voorbeelden hiervann de funding
die we onze investeerders ophalen en de kennis en
ervaring van onze medewerkers.
Businessmodel
In dit onderdeel staan onze activiteiten centraal en
de enablers die ervoor zorgen dat ons businessmodel
optimaal functioneert. Voorbeelden van enablers zijn
risicomanagement, corporate governance, compliance,
beloningsbeleid, diversiteit en inclusie. Deze maken het
mogelijk dat onze verschillende soorten kapitaal op
een effectieve, efficiënte en duurzame manier inzetten.
25
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Output
Als bank van en voor de publieke sector hebben we één
kerntaak: passende financiering verstrekken tegen zo
gunstig mogelijke voorwaarden. Onze kredietverlening
beschouwen we daarom als beste voorbeeld van output.
We onderscheiden daardrie financieringsstromen
die parallel lopen aan de drielers van onze
strategie: bank van en voor de publieke watersector,
essentiële speler in de financiering van de publieke
sector en financieringspartner voor de verduurzaming
van Nederland.
Outcome en impact
outcome en impact kijken we naar de toegevoegde
waarde die klanten met onze financiering voor ons als
bank maar vooral voor de maatschappij creëren. We
noemen dit in onze strategie ‘verantwoord rendement
en maatschappelijke impact’. Het gaat dus naast een
passend financieel rendement vooral om de impact
van onze kredietverlening op het klimaat, de natuur
en op sociaal gebied. In dit onderdeel van het
waardecreatiemodel komen ook de zes SDG’s terug waar
als bank de meeste impact op hebben. Voor elke SDG
stelden we in 2022 kritieke prestatie-indicatoren vast om
onze impact ook meetbaar te maken.
26
J A A R V E R S L A G 2022 |
INPUT
MET ONZE SPECIFIEKE KWALITEITEN
Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie
Financieel kapitaal
• Sterk gekapitaliseerd.
• Funding tegen lage kosten.
• Hoge kredietwaardigheid.
• Significante omvang.
Sociaal en relationeel kapitaal
Bediening van volledige
Nederlandse publieke sector.
National promotional bank
binnen alle relevante netwerken.
Menselijk kapitaal
Betrokken, des kundige en
gemotiveerde medewerkers.
Intellectueel kapitaal
Voortrekkersrol op gebied
van duurzame funding via
ESG-obligaties.
Organisationeel kapitaal
Professionele en
kostenbewuste organisatie.
Sterke transparante en
integere governance structuur.
Natuurlijk kapitaal
Minimaliseren en compenseren
van klimaat- en milieu-impact
eigen bedrijfsvoering.
BUSINESS MODEL
… MOBILISEREN WE KAPITAAL TEGEN LAGE KOSTEN
Missie
Samen investeren we in een waterbewuste en
duurzame samenleving.
Randvoorwaarden
Risicomanagement
Compliance
Corporate Governance
Beloningsbeleid
Diversiteit & Inclusie
Kernwaarden
Bevlogen
Betrokken
Betrouwbaar
Door het efficiënt bundelen van de
financieringsbehoefte van onze klanten
trekken we, met behulp van onze AAA/
Aaa-ratings, op een goedkope en duurzame
manier geld aan voor de Nederlandse
publieke sector.
... en maat schappelijke
impact
IMPACT
OM ZO BIJ TE DRAGEN
AAN DE SUSTAINABLE
DEVELOPMENT GOALS.
WAARDECREATIEMODEL
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
Bank van en voor
de publieke watersector
Duurzame, efficiënte en maatschappelijk
betrokken organisatie
Essentiële speler in de
financiering van de
Nederlandse publieke sector
Verantwoord rendement en maatschappelijke impact
Aandeel oppervlakte-
wateren voldoet aan
KRW-doelen: 0%
Aandeel drinkwater-
metingen voldoet
aan gestelde
normen: 99,9%
Aandeel krediet-
portefuille energie-
neutraal: 12%
Toegewezen sociale
huurwoningen per
jaar binnen inkomens-
grenzen: 74%
Gerealiseerde
CO
2
e-reductie
t.o.v. 2019: 17,2%
Groenedaken t.o.v.
dakpotentie: 1%
Verbetering Natuur-
kwaliteit oppervlakte-
water (intact eco-
system = 100%): 37%
Oppervlakte openbaar
groen dat tuin of
natuur is: 30%
OUTPUT
VOOR PASSENDE FINANCIERINGEN
AAN DE NEDERLANDSE PUBLIEKE
SECTOR
OUTCOME
VOOR LAGE LASTEN VOOR DE
BURGER EN EEN BETAALBARE
VERDUURZAMING
Verantwoord rendement...
Bank van en voor de publieke
watersector
WATERSCHAPPEN
€ 942 MILJOEN
DRINKWATERBEDRJVEN
€ 190 MILJOEN
Essentiële speler in de financiering
van de Nederlandse publieke sector
WONINGCORPORATIES
€ 6,340 MILJARD
GEMEENTEN
€ 590 MILJOEN
ZORGINSTELLINGEN
€ 336 MILJOEN
LENINGEN MET
OVERHEIDSGARANTIE
€ 116 MILJOEN
PUBLIEK-PRIVATE
SAMENWERKING (PPS)
€ 0 MILJOEN
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
DUURZAME ENERGIE
€ 47 MILJOEN
Financieel kapitaal
Significant marktaandeel in
financiering Nederlandse
publieke sector.
Verantwoord rendement
voor aandeel houders: 7,4%
rendement op eigen vermogen.
Sociaal en relationeel kapitaal
Lage financierings lasten voor
onze klanten dankzij behoud van
onze hoge ratings: Credit ratings:
S&P: AAA, Moody’s: Aaa
ESG ratings: ISS ESG: B, MSCI: BBB,
Sustainalytics: 10,0, Vigeo Eiris: 57.
Menselijk kapitaal
Duurzaam inzetbare medewerkers
met ontwikkelingsmogelijkheden.
Hoge medewerkerstevredenheid.
Ziekteverzuim: 5,8%.
Intellectueel kapitaal
Delen van kennis en ervaring
aquathermie en biodiversiteit binnen
de publieke en financiële sector.
• Besteed opleidingsbudget: 100%.
Organisationeel kapitaal
Bijdrage aan gevarieerde en
innovatieve bancaire sector.
Aantal sustainability-linked
loans verstrekt: 1.
Natuurlijk kapitaal
Verminderen van de klimaat-
en biodiversiteits impact
krediet portefeuille.
Emissie-intensiteit:
33,3 ton CO
2
e/€ miljoen.
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
27
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
KANSEN EN RISICO'S
Onze strategie moet ervoor zorgen dat wij de kansen
optimaal benutten om verantwoord rendement en
maatschappelijke impact te maken. Tegelijkertijd moeten
we de risico’s voor onze bank beperken. Wen ons
daarbij bewust van onze sterke en minder sterke
eigenschappen. Al deze zaken hebben we samengevat
in een SWOT-analyse. SWOT staat voor Strengths,
Weaknesses, Opportunities en Threats. De onderstaande
weergave laat in één oogopslag zien waar de kansen voor
onze bank liggen en wat extra aandacht vraagt.
We zoomen verder in op de kansen en risico’s. Daarbij
hebben we extra aandacht voor de (strategische) kansen
en risico’s op het gebied van duurzaamheid (ESG) en
in hetzonder klimaat. onze rapportage hierover
gebruiken we de aanbevelingen van de Task Force on
Climate-related Financial Disclosures (TCFD) van de
Financial Stability Board (FSB). Jaarlijks ontwikkelen we
deze rapportage verder, zoals we ook de ESG-risico’s en
-kansen verder integreren in onze taakuitvoering.
Kansen
De financiering van duurzame-energieprojecten is een
goed voorbeeld van een kans die we zagen om een
bijdrage te leveren aan de energietransitie in Nederland.
Deze projecten kenmerken zich over het algemeen door
een relatief grote financieringsbehoefte en lange periode
waarover de investering terugverdiend moet worden. Het
aanbieden van dit soort langetermijnprojectfinanciering
tegen relatief lage kosten past bij uitstek onze bank
en op deze manier leveren we direct eendrage aan de
vermindering van CO
2
e-uitstoot.
Ook klanten waaraan we voornamelijk balansfinanciering
verstrekken, willen we ondersteunen de uitvoer van
hun taken in duurzaamheid en klimaat. Denk aan de
waterschappen, drinkwaterbedrijven, woningcorporaties
en gemeenten. Directe sturing is dan lastiger, omdat we
niet een specifieke investering of een specifiek project
financieren, maar de algemene financieringsbehoefte
van de klanten. Om hen te stimuleren verder te
verduurzamen, bieden we sinds vorig jaar sustainability
linked loans (SLL's) aan. Bij dit soort leningen spreken
we met de klant vooraf een aantal duurzame prestatie-
indicatoren af en ontvangt de klant een korting op de rente
als hij deze behaalt. Het aanbieden van dit soort leningen
zien we als een strategische kans.
Sustainability linked loans aanbieden vormt een
belangrijk onderdeel van ons klimaatactieplan dat we
in april 2022 presenteerden. Dit actieplan vloeit voort uit
ons commitment aan het nationale klimaatakkoord van
2019 en bevat concrete doelstellingen en een plan van
aanpak om de klimaatimpact van onze kredietportefeuille
verder te verlagen. Uitgangspunt ons klimaatactieplan
is de huidige klimaatimpact van onze kredietverlening,
die we sinds 2019 voor het overgrote deel van onze
kredietportefeuille in beeld hebben. We stellen de CO
2
e-
uitstoot van onze kredietportefeuille ieder jaar opnieuw
vast en streven naar een jaar-op-jaarverlaging richting
een uitstoot die uiterlijk in 2050 per saldo nul bedraagt. Op
klant- en sectorniveau stellen we concrete doelstellingen
op die we met onze klanten bespreken.
Risico’s
De bank is blootgesteld aan verschillende risico's.
We beheersen, monitoren en adresseren deze risico’s
middels ons risicomanagement-framework, dat is
uitgewerkt in het onderdeel risicomanagement van het
Governance-hoofdstuk. In dit onderdeel komen ook ESG-
risico's aan de orde. Naast mogelijkheden om als bank
te dragen aan de noodzakelijke transitie, brengen
het veranderende klimaat en de afnemende biodiversiteit
ook risico’s met zich mee voor de samenleving en onze
klanten. En daarmee voor ons als bank. Deze risico's
verdelen in zogenoemde overall risico's en risico's die
ons raken via onze kredietportefeuille.
28
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Overall risico's
De overall risico's manifesteren zich in strategisch risico,
reputatierisico en renterisico. Onder strategisch risico
verstaan de impact van ESG-ontwikkelingen op het
businessmodel van de bank en op de verwachtingen
vanuit onze stakeholders en de maatschappij over
onze bijdrage aan de transitieopgaven. Denk aan
veranderend beleid en regelgeving vanuit overheden en
toezichthouders (transitierisico's) . Als bank van en voor
de publieke sectorn we bijvoorbeeld extra gevoelig
voor veranderingen in overheidsbeleid. Dit kan leiden tot
veranderende financieringsbehoeften van onze klanten
en daar moeten we proactief op inspelen. Tegelijkertijd
moeten we zelf als bank aan steeds meer en steeds
veranderende regelgeving voldoen. Binnen die wet- en
regelgeving komt er meer aandacht voor ESG-risico's en
in hetzonder klimaatrisico's. Reputatierisico is vanuit
het perspectief van ESG bijvoorbeeld het risico dat zich in
de financieringsketen schendingen van mensenrechten
of misstanden in klimaat of milieu voordoen die afstralen
op onze bank. Renterisico, tot slot, kan zich voordoen
een downgrade van de rating van de Nederlandse staat,
wat ook zal leiden tot een lagere rating van onze bank en
daarmee hogere rentelasten.
Kredietportefeuille
ESG-risico's die ons raken via de kredietportefeuille
zien wij als risico's die impact hebben op
kredietrisico. Dit kredietrisico wordt met name
veroorzaakt door fysieke klimaat- en milieurisico's
(bijvoorbeeld overstromingen en biodiversiteitsverlies)
en omgevings- en sociale transitierisico's (bijvoorbeeld
energiearmoede en de verduurzaming van woningen).
achten het ESG-kredietrisico materieel voor de
meeste van onze klantgroepen: de woningcorporaties,
waterschappen, gemeenten, provincies, zorginstellingen
en drinkwaterbedrijven.
SWOT-ANALYSE
Threats
• Politieke dynamiek
• Kapitaalmarktunie/nieuwe toetreders
• Andere invulling rol overheid bij garanties
Toenemende operationele complexiteit
(o.a. cyber security)
Toenemende wet- en regelgeving met
weinig ruimte voor proportionaliteit
• Krappe arbeidsmarkt
Beperkte winstcapaciteit i.c.m. hoge
belastingdruk en toezichtkosten
Opportunities
Financieringsopgave verduurzaming
Nederland
• Gevraagde maatschappelijke rol
Verduurzaming vraagt om innovatieve
financiering en publiek-private samenwerking
• Inbedding ESG in organisatie
• Aan duurzaamheid gekoppelde leningen
Weaknesses
Beperkt absorptie- en
adaptatievermogen organisatie
• Beperkte diversificatiemogelijkheden
• Lage winstbuffer i.c.m. leverage
Concentratie in de Nederlandse
publieke sector
Strengths
Kredietwaardigheid (AAA/Aaa-ratings)
Toegang tot goedkope, lange en duurzame funding
Compacte en efficiënte organisatie
Betrokken en duurzame aandeelhouders
Conjunctuurongevoelig
bedrijfsmodel
• Margebedrijf met duidelijke focus
SWOT
29
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Dubbele materialiteit
Dubbele materialiteit staat centraal in de aanpak
die als promotionele bank hanteren voor ESG-
risico’s. Dubbele materialiteit betekent dat we niet
alleen rekening houden met het op de juiste manier
beheersen van ESG-risico’s voor de bank, we kijken
nadrukkelijk ook naar de positieve impact die we met onze
kredietverlening hebben op mens en milieu. Zo leveren
met onze financieringen aan waterschappen een
belangrijke bijdrage aan de bescherming van Nederland
tegen overstromingen en droogte en aan de verbetering
van de waterkwaliteit. Daarmee mitigeren we klimaat-
en milieurisico’s waar ook andere klantgroepen van onze
bank en de samenleving als geheel baat hebben.
Onze financieringen aan woningcorporaties en
gemeenten op hun beurt leveren een belangrijke drage
aan betaalbare huren en de verduurzaming van woningen
en zo realiseren we belangrijke sociale impact in
de maatschappij. Door de financiering van duurzame-
energieprojecten, tot slot, vergroten we het aanbod van
hernieuwbare energie en verminderen we het gebruik
en de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Gezien
onze strategie van de duurzame waterbank en met de
betrokkenheid die hebben onze klanten, onze
aandeelhouders en de maatschappij,n wij al met al
van mening dat een positieve impact op mens en
milieu hebben.
MANAGEMENTBENADERING
Onze strategie hebben we zoveel als mogelijk vertaald
in concrete doelstellingen. De directie doet dat in
afstemming met het managementteam en de raad
van commissarissen. De voortgang in de strategische
doelstellingen wordt actief gemonitord en de directie
rapporteert hierover aan de raad van commissarissen.
Duurzaamheid
Duurzaamheidsdoelstellingen maken integraal deel
uit van onze strategische doelen. vinden dat
het streven naar maatschappelijke impact volledig
geïntegreerd moet zijn in onze organisatie en processen.
alle afwegingen binnen de bank houden we dan
ook rekening met duurzaamheid. Zo vermelden we
in kredietvoorstellen standaard aan welke SDG’s de
financiering een bijdrage levert en is duurzaamheid een
terugkerend onderwerp op de agenda van de directie en
raad van commissarissen.
Omdat we vinden dat duurzaamheid onderdeel
moet zijn van ieders werkzaamheden, hebben
we als bank geen aparte duurzaamheidsafdeling.
Om onze interne organisatie in duurzaamheid
verder te professionaliseren, hebben we wel een
sustainability officer. Deze persoon monitort en
signaleert ontwikkelingen in impactmeting, producten,
stakeholdermanagement en wet- en regelgeving.
Voor het opstellen, controleren en wijzigen van
plannen en beleid met een directe relatie tot
duurzaamheid hebben we een Sustainability Advisory
Board. Deze commissie is ook verantwoordelijk
voor het opstellen van ons duurzaamheidsbeleid. In
de commissien medewerkers van verschillende
afdelingen vertegenwoordigd en de chief commercial
officer (CCO) is voorzitter. De Sustainability Advisory
Board legt verantwoording af aan de directie, die voor
beleid, sturing en beheersing eindverantwoordelijk is.
We hebben onze managementbenadering ten aanzien
van duurzaamheid afgestemd op onze vcompacte
organisatie en op onze rol als financiële dienstverlener
van en voor de publieke sector.
ESG-risicomanagement
ESG risco's hebben de afgelopen jaren steeds meer
aandacht gekregen in de risicocommissies binnen de
bank: de Credit Committee, de Non-Financial Risk
Committee en de Asset & Liability Committee. De directie
heeft mede daardoor goed zicht op de ESG-risico's die
als bank lopen en dan in het bijzonder de klimaatrisico’s.
De afdelingen Public Finance en Risk Management zijn
de afgelopen jaren uitgebreid en versterkt en door
deze extra capaciteit en kennis komt duurzaamheid nog
nadrukkelijker in onze marktbenadering naar voren.
30
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
In onze governance en ons risicomanagement worden
ESG-risico's expliciet meegenomen. Alle taken beleggen
we binnen het Three Lines of Defence-model. De eerste
lijn is verantwoordelijk voor onder andere due diligence,
individuele klantbeoordelingen, engagement met
klanten, rapportage en openbaarmaking van informatie.
De tweeden ondersteunt, adviseert, coördineert en
monitort of de eersten binnen de afgesproken kaders
opereert. Dit is de lijn waarvoor de CRO verantwoordelijk
is en waarbinnen ESG-risicomanagement is belegd.
De derde lijn voert onafhankelijke beoordelingen uit
van de beheersmaatregelen rond duurzaamheid en
velt daarover een objectief, onafhankelijk oordeel met
mogelijkheden tot verbetering. ESG-risicomanagement
is aldus een bankbrede taak waarbij de hele directie
betrokken is.
Verschillende procedures en processen binnen
risicomanagement zijn gericht op het identificeren,
monitoren, adresseren en managen van ESG-risico’s.
Deze procedures en processen liggen vast in diverse
beleidsdocumenten en risicomanagementraamwerken.
Jaarlijks identificeren en beoordelen we onze materiële
ESG-risico’s dens een risk materiality assessment. Aan
de hand van stresstests en scenarioanalyses adresseren
we ESG-risico’s nog verder en we nemen die op in de
jaarlijkse ICAAP en ILAAP. Vervolgens monitoren we
deze risico’s met key risk indicators zoals opgenomen
in het Risk Appetite Statement, kredietrisicomonitoring
en klantbeoordelingen en sectoranalyses.
Ontwikkelingen afgelopen jaar
In hetdens de aandeelhoudersvergadering in april
gepresenteerde klimaatactieplan staat hoe we gaan
bijdragen aan een vermindering van CO
2
-uitstoot om
de doelstellingen van het VN-klimaatakkoord van Parijs
te halen. Ook verstrekten we in april onze eerste
aan duurzaamheid gekoppelde lening aan Waterschap
Zuiderzeeland. Het waterschap krijgt een korting op de
jaarlijkse rente van de lening indien het de ambitieuze
duurzaamheidsdoelstellingen behaalt die het met de
bank heeft afgesproken.
Vanwege onder meer ontwikkelingen in wet- en
regelgeving en groei van de organisatie hebben we ons
duurzaamheidsbeleid aangepast. Dit beleid geeft inzicht
in de manier waarop we duurzaamheid in de organisatie
hebben verankerd en georganiseerd.
Hoewel pas in 2024 verplicht zijn om te rapporteren
conform de EU-taxonomie voor duurzame activiteiten,
kiezen ervoor om dat nu al te doen. Op die
manier bereiden we ons optimaal voor op de verplichte
rapportage en laten we zien dat wij als duurzame bank
welwillend staan tegenover de taxonomie. Mede vanwege
het nog niet verplichte karakter rapporteren we over de
EU-taxonomie in delage ESG Facts & Figures dit
jaarverslag. Daarbij gebruiken we al zo veel mogelijk de
sjablonen die de Europese instanties voorschrijven.
Om te rapporteren over de impact die als bank hebben
en om hierop te kunnen sturen, moeten we allerhande
ESG-data verzamelen, opslaan en analyseren. Binnen
de bank lopen op dat gebied verschillende projecten
en om die te coördineren, kennis samen te brengen
en prioriteiten te stellen, richtten we afgelopen jaar
het ESG Accelarator team op. Deze projectgroep maakt
onderdeel uit van het Lighthouse-veranderprogramma
en verschillende afdelingen n hierin vertegenwoordigd.
De projectgroep legt verantwoording af aan een
stuurgroep waarin de directie is vertegenwoordigd.
“NWB Bank presenteerde als eerste
Nederlandse financiële instelling een
klimaatactieplan voor het behalen van
de doelen van Parijs."
31
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ONZE STAKEHOLDERS
Tot onze stakeholders rekenen in ieder geval onze
aandeelhouders, klanten, investeerders, medewerkers,
toezichthouders en de overheid. Om te weten wat
hen speelt, zoeken we regelmatig contact met hen. Het
onderhouden, intensiveren en uitbreiden van het netwerk
van stakeholders is een doorlopende taak van de directie.
Vanuit hun eigen verantwoordelijkheden hebben ook de
afdelingen regelmatig contact met stakeholders.
Aandeelhouders
Het aantal aandeelhouders van onze bank is enigszins
beperkt, hetgeen de gelegenheid biedt voor regelmatig
en persoonlijk contact. Formeel vindt eenmaal per jaar
een algemene vergadering van aandeelhouders plaats.
In deze vergadering legt de directie verantwoording af
over de resultaten en het beleid van het voorgaande jaar.
Ook licht dan de strategische ontwikkelingen van de
bank toe. Met de waterschappen vindt minstens eenmaal
per jaar tussentijds overleg plaats. Met het ministerie van
Financiën heeft de directie ieder kwartaal een overleg,
waarbij het ministerie altijdzondere aandacht heeft
voor maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO).
Afgelopen jaar is een nieuwe Nota Deelnemingenbeleid
gepubliceerd waarin staat hoe het ministerie haar
aandeelhouderschap invult. MVO en de energietransitie
zijn daarin speerpunten. hebben als deelneming
actief input geleverd op het handboek Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen van het ministerie en ook
doen we mee aan een pilot voor de uitvoering van
een peeranalyse waarmee verschillende organisaties
en hun prestaties op het gebied van MVO kunnen
worden vergeleken.
Klanten en brancheorganisaties
hebben circa 1.000 klanten en met allemaal willen we
een duurzame relatie onderhouden die, waar mogelijk,
verdergaat dan alleen kredietverlening. Al onze klanten
maken deel uit van of opereren in de Nederlandse
publieke sector. Zij voelen daardoor intrinsiek al een
grote maatschappelijke verantwoordelijkheid, zeker
waar het gaat om verduurzaming. Het duurzame karakter
van onze bank vloeit mede daaruit voort. Omgekeerd laten
het niet na om in gesprekken met onze klanten extra
aandacht te vragen voor hun verantwoordelijkheid voor
duurzaamheid en in het bijzonder het klimaat. Daarbij
heeft het kredietbeheerteam van de afdeling Public
Finance een belangrijke rol.
Behalve met onze klanten zelf hebben we ook periodiek
contact met brancheorganisaties en borgingsinstituten
van klantgroepen, en met ministeries die actief zijn in
onze klantsectoren.
Als klanten onverhoopt niet tevredenn over
onze dienstverlening kunnen een klacht indienen.
Deze klachten handelen wij af volgens onze
klachtenprocedure. In 2022 ontvingen geen klachten.
Investeerders
Voor het overgrote deel financieren ons op de
internationale geld- en kapitaalmarkt door de uitgifte
van obligaties en commercial paper. Daarbij proberen we
investeerders aan ons te binden die in hun besluitvorming
niet alleen financieel-economische aspecten meewegen,
maar ook duurzaamheid. Sinds 2014 n we daarom actief
in de uitgifte van ESG-obligaties, waarESG staat voor
Environmental, Social en Governance.
t
h
o
u
d
e
r
s
B
r
a
n
c
h
e
o
a
t
i
e
s
M
e
d
e
w
e
r
k
e
r
s
A
a
n
d
e
e
l
h
o
u
d
e
r
s
K
l
a
n
t
e
n
I
n
v
e
s
r
d
e
r
s
O
v
e
r
h
e
i
d
32
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Regelmatig gaan onze directie en medewerkers van
de afdeling Treasury in gesprek met (mogelijke)
investeerders. Dat doen enerzijds om toelichting te
geven op het bedrijfsmodel, de strategie en de activiteiten
van onze bank, en anderzijds om uit te vinden wat de
investeerders belangrijk vinden. Sinds we ESG-obligaties
uitgeven, nemen we ook steeds vaker investeerders
mee naar duurzame en maatschappelijke projecten
die we met de opbrengst van deze ESG-obligaties
hebben gefinancierd.
Met onze investeerders zoeken actief de dialoog
over duurzaamheid en ook met ons. Investeerders
houden ons scherp en gebruiken onderzoeks- en ESG-
ratingbureaus om ons te beoordelen op duurzaamheid en
transparantie in onze activiteiten en organisatie.
Medewerkers
Intern streven naar een open dialoog tussen
medewerkers onderling en tussen medewerkers,
managementteam en directie. We hechten veel waarde
aan de informele, inclusieve en open cultuur. Zo staat
de deur van de directie letterlijk en figuurlijk open. Het
officiële overlegorgaan tussen directie en medewerkers
is de ondernemingsraad (or). Het afgelopen jaar voerde
de directie vier keer formeel overleg met de or. Ze
spraken toen onder andere over de uitkomsten van de
Risico-Inventarisatie en Evaluatie, interne communicatie,
strategische personeelsplanning en de verduurzaming
van ons kantoorpand. deze vergaderingen schuiven
ook twee keer per jaar leden van de raad van
commissarissen aan.
Als medewerkers in de organisatie onverhoopt
misstanden signaleren, kunnen terecht bij
een vertrouwenspersoon. Ook hebben wij een
klokkenluidersregeling die medewerkers in staat stelt
zonder gevaar voor hun rechtspositie een vermeende
misstand te melden. In 2022 is hier wederom geen
gebruik van gemaakt.
Toezichthouders
De directie, managers en sommige medewerkers hebben
regelmatig overleg met de toezichthoudende instanties.
Onze bank staat onder toezicht van de Europese Centrale
Bank, De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële
Markten. Onze toezichthouders vragen steeds meer
aandacht voor klimaat- en milieurisico’s voor financiële
instellingen. Hierover gaan we zelf de dialoog met
hen aan, maar ook in gezamenlijk verband via onder
andere het Platform Duurzaamheid van de Nederlandse
Vereniging van Banken en de European Association of
Public Banks.
Overheid
zijn een bank van en voor de publieke sector
en mede daarom zijn de contacten met zowel de
decentrale overheden als deksoverheid belangrijk.
We hebben regelmatig overleg met ministeries en
leveren waar mogelijk en gevraagd deskundigheid in
beleidsdiscussies. Een voorbeeld is het periodieke
overleg over de sociale woningmarkt met het ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het
Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW).
Als instelling met een bankvergunning moeten
voldoen aan specifieke wet- en regelgeving. Voorbeelden
zijn de prudentiële regelgeving op het gebied van kapitaal,
beloningsbeleid en fiscaliteit. Regelmatig voeren we
daarom overleg met instanties op nationaal en ook
Europees niveau. Hiertrekken we vaak samen op
met andere banken, onder andere via de Nederlandse
Vereniging van Banken en de European Association of
Public Banks. We proberen er op die manier voor te
zorgen dat generalistische bancaire wet- en regelgeving
ook werkt voor promotional banks zoals NWB Bank.
MATERIALITEITSANALYSE
Ieder jaar bepalen we over welke economische, milieu- en
sociale onderwerpen we rapporteren in ons jaarverslag.
Dit is in lijn met de standaarden van het Global Reporting
Initiative (GRI), niveau 'in accordance with'. Om te
bepalen of een onderwerp materieel genoeg is om over
te rapporteren,ken we naar de mate van impact
die elk onderwerp heeft voor onze stakeholders en
naar de (potentiële) impact die wij als bank hebben op
deze onderwerpen.
33
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
In 2020 voerden we een volledig nieuwe
materialiteitsanalyse uit. We legden onze stakeholders
eenst met materiële onderwerpen voor en vroegen
welke vijf onderwerpen vanuit hun perspectief
het meest relevant achtten en welke vijf het minst.
Ook aan het managementteam van de bank vroegen
we dit. Op basis hiervan stelden we een nieuwe
materialiteitsmatrix op.
In 2022 actualiseerden we deze matrix, net als in
2021. We deden dit op basis van een media-analyse
en gesprekken die we als bank het gehele jaar door
met onze stakeholders voerden. Hieruit kwam naar
voren dat biodiversiteit een nog belangrijker onderwerp
is geworden voor zowel onze stakeholders als de
bank zelf. Als de duurzame waterbank vestigen we
nadrukkelijk de aandacht op dit thema. Wij bepleiten
dat er in navolging van het klimaatakkoord maatregelen
nodig zijn die inzetten op het behoud en herstel van
biodiversiteit. Door verlies van biodiversiteit lopen we als
samenleving risico's die we moeten tegengaan. Daarom
roepen we stakeholders op expliciet aandacht te geven
aan de waarde van natuur en ecosystemen voor onze
samenleving en de economie.
Uit de media-analyse blijkt ook dat de
drinkwatervoorziening in Nederland een belangrijk
onderwerp is. Onderzoek van Vewin, de
vereniging van waterbedrijven, maakt duidelijk
dat alle drinkwaterbedrijven alór 2030 meer
productiecapaciteit nodig hebben. drie van de tien
bedrijven is zelfs per direct meer productiecapaciteit
noodzakelijk. Daarom is nu actie nodig om de
drinkwatervoorziening veilig te stellen, zo stelt Vewin.
In de gesprekken met stakeholders ging afgelopen jaar
nog meer dan voorheen aandacht uit naar duurzaamheid.
Met ons klimaatactieplan in de hand gaan we actief het
gesprek aan met onze klanten over hun impact op de
leefomgeving. Zelfn we volop bezig met de inbedding
van duurzaamheid in de eigen organisatie. Samen
met de verdere digitalisering van onze processen en
dienstverlening vormt dit een belangrijk uitgangspunt van
werkstroom 2 van het Lighthouse-veranderprogramma.
Onze klanten vinden een veilige, stabiele en efficiënte
bank onverminderd belangrijk én willen een bank die
goed bereikbaar is.
Al met al n we tot de conclusie gekomen dat de volgende
onderwerpen in 2022 meer materieel zijn geworden:
'digitalisering dienstverlening en bedrijfsvoering',
'bijdragen aan klimaatmitigatie, klimaatadaptatie en
biodiversiteit', 'klimaatimpact kredietverlening' en
'faciliteren van veilig, schoon en duurzaam oppervlakte-
en drinkwater'. Nieuw is het materiële onderwerp
'financieren en faciliteren van duurzame energie'. Dit viel
eerder onder klimaatmitigatie, maar hebben we nu apart
benoemd vanwege de relevantie voor de bank.
In totaal stelden we vijftien materiële onderwerpen
vast. Over acht van die onderwerpen rapporteren we
in dit directieverslag. Ditn de zes onderwerpen
die en onze stakeholders als meest materieel
bestempelen plus de onderwerpen 'Financieel
rendement aandeelhouders' en 'Aantrekken van funding
middels duurzame obligaties'. Over het onderwerp
'Verantwoord beloningsbeleid' rapporteren we in het
Remuneratierapport en de resterende onderwerpen
komen in meerdere of mindere mate aan bod in de bijlage
ESG Facts & Figures bij dit jaarverslag.
De Sustainability Advisory Board en de directie hebben
de materialiteitsanalyse gevalideerd. In 2023 zullen we
een volledig nieuwe materialiteitsanalyse uitvoeren, een
analyse die we dan mede zullen baseren op dubbele
materialiteit. Dubbele materialiteit is een belangrijk
uitgangspunt van de richtlijn Corporate Sustainability
Reporting Directive (CSRD), die veel bedrijven verplicht
om vanaf 2024 te rapporteren over hun impact op mens
en milieu. In ons volgende jaarverslag zullen we deze
richtlijn volledig implementeren.
34
J A A R V E R S L A G 2022 |
gemiddeld
boven-
gemiddeld hoog
PLOT MATERIËLE ONDERWERPEN
2
3
4
1
6
7
8
9
10
11
12
15
5
14
13
Impact op beslissingen van stakeholders
Impact van onze bank op de economie, het milieu en de maatschappij
MATERIËLE ONDERWERPEN STRATEGISCHE THEMA’S
1
Faciliteren van veilig,
schoon en duurzaam
oppervlakte- en drinkwater
Bank van en
voor de publieke
watersector
2
Beschikbaarheid en
betaalbaarheid van
passende financiering
Essentiële speler in
de financiering van
de Nederlandse
publieke sector
3
Financieren en faciliteren
van duurzame energie
Financierings-
partner voor de
verduurzaming
van Nederland
4
Veilige, stabiele en
efficiënte bank
Duurzame, efficiënte
en maatschappelijk
betrokken
organisatie
5
Aantrekken van funding
middels duurzame obligaties
6
Integer en transparante
bedrijfsvoering
7
Maatschappelijke betrokkenheid
8
Privacy en dataveiligheid
9
Sociale impact bedrijfsvoering
10
Digitalisering dienstverlening
en bedrijfsvoering
11
Verantwoord beloningsbeleid
12
Milieu-impact bedrijfsvoering
13
Bijdragen aan
klimaatmitigatie,
klimaatadaptatie en
biodiversiteitsherstel
Verantwoord
rendement en
maatschappelijke
impact
14
Klimaatimpact
kredietverlening
15
Financieel rendement
aandeelhouders
gemiddeld bovengemiddeld hoog
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
35
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
DE DUURZAME WATERBANK: RESULTATEN EN IMPACT IN 2022
PIJLERS
In de eerste drie paragrafen van dit gedeelte van het
directieverslag staat telkens een van onze strategische
pijlers centraal: 'Bank van en voor de publieke
watersector', 'Essentiële speler in de financiering van de
Nederlandse publieke sector'en 'Financieringspartner
voor de verduurzaming van Nederland'. De pijlers hebben
allemaal betrekking op de kredietverlening door de
bank, die we beschouwen als de belangrijkste output
van ons businessmodel.Per klantgroep geven we aan
hoeveel financiering we in 2022 hebben verstrekt, wat
de omvang van de kredietportefeuille is en wat de
klimaatimpact daarvan is. We doen dit aan de hand van de
materiële onderwerpen ‘faciliteren van veilig, schoon en
duurzaam oppervlakte- en drinkwater’, beschikbaarheid
en betaalbaarheid van passende financiering’ en
‘financieren en faciliteren van duurzame energie’.
In elke paragraaf vermelden we per materieel onderwerp
hoe we op een duurzame wijze invulling hebben gegeven
aan de strategie van de bank en met welk resultaat. elk
van de materiële onderwerpen hanteren we een of meer
key performance indicators (KPI's). Deze KPI’s zijn zoveel
als mogelijk kwantitatief van aard, zodat de resultaten
meetbaar, inzichtelijk en goed vergelijkbaarn.
Klimaatimpact kredietverlening
en klimaatactieplan
Sinds 2019 berekenen we de klimaatimpact van
onze kredietportefeuille met behulp van de PCAF-
methodologie. In de eerste drie paragrafen van
dit gedeelte vermelden we per klantsector wat de
klimaatvoetafdruk was van de financiering die we aan
deze klanten verstrekten. Voor het berekenen van de
klimaatimpact gebruiken we de kredietportefeuille van
het jaar ervoor, dit vanwege de beschikbaarheid van
de relevantefers. Dat wil zeggen dat we nu, in het
jaarverslag 2022, rapporteren over de klimaatimpact van
de kredietportefeuille zoals die eind 2021 was.
vijf klantgroepen, te weten de waterschappen,
drinkwaterbedrijven, woningcorporaties, gemeenten en
zorginstellingen, gaan we in op de acties die we
afgelopen jaar ondernamen in het kader van ons
klimaatactieplan. In april 2022 publiceerden we als
eerste financiële instelling een klimaatactieplan. Daarin
committeren we ons aan eenkredietportefeuille in 2050
die per saldo geen CO
2
e-uitstootveroorzaakt.Centraal
in het plan staan CO
2
e-reductiedoelstellingen die we
op klant- en sectorniveau hebben vastgelegd. Onze
reductiedoelstellingen voor de gehele kredietportefeuille
komen neer op een vermindering van broeikasgassen
van 28% in 2026, 43% in 2030 en een netto-0-
uitstoot in 2050 ten opzichte van 2019, het eerste jaar
waarin we onze klimaatimpact in beeld hadden. Ook
sturen we erop dat al onze klanten in 2030 zelf op
wetenschap gebaseerde reductiedoelstellingen hebben.
Op die manier willen we bereiken dat wij en onze klanten
opereren in lijn met een maximale opwarming van de
aarde van 1,5 graad celcius. We vinden het overigens
van belang om klimaat nadrukkelijk niet als geïsoleerd
onderwerp te beschouwen, maar de opgave te blijven
verbinden met bredere duurzaamheidsvraagstukken en
maatschappelijke uitdagingen. Het behoud en herstel van
biodiversiteit is daar een goed voorbeeld van.
Aan de hand van onze strategie en ons waardecreatiemodel doen we verslag van
de resultaten en activiteiten van onze bank in het afgelopen jaar.
36
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De uitvoering van het klimaatactieplan is een iteratief
proces dat plaatsvindt aan de hand van vier stappen. In
2022 hebben we daarin het volgende gedaan:
1. Meten: samen met onze partners zorgden we dat het
inzicht in de klimaatimpact van sectoren en klanten
van hogere kwaliteit is en een nog groter deel van
onze kredietportefeuille omvat.
2. Doelen:op sectorniveau maakten we een
beoordeling van de reductiedoelstellingen en waar
relevant pasten we de reductiepaden aan.
3. Actie: we intensiveerden de klantbezoeken,
met de klimaatstrategie van onze klanten als
voornaamste gespreksonderwerp.
4. Transparantie: we stelden data op een bruikbare
manier ter beschikking voor de eigen organisatie en
hielden de externe rapportage op een hoog niveau.
FUNDAMENT
Na onze strategische pijlers komt het fundament van
onze strategie aan de orde: onze duurzame, efficiënte
en maatschappelijk betrokken organisatie.Op basis van
de materiële onderwerpen ‘veilige, stabiele en efficiënte
bank’ en ‘aantrekken van funding middels duurzame
obligaties’ leggen we uit wat onze organisatie typeert en
hoe we onze eigenschappen maatschappelijk inzetten.
Het gaat hier om de verschillende soorten kapitaal
als input voor ons businessmodel. Denk aan mensen,
onze organisatiestructuur en -cultuur en aan financiële
middelen, waaronder funding.
OUTCOME EN IMPACT
We ronden dit gedeelte van het verslag af met het
sluitstuk van onze strategie: ons streven naar een
'verantwoord rendement en maatschappelijke impact'.
Hier komt alles samen wat wij als national promotional
bank teruggeven aan onze aandeelhouders en via de
kredietverlening aan onze klantendragen aan de
maatschappij. We beschouwen dit als de outcome en
impact van ons businessmodel en staan stil de
bijdrage die we via onze kredietverlening leveren aan
de Sustainable Development Goals. Om onze impact op de
door ons geselecteerde SDG's in beeld te krijgen, hebben
we per SDG KPI's bepaald en we rapporteren daarover in
deze paragraaf.
In deze laatste paragraaf staan de materiële
onderwerpen 'bijdragen aan klimaatmitigatie,
klimaatadaptatie en biodiversiteitsherstel‘ en 'financieel
rendement aandeelhouders' centraal. Als onderdeel van
klimaatmitigatie zullen we nogmaals stilstaan het
materiële onderwerp ‘klimaatimpact kredietverlening
wanneer we de balans opmaken van de klimaatvoetafdruk
van onze volledige kredietportefeuille.
Connectiviteitstabel
De samenhang tussen de strategische thema's, de
materiële onderwerpen en alle KPI's is gevisualiseerd
in de connectiviteitstabel op de volgende pagina.
37
J A A R V E R S L A G 2022 |
CONNECTIVITEITSTABEL
MATERIËLE ONDERWERPEN RANKING STRATEGISCHE THEMA’S KEY PERFORMANCE INDICATOR DOEL RESULTAAT 2022 IMPACT OP DE SDG’S
1
Faciliteren van veilig,
schoon en duurzaam
oppervlakte- en drinkwater
4
Bank van en voor de
publieke watersector
Omvang nieuwe kredietverlening
water schappen
€ 942 miljoen
Verbetering water kwaliteit oppervlakte water
Verbetering water kwaliteit drinkwater
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Verbetering natuur kwaliteit zoete wateren
Meer natuur inclusief openbaar groen
Omvang nieuwe krediet verlening
drinkwaterbedrijven
€ 190 miljoen
2
Beschikbaarheid en
betaalbaarheid van
passende financiering
1
Essentiële speler
in de financiering van
de Nederlandse
publieke sector
Omvang totale nieuwe
kredietverlening
€ 8,6 miljard
Passend toewijzen sociale huurwoningen
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Meer natuur inclusief openbaar groen
% energieneutraal > 100% in 2035 12%
3
Financieren en faciliteren
van duurzame energie
3
Financieringspartner
voor de verduurzaming
van Nederland
Omvang van nieuwe
kredietverlening aan
duurzame energieprojecten
€ 47 miljoen
Versnelling energietransitie
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Verbetering natuur kwaliteit zoete wateren
Meer natuur inclusief openbaar groen
4
Veilige, stabiele
en efficiënte bank
5
Duurzame, efficiënte
en maatschappelijk
betrokken organisatie
Financiële ratio’s Tier 1-ratio: 45%
CET1-ratio: 38,3%
Leverage ratio: 18,9%
LCR: 285
NSFR: 141
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Credit ratings Gelijk aan de NL
staat (2022 e.v.)
S&P: AAA | Moody’s: Aaa
ESG ratings ISS ESG: B | MSCI: BBB
Sustainalytics: 10.0
Vigeo Eiris: 57
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
38
J A A R V E R S L A G 2022 |
MATERIËLE ONDERWERPEN RANKING STRATEGISCHE THEMA’S KEY PERFORMANCE INDICATOR DOEL RESULTAAT 2022 IMPACT OP DE SDG’S
5
Aantrekken van funding
middels duurzame
obligaties
8
Duurzame, efficiënte
en maatschappelijk
betrokken organisatie
Volume duurzame funding als
% nieuwe opgehaalde funding
42%
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Volume duurzame funding
als % totale funding
33% (2022)
45% (2026)
37%
6
Integer en transparante
bedrijfsvoering
11
Aantal klachten 0 (2022 e.v.) 0
Aantal meldingen van
corruptie en omkoping
0 (2022 e.v.) 0
7
Maatschappelijke
betrokkenheid
9
Aantal ingevulde stage plekken > 2 (2022 e.v.) 3
Sponsoruitgaven € 150.000 (2022 e.v.) € 150.000,-
8
Privacy en dataveiligheid 10 Aantal datalekken 0 (2022 e.v.) 1
9
Sociale impact
bedrijfsvoering
13
% vrouwen in bestuur 30% (2022 e.v.) 25%
% besteed opleidingsbudget 100%
% ziekteverzuim < 2% (2022 e.v.) 5,8%
Verhouding man-vrouw 60% man | 40% vrouw
10
Digitalisering
dienstverlening
en bedrijfsvoering
7 % klanten op client portal 89%
11
Verantwoord
beloningsbeleid
14
Beloningsverhouding directievoor-
zitter en mediaan medewerkers
3,9
12
Milieu-impact
bedrijfsvoering 15
CO
2
e-uitstoot bedrijfs voering
in tonnen
1,26 (2026)
0,99 (2030)
netto-nul (2050)
0,9
Energielabel pand A (2022 e.v.) A+
13
Bijdragen aan
klimaatmitigatie,
klimaatadaptatie en
biodiversiteitsherstel
2
Verantwoord
rendement en
maatschappelijke
impact
Verbetering water kwaliteit oppervlakte water
Verbetering water kwaliteit drinkwater
Versnelling energietransitie
Vermindering klimaat impact kredietverlening
Vergroening daken
Verbetering natuur kwaliteit zoete wateren
Meer natuur inclusief openbaar groen
14
Klimaatimpact
krediet verlening
6 % kredietportefuille waarvan
klimaatimpact in beeld is
93,8%
Reductie CO
2
e-uitstoot t.o.v. 2019 28% (2026)
43% (2030)
netto-nul (2050)
15
Financieel rendement
aandeelhouders
12
Rendement op eigen vermogen 7,4%
Dividend payout ratio 42%
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
39
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
BANK VAN EN VOOR DE PUBLIEKE WATERSECTOR
De publieke watersector dient een groot maatschappelijk
belang. Als gevolg van klimaatverandering en grotere
weersextremen wordt de bescherming tegen en van
het water een steeds grotere uitdaging. We hebben
steeds vaker te maken met hevige en langdurige
neerslag, maar ook met extreem droge zomers. En
ondertussen blijft de zeespiegel stijgen. Waterschappen
en drinkwaterbedrijven zijn samen verantwoordelijk voor
veilig, schoon en duurzaam oppervlakte- en drinkwater.
faciliteren hen door passende en zo goedkoop
mogelijke financiering te verstrekken.
Waterschappen
De waterschappen merken dagelijks de gevolgen van
de klimaatverandering en investeren daarom volop om
de CO
2
e-uitstoot te beperken, hun infrastructuur aan
de veranderende omstandigheden aan te passen en
voor voldoende en kwalitatief goed oppervlaktewater te
blijven zorgen.
Als bank van en voor de waterschappen streven we
naar een zo hoog mogelijk marktaandeel in deze sector.
In 2022 verstrekten we €942miljoen aan kredieten
aan de waterschappen (2021: €1,3miljard). Eind 2022
hadden we 7.699 miljoen aan financiering uitstaan de
waterschappen. Eind 2021 was dit €7.577miljoen.
Afgelopen jaar verstrekten we onze eerste aan
duurzaamheid gekoppelde lening aan Waterschap
Zuiderzeeland. Het waterschap sloot een lening van
€21miljoen af en krijgt een korting op de jaarlijkse
rente als het ambitieuze lpalen in duurzaamheid haalt.
Mijlpalen gericht op klimaatmitigatie, biodiversiteit en
diversiteit, aangezien dit belangrijke thema’sn voor
zowel de bank als het waterschap. We bekijken per
jaar of het waterschap de doelstellingen heeft gehaald
en is dit het geval, dan volgt de financiële beloning.
Met onze aan duurzaamheid gekoppelde leningen, ook
wel sustainability linked loans (SLL) genoemd, willen
de (verdere) verduurzaming van onze klanten op een
positieve ze stimuleren en helpen versnellen. De basis
voor ons SLL-product vormen de richtlijnen van de Loan
Market Association (LMA), die greenwashing middels
SLL’s moeten tegengaan.
Klimaatneutraal in 2035
De Nederlandse waterschappen hebben in oktober 2022
de ambitie uitgesproken om al in 2035 klimaatneutraal
te zijn. Een belangrijk enzonder initiatief, waarmee
ze de lat hoger leggen dan het landelijk streven. De
21 waterschappen hebben hun ambitie vastgelegd in
de strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’,
waarin ook staat dat ze hun klimaatvoetafdruk nog beter
in beeld gaan brengen. Ze kijken naar de broeikasgassen
die ze zelf veroorzaken, waaronder lachgas en methaan
de rioolwaterzuiveringen, maar ook naar de uitstoot
van derden die in opdracht van de waterschappen werken.
Verder streven naar beperking van de emissies van
broeikasgassen in hun omgeving, zoals uit veenweiden,
oppervlaktewater en waterbodems.
Een tussenstap is de energieneutraliteit die de
waterschappen voor 2025 als sector zijn overeengekomen
in het klimaatakkoord van 2019. Dit door zo min
mogelijk energie te verbruiken en zo veel mogelijk
duurzame energie zelf op te wekken, bijvoorbeeld uit
rioolwater. De waterschappen beschikken over ruim
driehonderd rioolwaterzuiveringen en beschouwen die
in toenemende mate als een slim lokaal energiesysteem.
Goede voorbeelden zijn de versnelde productie van
groen gas en innovaties zoals groene waterstof voor
de rioolwaterzuivering. Ook aquathermiewoningen
duurzaam verwarmen en koelen met water – heeft
grote potentie. Het potentieel aan duurzame bronnen
waarover de waterschappen beschikken overstijgt de
eigen energiebehoefte.
Als duurzame waterbank steunen de ambitie
van de waterschappen volop. staan klaar om hen
van passende en zo goedkoop mogelijke financiering
te voorzien. Het werk van de waterschappen is
40
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
kapitaalintensief en de noodzaak van substantieel hogere
investeringen en dus financieringen neemt alleen maar
toe. Dat werd pijnlijk duidelijk de overstromingen
in Limburg in 2021. Het is essentieel dat financiering
aantrekken en investeringen doen op een verantwoorde
manier gebeurt. De schuldquotede omvang van de
schuld in verhouding tot de jaarlijkse opbrengsten – van
veel waterschappen is al vrij hoog. Tegelijkertijd worden
verdere investeringen in waterbeheer en waterkwaliteit
voorzien. Dit maakt naar de toekomst een goede afweging
van (belasting)tariefstijgingen en beheersing van de
schuldenlast essentieel.
Innovatie in de sector
De waterschappen zijn altijd op zoek naar nieuwe
manieren om waterbeheer beter, goedkoper en
duurzamer te maken. Een drijvende kracht hierachter is
innovatie. Voor het opschalen van innovatieve projecten is
vaak risicokapitaal nodig, maar risicodragend vermogen
verstrekken past niet binnen de risicobereidheid van onze
bank. Om toch een rol te kunnen spelen, lanceerden we
begin 2021 het NWB Waterinnovatiefonds.
Het NWB Waterinnovatiefonds is een zelfstandig fonds
dat op afstand van de bank staat. Het financiert
innovatieve projecten van waterschappen die breed
toepasbaar zijn en bijdragen aan de verduurzaming
van Nederland. Te denken valt aan innovaties in
klimaatadaptatie, klimaatmitigatie, circulaire economie,
biodiversiteit, waterkwaliteit, waterveiligheid en de
energietransitie. Opschaling van dergelijke innovatieve
projecten komt moeilijk van de grond, doordat het niet
eenvoudig is om risicodragend vermogen te verkrijgen.
Het NWB Waterinnovatiefonds heeft als doel deze
projecten verder te helpen na de pilotfase. Het verstrekt
achtergesteld vermogen, altijd als cofinanciering:
het fonds draagt maximaal 50% van het benodigde
risicodragend vermogen bij en minimaal een derde
komt van een of meer waterschappen. In 2022 was het
fonds bezig metn eerste transacties. We hebben in
2022 een bijdrage van €2,1miljoen verstrekt aan het
NWB Waterinnovatiefonds.
Ook op een andere manier moedigen we al jaren
innovatie aan in de sector. Samen met de Unie
van Waterschappen reiken we elke twee jaar de
Waterinnovatieprijs uit. Hiervoor komen projecten in
aanmerking die toepasbaar zijn binnen de taken en
verantwoordelijkheden van waterschappen. De laatste
uitreiking van de Waterinnovatieprijs was in 2021 en de
volgende vindt dus plaats in 2023.
Klimaatimpact waterschappen
DEKKINGS-
PERCENTAGE
KREDIET-
PORTEFEUILLE
EMISSIE-
INTENSITEIT
(%) (x € miljoen) (in tonnen
CO
2
e/
€ miljoen)
WATER-
SCHAPPEN
2022
2021
2019
100%
100%
100%
7.977
7.172
6.327
90,2
114,2
141,2
De klimaatimpact van de waterschappen laat de gewenste
trend zien. Zowel de absolute klimaatimpact in ton
CO
2
e als de relatieve klimaatimpact in ton CO
2
e per
gefinancierde €1miljoen is in 2022 gedaald ten
opzichte van het jaar ervoor. De sector opereert
daarmee in lijn met het klimaatimpactreductiepad
dat we hebben vastgesteld in ons klimaatactieplan.
Daarnaast neemt het fossiele-energieverbruik af en
de productie van duurzame energie toe. Belangrijker
nog is dat de sector, onder leiding van de Unie
van Waterschappen, goed onderbouwde en ambitieuze
doelstellingen kent voor klimaat en energie. Onderdeel
van deze doelstellingen is dat de waterschappen in 2030
hun uitstoot van methaan en lachgas willen hebben
gereduceerd met respectievelijk 80% en 50% ten opzichte
van 2021. hebben onze eigen reductiedoelstelling
voor de waterschappen op basis hiervan herijkt. De
klantgesprekken die we in 2022 voerden met de
waterschappen bevestigden hun gedrevenheid om de
sector robuust en verantwoord te ontwikkelen.
41
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
GEREALISEERDE RELATIEVE UITSTOOT
WATERSCHAPPEN
in ton CO
2
e-uitstoot per €miljoen
Gerealiseerde relatieve uitstootGerealiseerde relatieve uitstoot
Relatieve doelstellingenRelatieve doelstellingen
2019
2022
2025
2030
2040
2050
0
50
100
150
Naast de klimaatactiviteiten zijn de waterschappen actief
bezig met het behoud en herstel van biodiversiteit.
De waterschappen werken aan biodiversiteitsherstel
binnen een wettelijk kader, datvoorbeeld de
Kaderrichtlijn Water (KRW) en nationale natuurwetgeving
omvat. vinden dat zowel een maatschappelijke
verantwoordelijkheid als een unieke positie hebben
om de biodiversiteit te versterken. Afgelopen jaar
hebben het Raamwerk Biodiversiteit ontwikkeld
dat de waterschappen een richtlijn biedt voor
biodiversiteitsherstel en indicatoren bevat gericht op
beleid, maatregelen en effect.
De waterschappen geven wat ons betreft het goede
voorbeeld met hun duurzaamheidsaanpak. proberen
water en bodem sturend te maken bij de ontwikkeling
van Nederland en kijken zo op een geïntegreerde manier
naar de inrichting van ons land. Het kabinet heeft die
aanpak overgenomen.
Drinkwaterbedrijven
Drinkwaterbedrijven, ook wel waterbedrijven genoemd,
zijn van oudsher klant van onze bank. Hun taak om
voldoende drinkwater van goede kwaliteit te leveren
aan consumenten en andere afnemers is vastgelegd in
de Drinkwaterwet. De Drinkwaterwet sluit privatisering
van drinkwaterbedrijven uit, zodoende vormen zij een
vast onderdeel van de publieke sector. Ook worden in
deze wet de drinkwateractiviteiten beschermd en de
tarieven en bijbehorende vermogenskosten gereguleerd.
De wettelijke eisen en normen voor drinkwater zijn
vastgelegd in het Drinkwaterbesluit. Daarin staan
ook de normen waaraan het ingenomen grond- en
oppervlaktewater moeten voldoen.
In 2022 verstrekte NWB Bank €190miljoen aan
langlopende financiering aan drinkwaterbedrijven (2021:
€161miljoen). We hebben daarmee opnieuw ons
marktaandeel in deze sector vergroot. De totale omvang
van onze uitstaande financiering drinkwaterbedrijven
bedroeg eind 2022 €1.134miljoen (2021: €936miljoen).
Grotere vraag, minder bronnen
De drinkwaterbedrijven staan voor grote uitdagingen.
De vraag naar drinkwater neemt toe, terwijl de
beschikbaarheid en kwaliteit van bronnen afneemt.
De afname van drinkwaterbronnen is te wijten aan
droogte en verzilting door klimaatverandering, de
afname in drinkwaterkwaliteit aan opkomende stoffen
als pyrazool, PFOA en GenX, medicijnresten en micro-
organismen. Tegelijkertijd stijgt de vraag naar drinkwater
door bevolkingsgroei, klimaatverandering, economische
ontwikkelingen en een groeiend drinkwaterverbruik per
hoofd van de bevolking. Daar komt nog eens dat
ontwikkelingen in cyber security, de energietransitie
en toenemend gebruik van bodem en ondergrond om
aandacht vragen.
Om de drinkwatervoorziening in de toekomst te
waarborgen, verwachten de drinkwaterbedrijven de
komende jaren een sterke stijging van noodzakelijke
investeringen in de drinkwaterinfrastructuur en
natuurbeheer. Deze investeringen financieren met
inkomsten uit de levering van drinkwater, maar ze
trekken ook externe financiering aan, onder andere
onze bank. Om de drinkwaterbedrijven tegemoet
te komen, heeft het ministerie van Infrastructuur
en Waterstaat in 2021 de gereguleerde maximale
vermogenskostenvoet (WACC) voor de periode 2022-2024
42
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
licht verhoogd. Het ministerie heeft onze bank als een
van de belangrijkste financiers van de drinkwatersector
hierover geconsulteerd.
Klimaatimpact drinkwaterbedrijven
DEKKINGS-
PERCENTAGE
KREDIET-
PORTEFEUILLE
EMISSIE-
INTENSITEIT
(%) (x € miljoen) (in tonnen
CO
2
e /
€ miljoen)
DRINKWATER-
BEDRIJVEN
2022
2021
98,2%
98,1%
936
836
41,3
4
44,8
Voor 98% van onze kredietverlening aan de
drinkwaterbedrijven hebben we de klimaatvoetafdruk
in beeld en die kwam in 2022 overeen met 38 kiloton
CO
2
-equivalent (2021:37 kiloton CO
2
-equivalent). Dat
komt neer op een emissie-intensiteit van 41,3 ton CO
2
-
equivalent per €1miljoen (2021: 44,8 ton CO
2
-equivalent
per €1miljoen).
De relatieve impact door de financiering van
drinkwaterbedrijven is in ton CO
2
e per gefinancierde
1 miljoen afgenomen met circa 7,8%. De sector opereert
in lijn met het klimaatimpactreductiepad zoals dat
hebben vastgelegd in ons klimaatactieplan en heeft
het fossiel elektriciteitsverbruik aanzienlijk verminderd.
We stellen vast dat drinkwaterbedrijven zich bewuster
zijn van de impact die ze hebben, waarbij een aantal
van hen ambitieuze doelstellingen heeft gedefinieerd en
een strategie heeft ontwikkeld om die doelstellingen
te behalen. gebrek aan sectordoelstellingen is
extra aandacht nodig voor de ambities van onze
individuele klanten.
GEREALISEERDE RELATIEVE UITSTOOT
DRINKWATERBEDRIJVEN
in ton CO
2
e-uitstoot per €miljoen
Gerealiseerde relatieve uitstootGerealiseerde relatieve uitstoot
Relatieve doelstellingenRelatieve doelstellingen
2021
2022
2025
2030
2040
2050
0
20
40
60
43
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Het eerste meetmoment moet nog komen, maar Tom
ziet nu al dat de lening een positief effect heeft op
de organisatie. Tom Vereijken maakt deel uit van het
dagelijks bestuur van het waterschap dat zorgdraagt voor
veilige dijken, schoon en voldoende oppervlaktewater en
zuivering van afvalwater in Flevoland en kleine delen van
Friesland en Overijssel. Bij de aanstelling van dit bestuur
in 2019 werd het zaadje voor de lening al geplant.
Deel van het dagelijks werk
de start in 2019 was het waterschapsbestuur het al
snel eens over de thema’s die veel aandacht moesten
krijgen. Tom: “Om het waterschap toekomstbestendig te
maken, wilden we bij de uitvoering van onze taken volop
inzetten op doelen die bijdragen aan klimaatmitigatie,
biodiversiteit, duurzaamheid en duurzame energie. Wel
nog een belangrijke vraag was op welke wijze we daar
invulling aan gingen geven. Het idee van een speciale
CASUS: BANK VAN EN
VOOR DE PUBLIEKE
WATERSECTOR
Tom Vereijken
heemraad
Waterschap Zuiderzeeland
Huub Verhagen
accountmanager Public Finance
NWB Bank
Een waardevolle incentive
VOOR WATERSCHAP
ZUIDERZEELAND LOONT
DUURZAAMHEID DUBBEL
Sinds maart 2022 heeft Waterschap Zuiderzeeland bij NWB Bank
een aan duurzaamheid gekoppelde lening, ofwel sustainability
linked loan, lopen. “Wij werken aan een toekomstbestendig
waterschap. Deze lening geeft ons een extra drive om onze
klimaatdoelen en sociale doelen te behalen”, zegt heemraad
Tom Vereijken.
Transactie
Lening van in totaal €21miljoen
Kengetallen Waterschap Zuiderzeeland
150.000 hectare land
430.000 inwoners
251 kilometer dijken
1.200 kilometer vaarten en tochten
7 hoofdgemalen en 5 afvalwaterzuiveringsinstallaties
44
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
directie viel al snel af. Extra overhead was niet wenselijk
en bovendien was haast geboden om met deze thema’s
aan de slag te gaan. Daarom kozen we ervoor de taken te
integreren in het dagelijks werk.”
Financiering onder de loep
Om adequaat invulling te geven aan de nieuwe strategie
nam het bestuur ook de financiering van het waterschap
onder de loep. Zo raakte het in gesprek met NWB Bank
over een sustainability linked loan. De lening houdt in
dat het waterschap een korting krijgt op de rente als
het een aantal prestatie-indicatoren behaalt. Het bracht
de uitdaging met zich mee om samen met de bank
goed meetbare en breed gedragen parameters vast te
stellen. Dat was niet eenvoudig, vertelt Tom. “Omdat het
voor zowel de bank als voor ons de eerste sustainability
linked loan was, kostte het behoorlijk wat inspanning,
maar we zijn blij dat het is gelukt. De lening geeft ons
een extra drive en stimuleert de organisatie continu
proactief met duurzaamheid bezig te zijn.” “Dat is precies
wat met de lening voor ogen hadden”, vult Huub
Verhagen van NWB Bank aan. “Wij willen organisaties
stimuleren meerjarig en substantieel te dragen aan
duurzaamheidsdoelen. Het isn dat we in die opzet
geslaagd zijn, met veel dank ook aan de inspanningen
vanuit het waterschap.”
Op koers
Het waterschap is goed op weg de afgesproken doelen van
de lening te behalen. Een van de prestatie-indicatoren
betreft vermindering van de klimaatvoetafdruk. Een
windpark dat in aanbouw is in de omgeving van Dronten
en Lelystad gaat daaraan veel bijdragen, verwacht Tom.
Windpark Hanze, waarin het waterschap participeert,
omvat vijftien windturbines en is onderdeel van Windplan
Groen. Dat plan behelst vervanging van de huidige 76
windmolens in oostelijk Flevoland door negentig
windturbines met meer vermogen. Deze gaan
huishoudens en bedrijven in de loop van 2023/2024
voorzien van duurzame energie. Het brengt het
waterschap weer een stap verder op weg naar
energieneutraliteit. Gezamenlijk hebben de
waterschappen in Nederland afgesproken in 2025
energieneutraal ten.
Biodiverse dijken
Biodiversiteit is Waterschap Zuiderzeeland ook een
belangrijk thema en een tweede prestatie-indicator van
de lening. Tom: “We zijn bezig om de biodiversiteit op en
rondom onze dijken en watergangen te vergroten. Dit
doen we onder andere door een andere methode van
maaien en door het zaaien van kruidenrijk gras op
dijken. Daar blijft het niet . Bij de versterkingen die het
waterschap gaat aanbrengen de IJsselmeerdijk en
Ketelmeerdijk heeft biodiversiteit eveneens de aandacht.
“In plaats van damwanden of verhogingen hebben we
gekozen voor vooroevers. Die zorgen voor extra
bescherming tegen overstromingen en tegelijkertijd voor
een aantrekkelijk gebied voor diverse soorten vissen en
planten”, legt Tom uit.
Diversiteit op de werkvloer
de zorg voor schoon en voldoende water en het op
orde houden van de ken komt voor het waterschap flink
wat werk kijken. Tom ziet daarbij aanknopingspunten
met de derde prestatie-indicator van de lening. “Onze
HR-afdeling zet zich in om mensen met een afstand tot
de arbeidsmarkt aan te trekken. We vinden diversiteit aan
personeel belangrijk en willen hierin graag een sociale
rol vervullen.” De lening helpt volgens Tom niet alleen
om snel stappen te maken in de afgesproken prestaties,
maar nodigt ook uit om over andere doelen in gesprek te
gaan. “Bij het waterschap ken we steeds verder vooruit
en over vijf jaar, als deze overeenkomst afloopt, zullen
we zeker aanleiding zien om deze vorm van lening voort
te zetten.”
De lening nodigt uit
tot daadkracht
45
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Aan het woord is Jacco Dijkhuizen, sinds 2009 werkzaam
Vitens en sinds halverwege 2022 treasurer van het
drinkwaterbedrijf voor het noordoosten van het land.
“Het is een grote opgave, waarvoor de investeringen
de afgelopen jaren van €100miljoen per jaar naar
€200miljoen in 2022n gegaan en die de komende
jaren nog verder stijgen.” Vitens tuigde een strategie
op, Elke Druppel Duurzaam in 2030, met steun van de
aandeelhouders: gemeentes en provincies. Vanwege de
grote investeringsbehoefte stelde het ook een Green
Finance Framework op. Behalve Jacco speelt Eddy
Janssen daar een rol in, als programmamanager
duurzaamheid. “Duurzaamheid gaat verder dan alleen
de klimaatvoetafdruk”, onderstreept hij. “Vitens is
een grootgrondbezitter, dus het gaat ook over
biodiversiteit, natuurontwikkeling, natuurvriendelijk
bouwen en hergebruik van reststromen.”
CASUS: BANK VAN EN
VOOR DE PUBLIEKE
WATERSECTOR
Jacco Dijkhuizen
treasurer Vitens
Eddy Janssen
programmamanager
duurzaamheid Vitens
Elke Druppel Duurzaam
SCHONE TOEKOMST VOOR
SCHOON WATER
Niets heeft zo’n schoon imago als drinkwater. Terecht, het
zorgde voor een ommekeer in hygiëne en ziektebestrijding. Maar
de productie is zoals vrijwel alles wat geproduceerd wordt
energie-intensief en dus allesbehalve klimaatneutraal. Vitens
weet dat er nog veel winst te behalen is. “Een enorme uitdaging,
maar die kunnen wij aan.”
Transactie
Lening van €25miljoen
Kerncijfers Vitens (2022)
>1.500 medewerkers
2.727.000 aansluitingen
349miljoen m
3
levering drinkwater
€367miljoen omzet drinkwater
€200miljoen bruto-investeringen
46
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Duurzaam product dat wel energie kost
Nee, uit pr-oogpunt hoeft Vitens het niet te doen, erkent
Eddy. “Schoon drinkwater is een duurzaam product,
ooit begonnen om ziektes als de pest uit te bannen.
Maar de productie heeft wel degelijk impact op het
milieu. Twee derde van onze voetafdruk is te wijten
aan elektriciteitsverbruik. We pompen water op uit de
grond, zuiveren het en daarna pompen we het rond
voor de distributie. Dat kost allemaal energie. Gelukkig
hebben onder andere procestechnologen er altijd voor
gezorgd dat dit zo efficiënt mogelijk gebeurt.” Maar,
voegt Jacco er nog maar eens een uitdaging aan toe:
“De vraag naar water groeit met de bevolking en door
vervuiling moeten we het extra zuiveren, wat extra
energie kost.” Hernieuwbare energie is dus cruciaal.
Eddy: “Die genereren we deels zelf, maar voor onze
terreinen is natuurontwikkeling misschien nog wel
belangrijker dan windmolens plaatsen.
Methaanafvang voor groene energie
En dan is er nog de omstandigheid dat Vitens opereert
in een veenrijk gebied. “Met als gevolg dat er
het oppompen van water methaan vrijkomt en in de
atmosfeer belandt. Methaan is een 32 maal zo schadelijk
broeikasgas als CO
2
”, vertelt Eddy. Ook een uitdaging
waar Vitens wel raad mee weet. “Op een aantal
productielocaties zijn we begonnen met methaanafvang.
Dit gas voeden we in een gasturbine om groene
elektriciteit te produceren voor onze processen.” Groene
stroom komt ook van zonnepanelen. “Die willen we
op veel meer productielocaties plaatsen.” Het volgende
obstakel is dat je in deze tijden van schaars personeel
lastig bouwers kunt vinden, plus dat bouwprojecten
moeten voldoen aan de stikstofnormen. Jacco: “Veel van
onze locaties zitten tegen Natura 2000-gebieden aan.”
Water vasthouden voor droogte
In Nederlandn we verwend: de lampen gaan altijd aan
en de kraan stroomt wanneer we maar willen. Toch is
door klimaatverandering en toenemende droogte dat
laatste niet meer zo vanzelfsprekend in de toekomst.
Zorgen n er met name in de Achterhoek en Twente. “De
inzet is om water in natte periodes vast te houden voor
droge periodes”, vertelt Jacco. “Met ons programma
Panorama Waterland streven we ernaar regenwater zo
veel mogelijk te laten infiltreren en vast te houden in
droge gebieden”, voegt Eddy toe. “En als vergezicht voor
2100 moeten we wellicht afscheid nemen van
productielocaties op hoge zandgronden, om die gebieden
vanuit andere locaties te bevoorraden. Zo zijn we bezig
met zowel klimaatmitigatie als -adaptatie.
Ambitieuze, goed uitgewerkte strategie
NWB Bank, al zo’n vijf jaar partner van Vitens, is onder de
indruk van de aanpak van het drinkwaterbedrijf, stelt
sustainability analyst Hielke van der Aa. “Ik heb in 2022
tientallen gesprekken gevoerd met klanten en Vitens valt
op met een ambitieuze, goed uitgewerkte strategie die
loopt tot 2050. De plannen zijn betrouwbaar en
toekomstbestendig, met een gedetailleerde marginale
emissiekostencurve.” Vitens heeft van ruimftig
maatregelen de kosten en het reductiepotentieel in kaart
gebracht, beaamt Eddy. “We moeten van 150 kiloton CO
2
-
equivalent naar 100 kiloton in 2030. Hoe kun je dat het
snelst en efficiëntst realiseren? De voortgang monitoren
we jaar na jaar.” Zoals gezegd vergt dat omvangrijke
investeringen, maar misschien ook wel een
mentaliteitsverandering. Jacco: “Mensen realiseren zich
niet hoe spotgoedkoop een mooi product als drinkwater
is.
We monitoren
de voortgang
jaar na jaar
Hielke van der Aa
sustainability analyst
NWB Bank
47
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Het NWB Fonds heeft een duidelijke koers. Met de
financiering van de projecten dragen we constructief bij
aan de gezamenlijke waterambitie van de waterschappen
en de Sustainable Development Goals van de VN.
Van zanddammen tot herbebossing
In 2022 zijn enkele langlopende projecten afgerond en
diverse nieuwe projecten gestart. Stuk voor stukn
het projecten die goed binnen de koers van het fonds
passen. In Mozambiquen bijvoorbeeld zanddammen
aangelegd in rivieren om water langer vast te houden.
In Indonesië is geholpen de aanleg en het beheer van
polders, zodat woonwijken niet meer tweemaal per dag
overstromen door bodemdaling en zeespiegelstijging. En
samen met acht Centraal-Amerikaanse landen is een
plan gemaakt om het waterbeheer in riviersystemen
structureel te verbeteren.
In Kenia werkt men nu aan een beheerplan voor het Thika-
stroomgebied, dat in toenemende mate met droogte te
maken krijgt. Dat doet het project met de ‘social search’-
methode, waarbij alle belanghebbenden samenkomen
in een volksraadpleging. Een ander project ontwikkelt
kennis en tools voor effectieve herbebossing in Burkina
Faso en Tanzania. Herbebossing helpt tegen erosie,
oftewel voorkomt dichtslibben van watersystemen en
zorgt dat de bodem beter water vasthoudt. Als derde
loopt er een pilot met wetlands als natuurlijke zuivering
van afvalwater in Ethiopië. Tot slot onderzoekt een
In 2006 richtte NWB Bank het NWB Fonds op om internationale
projecten van de waterschappen te financieren. Sinds 2018
voeren de waterschappen veel van deze projecten uit via de
Blue Deal, een gezamenk programma met de ministeries
van Buitenlandse Zaken en Infrastructuur en Waterstaat. Dit
programma wil wereldwijd 20miljoen mensen aan voldoende
en schoon water helpen in een waterveilige omgeving. Het NWB
Fonds heeft jaarlijks ongeveer800.000 beschikbaar voor de
ondersteuning, waarde focus nu ligt op klimaatadaptatie.
Stamvermogen
€20,5miljoen
Jaarlijks beschikbaar
€800.000
NWB FONDS BEVORDERT
KLIMAATADAPTATIE
NWB Fonds
48
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
vierde project de mogelijkheden voor een kennisplatform
voor waterbeheerders op eilanden in Europa, de
Caraïben en de Pacific. Deze waterbeheerders worstelen
allemaal met vergelijkbare klimaatuitdagingen, zoals
overstroming en verzilting, waardoor een kennisplatform
veel toegevoegde waarde kan bieden.
KIWI’s klaarstomen
Omdat waterbeheer in het buitenland heel wat anders
is dan in Nederland, heeft het NWB Fonds een
trainingsprogramma voor waterschappers in het leven
geroepen: het KIWI-programma, waarbij KIWI staat voor
Kennismaking en Introductieprogramma Waterschappen
Internationaal. Het trainingsprogramma stoomt de
waterschappers klaar voor internationaal werk, met
aandacht voor bijvoorbeeld verschillen in cultuur,
landgebruik en governance. De eerste groep heeft
succesvol de finish gehaald; ze noemen zich trots ‘KIWI
originals’. Ze konden pas afgelopen jaar op reis vanwege
de coronapandemie, maar hebben nuna allemaal een
vaste plek gevonden in een van de waterschapsprojecten.
Deelnemer Valerie le Gallou doet bijvoorbeeld mee
aan project Crocodile River in Zuid Afrika. Dit project
werkt aan beter beheer van waterzuiveringsinstallaties,
zodat de kwaliteit van de rivier verbetert. Le Gallou:
“Waterzuiveren is technisch overal hetzelfde, maar
vraagt in Zuid-Afrika andere maatregelen dan ons.
Het gaat daar vooral om het trainen van personeel,
planmatig beheer en onderhoud en het bevorderen van
samenwerking tussen instanties. Je bent met technische
mensen in gesprek, maar zit ook met bestuurders
aan tafel.” Nederlandse adviseurs gaan een paar keer
per jaar naar het projectgebied om hierte helpen,
tussendoor houden ze digitaal contact. Ook is vanuit
Zuid-Afrika een team zuiveringsoperators in Nederland
op werkbezoek geweest. “Heel inspirerend, zo ontstaat
een internationaal netwerk van experts”, zegt Le Gallou.
Ervaringen meenemen naar Nederland
Inzet in het buitenland verandert je blik, ook op het eigen
werk. Die conclusie trokken de KIWI’s tijdens hun laatste
bijeenkomst. “Je moet flexibel en pragmatisch zijn om in
andere omstandigheden overeind te blijven. Het verschil
tussen de Nederlandse en buitenlandse aanpak moet je
overbruggen. Die ervaring neem je mee naar je eigen
waterschap”, aldus Le Gallou.
Ook werkinhoudelijk vallen dingen te leren in andere
landen, merkte Rachid Abraimi. ging als KIWI mee
naar Colombia. Daar loopt een project met participatieve
monitoring, dat wil zeggen dat inwoners meehelpen
om informatie over het watersysteem te verzamelen.
De bevolking is als het ware het verlengstuk van de
waterbeheerorganisatie. “Ik was onder de indruk van
de manier waarop ze in Colombia gebruikmaken van
social media om op een heel laagdrempelige manier te
communiceren met stakeholders. Daar kunnen we in
Nederland echt nog wat van leren.
Meer informatie over het NWB Fonds is te
vinden op de website www.nwbfonds.nl of via het
secretariaat: rchedi@uvw.nl.
Focus
op klimaatadaptatie
Bert van Boggelen, directeur NWB Fonds: “Het fonds
is een buitenboordmotor voor de Blue Deal en andere
internationale waterschapsprojecten. willen een
herkenbare plus zetten op klimaatadaptatie, want dat
is de meest urgente uitdaging in het waterbeheer. Bij
voorkeur op een natuur- en mensinclusieve manier.
We cofinancieren projecten en trainen een ‘vliegende
brigade’ van klimaatexperts die de projecten als
adviseurs kunnen inzetten.”
49
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ESSENTIËLE SPELER IN DE FINANCIERING VAN DE NEDERLANDSE PUBLIEKE SECTOR
NWB Bank is er voor de brede Nederlandse
publieke sector. Gelijk vanaf de oprichting stelden
de waterschappen onze bank ook open voor
andere publiekrechtelijke en semipubliekrechtelijke
organisaties, zoals gemeenten, zorginstellingen en
woningcorporaties, maar ook sportverenigingen met een
gemeentegarantie. Door de jaren heen n we uitgegroeid
tot een essentiële financier binnen het publieke domein.
We bevorderen een scherp, gevarieerd en innovatief
speelveld waarin efficiënt en effectief wordt omgegaan
met de publieke middelen. De afgelopen tien jaar hebben
we in totaalna €80miljard aan leningen verstrekt en
met een balanstotaal van ruim €73miljardn we qua
grootte de vijfde bank van Nederland.
In 2022 wisten we ons significante marktaandeel
in de (semi-)publieke sector te bestendigen en de
beschikbaarheid en betaalbaarheid van financiering
voor al onze klanten te waarborgen. Door efficiënte
bundeling van de financieringsbehoeften van onze
klanten en door onze hoge kredietwaardigheid en
financiële deskundigheid kunnen we op de internationale
geld- en kapitaalmarkten goedkope financiering met
lange looptijden aantrekken. We hebben aangetoond
ook in lastige tijden, zoalsdens de kredietcrisis en
de COVID-19-pandemie, als promotional bank altijd
beschikbaar te zijn voor onze klanten.
Betaalbare en passende financiering
zorgen ervoor dat onze kredietverlening betaalbaar
is en blijft. We streven geen winstmaximalisatie na en
zoeken altijd naar de goedkoopste manier om onszelf
te financieren en het voordeel door te geven aan onze
klanten. Dat is ook de reden waarom we gebruikmaakten
van de TLTRO-faciliteit van de ECB. De tarieven en
voorwaarden hiervan waren in de coronacrisis dusdanig
aantrekkelijk dat het in het belang van onze klanten was
van deze goedkope funding gebruik te maken om de
voordelen via nieuwe kredietverlening aan hen door te
geven. Een ander voorbeeld is de uitgifte van duurzame
obligaties, een onderscheidend onderdeel van onze
bedrijfsvoering. De uitgifte van duurzame obligaties is
veelal gunstiger dan de uitgifte van traditionele obligaties
en ook dat voordeel geven we door aan de klanten van
de bank.
We vinden het niet alleen belangrijk dat onze financiering
beschikbaar en betaalbaar is voor de publieke sector,
ze moet vooral ook passend zijn. We stemmen onze
producten en diensten daarom altijd af op de behoefte
en kennis van de klant, waarbij we de aard van
de sector, het investeringsprofiel en de visie van de
toezichthouder in acht nemen. Voordat we nieuwe
financiële producten aanbieden, doorlopen deze eerst
het interne productgoedkeuringsproces. Hierbij wordt
mede gekeken naar de geschiktheid van een product
voor een specifieke klantengroep. Dit proces speelt een
centrale rol onze productverantwoordelijkheid en
alle relevante afdelingen binnen de bank zijn hierbij
betrokken. Producten en diensten die eenmaal zijn
goedgekeurd, worden jaarlijks geëvalueerd in het Asset &
Liability Committee (ALCO) van de bank.
Klantvalidatie
Voordat we een krediet afsluiten, doorlopen we bij
iedere nieuwe klant de customer due diligence (CDD):
het klantvalidatieproces. Bestaande klanten worden
periodiek gereviewd en het team kredietbeheer van de
afdeling Public Finance speelt hierin een belangrijke
rol. De klantvalidatie intensiveren was een belangrijk
onderdeel van de eerste werkstroom van het Lighthouse-
programma: 'Stable banking'. Deze werkstroom hebben
we afgelopen zomer succesvol afgrond.
Zodra een klant is gevalideerd en een financiering is
afgesloten, geven we die klant alle gewenste aandacht,
ongeacht omvang of kredietvolume. Zo willigen we
verzoeken voor een klantbezoekal dan niet digitaal
– in principe altijd in en bieden we al onze klanten
maatwerkoplossingen als daarom vragen. Goede
voorbeelden zijn aflosschema’s op maat en medewerking
aan vervroegde aflossing. We denken proactief mee
50
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
met onze klanten bij de optimalisering van hun
leningenportefeuille. Gezien de gestegen rente op de
kapitaalmarkten konden we afgelopen jaar wel minder
looptijdverlengingen doorvoeren.
Sustainability linked loans
Een bijzondere vorm van passende financiering is de aan
duurzaamheid gekoppelde lening, ook wel sustainability
linked loan (SLL) genoemd. dit soort leningen
spreken we met de klant vooraf een aantal te behalen
duurzame prestatie-indicatoren af en ontvangt de klant
een korting op de rente als deze worden behaald.
Zodoende willen de (verdere) verduurzaming van onze
klanten op een positieveze stimuleren en helpen
versnellen. Duurzaamheid weegt overigens bij alle
nieuwe leningen en de beoordeling van bestaande klanten
zwaar, niet alleen SLL's. Sinds 2022 beoordelen we alle
kredietverlening aan de hand van ons klimaatactieplan.
Hierin hebben we op klant- en sectorniveau CO
2
e-
reductiedoelstellingen vastgelegd die we met onze
klanten bespreken. Daar waar nodig wijzen we klanten
op hun verantwoordelijkheid in duurzaamheid. Dit alles
moet ervoor zorgen dat de CO
2
e-uitstoot van onze
kredietportefeuille elk jaar daalt en uiteindelijk per saldo
wordt teruggebracht tot nul in uiterlijk 2050.
Woningcorporaties
De meeste financiering ging ook in 2022 naar
woningcorporaties. Dat is niet vreemd, aangezien
de grootste financieringsbehoefte van al onze
klantgroepen in de Nederlandse publieke sector hebben.
We verstrekten voor €6,3miljard aan financiering
aan woningcorporaties (2021: €7,7miljard). Dit
bedrag bestaat uit de primaire kredietvraag plus
de herziening van kredietopslagen op bestaande
leningen. De verwachting is dat woningcorporaties
de komende jaren meer gaan lenen vanwege de
enorme verduurzamingsopgave en de woningtekorten.
De opdracht van de rijksoverheid is dat corporaties tot en
met 2030 250.000 nieuwe sociale huurwoningen bouwen.
Eind 2022 hadden we voor €31miljard aan
kredietverlening uitstaan bij woningcorporaties. Eind
2021 bedroeg de omvang van onze portefeuille
€30,5miljard op een totaal van circa €84miljard
door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW)
geborgde leningen in Nederland.Onze bank financiert
circa 37% van de uitstaande geborgde schuld van
woningcorporaties, veelal voor de lange termijn en
dankzij de garantstelling van WSW tegen aantrekkelijke
renten en voorwaarden. De lange looptijden sluiten goed
aan de afschrijftermijn van de activa (woningen) van
de corporaties, die doorgaans zo’n veertig tot vijftig
jaar duurt.
Als NWB Bank financieren we alleen dat deel
van de schuld van woningcorporaties dat onder de
borging van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw
valt. Ditn de DAEB-activiteiten: Diensten van
Algemeen Economisch Belang. Het verzekert ons ervan
dat al onze kredietverlening aan woningcorporaties
bijdraagt aan het creëren van maatschappelijke
meerwaarde. Woningcorporaties zorgen voor goede
en betaalbare sociale woningen voor mensen die
deze nodig hebben. In veel gevallen gaat het om
huishoudens met een bescheiden inkomen. Verder
hebben corporatieszondere aandacht voor mensen
die door een sociale, medische of psychische oorzaak
geen woonruimte kunnen vinden en voor statushouders.
Woningcorporaties werken daarnaast aan een gezonde
en veilige leefomgeving.
Voortrekkersrol verduurzaming
Samen beheren de woningcorporaties circa 2,3miljoen
huurwoningen, waarin viermiljoen mensen wonen.
Dat is 29% van de Nederlandse woningvoorraad.
Vanwege de omvang van hun woningvoorraad en
hun maatschappelijke rol wordt van woningcorporaties
een voortrekkersrol verwacht in de verduurzaming.
Verduurzaming vormt een steeds belangrijker aspect in
het beleid van de corporaties, waarmee bijdragen
aan de klimaatdoelen uit het klimaatakkoord van Parijs.
Het doel om in 2050 CO
2
e-neutraal te zijn vergt grote
investeringen. Bijvoorbeeld voor de verduurzaming van
bestaande woningen door isolatie, slimme verlichting
en slimme meters en de plaatsing van installaties voor
hernieuwbare energie. De nog te bouwen woningen
dienen te voldoen aan de laatste milieueisen en circulair
en duurzaam gebouwd te worden.
51
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Deze aanpassingen en aanvullende eisen kosten extra
geld en vereisen grote budgetten. Op 1 januari 2023 is de
verhuurderheffing afgeschaft en komt er corporaties
jaarlijks circa €1,7miljard aan investeringsruimte vrij.
Daar staan bindende prestatieafspraken tegenover voor
een verdubbeling van de bouwproductie van sociale
huurwoningen, vergaande verduurzaming van meer dan
675.000 woningen, huurmatiging en een huurverlaging
voor de laagste inkomens. Bovendien investeren de
corporaties in woningverbetering. Uitgangspunt is dat de
verduurzaming van woningen zowel voor de corporaties
als voor de huurders betaalbaar is.
Vestia
Als bank van en voor de publieke sector vinden
we het belangrijk om onze maatschappelijke
verantwoordelijkheid te nemen. Daarom hielpen we in
2012 de woningcorporatie Vestia toen zij in de problemen
kwam door liquiditeitsverplichtingen als gevolg van een
grote derivatenportefeuille. De afgelopen jaren werd
duidelijk dat Vestia moeite bleef houden om ook op de
langere termijn de volkshuisvestingstaak te vervullen.
Daarom kwam de corporatiesector met een structurele
oplossing, waarVestia zich uiteindelijk opsplitst in
drie woningcorporaties.
Ter voorbereiding van deze splitsing hebben we als
bank in 2021 een leningruil tussen Vestia en alle
andere woningcorporaties gefaciliteerd. Het afgelopen
jaar hebben we meegewerkt aan een aantal activa-
passivatransacties, zodat andere corporaties een deel
van de woningen enbehorende financieringen van
Vestia konden overnemen. In december vond het sluitstuk
van dit traject plaats: de opsplitsing van Vestia in drie
nieuwe corporaties met ingang van 1 januari 2023.
Sindsdien is de uitstaande leningportefeuille verdeeld
over de drie juridische opvolgers: Hof Wonen in Den Haag,
Hof Wonen in Rotterdam en Stedelink in Delft-
Zoetermeer. Met deze opsplitsing is een einde gekomen
aan het tijdperk Vestia.
Klimaatimpact woningcorporaties
DEKKINGS-
PERCENTAGE
KREDIET-
PORTEFEUILLE
EMISSIE-
INTENSITEIT
(%) (x € miljoen) (in tonnen
CO
2
e/
€ miljoen)
WONING-
CORPORATIES
2022
2021
2019
99,9%
99,9%
99,8%
30.586
30.391
30.265
12,6
13,6
16,9
We hebben de klimaatimpact van onze kredietverlening
aan woningcorporaties vrijwel volledig in beeld. Eind 2022
bedroeg deze 388 kiloton CO
2
-equivalent (2021: 411
kiloton). Dat levert een emissie-intensiteit op van 12,6 ton
CO
2
-equivalent per €1miljoen (2020: 13,6 kiloton).
Zowel de absolute klimaatimpact in ton CO
2
e als de
relatieve impact in ton CO
2
e per gefinancierde 1 miljoen
is wat betreft de woningcorporaties in 2022 gedaald ten
opzichte van het jaar ervoor. De sector opereert daarmee
in lijn met het klimaatimpactreductiepad. We hebben het
reductiepad voor de woningcorporaties aangescherpt op
basis van de Science Based Target Setting Tool versie 2.0
voor residentiële gebouwen. De doelstellingenn
daarmee in ieder geval tot 2035 in lijn met het 1,5-graad-
scenario. Van 2035 tot 2050 vervolgen we het reductiepad
lineair.
Uit de gesprekken die vorig jaar voerden met
klanten bleek dat de woningcorporaties eerst en
GEREALISEERDE RELATIEVE UITSTOOT
WONINGCORPORATIES
in ton CO
2
e-uitstoot per €miljoen
Gerealiseerde relatieve uitstootGerealiseerde relatieve uitstoot
Relatieve doelstellingenRelatieve doelstellingen
2019
2022
2025
2030
2040
2050
0
5
10
15
20
52
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
vooral de energieprestaties van verhuurobjecten willen
verbeteren, omdat hierop de meeste invloed kunnen
uitoefenen. Ook verwachten veel van de mogelijke
extra investeringen waarvoor ruimte is ontstaan door de
afschaffing van de verhuurderheffing.
Gemeenten
In 2022 verstrekten we voor €460miljoen aan
financiering aan gemeenten (2021: €1miljard), naast
€130miljoen aan financiering voor gemeenschappelijke
regelingen (2021: €269miljoen). Lagere overheden
werken regelmatig met elkaar samen op steeds meer
terreinen. Het gaat meestal om taken die ze gezamenlijk
effectiever of efficiënter kunnen uitvoeren. Soms is
samenwerking wettelijk voorgeschreven, zoals bij de
veiligheidsregio’s, maar doorgaans gebeurt het vrijwillig.
In totaal hadden we eind 2022 €5.020miljoen
aan kredietverlening uitstaan gemeenten en
inclusief gemeenschappelijke regelingen was dit
€6.030miljoen. Eind 2021 bedroeg dit €5.272miljoen,
respectievelijk€6.321miljoen.
Trends en ontwikkelingen
Gemeenten staan midden in de samenleving. Dicht
inwoners, op lokaal niveau, voeren zij een breed scala
aan overheidstaken uit. Sinds 2015 is een aanzienlijk
aantal taken in het sociaal domein gedecentraliseerd
naar gemeenten. Zo werden zij verantwoordelijk voor
de organisatie van een groot deel van de zorg en
ondersteuning voor hun inwoners. Voor de vele opgaven is
financiering nodig, ook is het belangrijk om de financiën
van gemeenten structureel op orde te brengen. Ze
ontvangen ongeveer 60% van hun inkomsten van het
Rijk en een groot deel hiervan vloeit voort uit het
Gemeentefonds. Op Prinsjesdag maakte het kabinet
bekend om €1miljard extra vrij te maken voor 2026,
het jaar waarin de financieringssystematiek van het
Gemeentefonds verandert. De in het coalitieakkoord
afgesproken extra bezuiniging op de jeugdzorg van
€500miljoen werd geschrapt.
Klimaatimpact gemeenten
DEKKINGS-
PERCENTAGE
KREDIET-
PORTEFEUILLE
EMISSIE-
INTENSITEIT
(%) (x € miljoen) (in tonnen
CO
2
e/
€ miljoen)
GEMEENTEN
2022
2021
2019
100%
100%
100%
6.740
6.665
6.583
56,4
59,6
64,3
We hebben de klimaatimpact van onze kredietverlening
aan gemeenten volledig in beeld. Eind 2022 bedroeg deze
380 kiloton CO
2
-equivalent (2021: 398 kiloton). Dat levert
een emissie-intensiteit op van 56,4 ton CO
2
-equivalent per
€1miljoen (2021: 59,6 kiloton).
Ook de gemeenten is dus zowel de absolute
klimaatimpact in ton CO
2
e als de relatieve impact in
ton CO
2
e per gefinancierde €1miljoen in 2022 gedaald
ten opzichte van het jaar ervoor. concluderen dat de
sector opereert in lijn met het klimaatimpactreductiepad
van ons klimaatactieplan. Een substantieel deel van de
impact van gemeenten ligt bij hun inkoop, wat voor
ons moeilijk inzichtelijk is te maken. Dat willen we
graag verbeteren en daar gaan we samen met de
gemeenten het gesprek over aan, om vervolgens de
reductiedoelstellingen te updaten.
GEREALISEERDE RELATIEVE UITSTOOT
GEMEENTEN
in ton CO
2
e-uitstoot per €miljoen
Gerealiseerde relatieve uitstootGerealiseerde relatieve uitstoot
Relatieve doelstellingenRelatieve doelstellingen
2019
2022
2025
2030
2040
2050
0
20
40
60
80
53
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Zorg
Als essentiële speler in de financiering van de
Nederlandse publieke sector rekenen we ook
zorginstellingen tot onze klanten. We verstrekten in 2022
voor €200miljoen aan kredieten aan zorginstellingen
die een garantie hadden van het Waarborgfonds voor de
Zorgsector (WfZ). De borging van het WfZ is vergelijkbaar
met die van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw
en draagt aan betaalbare en toegankelijke zorg in
Nederland. In 2021 verstrekten we nog €541miljoen
aan zorginstellingen onder WfZ-garantie. De omvang
van het door het WfZ geborgde kredietvolume daalt al
enkele jaren en daarmee ook onze kredietverlening aan
deze klanten.
Onze totale kredietportefeuille in de zorg bedroeg eind
2022 €1,870miljard, dat was eind 2021 een kleine
€1,810miljard. De stijging komt onder andere doordat
onze kredietverlening aan academische ziekenhuizen
wel toeneemt. We zijn financier van vier van de zeven
universitair medisch centra in Nederland, te weten
Amsterdam (AUMC), Leiden (LUMC), Maastricht (AZM)
en Groningen (UMCG). In 2022 hebben onder andere
het leningbedrag van UMCG verhoogd van €6miljoen
metksgarantie naar €75miljoen zonder garantie,
zie ook het interview met UMCG-directeur Financiën
& Control Pieter Fennema. In totaal sloten we in
2022 €114miljoen aan langlopende financieringen
met umc’s (2021: €115miljoen). Daarmee is ons
marktaandeel binnen deze sector opnieuw gegroeid. De
totale omvang van uitstaande financieringen bij umc's,
inclusief leningen met een toekomstige stortingsdatum,
bedroeg eind 2022 €336miljoen (2021: €237miljoen).
Trends en ontwikkelingen
De zorgsector kampt met de naweeën van de
coronapandemie en is nog volop bezig om de uitgestelde
zorg in te halen. Dit wordt bemoeilijkt door een groeiende
vraag naar zorg, voor een belangrijk deel als gevolg
van vergrijzing en een toenemende levensverwachting.
Daardoor blijven naar verwachting de zorgkosten stijgen.
Tegelijkertijd heeft de sector te maken met een tekort
aan personeel; het is lastig om voldoende gekwalificeerde
zorgmedewerkers aan te trekken en te behouden. De
financiële onzekerheid door de macro-economische
ontwikkelingen heeft een negatief effect op het
investeringsklimaat. Mede door de stijgende bouwkosten
en rente lijken de investeringen bij zorginstellingen
te haperen.
Afgelopen jaar presenteerden zorginstellingen samen
met de overheid de derde Green Deal Duurzame Zorg.
Hierin staan afspraken om de sector te verduurzamen,
onder andere door de CO
2
-uitstoot te verminderen. De
Green Deal Duurzame Zorg, afgekort GDDZ, is een
uitwerking van de ambities uit het klimaatakkoord en de
Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties
betreffende de zorg. De sector is verantwoordelijk voor
7% van de totale voetafdruk (CO
2
-uitstoot) van Nederland
en heeft daarmee een substantiële impact op het klimaat.
Klimaatimpact zorg
DEKKINGS-
PERCENTAGE
KREDIET-
PORTEFEUILLE
EMISSIE-
INTENSITEIT
(%) (x € miljoen) (in tonnen
CO
2
e/
€ miljoen)
ZORG
2022
2021
2019
91,5%
90,0%
88,0%
1.811
1.878
2.119
48,9
50,6
64,1
GEREALISEERDE RELATIEVE UITSTOOT ZORG
in ton CO
2
e-uitstoot per €miljoen
Gerealiseerde relatieve uitstootGerealiseerde relatieve uitstoot
Relatieve doelstellingenRelatieve doelstellingen
2019
2022
2025
2030
2040
2050
0
20
40
60
80
54
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
We hebben voor 92% van onze financiering aan de zorg de
klimaatimpact in beeld. Eind 2022 bedroeg deze 81 kiloton
CO
2
-equivalent (2021: 85 kiloton). Dat levert een emissie-
intensiteit op van 48,9 ton CO
2
-equivalent per €1miljoen
(2021: 50,6 kiloton). Voor de zorgsector hebben we, net
als de woningcorporaties, de reductiedoelstellingen
inmiddels aangescherpt op basis van de Science Based
Target Setting Tool. De doelstellingen zijn daarmee in lijn
met het 1,5-graad-scenario.
Ziekenhuizen veroorzaken verhoudingsgewijs veel
vervuiling. Deels is dat inherent aan behandelingen,
zoals het gebruik van straling en chemicaliën. Maar
we zien dat er ook veel valt te winnen en als bank
sturen we in het bijzonder op de verdere verduurzaming
van de umc’s. De klimaatimpact van de zorgsector is
in 2022 vergeleken met 2021 slechts in beperkte mate
afgenomen. Dit geldt voor zowel de absolute als de
relatieve impact. Gelukkig opereert de sector wel nog
in lijn met ons klimaatimpactreductiepad. Het is duidelijk
dat de zorg een bewogen tijd doormaakt, onder andere
door de nasleep van de COVID-19-pandemie, en dat leidt
tot onzekerheden voor de toekomstige klimaatimpact. De
ontwikkelingen volgen we op de voet.
Leningen onder overheidsgarantie
Stichtingen, verenigingen en andere rechtspersonen
onder garantie van een (de)centrale overheid kunnen
eveneens NWB Bank terecht voor financiering. Naast
grote partijen gaat het regelmatig om klanten met een
beperkte financieringsbehoefte, zoals sportverenigingen
en scholen die hun faciliteiten willen verduurzamen
en/of renoveren. We vinden dat financiering van deze
klanten behoort tot onze maatschappelijke taak, ook al is
het soms niet kostenefficiënt om kleine financieringen
te verstrekken. In 2022 ging het om een totaal van
€163miljoen aan kredieten onder overheidsgarantie
(2021: €158miljoen).
Publiek-private samenwerking
Hoewel de markt voor financiering van publiek-private
samenwerking (PPS) is stilgevallen, hebben we afgelopen
jaar toch een transactie kunnen doen. Samen met
de Europese Investeringsbank (EIB) namen we de
herfinanciering van de verbreding van de A6 op ons, de
in juli 2019 geopende eerste energieneutrale rijksweg
van Nederland.
NHG RMBS
Als promotional bank dragen we indirect aan
de financiering en betaalbaarheid van particuliere
woninghypotheken. Dat doen we door te investeren in
zogenoemde pass through NHG RMBS-obligaties. Dit
zijn residential mortgage-backed securities gebaseerd op
hypotheken met een Nationale Hypotheek Garantie.
In 2022 investeerden we voor in totaal
€950miljoen in NHG RMBS-obligaties. De
onderliggende hypotheekleningen kennen langere
looptijden, aansluitend bij de behoefte in de markt.
Er geldt een gunstig tarief voor dat deel van de
hypotheeklening dat gebruikt wordt voor verduurzaming
van de woning. Aan het einde van het jaar bedroeg onze
portefeuille circa €2.230miljoen (2021: €1.329miljoen).
De komende jaren willen we op deze manier blijven
bijdragen aan de betaalbaarheid van koopwoningen voor
onder andere starters en lagere inkomens.
55
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Circa 30% van de woningen in Nederland betreft
sociale volkshuisvesting. De grootste woningcorporatie
van Nederland, Ymere, levert een aandeel daarin
met woningen voor bewoners van metropoolregio
Amsterdam: de gemeenten Amsterdam, Haarlem,
Haarlemmermeer en Almere. Enthousiast vertelt
treasurer Frits Harmsen over de plannen van
zijn organisatie.
Flinke woonuitdagingen
De woningsector staat de komende jaren voor flinke
uitdagingen. Niemand is het ontgaan dat we in
Nederland kampen met een behoorlijk woningentekort,
zegt Frits. “De overheid heeft berekend dat er in
Nederland 900.000 nieuwe woningen gebouwd moeten
worden. Tegelijkertijd is er de uitdaging om bestaande
woningen te verduurzamen. We moeten daarvoor alle
zeilenzetten.”
CASUS: ESSENTIËLE
SPELER IN
FINANCIERING
PUBLIEKE SECTOR
Frits Harmsen
treasurer Ymere
Wikash Gokoel
accountmanager Public Finance
NWB Bank
Terug naar de basis de komende jaren
YMERE LEGT FOCUS
OP BETAALBARE EN
DUURZAME SOCIALE HUUR
In een voormalig wolpakhuis aan het IJ huist het hoofdkantoor
van de Amsterdamse woningcorporatie Ymere. Pal daarnaast
wonen huurders van de corporatie, mensen met een bescheiden
inkomen die er niet de hoofdprijs hoeven te betalen. “willen
mensen met een bescheiden inkomen een goed thuis bieden.
De komende jaren investeren we daarom flink in onderhoud
en verduurzaming.”
Transactie
Leningen van in totaal €1,4miljard
Kerncijfers Ymere (2022)
903 fte medewerkers
82.833 verhuureenheden
€604 gemiddelde nettohuur sociale woningen
61% energielabel A/B
56
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Versnellen
Vanwege de vele ontwikkelingen in de markt besloot
Ymere vorig jaar tot een herijking van de strategie.
Frits: “We concludeerden dat we nog meer moeten
versnellen. We voelen zelf die verantwoordelijkheid en
ook de overheid vraagt het ons met het oog op de
toekomst en vanwege de energietransitie. Door de hoge
energieprijzen is verduurzaming actueler dan ooit. We
gaan terug naar de basis. Prioriteit heeft onderhoud en
verduurzaming van huidige woningen. Daarnaast willen
we gezien de woningnood meer woningen bouwen, ook
voor de middeninkomens die in onze regio nu nauwelijks
aan bod komen.”
Slechtste energielabels als eerste
De energietransitie, en in hetzonder de overstap
van aardgas naar duurzame energie, is een van de
grootste uitdagingen. Ymere wil duizenden woningen
sneller isoleren en aardgasvrij maken. “Dat kan alleen
als we het slim aanpakken: geen individuele woningen
maar per complex, buurt en wijk”, legt Frits uit. “Zorgen
dat zo veel mogelijk woningen naar energielabel A of B
gaan, is een gigantische klus. Om zo snel mogelijk grote
vooruitgang te boeken, kiezen we ervoor eerst de huizen
met energielabel E, F en G aan te pakken. We gaan ervoor
zorgen dat deze labels in 2030 voor al onze woningen
verleden tijdn. En we versnellen waar het kan. Nu al
verduurzamen we 1.600 woningen extra.”
Moeilijke businesscases
Verduurzamen en nieuwe duurzame woningen bouwen
is een weg met hobbels. De prijzen in de bouw stijgen
snel en mensen en materialen zijn schaars. Rendabele
businesscases zijn steeds lastiger te maken. Frits:
“Gelukkig hebben we in ons land voor sociale woningbouw
een prachtig leningstelsel. Dankzij garanties van het
Waarborgfonds Sociale Woningbouw kunnen we leningen
afsluiten tegen een aanzienlijk lagere rente. In totaal
heeft de corporatie €3miljard aan leningen lopen,
waarvan een groot deel bij NWB Bank. Al vele jaren
werken we prettig samen en de bank biedt ons passende
leningen tegen een laag tarief. Dat is voor ons een grote
plus, nu al, maar zeker de komende jaren.”
Innovatieve woningen
De druk op de sector vereist veel creativiteit, maar
heeft volgens Frits ook voordelen. “Er ontstaan mooie
innovaties en er zijn nu meer dingen mogelijk. Neem de
flexwoningen. De bouw van een woonwijk kost vaak jaren
en jaren. Vergunningen, inspraakrondes, onderzoeken …
dat alles kost veel tijd. Sommige marktpartijen weerhoudt
het van nieuwbouwplannen, terwijl die woningen nu juist
hard nodig zijn. Zo is het idee van flexwoningen ontstaan:
snel en fabrieksmatig te bouwen, duurzame woningen,
van dezelfde kwaliteit als een regulier nieuwbouwhuis,
die een plek krijgen op tijdelijk beschikbare grond en
eenvoudig te verplaatsenn als die grond weer vrij
moet komen. In Amsterdam en Haarlemmermeer maken
daar als tijdelijke oplossing al dankbaar gebruik
van. Bewoners die vaak jarenlang tevergeefs naar een
betaalbare sociale huurwoning zochten, zijn dolgelukkig
met hun nieuwe huis. de oplevering van zestig
flexwoningen in Nieuw-Vennep kwam zelfs minister Hugo
de Jonge van Volkshuisvesting eenkje nemen. Hij was
onder de indruk. Daar krijgen we energie van om nog
meer huizen te bouwen.”
Belangrijke stappen
Er zijn nog veel meer toffe innovaties, Frits kan er
nog lang over vertellen. Slim onderhoud, geavanceerde
zonnepanelen, recycling van bouwmaterialen; Ymere
investeert veel in duurzame uitvindingen. Stappen die
goed aansluiten de doelen van NWB Bank, zegt
Wikash Gokoel van Public Finance. “Wij zijn trots dat
we de grootste woningcorporatie van Nederland kunnen
voorzien van passende en goedkope financiering, die
hard nodig is om de sociale huur in Nederland te
verduurzamen en tegelijk betaalbaar te houden.
In 2030 zijn
energielabel
E, F en G
verleden tijd
57
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
“Elk ziekenhuis is altijd aan het bouwen”, zegt Pieter
Fennema, directeur Financiën & Control van het UMCG.
“Daarbij ontstaan knelpunten, waar de een op de ander
wacht. Reden voor ons om een route uit te stippelen
waarbij alles in elkaar past. Zo haal je onrust weg
en creëer je duidelijkheid: iedereen weet wanneer de
eigen afdeling aan de beurt komt.” Dit Masterplan Bouw
behelst nieuwbouw en renovatie. Het kwam tot stand
met de inbreng van een brede vertegenwoordiging uit
de organisatie en met het vizier gericht op de toekomst.
“Wensen sloten niet altijd op elkaar aan en ze allemaal
apart uitvoeren was veel te duur. Door kritisch kijken
en dankzij de integrale aanpak konden we de kosten
sterk terugbrengen. Oók impact op de omgeving, óók
digitalisering, óók medische techniek is meegenomen.”
CASUS: ESSENTIËLE
SPELER IN
FINANCIERING
PUBLIEKE SECTOR
Pieter Fennema
directeur Financiën &
Control UMCG
Aard Kluck
accountmanager Specialised
Finance NWB Bank
Alomvattend Masterplan Bouw
EEN DUURZAME TOEKOMST
VOOR DE ZORG
Genoeg werk, te weinig mensen: een dilemma waar elk
ziekenhuis mee kampt en het Universitair Medisch Centrum
Groningen al helemaal. Het is de grootste werkgever van
Noord-Nederland, in een dunbevolkte regio. Mede daarom
bouwt het letterlijk aan de toekomst. “Een gezonde bevolking
is ons speerpunt.”
Transactie
Lening van €75miljoen
Kerncijfers UMCG (2021)
13.000 medewerkers en 4.428 studenten
> 3,5miljoen regiobewoners
28.000 opnames en 263.000 verpleegdagen
542 full member onderzoekers
4.447 publicaties
€1,5miljard omzet en €11,6miljoen resultaat
58
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Steeds grotere ic’s en ok’s
Het is een alomvattende aanpak, waar strakke
regie op wordt gevoerd bij de realisatie. “Het was
razend gecompliceerd en we zullen de bouw
zeker tegenvallers krijgen, maar financieel is alles
doorgerekend. Een aantal afdelingen komt terecht in
nieuwbouw, zoals psychiatrie en de laboratoria, de
rest is renovatie. Maar dan wel ingrijpend; zo worden
de verpleegtorens tot op het casco gestript. Door de
technische installaties vereisen de ic’s en ok’s nu veel
meer ruimte. Dan heb je het over een significant aantal
vierkante meters en daar moeten kantoorplekken voor
wijken. We bewogen met het ondersteunend personeel al
richting hybride werken en COVID-19 is daar zeker een
vliegwiel in geweest. Als we twee, drie dagen op kantoor
komen, past het straks prima.”
Veel te winnen in energieverbruik
Nog zo’n blik op de toekomst is het UMCG-programma
Koers25 onder het motto: Samen verleggen we grenzen
voor een duurzame toekomst van gezondheid. Daar zijn
nog wel wat stappen te zetten, erkent Pieter. “De zorg is
qua CO
2
-uitstoot en afval een van de grootste vervuilers
van Nederland. Een aantal dingen kun je niet veranderen:
we hebben nu eenmaal straling en chemicaliën nodig
om mensen te behandelen. Maar we zijn ons hiervan
bewust en hebben een integraal duurzaamheidsbeleid
ontwikkeld om te sturen op minder afval en lager
energieverbruik. De hoge energiekosten zorgen trouwens
ook voor meer bewustzijn: de verwarming staat overal
twee graden lager. En we gaan een zonnepark energie
inkopen.” Onnodig te zeggen dat het Masterplan Bouw
ook een duurzaamheidsslag in petto heeft.
Voorkomen beter dan genezen
Duurzaamheid in de breedste zin van het woord,
onderstreept Pieter, dan gaat het ook over zaken
als vernieuwingen in diagnostiek en behandeling, een
financieel gezonde organisatie en medewerkerswelzijn.
En niet te vergeten: preventie. Ook daar heeft het
UMCG een programma voor: Healthy Ageing. “Door
personele schaarste en financiële beperkingen kan de
zorg op termijn niet meer georganiseerd worden zoals
nu. Daarom is een gezonde bevolking het speerpunt,
want voorkomen is beter dan genezen. Daar doet het
UMCG veel onderzoek naar, waaronder het Lifelines-
bevolkingsonderzoek met ruim 165.000 deelnemers uit
Noord-Nederland, die we meerdere decennia volgen. Dit
levert ontzettend veel informatie op waarop je beleid
kunt maken.” Aard Kluck, accountmanager Specialised
Finance van NWB Bank, valt hem: “Preventie helpt de
gezondheidszorg betaalbaar te houden.”
Lening zonder rijksgarantie
NWB Bank heeft een lange relatie met het UMCG
en is ook financier van de academische ziekenhuizen
van Amsterdam, Leiden en Maastricht. Toch is er iets
veranderd, vertelt Aard. “Voorheen ging het om bedragen
van een aantalmiljoen met rijksgarantie, in 2022 was het
leningbedrag €75miljoen zonder garantie. De relatie is
goed en dit toont dat we blij zijn met elkaar.” Dat beaamt
Pieter, al stelt hij dat financiering slechts één kant van de
medaille is, naast beperking van de uitgaven. “Dit is een
universitair medisch centrum met een omzet van pakweg
€1,5miljard per jaar. Dann er altijd redundanties en
iedereen beseft: het móét anders. We sturen op optimale
benutting van onze schaarse personele en financiële
middelen.” En ja: ook wat dat betreft zal het Masterplan
Bouw de boel flink stroomlijnen.
We sturen op
optimale benutting
van middelen
59
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
FINANCIERINGSPARTNER VOOR DE VERDUURZAMING VAN NEDERLAND
De komende decennia moet er volop worden geïnvesteerd
in de verdere verduurzaming van Nederland. zien
daar een belangrijke rol voor NWB Bank weggelegd. Niet
alleen met leningen aan partijen die van oudsher klant
onsn, zoals waterschappen en woningcorporaties,
maar juist ook met gunstige financiering van duurzame-
energieprojecten zoals windparken en warmtenetten.
Zo leveren wij onzedrage aan een betaalbare
energietransitie in Nederland en geven concreet
invulling aan ons commitment aan het klimaatakkoord.
In 2022 hebben we de financiering van duurzame-
energieprojecten nog prominenter op de eigen agenda
gezet met de formulering van ons gewaagd doel: onze
kredietportefeuille is in 2035 energiepositief, op weg naar
klimaatneutraal in 2050.
Financiering duurzame-energieprojecten
We zijn in 2019 begonnen met het financieren van
duurzame-energieprojecten. Projecten en organisaties
die in aanmerking komen voor een subsidie ‘Stimulering
Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie (SDE+
+), kunnen bij ons terecht voor financiering. De SDE++
is de opvolger van SDE+. Daar waar laatstgenoemde
zich richtte op de productie van duurzame energie,
stimuleert SDE++ sinds de invoering in 2020 de CO
2
e-
reductie. Sindsdien komen technieken als aquathermie in
aanmerking voor de subsidieregeling. Ook als een project
publieke aandeelhouders heeft of als een lagere overheid
een garantie stelt voor de lening, kunnen wij financiering
verstrekken. De betrokkenheid van de overheid is voor
ons als publiekesectorbank een belangrijke voorwaarde.
Vorig jaar waren vweinig grote projecten met een
SDE++-subsidie op zoek naar financiering. Daarom
richtten we ons meer op de financiering van kleinere
projecten met een garantiestructuur en andere
manieren om te dragen aan de energietransitie.
Zo verstrekten we €20miljoen aan Stadsverwarming
Purmerend voor een duurzaam warmtenet, zie verder
het interview (zie pagina 62). Ook met leningen
aan N.V. RENDO en Westland Infra Netbeheer B.V.,
van respectievelijk €10miljoen en €17miljoen,
geven we de verduurzaming van de energiemarkt
in Nederland een impuls. In totaal hebben we in
2022 voor €47miljoen aan financiering verstrekt
aan duurzame-energieprojecten (2021: €203miljoen).
Onze totale uitstaande kredietportefeuille van duurzame-
energieprojecten bedroeg eind 2022 €909miljoen (2021:
€738miljoen).
Vermeden emissies
Door duurzame-energieprojecten te financieren, zorgen
we ervoor dat het gebruik van fossiele energie afneemt
en daarmee de uitstoot van broeikasgassen. Deze
zogenoemde vermeden emissies brengen we met de
PCAF-methodologie in kaart. In 2022 is een aantal
van de windparken uit onze portefeuille operationeel
geworden. Zo beleefde Windpark Fryslân zijn eerste volle
operationele jaar en is de bouw van Windpark Zeewolde
en Windpark Kroningswind afgerond. Daardoor kon van
de door ons verstrekte financiering aan windparken eind
2022 13% worden meegenomen in de berekening. De
uitkomst hiervan is dat onze kredietportefeuille goed
was voor 40.815 ton vermeden CO
2
e-emissie. Dat komt
overeen met een vermeden emissie-intensiteit van 551
ton CO
2
-equivalent per gefinancierdemiljoen euro.
Gewaagd doel: energiepositief in 2035
De transitie van fossiele naar hernieuwbare energie
financieren is een belangrijk speerpunt van onze bank. In
het verlengde van ons klimaatactieplan, dat als doel heeft
om in 2050 klimaatneutraal te zijn, kwamen we tot een
aanvullende tussendoelstelling: onze kredietportefeuille
is in 2035 energiepositief. Het uitspreken van deze
ambitie zorgt voor focus op een belangrijk onderdeel
van onze financieringsimpact: optimalisering van de
energiebalans van de door ons gefinancierde organisaties
en projecten. Aan de ene kant zullen we onze klanten
aanmoedigen om energie te besparen en aan de andere
kant stimuleren we de productie van hernieuwbare
energie met passende financiering. De definitie van
60
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
energiepositief is zo gesteld dat de productie van
hernieuwbare (klimaatneutrale) energie van door ons
gefinancierde klanten en projecten vanaf 2035 groter is
dan het fossiele energieverbruik door onze klanten en
projecten. We richten onze aandacht daarbij op zowel de
warmtetransitie als de elektriciteitstransitie.
In 2022 was een van de door ons gefinancierde
warmtenetten operationeel en dit warmtenet maakt
grotendeels gebruik van duurzame energie. Bovendien
hadden de waterschappen een groot aandeel in
de doorlevering van groen gas dat opwekken
uit zuiveringsslib. Bij elkaar bedroeg de door ons
gefinancierde duurzame warmteproductie circa 517.000
GJ. Dat komt neer op 9% van het door ons gefinancierde
fossiele-energieverbruik. Van de windparken die de
bank financiert, waren er drie operationeel. Gezamenlijk
produceerdenna 74,5 GWh aan hernieuwbare
elektriciteit. Dat komt overeen met zo'n 12% van het
fossiele energieverbruik van onze kredietportefeuille. De
data waarmee we het gewaagd doel monitoren lopen
een jaar achter, zoals ook het geval is met de PCAF-
data. Net als bij PCAF rekenen we de door NWB Bank
gefinancierde energie toe op basis van de ratio van
uitstaande financiering en totale passiva van de klant
of het project.
Het is duidelijk dat er nog een behoorlijke opgave ligt
om in 2035 een energiepositieve kredietportefeuille te
hebben. We zetten daarom vol in op de financiering van
duurzame warmte- en elektriciteitsproductie. Aanvullend
stimuleren we onze klanten om minder energie te
gebruiken en waar mogelijk duurzame energie in
te kopen.
61
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Een warmtenet is een gesloten, duurzaam systeem dat de
warmte van de bron door een netwerk van ondergrondse
leidingen naar de gebouwen distribueert. Na gebruik
stroomt het afgekoelde water naar de bron terug en wordt
het opnieuw opgewarmd. “SVP produceert en levert die
warmte met behulp van BioWarmteCentrale de Purmer
en twee op gas gestookte hulpwarmtecentrales”, vertelt
CFO Walter Verdonk.
Houtsnippers als duurzame bron
Niet alleen is het warmtenet gebaseerd op hergebruik,
ook maakt SVP daargebruik van een duurzame
bron. Walter: “De BioWarmteCentrale wordt gestookt
op houtsnippers die Staatsbosbeheer aan ons levert.
Het gaat om reststromen van hout uit de bossen, een
duurzame, hernieuwbare grondstof en daarmee een goed
alternatief voor fossiele brandstoffen.” Door het gebruik
van houtsnippers spaart SVP op jaarbasis circa 50.000 ton
CASUS: FINANCIERINGS-
PARTNER VOOR
VERDUURZAMING
VAN NEDERLAND
Walter Verdonk
chief financial officer
Stadsverwarming Purmerend
Peter Borghstijn
accountmanager Specialised
Finance NWB Bank
Motor voor energietransitie
SVP WERKT AAN EEN
TOEKOMST ZONDER GAS
Gemeente Purmerend maakt flink meters met de
energietransitie. Driekwart van de huishoudens en bedrijven
maakt gebruik van het warmtenet van Stadsverwarming
Purmerend (SVP), om zo op duurzame wijze hun woning of
bedrijfspand te verwarmen. Ook heeft SVP in samenwerking met
de gemeente een start gemaakt om bestaande woningen van het
gas af te halen.
Transactie
Financiering van in totaal €38miljoen
waaronder een in 2022 verstrekte lening
van €20miljoen
Kerncijfers SVP (2021)
1.150.000 gigajoule warmtevraag
936.000 gigajoule warmte-opwek BioWarmteCentrale
214.000 gigajoule warmte-opwek twee hulpcentrales
Circa 90.000 ton houtsnippers
62
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
CO
2
-emissie uit, een hoeveelheid die gelijkstaat aan de
jaarlijkse uitstoot van circa 16.000 auto’s.
Groeiambitie
Omdat de gemeente Purmerend de ambitie heeft flink te
groeien, is het mogelijk de CO
2
-reductie nog behoorlijk
verder terug te dringen. Het streven is de komende
jaren 10.000 nieuwe woningen te realiseren, wat ook veel
nieuwe aansluitingen op het warmtenet zal betekenen.
Walter: “Bewoners zijn niet verplicht om aan te sluiten,
maar meer en meer maken mensen duurzame keuzes.
Bovendien bieden wij in vergelijking met de gasprijzen
een aantrekkelijk tarief.
Fijne samenwerking
Om te zorgen voor zo min mogelijk storingen in het
warmtenet, investeert SVP veel in onderhoud van het
leidingwerk. Dat onderhoud brengt behoorlijke kosten
met zich mee, die mede gefinancierd worden vanuit
leningen NWB Bank. Een fijne samenwerking, zegt
Walter. “We zijn blij met de lage rentetarieven en het
prettige contact. De medewerkers denken goed met ons
mee enn ons snel van dienst. Dat is heel plezierig.
Omgekeerd is NWB Bank blij met SVP. Peter Borghstijn
van Specialised Finance prijst het pionierswerk van het
bedrijf: “De organisatie is een belangrijke schakel in de
energietransitie en staat voor de enorme klus om alle
partijen in die transitie mee te krijgen. Als duurzame bank
voor de publieke sector ondersteunen daarin graag.”
Showcase
SVP blijft zich voor die energietransitie onverminderd
inzetten. Zo heeft het nu ook een actieve rol in het
aardgasvrij maken van woningen. In het Nederlands
klimaatakkoord is afgesproken een CO
2
-reductie van
49% in 2030 te halen door onder andere 1,5miljoen
woningen aardgasvrij te maken. Een flinke klus, waaraan
Purmerend een steentje wil bijdragen. Walter: “Samen
met de gemeente Purmerend en enkele andere partners
zijn we het project Gasvrij Purmerend gestart en we
hebben inmiddels ruim tweehonderd woningen onder
handen genomen. Voor 2023 staan nog eens honderd
woningen ingepland. Woningcorporaties willen graag
verduurzamen. Dit is een mooie showcase om te laten
zien dat het werkt.”
Alternatieve duurzame bronnen
Voortdurend kijkt SVP vooruit. Het bedrijf is er klaar
voor de komende jaren in Purmerend en omgeving
bestaande en nieuwe woningen en gebouwen op het
warmtenet aan te sluiten. Walter: “We willen het
vermogen van onze BioWarmteCentrale verder omhoog
schroeven. Ook kijken we naar mogelijkheden van andere
duurzame warmtebronnen. Groen gas is helaas beperkt
beschikbaar, maar we verwachten veel van de toepassing
van geothermie oftewel aardwarmte. Hetzelfde geldt op
kleinere schaal voor aquathermie, waarbij de warmte
komt uit afval- en/of oppervlaktewater.
Deze nieuwe bronnen bieden mooie mogelijkheden om
de warmtevoorziening nog duurzamer te maken, zonder
dat er in de woningen en bedrijfspanden iets hoeft te
veranderen. Gedreven gaan gemeente Purmerend en de
medewerkers van SVP door met het werken aan een
fossielvrij klimaat.
Jaarlijks circa
50.000 ton
CO
2
-reductie
63
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Nog voor de eerste steen is gelegd, ontpopte het zich
tot een project van de lange adem. Een bewegend
doel, want Niek Kuizenga en denen moesten de
financiering voor de bouw rond zien te krijgen in een
tijd dat de bouwkosten explodeerden. In lijn met de
filosofie van het Werelderfgoedcentrum Waddenzee
Werkplaats van de Wadden is het met stevig doorwerken
gelukt. Danksponsors en de steun van overheden
en met financiering van NWB Bank als laatste zetje.
Niek is directeur van het Zeehondencentrum en het
geplande Werelderfgoedcentrum. “We zijn een kleine
organisatie met zo’n 35 mensen in dienst en zonder
overhead. Anders dan de meeste goede doelen is
het geen kantoororganisatie, maar een hoogwaardig
zeehondenziekenhuis waar bezoekers welkom zijn. En
nu willen we een volgende stap zetten: een plek voor het
totale ecosysteem van de Waddenzee.”
CASUS: FINANCIERINGS-
PARTNER VOOR
VERDUURZAMING
VAN NEDERLAND
Niek Kuizenga
directeur-bestuurder
WEC Waddenzee
Sander Bosman
accountmanager Public Finance
NWB Bank
Nieuwe trekpleister noordelijke provincies
WERKPLAATS VOOR
EEN WERELDERFGOED
Zeehondencentrum Pieterburen: wie kent het niet? Het is
de initiatiefnemer van het beoogde Werelderfgoedcentrum
Waddenzee. Niet in het Groningse Pieterburen, maar zo’n
25 kilometer westwaarts op de grens tussen Groningen en
Friesland. Directeur Niek Kuizenga: “De haven van Lauwersoog
past bij ons, als Werkplaats van de Wadden.”
Transactie
Lening van €9miljoen
Kerncijfers Werelderfgoedcentrum Waddenzee
45 medewerkers
40 studenten/vrijwilligers
6000 m2 vloeroppervlak
2025 opening
64
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Graadmeter voor de gezondheid
Die volgende stap willen ze zetten midden in
datzelfde ecosysteem, want, zoals Niek zegt, de
noordelijke provincies bestaan ten dele uit drooggevallen
Waddenzee. “We leven in het antropoceen en brengen
vaak een harde scheiding aan tussen cultuur en
natuur, tussen menselijk handelen enerzijds en milieu
anderzijds. Ten onrechte, de mens maakt deel uit
van de natuur en we kunnen niet zonder. Dat
spanningsveld willen opzoeken, vandaar de keuze
voor de haven van Lauwersoog als vestigingsplaats voor
Werelderfgoedcentrum Waddenzee. Het is een echte
werkhaven, een ruwe plek waar voortdurend schepen
voorbijvaren. Het Werelderfgoedcentrum wordt geen
bezoekerscentrum of museum, maar een werkplaats met
interactie tussen mensen, van hart tot hart. Niet als
een dominee beleren, maar door interactieve beleving
zoals spel inzichten bieden.” Waarbij de Waddenzee ons
allemaal een spiegel voorhoudt, vertelt Niek. “Zoals
de zeehonden een graadmetern voor de gezondheid
van de Waddenzee, zo is de Waddenzee dat voor de
hele natuur.
Lange weg vol hindernissen
Het was een lange weg met vele hindernissen om
Werelderfgoedcentrum Waddenzee alleen al op papier
te realiseren. Niek somt op: Eerst kwam corona, toen de
oorlog in Oekraïne, nu stijgen de bouwkosten gigantisch.
Zo’n groot project gaat gepaard met pieken en dalen en
we hebben de plannen ook moeten downsizen. Gelukkig
was architectenbureau Dorte Mandrup uit Denemarken
heel flexibel en ging het daar steeds moeiteloos in mee.
Ondanks de budgetbeperkingen wordt het een iconisch
gebouw. Bovendien kregen we fantastische steun van de
bestuurders van gemeentes en provincies.” En ondanks
dat downsizen bleef er genoeg ambitie over. “Er komen
labs, expositieruimtes, een restaurant, een ziekenhuis,
conferentieruimtes en een waterzuivering. We hebben
dus heel veel mensen nodig.
Razend enthousiast
Flexibiliteit vond Niek ook NWB Bank. “Dat was
bijzonder prettig. Er was veel eagerness voor het project,
de bank vond het belangwekkend.” Sander Bosman van
Public Finance beaamt dat: “Aan wie en aan welke
afdeling je het voorstel ook liet zien, iedereen was
razend enthousiast en bereidwillig. Dit willen we doen, dit
past perfect ons, dit is gaaf! Werelderfgoedcentrum
Waddenzee heeft maatschappelijke impact en het draait
ook nog eens om water: een perfecte combinatie voor
onze bank. Drie jaar geleden ontstond het eerste contact,
anderhalf jaar later was de gemeentegarantie geregeld
en in 2022 kwam de kredietverlening rond. We hebben dit
met veel plezier en hart voor de zaak met z’n allen gedaan.
Daar mogen we trots op zijn.
Perspectief voor jonge mensen
Zodoende kunnen de plannen nu verwezenlijkt worden
van wat tot een trekpleister voor Noord-Nederland
moet uitgroeien. “In 2023 start de bouw”, vertelt
Niek. “De aannemer iskstra Draisma uit Dokkum,
een van de duurzaamste bouwers van Nederland. We
hebben een vaste eindprijs afgesproken, zodat we niet
voor verrassingen komen te staan als de bouwkosten
nog verder stijgen. Het gebouw wordt zo duurzaam
mogelijk, met circulaire materialen. Volgens planning
moet de bouw eind 2024 voltooid zijn en na nog een
kwartaal inrichten en testen gaat Werelderfgoedcentrum
Waddenzee in het voorjaar van 2025 open. Het moet jonge
mensen in de regio perspectief bieden, iets wat heel
erg drijft.”
Interactie tussen
mensen, van hart
tot hart
65
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
DUURZAME, EFFICIËNTE EN MAATSCHAPPELIJK BETROKKEN ORGANISATIE
De kracht van onze organisatie zit 'm voor een
belangrijk deel in decompacte enoverzichtelijke
organisatiestructuur.Hoewel we ook afgelopen jaar
zijn gegroeidvan 90 medewerkers eind 2021 naar
107 eind 2022 – houden we zoveel mogelijk vast
aan onze platte organisatiestructuur en open cultuur.
De personele groei van de afgelopen jaren en naar
verwachting ook de komende jaren is het gevolg van
onze duurzaamheidsambities, de verdere diversificatie
van onze kredietverlening en investeringen in een
professionele en slagvaardige organisatie.
Veilige, stabiele en efficiënte bank
In 2022 stond NWB Bank wederom in de top 10 van
‘s werelds veiligste banken, op plek 5 om precies te
zijn. Die stabiliteit komt tot uiting in onzekapitaal-
en liquiditeitsratio's en in onzehoge credit- en ESG-
ratings.Het is van belang te blijven investeren in kennis,
personeel en systemen. Tegelijkertijd proberen we de
kosten in de hand te houden en streven we naar een zo
laag mogelijke cost-income ratio.
Kapitaalratio’s
Het Tier 1-eigen vermogen van onze bank inclusief
hybride kapitaal bedroeg eind 2022 €2.155miljoen
tegenover €2.083 eind 2021. De omvang van de
risicogewogen activa was €4.792miljoen ten opzichte
van €4.461miljoen eind 2021. Deze stijging is
een direct gevolg van de gekozen strategie van de
duurzame waterbank, die leidt tot meer risicogewogen
kredietverlening. De Tier 1-ratio is nagenoeg gelijk
gebleven (44,9% eind 2021, 45% eind 2022). De Tier 1-
kernkapitaalratio (CET1-ratio) steeg van 38,0% eind 2021
naar 38,3% eind 2022.
Kapitaaleis
De kapitaalratio’s liggen ruimschoots boven de
minimumeis van een CET1-ratio van 12,75%. De ECB
heeft op basis van haar jaarlijkse Supervisory Review
and Evaluation Process (SREP) de bankspecifieke Pillar
2-kapitaalvereiste vastgesteld op 2,25%. De totale
SREP-kapitaaleis voor onze bank bedraagt 10,25%, als
optelsom van de Pillar 1-kapitaalvereiste van 8,00%
en de Pillar 2-kapitaalvereiste van 2,25%. Samen met
de kapitaalconserveringsbuffer van 2,50% komt de
kapitaaleis voor NWB Bank uit op 12,75%.
Leverage ratio
De leverage ratio is, in tegenstelling tot de Tier 1- en
CET1-ratio, een risico-ongewogen ratio en vloeit voort
uit de kapitaaleisen onder Bazel III. Dat betekent dat
de berekening ervan geen rekening wordt gehouden
met het risicoprofiel (uitgedrukt in een risicoweging) van
de activa van een bank. De leverage ratio ligt vast in
de Europese kapitaalverordening CRR II, die op 27 juni
2019 in werking trad en sinds 28 juni afgelopen jaar
wordt gehandhaafd. Op grond van CRR II mogen wij,
net als anderepromotional banks, onze kredietverlening
aan de publieke sector buiten beschouwing laten
de berekening van de leverage ratio. Per 31 december
bedroeg onze leverage ratio 18,9%. Dit is hoger dan de
eind 2021 gepubliceerde ratio van 14,3% en daarmee ruim
We kunnen onze rol in de financiering van de Nederlandse publieke sector alleen vervullen als
we daartoe als organisatie goed zijn geëquipeerd. Dit is het fundament van onze strategie.
zijn naar risico gewogen een van de best gekapitaliseerde banken onder toezicht van de Europese
Centrale Banken ook een van de meest kostenefficiënte. Onze medewerkers zijn gemotiveerd en
gekwalificeerd om op hun eigen manier de publieke zaak te dienen. Met het oog op duurzaamheid
en maatschappelijke betrokkenheid geven we als organisatie het goede voorbeeld.
66
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
boven de 3%-norm die sinds 28 juni 2021 geldt. Ook als
we de leverage ratio niet zouden corrigeren voor onze
promotional assets voldoen we aan de 3%-norm.
Liquiditeitsratio's
Het doel van de liquidity coverage ratio(LCR) is te
zorgen dat instellingen voldoende liquide middelen
aanhouden om een eventuele netto-liquiditeitsuitstroom
onder ernstige stressomstandigheden over een periode
van dertig dagen het hoofd te kunnen bieden. De LCR van
onze bank stond eind 2022 op 285% (2021: 183%), ruim
boven het wettelijke minimum van 100%.Het percentage
is tijdelijk extra hoog doordat de marktrente is gestegen
en we dus minder cash collateral onze tegenpartijen
hoeven aan te houden voor onze derivatenportefeuille.
Met de inwerkingtreding van CRR II/CRD V op 27 juni
2019 werd ook de Net Stable Funding Ratio (NSFR)
van kracht. Voor NWB Bankbedroeg de NSFR eind
2022141% (2021: 133%). Ook dat is ruimschoots
boven de minimale eis van100% die sinds 28 juni 2021
geldt. De NSFR is eveneens een liquiditeitsratio: voor de
beschikbaarheid van liquide middelen op de langere
termijn. De interne liquiditeitsvereisten worden mede
vastgesteld met het Internal Liquidity Adequacy
Assessment Process (ILAAP)en die heeft onze bank ook
het afgelopen jaar weer ruimschoots gehaald.
Credit ratings
Behoud van het hoogwaardige risicoprofiel van onze
bank, zoals dat tot uiting komt in de credit ratings, staat
centraal in onze langetermijnstrategie. Om klanten
optimaal te blijven bedienen is het zaak dat onze credit
ratings gelijk zijn en blijven aan die van de Nederlandse
staat. Al jaren beschikken we over de hoogste
kredietwaardigheidsrating van zowel Standard & Poor's
als Moody's: AAA/Aaa.
LEVERAGE RATIO
18,9%
3,1%
LEVERAGE RATIO
NIET GECORRIGEERD VOOR
PROMOTIONAL ASSETS
183%
133%
LIQUIDITY
COVERAGE
RATIO
141%
285%
2021 20212022 2022
Minimumeis 100%
NET STABLE
FUNDING
RATIO
67
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ESG-ratings
Ook qua duurzaamheid streven we naar een
hoogwaardig risicoprofiel. Ons duurzaamheidsbeleid
en de invulling ervan wordt door diverseESG-rating
agencies beoordeeld.In z'n algemeenheid beschikken
we over sterke duurzaamheidsratings en we willen
deze waar mogelijk verhogen. NWB Bank heeft ESG-
ratings van imug rating uit Hannover (Duitsland), ISS
ESG uit München(Duitsland), MSCI ESG Research uit
de Verenigde Staten en Moody's uit Londen (Verenigd
Koninkrijk). De agencies geven ratings of scores op basis
van een eigenESG-beoordelingsraamwerk, waarover op
hun websites meer informatie te vinden is. Bij de meeste
van de genoemde rating agencies bevindt NWB Bank zich
met haar ESG-rating in de top van haar peer group.
Kosten- en organisatieontwikkeling
De bedrijfskosten in 2022 bedroegen €44miljoen
tegenover €35miljoen in 2021. Deze stijging is voor een
belangrijk deel het gevolg van hogere personeelskosten
in verband met de noodzakelijke groei van de organisatie.
Onder meer de capaciteit voor versterking van de
operationele processen, de kredietanalyse, inbedding
van ESG in de primaire processen en IT-beheer nam
toe. Tevens blijven we doorlopend investeren in verdere
digitalisering en procesverbeteringen en zijn de kosten
voor betalingsverkeer alsmede onderhoudscontracten en
licenties toegenomen. Ook hebben we in het kader van
het veranderprogramma een groter beroep gedaan op
externe adviseurs. Tot slot hebben we een eerste drage
aan het NWB Waterinnovatiefonds geleverd.
Personeel
Een belangrijk deel van de kosten vormen de uitgaven
aan personeel. Deze stegen van €13miljoen in
2021 naar €16,5miljoen in 2022.Een indicator voor
de beheersbaarheid van de personeelskosten is de
beloningsverhouding tussen onze directievoorzitter en
de mediaan van al onze overige medewerkers. Deze
komt over 2022 uit op 3,9 (2021: 3,9). De absolute
personeelskosten namen toe doordat onze organisatie
in 2022 verder is gegroeid. Bestond onze formatie
eind 2021 nog uit 90 medewerkers, eind 2022 waren
het er 107. De verwachting is dat de organisatie de
komende jaren blijft groeien, wat blijkt uit de strategische
personeelsplanning die we afgelopen jaar opnieuw
hebben uitgevoerd. Onderkedn wordt dat met de verdere
groei van de organisatie aandacht voor de onboarding
van nieuwe medewerkers en adeqaute kennisoverdracht
essentieel is.
Diversiteit en inclusie
de werving van medewerkers staan we open voor
iedereen, ongeacht geslacht, leeftijd, geloofsovertuiging,
culturele achtergrond, arbeidsbeperking en seksuele
geaardheid. We streven naar een goede mix van talent,
ontwikkelpotentieel en deskundigheid van medewerkers
en kiezen voor professionals die onze diversiteit
vergroten. Diversiteit en inclusie zijn verankerd in wet-
en regelgeving, waaronder de Non-Financial Reporting
Directive (NFRD). Hoewel we officieel niet binnen de
reikwijdte van deze Europese richtlijn vallen, willen we er
wel aan voldoen, mede op verzoek van het ministerie van
Financiën, dat een van onze aandeelhouders is. Verder
zijn we een van de deelnemende banken aan de CAO
Banken, de eerste cao waarin de Charter Diversiteit is
opgenomen. Deze cao is integraal van toepassing op de
medewerkers van de bank.
Lighthouse-veranderprogramma
Om de organisatie toekomstbestendig te maken, is er
meer nodig dan gemotiveerde en kundige collega’s.
In juni 2021 startten we het bankbrede Lighthouse-
veranderprogramma en daar zijn we het afgelopen jaar
volop mee verdergegaan. Het programma bestaat uit
drie werkstromen: 'Stable banking', waarin duurzame
versterking van de basis van de kredietverleningsketen
centraal staat, 'Bank of the future', gericht op de verdere
digitalisering van onze processen en dienstverlening
alsmede de verdere inbedding van ESG in onze primaire
processen, en 'Winning work environment; great bank
to work', dat draait om de collectieve inspanning,
cultuur, interne communicatie en het risicobewustzijn
binnen de organisatie. Begin juli 2022 hebben we
de eerste werkstroom afgerond, de overige twee
lopen in 2023 door. Met het meerjarige, doelgerichte
Lighthouse-programma creëren we overzicht, maken
we de verbinding tussen alle activiteiten en projecten
binnen de bank, integreren we ESG-aspecten verder
68
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
in onze processen en activiteiten en vergroten we de
betrokkenheid van alle medewerkers. We investeren
volop in de verdere versterking van onze organisatie,
zodat we straks nog effectiever en plezieriger kunnen
werken, onze klanten een nog betere ervaring en
resultaat kunnen bieden en blijven voldoen aan alle wet-
en regelgeving en toezichtsvereisten.
Wet- en regelgeving en toezicht
Wet- en regelgeving neemt zowel qua hoeveelheid als
complexiteit toe. Voorbeelden hiervan zijn de
kapitaalvereisten en -richtlijnen, de EU-Green taxonomy
en de richtsnoeren van de Europese Bankautoriteit (EBA).
Ook de intensiteit van het toezicht neemt toe. De
toezichtkosten namen afgelopen jaar toe: €4,7miljoen
tegenover €3,9miljoen in 2021.
Belastinglast
De belastingslast over 2022 bedroeg €56miljoen en dat
brengt de effectievebelastingdruk op 28,2%. Omdat we
eind 2021 een leverage ratio van 14,3% konden
rapporteren, hoefden we afgelopen jaar niets af te dragen
in verband met de minimumkapitaalregel voor banken en
verzekeraars. Dezeminimumkapitaalregel, ook wel thin
cap rulegeheten, is in 2019 ingevoerd en beperkt de
renteaftrek in devennootschapsbelasting voor zover de
leverage ratiovan een bank lager is dan 9%.
ESG-obligaties
We financieren de bank voor het overgrote deel op de
internationale geld- en kapitaalmarkt met de uitgifte
van obligaties en commercial paper. Als duurzame
bank voor de publieke sector zijn ESG-obligaties
(environmental, social and governance) inmiddels een
onmisbaar onderdeel van onze bedrijfsvoering. In
aanvulling op de traditionele investeringsafwegingen,
zoals investeringsveiligheid en op risico afgestemde
opbrengsten, kopen investeerders deze obligaties
omdat graag klimaatvriendelijke en maatschappelijke
projecten steunen binnen hun investeringsmandaat. Door
de uitgifte van ESG-obligaties blijven we investeerders
aantrekken en vergroten we het marktbereik voor
deze obligaties. De uitgifte onderstreept ook onze rol
als robuuste en duurzame financiële partner voor de
Nederlandse publieke sector.
WAARVAN
ESG-OBLIGATIES
€ 4,7 MILJARD
(42% van totaal opgehaalde funding in 2022)
SDG Housing Bonds € 4,1 miljard
Waterobligaties € 575 miljoen
IN 2022
UITGEGEVEN
OBLIGATIES
€ 10,9 MILJARD
TOTAAL
UITSTAANDE
OBLIGATIES
61,0 miljard
WAARVAN
ESG-OBLIGATIES
22,9 miljard
(37% van totaal uitstaande obligaties)
69
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Kapitaalmarktfinanciering
In 2022 haalden we ruim €4,7miljard aan funding op
met ESG-obligaties op een totaal van €10,9miljard.
We gaven voor €4,1miljard aan SDG Housing Bonds
uit voor de financiering van de sociale woningbouw in
Nederland en voor 0,6 miljard aan Waterobligaties voor
de financiering van waterschappen. Eind 2022 hadden we
ruim €22,9miljard aan ESG-obligaties uitstaan. Dat was
37% van ons totaal aan uitstaande langetermijnfunding
op dat moment. Zodoende voldoen we al aan onze
nieuwe doelstelling voor 2022 dat minimaal 36% van
onze uitstaande obligaties duurzaam moet zijn, een
percentage dat we de komende jaren telkens met 3%
willen verhogen. Op die manier blijven we internationaal
een toonaangevende uitgever van ESG-obligaties binnen
de groep van Sovereigns, Supranationals and Agencies
(SSA). In Nederland zijn we ook nog steeds de grootste
emittent van ESG-obligaties.
We kunnen ons als bank tegen zeer gunstige voorwaarden
financieren dankzij ons veilige risicoprofiel, bevestigd
door de AAA/Aaa-ratings die gelijkn aan de
Nederlandse staat. Het feit dat de Europese Centrale
Bank (ECB) de obligaties van onze bank koopt voor de
opkoopprogramma’s in het kader van quantitative easing
(QE) draagt hieraan bij. De langetermijnfinanciering die
we ophalen met obligaties gebruiken we voor zowel de
financiering van de nieuwe kredietverlening als voor de
herfinanciering van aflopende leningen. De gemiddelde
looptijd van de aangetrokken financiering was verleden
jaar 6,8 jaar (2021: 9,9 jaar).
TLTRO
De afgelopen twee jaar hebben we driemaal
geparticipeerd in de TLTRO III-operatie voor in totaal
€11miljard. De ECB heeft TLTRO III in het leven
geroepen om huishoudens en bedrijven van gunstige
financiering te voorzien en zo de schade aan de economie
door de coronapandemie te beperken. Als instelling
die niet streeft naar winstmaximalisatie gaf NWB Bank
het gunstige tarief van de TLTRO via leningen door
aan klanten. In november 2022 losten we alle TLTRO-
financiering af, nadat de ECB de rentecondities had
aangepast. Hierdoor was het voor ons niet langer
aantrekkelijk deze funding aan te houden.
Geldmarktfinanciering
Om kortlopende middelen aan te trekken maken we
vooral gebruik van commercial paper (CP). Daarvoor
hebben we twee programma’s: een US Commercial
Paper (USCP-programma) en een Euro Commercial
Paper (ECP-programma). Afgelopen jaar hebben we
70,45% van onze CP opgehaald onder het USCP-
programma, wat neerkomt op €181,2miljard aan
USCP (2021: €141,2miljard) tegenover €76miljard
aan ECP (2021: €48,3miljard). Dezefers zijn een
cumulatieve weergave; aflopende CP is gedurende het
jaar geherfinancierd. Het uitstaande CP-bedrag was eind
2022 €5,1miljard (2021: €3,6miljard). De gemiddelde
looptijd van de USCP was 0,5 maand (2021: 0,7 maand) en
die van de ECP 1,13 maanden (2021: 1,9 maanden).
De kortlopende middelen die we via onze CP-
programma’s ophalen, zetten we ten eerste in
voor kasgeldleningen aan klanten, ten tweede
voor een hogere liquiditeitsbuffer en ten derde
voor collateralverplichtingen als gevolg van de
derivatentransacties die we als bank afsluiten om onze
rente- en valutarisico’s af te dekken. Behalve in de
markt voor CP, dat verhandelbaar schuldpapier is met
een looptijd tot een jaar, zijn we ook actief in korte USD-
leningen met looptijden tot twee jaar. Deze leningen,
uitgegeven onder ons Medium Term Note-programma,
komen voor een deel in de plaats van de uitgifte van CP.
Het stelde ons in staat om gunstige tarieven voor een
langere periode vast te leggen.
17%
63%
5%
EUR USD AUD
1%
13%
1%
GBP CHF NZD
VERDELING VALUTA OPGEHAALDE FUNDING
70
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERANTWOORD RENDEMENT EN MAATSCHAPPELIJKE IMPACT
Als bank van en voor de publieke sector streven we geen
winstmaximalisatie na, maar winst is wel noodzakelijk
om de continuïteit van onze bank te garanderen. Dat laat
onverlet dat alles wat we als bank doen in het teken
staat van maatschappelijke impact. We willen onder
andere onze klimaatimpact verminderen en bijdragen aan
klimaatadaptatie, klimaatmitigatie en biodiversiteit maar
onze maatschappelijke impact is breder en wij kijken
nadrukkelijk ook naar de meer maatschappelijke SDG’s.
Onze impact proberen we zoveel mogelijk meetbaar te
maken om daar vervolgens doelen aan te koppelen.
Het bekendste voorbeeld hiervan is de reductie van
de CO
2
e-uitstoot door onze klanten zoals vastgelegd in
ons klimaatactieplan. In 2022 zijn we ook begonnen om
onze impact op de door ons geselecteerde Sustainable
Development Goals meetbaar te maken.
Verantwoord rendement
Over 2022 boekten we opnieuw een gezonde winst:
€143miljoen tegenover €121miljoen in 2021. Net als
in 2020 en 2021 droeg ook afgelopen jaar onze deelname
aan de TLTRO bij aan het winstniveau. Het gunstige tarief
daarvan gaven we door in nieuwe leningen aan klanten.
Doordat deze leningen vaak een langere looptijd hebben
dan de looptijd van het gunstige TLTRO-tarief, is er een
verschuiving van resultaat in de tijd. Anders gezegd:
als bank plukken we nu de vruchten van deelname
aan de TLTRO, maar de komende jaren ontvangen we
telkens iets minder rente op de met TLTRO-financiering
verstrekte leningen.
Het resultaat financiële transacties kwam het afgelopen
jaar uit op €30miljoen negatief tegenover €20miljoen
negatief in 2021. Met name in het begin van 2022
droegen vergoedingen voor vervroegde aflossingen in
de kredietportefeuille bij aan dit positievere resultaat.
Klanten kozen voor vervroegde aflossingen vanwege de
stijgende rente. Daarvoor in de plaats verstrekten we
nieuwe financiering tegen lagere rente met langere
looptijden. Het voorziene deel van het negatieve
resultaat financiële transacties komt mede door een
herstructurering van onze swapportefeuille, die we in
het verleden doorvoerden om de renterisicopositie in lijn
te brengen met het voor ons geldende normrendement.
We zijn met onze aandeelhouders een normrendement op
het eigen vermogen overeengekomen. Voor 2022 bedroeg
dit, net als de afgelopen jaren, 3,7%. Het gerealiseerde
rendement op het eigen vermogen bedroeg afgelopen
jaar 7,4% (2021: 6,5%) en daarmee hebben we dus
ruimschoots voldaan aan het normrendement.
De vaststelling van het beschikbare bedrag voor
dividenduitkering is een jaarlijkse discretionaire
bevoegdheid van onze directie met vereiste goedkeuring
van de raad van commissarissen. Bij deze besluitvorming
worden de continuïteit van de bank alsmede de
belangen van aandeelhouders en andere stakeholders
in ogenschouw genomen. Over boekjaar 2022 hebben de
directie en raad van commissarissen de voor dividend
beschikbare winst vastgesteld op €60miljoen (2021:
50 miljoen). De pay-out-ratio bedraagt 42% van de winst
(2021: 41%).
Maatschappelijke impact
Bijdragen aan klimaatmitigatie, klimaatadaptatie
en biodiversiteit
Verreweg de meeste impact maken we met onze
kredietverlening. Door het beperken van onze
klimaatvoetafdruk en met de financiering van duurzame-
energieprojecten dragen we aan klimaatmitigatie, om
zo de omvang en/of snelheid van de opwarming van de
aarde te beperken. Klimaatadaptatie financieren wij voor
het overgrote deel via onze kernklanten, waaronder de
waterschappen en woningcorporaties. Waterschappen
zorgen er bij uitstek voor dat Nederland beschermd blijft
een veranderend klimaat en woningcorporaties zorgen
metvoorbeeld de slimme aanleg van (binnen)tuinen
71
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
dat deze niet direct blank staan na een fikse regenbui.
Behoud en herstel van biodiversiteit is dagelijkse kost
voor de waterschappen. Zo bevorderen de maatregelen
om de waterkwaliteit te verbeteren ook de biodiversiteit.
Een gezonde natuur is een vereiste voor schoon water
en andersom. Ook als er geen directe financieringskans
is, zetten wij ons in voor deze onderwerpen. Dat doen we
onder andere door ons lidmaatschap van werkgroepen en
door ons achter commitments te scharen.
Klimaatmitigatie
Klimaatmitigitatie betreft de maatregelen bedoeld om
de omvang of snelheid van de opwarming van de aarde
te beperken en komt terug in SDG 13: Klimaatactie. We
brengen de klimaatimpact van onze financiering sinds
2019 in kaart en inmiddels hebben we deze voor 93,8% van
onze kredietportefeuille in beeld. Bij de berekening van
onze klimaatvoetafdruk maken we gebruik van de PCAF-
methodologie. PCAF (Partnership for Carbon Accounting
Financials) biedt een raamwerk en geharmoniseerde
methodologie, wat de transparantie en het bewustzijn
over CO
2
e-uitstoot vergroot en de rapportage bevordert.
Onderzoeksinstituut Het PON & Telos, dat gelieerd is aan
Tilburg University, helpt ons de klimaatimpact in beeld te
brengen en de PCAF-methodologie toe te passen.
Om de klimaatimpact te berekenen, gebruiken we de
kredietportefeuille van het jaar ervoor omwille van
de beschikbare cijfers. Dat wil zeggen dat we in dit
jaarverslag 2022 rapporteren over de klimaatimpact
van de kredietportefeuille zoals die eind 2021 was.
De portefeuille vertegenwoordigde een emissie van
1.622.799 ton CO
2
-equivalent. Dit is 336.421 ton ofwel
17,2% minder dan eind 2020. Een mooie ontwikkeling,
want de kredietportefeuille is in de rapportageperiode
toegenomen. De emissie-intensiteit (ton CO
2
e/miljoen
euro) daalde van 37,5 eind 2020 naar 33,3 ton per
€1miljoen eind 2021.
We zijn blij te constateren dat de afname van de
klimaatimpact van onze kredietportefeuille past binnen
het reductiepad dat we hebben vastgelegd in ons
klimaatactieplan. Dit behelst dat we in 2030 minimaal
43% CO
2
e-reductie willen bereiken ten opzichte van
de uitstoot van onze kredietportefeuille in 2019, het
eerste jaar waarover we de klimaatimpact van onze
financiering in kaart brachten. Doel is om in 2050 over
een kredietportefeuille te beschikken die per saldo
geen CO
2
e-uitstoot veroorzaakt. We formuleerden onze
reductiedoelstellingen op basis van de methodiek van
het Science Based Targets initiative (SBTi), een aanpak
die brede erkenning geniet in de financiële sector om de
doelstellingen van Parijs te halen. In 2023 laten we de
doelstellingen ook verifiëren door het SBTi en sluiten we
ons officieel aan dit initiatief.
2021
2019
2022
CO
2
E-UITSTOOT
1.760 KTON
GEREALISEERDE REDUCTIE
T.O.V. 2019: 10,2%
EMISSIE- INTENSITEIT
37,5 TON CO
2
E/€ MILJOEN
CO
2
E-UITSTOOT
1.623
KTON
EMISSIE- INTENSITEIT
33,3
TON CO
2
E/€ MILJOEN
GEREALISEERDE REDUCTIE
T.O.V. 2019: 17,2%
KLIMAATIMPACT KREDIETPORTEFEUILLE
CO
2
E-UITSTOOT
1.959 KTON
EMISSIE- INTENSITEIT
43,3 TON CO
2
E/€ MILJOEN
72
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Ons klimaatactieplan concretiseert waar we op de
langere termijn naartoe willen werken. Hoewel we een
positieve trend waarnemen, kunnen we de effecten nog
niet nauwkeurig duiden, aangezien de data voorlopig nog
beperkt zijn. Dit neemt niet weg dat we nu al dagelijks de
impact ondervinden die het klimaatactieplan heeft op
onze bank. Zo leeft klimaatimpact inmiddels in grote mate
onze medewerkers. Een positieve ontwikkeling, maar
belangrijker nog is dat het klimaatactieplan een extra
dimensie geeft aan de gesprekken met onze klanten. We
merken dat klimaatimpact ook bij hen hoog op de agenda
staat. Voor ons als bank is het bovendien interessant en
waardevol om, naast de bestaande goede relaties met de
financiële afdelingen klanten, ook met experts op het
gebied van niet-financiële impact van gedachten te
wisselen.
In 2023 gaan we op grotere schaal inventariseren
in hoeverre klanten reductiedoelstellingen hebben die
in lijnn met het SBTi en die een klimaatneutrale
kredietportefeuille in 2050 mogelijk maken. Dit met extra
aandacht voor klanten waarvan we menen dat er een
groot reductiepotentieel ligt. Naast dit engagement is ons
voornemen om meer klanten sustainability linked loans
aan te bieden.
Klimaatadaptatie
We proberen de opwarming van de aarde zoveel
als mogelijk tegen te gaan. Tegelijk moeten en
onze klanten ons hier toch op voorbereiden. Het
proces waardoor samenlevingen de kwetsbaarheid
voor klimaatverandering verminderen of waardoor
profiteren van de kansen die een veranderend klimaat
biedt, noemen we klimaatadaptatie.
Binnen de financiële sector is de aandacht voor
klimaatadaptatie groeiende. Als onderdeel van het
Platform voor Duurzame Financiering van De
Nederlandsche Bank is afgelopen jaar de werkgroep
Klimaatadaptatie gestart. Binnen deze werkgroep
onderzoeken we als NWB Bank samen met andere
banken, verzekeraars, investeerders en overheden
hoe de financiële sector mee kan bouwen aan
een klimaatbestendig Nederland. Een rapport met
de uitkomsten van dit onderzoek wordt eind 2023
verwacht. We werken ook aan de verduurzaming van de
Nederlandse financiële sector door te participeren in de
werkgroep Circulaire economie van het Platform voor
Duurzame Financiering.
Klimaatadaptatie is een essentieel onderdeel van SDG 13:
Klimaatactie. Een mooi voorbeeld van klimaatadaptatie
zijn de zogenoemde groene daken. Een groen dak
geeft verkoeling, buffert regenwater en zorgt dat het
rioolstelsel niet overbelast raakt bij hevige regenbuien.
Ook draagt een groen dak aan schonere lucht en
diversiteit van flora en fauna. Veel gemeenten hebben een
subsidieregeling voor de aanleg van een groen dak. In
het kader van het meetbaar maken van onze impact op
de SDG's monitoren we de benutting van groene daken
KREDIETPORTEFEUILLE VS. TOEGEKENDE EMISSIES
1. WONINGCORPORATIES
2. GEMEENTEN
3. PROVINCIES
4. WATERSCHAPPEN
5. ZORGINSTELLINGEN
6. ONDERW IJSINSTELLINGEN
7. DRINKWATERBEDRIJVEN
8. GEMEENSCHAPPELIJKE
REGELINGEN
Kredietportefeuille
(in € miljoen)
1
Toegekende emissies
(in tonnen
CO₂-equivalent)
388.026
(23,9%)
380.404
(23,4%)
10.787
(0,7%)
720.472
(44,4%)
80.996
(5,0%)
4.160
(0,3%)
37.945
(2,3%)
9.0 (0,0%)
1. 30.566
4. 7.977
2. 6.740
3. 356
8. 366
5. 1.657
6. 94
7. 920
1
Het betreft hier de kredietportefeuille waarvan de
klimaatvoetafdruk bekend is.
73
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
door onze klanten. Uit onderzoek blijkt dat in 2021 onze
gemeentelijke klanten 2.451.565 m
2
aan groene daken
herbergen. Dat zijnna 700 voetbalvelden. Wel is het
slechts iets meer dan 1% van het potentieel, dus hier is
nog werk aan de winkel.
IMPACT KREDIETVERLENING SDG 13
SDG KPI Beschrijving Realisatie
CO
2
e-reductie Gerealiseerde CO
2
e-
reductie t.o.v. 2019
17,2%
Vergroening
daken
Groene daken
t.o.v. dakpotentie
1%
Biodiversiteit
Voor onze bank gaat duurzaamheid verder dan
alleen het klimaat. Biodiversiteitsverlies voorkomen
en biodiversiteitsherstel bevorderenn belangrijke
speerpunten van ons beleid. De teloorgang van natuur
voltrekt zich in hoog tempo en steeds sneller dreigen
soorten uit te sterven, met alle nadelige gevolgen
van dien. Biodiversiteit betreft alle soorten planten,
dieren en micro-organismen, maar ook de enorme
genetische variatie binnen die soorten en de variatie
aan ecosystemen waarvan ze deel uitmaken. Als we
niet snel actie ondernemen, kunnen tot wel eenmiljoen
soorten verdwijnen. Veel sectoren van onze economie zijn
afhankelijk van de variatie aan planten, dieren en insecten
in de wereld. Voor toekomstige generaties is het dan ook
cruciaal dat we volop investeren in behoud en herstel van
de biodiversiteit.
Biodiversiteit komt terug in SDG 14: Leven in het
water en SDG 15: Leven op het land. Onze impact op
biodiversiteit monitoren we onder meer aan de hand van
de natuurkwaliteit van de zoete wateren in Nederland.
We gebruiken daarvoor een index die op een schaal van
1 tot 100 aangeeft hoe gezond de flora en fauna van
deze wateren is. Een score van 100 betekent daardat
de ecosystemen volledig intactn. In 2021 bedroeg de
score van de waterecosystemen die onder het beheer
van de waterschappen vallen 37%. Ook hier is dus nog
een wereld te winnen. Van onze gemeentelijke klanten
hebben we de oppervlakte aan (openbaar) groen in kaart
gebracht. Het niet-agrarisch groen bedroeg in 2021
24.973.398 m
2
, wat overeenkomt met iets meer dan 30%
van de gezamenlijke oppervlakte die onze gemeentelijke
klanten vormen.
IMPACT KREDIETVERLENING SDG 14 EN 15
SDG KPI Beschrijving Realisatie
Verbetering
natuurkwaliteit
zoete wateren
Natuurkwaliteit
oppervlaktewater
(intact ecosystem
= 100%)
37%
Meer natuur
inclusief
openbaar groen
Oppervlakte
openbaar groen dat
tuin of natuur is
30%
Om binnen de financiële sector het belang van
biodiversiteit breder te adresseren,n we in 2018
gevraagd een werkgroep op te zetten en zijn we
sinds 2019 sponsor van de werkgroep Biodiversiteit
van het Platform voor Duurzame Financiering van
De Nederlandsche Bank. Deze werkgroep bestaat uit
vertegenwoordigers van verzekeraars, assetmanagers,
pensioenuitvoerders en andere banken en staat onder
leiding van onze directievoorzitter Lidwin van Velden
en onze sustainability officer. Afgelopen jaar heeft
de werkgroep onder andere onderzoek gedaan naar
het financieren van regeneratieve landbouw. Ook
heeft de werkgroep een e-learning ontwikkeld die
de basisbeginselen leert van biodiversiteit: wat het
is, waarom het belangrijk is en waarom financiële
instellingen op dit gebied actie moeten ondernemen.
Bovendien geeft de e-learning inzicht in de vijf grootste
oorzaken van biodiversiteitsverlies. De e-learning is
breed verspreid binnen de financiële sector in Nederland.
Als duurzame waterbank en sponsor van de
werkgroep Biodiversiteit van het Platform voor Duurzame
Financiering van DNB willen we als NWB Bank natuurlijk
het goede voorbeeld geven en hebben we de afgelopen
jaren belangrijke stappen gezet op het gebied van
biodiversiteit. Zo bevat de eerste door ons verstrekte
aan duurzaamheid gekoppelde lening een KPI die
gerelateerd is aan biodiversiteit. Verder hebben we ons
samen met ruim tachtig andere financiële instellingen
gecommitteerd aan de Finance for Biodiversity Pledge.
Concreet beloven we om in 2024 onze impact op
biodiversiteit in kaart te hebben gebracht, hier doelen
aan te koppelen en daar dan publiekelijk over te
rapporteren. In dat kader zijn we ook aangesloten
74
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
het Partnership for Biodiversity Accounting Financials
(PBAF). PBAF biedt een methodologie waarmee
we de biodiversiteitsvoetafdruk van onze klanten
kunnen berekenen.
In het kader van ons klimaatactieplan voeren we
gesprekken met onze klanten en daarbij laten we
niet na om ook het onderwerp biodiversiteit aan
te snijden. We gaan deze gesprekken uitbreiden
en willen ervoor zorgen dat in 2030 al onze
klanten een biodiversiteitsbeleid hebben met daarin
doelstellingen om het verlies van biodiversiteit tegen
te gaan. Ons eigen biodiversiteitsbeleid gaan we in
2023 formaliseren en daarin zal ook staan dat we
biodiversiteit nog nadrukkelijker gaan meenemen in
ons risicomanagement, onze kredietvoorstellen en
onze kredietanalyse.
Overige maatschappelijke impact
Onze maatschappelijke impact is breder en gaat verder
dan de thema’s klimaatmitigatie, klimaatadaptatie en
biodiversiteit. Ook op de andere door ons geselecteerde
SDG’s willen we zoveel mogelijk impact maken. Het
gaat dan om SDG 6: Schoon water en sanitair, SDG 7:
Betaalbare en duurzame energie en SDG 11: Duurzame
steden en gemeenschappen. Ook onze impact op deze
SDG's hebben we afgelopen jaar voor het eerst in kaart
gebracht met behulp van de sociale kennisonderneming
Het PON & Telos.
IMPACT KREDIETVERLENING SDG 6
SDG KPI Beschrijving Realisatie
Verbetering
waterkwaliteit
oppervlaktewater
Aandeel
oppervlaktewateren
dat voldoet
aan KRW-doelen
0%
Verbetering
waterkwaliteit
drinkwater
Aandeel
drinkwatermetingen
dat voldoet aan
gestelde normen
99,9%
SDG 6: Schoon water en sanitair is een
hoofdrol weggelegd voor de waterschappen en
drinkwaterbedrijven. Om onze impact te bepalen, kijken
we naar de kwaliteit van het oppervlaktewater en naar de
kwaliteit van het drinkwater waarvoor de waterschappen
respectievelijk drinkwaterbedrijven verantwoordelijk
zijn. De kwaliteit van het oppervlaktewater laat nog flink
te wensen over. Geen van de oppervlaktewateren voldoet
op dit moment aan de normen van de Kaderrichtlijn
Water (KRW), die stelt dat de opervlaktewateren schoon
en gezond moeten zijn in 2027. KRW gaat over alle
aspecten van water: chemie (vervuilende stoffen in
het water), ecologie (goede omstandigheden voor een
divers planten- en dierenleven) en voor grondwater ook
hoeveelheid en geschiktheid voor drinkwaterwinning. Om
de KRW-doelstelling te halen moet een waterlichaam
voor elke parameter 'op groen staan', dat wil zeggen dat
ze in de klasse 'goed' vallen. Is dat voor een of meer
parameters niet het geval, dan verkeert het waterlichaam
niet in een goede toestand (one-out-all-out). Ook uit
het burgeronderzoek Vang de watermonsters bleek dat
80% van de gemeten wateren een matige tot slechte
kwaliteit heeft. Vang de watermonsters is een initiatief
van Natuur & Milieu en ASN Bank waarvan onze bank
samen met zes waterschappen partner is. Gelukkig
voldoet het drinkwater in Nederland wel in 99,9% van de
gevallen aan de normen van de Inspectie Leefomgeving
en Transport (ILT).
Betaalbare en duurzame energie, SDG 7, is cruciaal
voor al onze klanten. Wen in 2019 begonnen met
de financiering van duurzame-energie-projecten en
afgelopen jaar hebben we duidelijk stelling genomen door
ons gewaagd doel te formuleren: onze kredietportefeuille
is in 2035 energiepositief, op weg naar klimaatneutraal
in 2050. Anders gezegd, we willen dat in 2035 de door
ons gefinancierde duurzame-energie-projecten meer
hernieuwbare energie opwekken dan de rest van onze
portefeuille verbruikt aan fossiele energie. Dit is een
behoorlijk ambitieus doel want in 2021 wekten de
door ons gefinancierde duurzame-energie-projecten in
totaal 936 TeraJoule (TJ) op tegenover een fossiel
energieverbruik van 7.978 TJ.
IMPACT KREDIETVERLENING SDG 7
SDG KPI Beschrijving Realisatie
Energiepositieve
kredietportefuille
Aandeel
kredietportefuille
energieneutraal
12%
75
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
SDG 11, tot slot, gaat om duurzame steden
en gemeenschappen. Met name onze klantgroepen
gemeenten en woningcorporaties bepalen onze impact op
deze SDG. Gemeenten bepalen mede wie in aanmerking
komen voor een sociale huurwoning. Om onze impact
te bepalen, kijken we naar het aantal toewijzingen per
jaar van huurwoningen binnen de inkomensgrenzen
van de door ons gefinancierde woningcorporaties.
Woningcorporaties moeten ten minste 85% van
de vrijkomende sociale huurwoningen (met een
huurprijs tot €808,06, prijspeil 2023, ook wel DAEB-
woningen genoemd) toewijzen aan hun doelgroepen.
De belangrijkste doelgroep van woningcorporaties zijn
huishoudens met een inkomen beneden de zogenoemde
DAEB-inkomensgrens. Voor eenpersoonshuishoudens
is deze inkomensgrens €44.035 (prijspeil 2023). Voor
meerpersoonshuishoudens is de DAEB-inkomensgrens
voor een periode van drie jaar (tot 2025) vastgesteld
op €48.625 (prijspeil 2023). Kijken we naar 2021,
dan bedroeg het aantal toewijzingen binnen de
inkomensgrens 137.000 op een totaal aantal aanvragen
van 186.000. Dit komt neer op een percentage van
ongeveer 74%, daar is ruimte voor verbetering dus.
IMPACT KREDIETVERLENING SDG 11
SDG KPI Beschrijving Realisatie
Passend
toewijzen
sociale
huurwoningen
Toegewezen sociale
huurwoningen per
jaar binnen
inkomensgrenzen
74%
76
J A A R V E R S L A G 2022 |
OP WEG NAAR PARIJS!TIJDLIJN KLIMAATACTIEPLAN
2030
De klimaatimpact van
onze kredietportefeuille
is ten minste 43% lager
dan in 2019.
Al onze klanten hebben
reductiedoelstellingen
die in lijn zijn met
op wetenschap
gebaseerde
doelen.
>
2020
De klimaatvoetafdruk van
onze kredietportefeuille
is met 6,6% afgenomen
t.o.v. 2019.
We hebben ons angesloten
bij het Deltaplan voor
Biodiversiteits herstel en
ons achter de Finance
for Biodiversity Pledge
geschaard.
>
2018
We hebben
onze strategie
van ‘de duurzame
waterbank’
vastgesteld.
We zijn mede-
opdrachtgever
geworden van de
Klimaatmonitor
Waterschappen.
>
2022
De klimaatvoetafdruk van onze krediet-
portefeuille is met 17,2% afgenomen t.o.v. 2019.
We hebben een dashboard ontwikkeld voor
de beoordeling van de klimaatprestaties van
onze klanten.
We hebben onze eerste aan duurzaamheid
gekoppelde lening verstrekt.
We hebben een gewaagd doel geformuleerd om onze
duurzame ambities nog meer kracht bij te zetten.
We zijn gestart met het meten van onze impact
op de SDG’s inclusief biodiversiteit.
>
2021
De klimaatvoetafdruk
van onze kredietportefeuille
is met 13,8% afgenomen
t.o.v. 2019.
We werken aan ons ons
eigen klimaatactieplan
inclusief reductie-
doelstellingen.
We hebben ons
aangesloten bij het
Partnership for Biodiversity
Accounting Financials
(PBAF) en hebben voor
het eerst de biodiversiteits-
impact van een van onze
klanten in beeld.
>
2023
We analyseren of de reductie-
doelstellingen van onze klanten
in lijn zijn met op wetenschap
gebaseerde doelstellingen.
We scherpen ons engagement-
beleid aan en gaan in gesprek
met klanten waarvan wij vinden
dat ze het meest achterlopen
en/of die het grootste reductie-
potentieel hebben.
We breiden onze biodiversiteits-
impactmeting uit.
We formuleren doelstellingen
om de biodiversiteitsimpact
van onze kredietportefeuille
te verminderen.
>
2026
De klimaatimpact
van onze krediet-
portefeuille is ten
minste 28% lager
dan in 2019.
We gaan in gesprek
met alle klanten die
nog geen reductie-
doelstellingen
hebben die in lijn zijn
met op weten schap
gebaseerde doelen.
>
2024
We breiden de
engagement-
gesprekken uit
met klanten waarvan
wij vinden dat ze
achterlopen en/of
die veel reductie-
potentieel hebben.
>
2019
We hebben ons gecommitteerd aan
het nationale Klimaatakkoord.
We hebben ons aangesloten bij het
Partnership for Carbon Accounting
Financials (PCAF) en hebben voor het
eerst de klimaatimpact van onze
kredietportefeuille in beeld.
We zijn voorzitter geworden van de Werk-
groep Biodiversiteit onder het Platform
voor Duurzame Financiering van DNB.
We zijn succesvol de markt betreden voor de
financiering van duurzame energieprojecten.
We zijn de eerste partij in Nederland
die de grens van € 10 miljard uitgegeven
duurzame obligaties doorbreekt.
>
2050
Onze krediet -
portefeuille
veroorzaakt
per saldo geen
CO
2
e−uitstoot.
>
2035
Onze kredietportefeuille is
energiepositief: de energieopbrengst
van door ons gefinancierde duurzame
energie-projecten is hoger dan de
door onze klanten verbruikte energie
uit fossiele brandstoffen.
>
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
77
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
DILEMMA'S
onze werkzaamheden en rapportages lopen we
regelmatig tegen dilemma’s aan. Hieronder staan
enkele situaties waarin we een afweging moeten maken
om op grond van onze strategie en ons beleid iets
wel of niet te doen. de implementatie van ons
klimaatactieplan merken we nu al dat we op nieuwe
dilemma’s gaan stuiten.
GENERIEKE FINANCIERING
De meeste klanten ontvangen van ons balansfinanciering.
Daarbij wordt niet zozeer een specifieke investering
of een project gefinancierd, maar voorzien we in
de generieke financieringsbehoefte van de klant.
Toenemende wet- en regelgeving op het gebied van
duurzaamheid leidt ertoe dat financiële instellingen
precies moeten weten wat financieren, maar dat is
met het verstrekken van balansfinanciering slechts ten
dele mogelijk.
AFSCHEID NEMEN VAN KLANTEN
In het kader van ons klimaatactieplan denken we
actief na over de vraag wat er gebeurt als blijkt dat
onze engagementaanpak niet of onvoldoende werkt.
Vooralsnog kiezen we er niet voor om afscheid te
nemen van klanten die achterlopen op het gebied van
verduurzaming. Al onze klanten dienen een publiek
belang en we vinden dat we er ook op moeten toezien dat
de lasten voor de Nederlandse burger betaalbaar blijven.
Wel oefenen we positieve prikkels uit om onze klanten te
stimuleren verder te verduurzamen.
SUSTAINABILITY LINKED LOANS
Het stimuleren van onze klanten doen we onder andere
door het verstrekken van aan duurzaamheid gekoppelde
leningen, ook wel sustainability linked loans genoemd.
dit soort leningen spreken we met de klant vooraf
een aantal te behalen duurzame prestatie-indicatoren
af en ontvangt de klant een korting op de rente als
deze worden behaald. Vanwege het feit dat niet naar
winstmaximalisatie streven, zijn onze marges beperkt en
daarmee ook de ruimte voor een eventuele rentekorting.
De incentive is daarom mogelijk niet zo groot maar daar
laten ons niet door tegenhouden.
NIEUWE PRODUCTEN
het beantwoorden aan een klantbehoefte kan de
situatie ontstaan dat we moeten bepalen of we een nieuw
product willen introduceren. In ons goedkeuringsproces
maken we een afweging van de risico’s van een product,
zowel voor de klant als voor de bank. Hieruit kan volgen
dat er ongewenste risico’s aan een product kleven en
daarom besluiten dat product niet aan te bieden. Dit is
een dilemma, aangezien we enerzijds onze klanten altijd
willen helpen en anderzijds willen vasthouden aan ons
zorgvuldig opgestelde beleid.
KLANTGROEPEN MET EEN
BEPERKTE FINANCIERINGSBEHOEFTE
Binnen het publieke domein zijn er klantgroepen
met een beperkte financieringsbehoefte, zoals
amateursportverenigingen (met een gemeente garantie)
of mbo-scholen. Door onze compacte organisatie is
het bewerkelijk om hen efficiënt te bedienen. De
tijd die een analyse van de sector en klanten vergt,
staat vaak niet in verhouding tot de omvang van
de lening. Indien we alle kosten voor een goede
analyse vertalen in een kredietopslag, zou dit tot
hogere opslagen leiden. Vanwege onze maatschappelijke
rol helpen we ook deze kleine klanten tegen
aantrekkelijke financieringsvoorwaarden.
EU GROENE TAXONOMIE
We rapporteren nu al op vrijwillige basis volgens
de EU-taxonomie voor duurzame activiteiten. Op die
manier bereiden we ons optimaal voor op de verplichte
rapportage en laten we zien dat wij als duurzame bank
welwillend staan tegenover een dergelijk instrument.
Het gros van onze klanten in de publieke sector gaat
vooralsnog niet rapporteren of hun activiteiten in lijn
zijn met de taxonomie. Dat maakt het lastiger om
te bepalen in hoeverre onze financieringen ermee in
lijnn. Dat komt mede doordat de financiering die
aan klanten verstrekken over het algemeen niet
geoormerkt is voor één project, maar bedoeld is voor
activiteiten gerelateerd aan de wettelijke taken van de
klant. Indien we financieringen willen laten aanmerken
78
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
als groen onder de taxonomie, moeten we gegevens gaan
opvragen onze klanten, wat tot extra rapportagedruk
leidt. Doen we dit niet, dan lopen we het risico op een
lagere ‘groene’ asset ratio. Dat kan nadelig uitpakken
als investeerders in onze obligaties dit meewegen in
hun investeringsbeslissing. Als door een lage ‘groene’
asset ratio de vraag naar onze obligaties afneemt, kan
het lastiger worden om goedkope duurzame financiering
aan te trekken. Dit kan vervolgens leiden tot hogere
financieringslasten voor de publieke sector en dat is
onwenselijk in een tijd waarin veel geïnvesteerd moet
worden in de verduurzaming van Nederland.
REBOUND GEMEENTEN
Sommige (meestal kleinere) gemeenten hebben met
hun huisbank een betalingsovereenkomst, waarin een
reboundbepaling kan staan. Die biedt de huisbank altijd
de mogelijkheid om een tweede, scherpere aanbieding te
doen. zijn van mening dat dit ten koste gaat van een
eerlijk en transparant offerteproces. Om die reden willen
we in zo’n situatie geen offerte uitbrengen. De rebound
leidt tot een drietal dilemma’s. Allereerst willen we te
allen tijde beschikbaar zijn voor onze klanten. Dit is niet
het geval als we geen offerte afgeven. Daarnaast dienen
klanten conform hun eigen statuten en in sommige
gevallen conform wetgeving minimaal twee offertes op te
vragen. Wanneer andere geldaanbieders ook geen offerte
afgeven vanwege een rebound, wenden deze klanten zich
vaak alsnog tot onze bank. Tot slot is een klant niet
altijd bekend met de nadelige effecten van de rebound,
iets wat in stand gehouden wordt als de klant altijd een
offerte ontvangt.
ONGEBORGDE FINANCIERING
Op basis van onze statuten financieren we alleen
woningcorporaties en zorginstellingen onder garantie
van respectievelijk het Waarborgfonds Sociale
Woningbouw (WSW) en het Waarborgfonds voor de
Zorgsector (WfZ), dan wel academische ziekenhuizen.
In de huidige markt, waarin sprake is van een groot
tekort aan woningen met in hetzonder veel vraag
naar middenhuurwoningen, kan het voorkomen dat deze
klanten juist dit deel van hun financieringsbehoefte
moeilijk of enkel tegen hoge kosten ingevuld krijgen.
Hoewel we de wens van de sector begrijpen, vinden we
dergelijke niet-gegarandeerde financiering niet passen
binnen onze risicobereidheid.
INVESTEERDERS IN ESG-OBLIGATIES
bieden onze investeerders de mogelijkheid
om te investeren in ESG-obligaties. In aanvulling
op de traditionele investeringsafwegingen, zoals
investeringsveiligheid en op risico afgestemde
opbrengsten, wordt een groot deel van de obligaties
gekocht door investeerders die willen bijdragen
aan duurzame projecten. Aangezien als bank
obligaties aan toonder uitgeven, is vaak onbekend
wie deze obligaties precies houden. uitgifte
hebben we weliswaar inzage in het orderboek en
wordt een screening gedaan naar het duurzame
karakter van de initiële investeerders, maar de
obligaties zijn verhandelbaar zonder tussenkomst van
de bank. Zodoende is het mogelijk dat onze ESG-
obligaties in handen komen van instanties die niet
duurzaam ondernemen.
DIVERSITEIT EN INCLUSIVITEIT
VERSUS PRIVACY
We hechten veel waarde aan diversiteit van ons
medewerkersbestand en aan inclusiviteit. We streven
ernaar dat individuele medewerkers met hun eigen
kennis en ervaring complementair zijn aan elkaar en
dat het collectief een evenwichtige vertegenwoordiging
van de maatschappij is. Tegelijkertijd is borging van de
privacy van onze medewerkers cruciaal. Vanwege het
beperkte medewerkersbestand n we terughoudend om
in detail te rapporteren over diversiteit en inclusiviteit.
Mogelijk is rapportage te herleiden tot individuen en
wordt daarmee hun privacy geschonden. Dit neemt niet
weg dat we veel aandacht besteden aan diversiteit en
inclusiviteit en de bewustwording daaromtrent, zonder
over de details te rapporteren.
TIJDIGHEID EN KWALITEIT
VAN DUURZAAMHEIDSDATA
Nog niet alle data die we gebruiken om te sturen op
duurzaamheidsdoelstellingenn van goede kwaliteit.
Dit komt veelal doordat nog niet alle klanten hun
klimaatvoetafdruk publiek maken of deze data nog niet
makkelijk met ons kunnen delen op grotere schaal.
79
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Ook dedigheid van de data laat te wensen over. Dit
doordat we in veel gevallen gebruikmaken van publiek
beschikbare informatie van bijvoorbeeld het Centraal
Bureau voor de Statistiek. Dergelijke instanties bewerken
de data nadat ze die vanvoorbeeld energiebedrijven
hebben ontvangen, wat enige d kost. Zowel de beperkte
kwaliteit als tijdigheid van de data vormt een obstakel om
te sturen op onze duurzaamheidsdoelstellingen, al laten
ons daar niet door tegenhouden.
VOORUITZICHTEN 2023
We verwachten in 2023 op dezelfde maatschappelijke en
duurzame wijze als afgelopen jaar te kunnen voorzien
in de financieringsbehoefte van de Nederlandse publieke
sector. Hoewel de oorlog in Oekraïne in 2022 weinig tot
geen negatieve impact had op onze organisatie, blijven
we voorzichtig in onze verwachting voor de nettowinst
in 2023, mede in het licht van de recente volatiliteit in
de financiële markten als gevolg van zorgen omtrent de
bancaire sector. De nettowinst zal naar verwachting lager
uitvallen dan in 2022, mede doordat de positieve effecten
van deelname aan de TLTRO er in 2023 niet meer zijn.
80
J A A R V E R S L A G 2022 |
3
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
81
J A A R V E R S L A G 2022 |
GOVERNANCE
Directie
Raad van commissarissen
Interview met Joanne Kellermann
Verslag van de raad van commissarissen
Remuneratierapport
Corporate governance
Risicomanagement
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
DIRECTIE
Lidwin van Velden (1964)
Eerste benoeming
2010
Lopende termijn
tot 1 januari 2026
Hoofdfunctie
Voorzitter van de directie, CEO
Primaire aandachtsgebieden
Strategie, communicatie, legal &
corporate affairs, internal audit, human
resource management
Relevante nevenfuncties
President European Association of Public
Banks, lid raad van toezicht Centraal
Beheer Algemeen Pensioenfonds, Member
Supervisory Board PharmAccess Group
Foundation, Member Board Impact
Economy Foundation
Melchior de Bruijne (1974)
Eerste benoeming
2018
Lopende termijn
tot 20 april 2023
Hoofdfunctie
Directielid, CFO
Primaire aandachtsgebieden
Finance & control, backoffice, ict, fiscale
zaken, business continuity management
Relevante nevenfuncties
Geen
Frenk van der Vliet (1967)
Eerste benoeming
2012
Lopende termijn
tot 1 januari 2024
Hoofdfunctie
Directielid, CCO
Primaire aandachtsgebieden
Kredietverlening, funding & investor
relations, asset & liability management en
corporate social responsibility
Relevante nevenfuncties
Geen
Ard van Eijl (1973)
Eerste benoeming
2018
Lopende termijn
tot 1 april 2026
Hoofdfunctie
Directielid, CRO
Primaire aandachtsgebieden
Risicomanagement (financieel en
niet-financieel), compliance en
security management
Relevante nevenfuncties
Geen
82
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
RAAD VAN COMMISSARISSEN
Joanne Kellermann (1960)
voorzitter
Commissies
Lid auditcommissie, lid remuneratie-
en benoemingscommissie
Eerste benoeming
2020
Lopende termijn
tot 2024
Hoofdfunctie
Bestuursvoorzitter Pensioenfonds Zorg
en Welzijn
Relevante nevenfuncties
Voorzitter raad van toezicht Aflatoun
International, lid Commissie Europese
Integratie van de Adviesraad Internationale
Vraagstukken (advies aan minister van
Buitenlandse Zaken), lid comité van
aanbeveling Transparency International, lid
raad van toezicht Veerstichting, Member of
the Advisory Board PRIME Finance, directeur
KellerCo BV
Toon van der Klugt (1956)
vicevoorzitter
Commissies
Lid remuneratie- en benoemingscommissie
Eerste benoeming
2017 (bava)
Lopende termijn
tot 2026
Hoofdfunctie
Dijkgraaf van het hoogheemraadschap van
Schieland en de Krimpenerwaard
Relevante nevenfuncties
Vicevoorzitter en secretaris Stichting
Administratiekantoor Vreugdenhil-Klugt
Beheer, voorzitter gemeenschappelijke
regeling Regionale Belastinggroep
(RBG), voorzitter Vereniging Zuid-
Hollandse Waterschappen
Petra van Hoeken (1961)
Commissies
Voorzitter risicocommissie,
lid auditcommissie
Eerste benoeming
2015
Lopende termijn
tot 2023
Laatst beklede functie
Lid Executive Committee/Chief Risk Officer
Intertrust Group (tot november 2020)
Relevante nevenfuncties
Non-executive Director and Member of the
Board, Member Board Audit Committee
and Chair Board Risk Committee Nordea
Bank Group, voorzitter Adviescommissie
Kredietcommissie ministerie van
Economische Zaken en Klimaat, lid raad van
commissarissen de Volksbank en voorzitter
rvc risk & compliance committee, lid
Toetsingscommissie Donaties Universiteit
Leiden, lid bestuur en auditcommissie
Oranje Fonds
Frida van den
Maagdenberg (1961)
Commissies
Lid risicocommissie
Eerste benoeming
2017
Lopende termijn
tot 2025
Hoofdfunctie
Lid raad van bestuur Leids Universitair
Medisch Centrum (sinds januari 2023)
Relevante nevenfuncties
Lid raad van commissarissen en
voorzitter auditcommissie Nederlandse
Loterij, lid Centrale Plancommissie CPB,
lid/vicevoorzitter raad van toezicht Nivel
(Nederlands instituut voor onderzoek van
de gezondheidszorg)
83
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Annette Ottolini (1958)
Commissies
Voorzitter remuneratie-
en benoemingscommissie
Eerste benoeming
2019
Lopende termijn
tot 2023
Hoofdfunctie
Algemeen directeur/bestuurder
Evides Waterbedrijf
Relevante nevenfuncties
Lid raad van commissarissen Delfluent
B.V., bestuurslid Deltalinqs, bestuurslid VEI,
bestuurslid Stichting Water for Life
Lex van Overmeire (1956)
Commissies
Voorzitter auditcommissie,
lid risicocommissie
Eerste benoeming
2021 (bava)
Lopende termijn
tot 2026
Laatst beklede functie
Partner EY Accountants LLP (tot medio 2016)
Relevante nevenfuncties
Lid raad van toezicht en voorzitter
auditcommissie Stichting ARQ, voorzitter
auditadviescommissie CIZ (Centrum
indicatiestelling zorg), Lid raad van
commissarissen en voorzitter audit- en
compliancecommissie Van Lanschot Kempen
Manfred Schepers (1960)
Commissies
Lid auditcommissie, lid risicocommissie
Eerste benoeming
2016
Lopende termijn
tot 2024
Hoofdfunctie
CEO ILX Management B.V.
Relevante nevenfuncties
Lid raad van commissarissen en voorzitter
risicocommissie Van Lanschot Kempen,
voorzitter Stichting Het Compagnie Fonds van
Het Scheepvaartmuseum
84
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
2022 was alweer een uitzonderlijk jaar, vindt
Joanne Kellerman. De voorzitter van de raad van
commissarissen (rvc) blikt met ons terug op het
afgelopen jaar. Het was het jaar waarin een einde
kwam aan de moeilijke COVID 19-periode, waarin
Rusland Oekraïne binnenviel en waarin de
bank veel energie stak in het versterken van de
interne organisatie. Die interne ontwikkelingen
hield de rvc scherp in het oog.
Hoe kijk je terug op afgelopen jaar?
Dit jaar stond in het teken van ‘terug naar de bank’.
Je zou het bijna vergeten, maar we begonnen het jaar
nog in lockdown. Daarna brak een spannende periode
aan. Eindelijk konden we elkaar weer fysiek ontmoeten,
maar voor hoelang? Gelukkig bleek dat we de pandemie
echt achter ons konden laten, maar er brak wel een
oorlog uit in Europa. Het was ook het jaar waarin we hard
werkten aan het versterken van de interne organisatie.
Als onderdeel van ons veranderprogramma Lighthouse
keken we vooruit naar de bank van de toekomst. Ten
slotte was het een jaar van groei, een jaar waarin we veel
nieuwe, getalenteerde medewerkers aantrokken.
Over die groei hebben jullie in de raad
veel gesproken.
De groei van de organisatie heeft inderdaad continu
onze aandacht. De belangrijkste rollen van de raad zijn
om toezicht te houden, om te coachen en goed in de
gaten te houden wat de grootste risico’s zijn. Wat de
groei betreft vonden we twee onderwerpen van groot
belang. Bij het aannemen van veel nieuwe medewerkers
is het ten eerste cruciaal dat je hen goed inwerkt en
zorgt dat ze goed landen. Daaris het belangrijk
dat iedereen binnen de bank die verantwoordelijkheid
voelt, die verantwoordelijkheid ligt niet alleen de
directie. Iedere vergadering stonden we daarbij stil. Een
ander aandachtpunt was de krapte op de arbeidsmarkt.
Ondanks die krappe arbeidsmarkt wisten we met onze
missie en visie veel gemotiveerde en deskundige mensen
aan ons te binden. Daar mogen we trots op zijn.”
Interview
Joanne Kellermann
Voorzitter van de rvc
“De groei van de
organisatie heeft continu
onze aandacht”
85
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Bij groei is ook oog voor diversiteit en inclusie
belangrijk. Wat vindt de rvc van de wijze waarop
de bank daarmee omgaat?
Voor diversiteit en inclusie is binnen de bank veel
aandacht. Zowel de raad van commissarissen als de
directie bestaat uit een divers team. Ook zijn de CEO en
voorzitter van de rvc beiden vrouw, wat behoorlijk uniek
is voor een bancaire organisatie. laten zo aan de rest
van de organisatie zien dat we diversiteit en inclusie heel
serieus nemen. de groei van de organisatie moeten
we daarnaast in de gaten houden dat iedereen zich
veilig en welkom voelt. hebben in de organisatie alle
ingrediënten om daar goed mee om te gaan. Niettemin
moeten we alert blijven en zorgen dat we ons blijven
verplaatsen in een ander.”
Om in de pas te blijven met de groei versterkte de
bank de interne controles.
De wereld verandert voortdurend, de bank verandert
voortdurend en dat betekent ook dat onze interne
controles voortdurend moeten veranderen. Wij willen
dat iedereen binnen de bank daarvan doordrongen is,
niet alleen in de tweede en derden, maar ook in
de eersten. Het is daarom fijn om te zien dat de
organisatie hard werkt om de interne controles keer op
keer verder te brengen. We hopen dat de medewerkers dit
niet zien als een verplichting vanuit de toezichthouders,
maar oppakken vanuit de intrinsieke motivatie om het
werk waarmee we impact willen maken zo goed mogelijk
te doen.”
“Het is fijn om te zien dat de organisatie
hard werkt om de interne controles keer
op keer verder te brengen."
Wat waren naast de groei nog meer belangrijke
onderwerpen in de raad?
We spraken natuurlijk ook veel over de driedubbele
crisis in de financiële markten. De oorlog in Oekraïne
heeft niet alleen een enorme geopolitieke en humanitaire
impact, maar ontketende eveneens de crisis in de
energiemarkt en een sterke stijging van de inflatie
en daarmee flinke daling van de koopkracht. Gelukkig
hebben we de bank deze opeenstapeling van
crises rimpelloos doorstaan. Zowel financieel als
maatschappelijk boekten we uitstekende resultaten. Ook
dat is reden voor tevredenheid.”
Terugblikken op de Watersnoodramp op tv
herinnerden aan de belangrijke rol van de bank 70
jaar geleden. Is die maatschappelijke rol nog steeds
zo relevant als toen?
De maatschappelijke rol van de bank is misschien wel
relevanter dan ooit. De verschrikkelijke aardbevingen in
Turkije en Syrië laten zien hoe nauw rampenbestrijding
is verbonden met infrastructuur. Veel gebouwen waren
niet aardbevingbestendig. Als je niet op de juiste manier
voorzorgsmaatregelen treft tegen natuurrampen, is de
schade vele malen groter. Het tragische is dat het lastig
is mensen te motiveren veel geld en energie te steken in
voorzorgsmaatregelen in tijden dat een crisis of ramp nog
heel abstract of ver wegkt, zoals de klimaatcrisis
die ons bedreigt. Het is daarom heel belangrijk dat
in Nederland investeren in een duurzame infrastructuur,
de ‘corebusiness’ van de waterschappen, die de bank
na de Watersnoodramp oprichtten om de benodigde
investeringen in het waterbeheer mogelijk te maken. Als
financier van de publieke sector willen daar ten volle
aandragen en stimuleren ook onze klanten actief
om verder te verduurzamen.”
twee klanten nam de rvc in 2022 een kijkje tijdens
werkbezoeken: bij Waterschap Vallei en Veluwe en
woningcorporatie Ymere. Hoe was dat?
“De werkbezoeken waren ontzettend leerzaam. Ieder jaar
bezoeken we een waterschap en voor het eerst namen we
nu ook een kijkje bij een andere klant. Dat concept beviel
heel goed; in 2023 willen we daarom weer een tweede
werkbezoek organiseren.
Waterschap Vallei en Veluwe liet ons zien hoe waardevol
het is een stukje natuur terug te brengen in de stad.
Dijkgraaf Marijn Ornstein verwelkomde ons in Apeldoorn
en daarna volgde een verrassende excursie. Waar we
eerdere werkbezoeken aan waterschappen het platteland
opgingen, togen we nu naar de stad. We kregen te zien hoe
het waterschap het verleden daar heeft teruggebracht
door de waterloop de Grift weer door het centrum te
laten stromen. De kroon op hun werk was de terugkeer
van de zeldzame vis beekprik, wat laat zien dat de Grift
een schone, gezonde beek is. Het is een heel mooi
86
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
initiatief, waar het waterschap, de stad én de natuur baat
hebben.
woningcorporatie Ymere kregen we inzicht in de
enorme operatie die komtken het verduurzamen
van woonwijken. We bezochten de Van der Pekbuurt, een
oude woonwijk in Amsterdam-Noord, waar een grote
bedrijvigheid heerste. Het was indrukwekkend om te
zien hoe bouwvakkers daar straat voor straat woningen
isoleren en energiezuiniger maken en om te horen wat
daar allemaal bij speelt. Het is een flink ingewikkelde
opgave die met veel partijen afstemming vergt. Op
kantoor gaf financieel directeur Hélène Pragt (inmiddels
uit dienst, red.) ons daarnaast inzicht in deze waarop
de corporatie haar treasury managet. Ik vond het een
inspirerend werkbezoek, dat de impact van onze leningen
goed zichtbaar maakte. (Zie voor een nader inkijkje in het
reilen en zeilen bij Ymere het verhaal van treasurer Frits
Harmsen eerder in dit jaarverslag, red.)”
“Bij woningcorporatie Ymere kregen
we inzicht in de enorme operatie
die komt kijken bij het verduurzamen
van woonwijken."
Terug naar de activiteiten van de bank zelf: wat
vond je hoogtepunten afgelopen jaar, waar ben je
trots op?
“Ik ben heel trots op het klimaatactieplan van de bank.
De klimaatcrisis is bedreigender dan ooit. Ik vind het
mooi dat met dit plan een concrete en cruciale
bijdrage leveren aan maatregelen om deze crisis te
voorkomen. De hele Nederlandse financiële sector moet
zo’n plan maken, maar waren de eerste die het plan
publiceerden. Het is spannend en mooi dat daarin
vooroplopen. We hebben een ambitieus, maar ook reëel
en haalbaar plan gemaakt. Ik ben ervan overtuigd dat
we de stappen daarin met elkaar goed tot uitvoering
zullen brengen.
De benoeming van Lidwin (van Velden, red.) tot voorzitter
van de European Association of Public Banks vind ik
ook een opsteker. Ik verwacht dat een wezenlijk
verschil kan maken als het gaat om stappen in
duurzaamheid, klimaatmitigatie en biodiversiteit. Terwijl
veel organisaties afwachtend zijn, omarmen deze
onderwerpen juist en stellen we ambitieuze doelen.
Wel een obstakel is dat de ESG-regelgeving over het
verstrekken van data waaraan wij moeten voldoen, niet
geldt voor onze klanten uit de publieke sector.
maken vooral impact met onze kredietverlening aan
klanten, maar als klanten niet de gegevens hoeven
te verstrekken om daadwerkelijk die impact te meten,
missen we veel kansen. Ook vind ik het van belang dat
ESG-toezichthouders niet een ‘one-size-fits-all’-aanpak
hanteren. Voor sommige organisaties is klimaatmitigatie
dagelijkse praktijk, zoals voor de waterschappen, maar
voor veel organisaties is dat een ander verhaal.
Wat vind je in dat opzicht van het gewaagde doel van
de bank?
Dat streven naar een energiepositieve
kredietportefeuille in 2035 vind ik spannend, maar past
wel heel goed bij onze ambities. Ik vind het goed dat we
daarin moedig zijn en daadwerkelijk een stap naar voren
doen. Gezien onze AAA-rating en lage risicotolerantie is
het een flinke uitdaging, maar we zetten onze schouders
eronder en gaan dit realiseren.”
Herkent de rvc zich ook in het visievierluik, waar dit
gewaagde doel deel van uitmaakt?
“We vinden dat de vernieuwde missie, visie en
kernkwaliteiten zeker goed weergeven wie we zijn en
wat we willen bereiken. De kernkwaliteiten slagvaardig,
deskundig en inventief zijn heel belangrijk voor de
toekomst. Wel zien we daarbij de uitdaging om een goede
balans te houden tussen deskundigheid en degelijkheid
enerzijds en slagvaardigheid en inventiviteit anderzijds.
We moeten goed de risico’s in de gaten houden en
tegelijkertijd moedig voorwaarts om al onze doelen tijdig
te behalen.”
87
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Helder. Wat zijn tot slot nog meer je wensen en
verwachtingen voor 2023?
Ik hoop dat het een wat rustiger jaar wordt, zodat de
ontwikkelingen die we de afgelopen tijd in gang hebben
gezet goed kunnen landen. De groei in de organisatie
biedt mooie nieuwe kansen, maar brengt ook risico’s
met zich mee. Op drie punten moeten we goed letten.
Ten eerste, dat we de werkzaamheden voor iedereen
behapbaar houden. Ten tweede, dat we iedereendig
en goed opleiden en inwerken. En tot slot, dat we aan
onze klanten en andere stakeholders de kwaliteit blijven
leveren die ze gewendn.”
“We moeten een goede
balans zien te houden tussen
deskundigheid en degelijkheid
enerzijds en slagvaardigheid en
inventiviteit anderzijds."
88
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERSLAG VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN
TOEZICHT
In 2022 stelden een toezichtvisie op, waarin we
uitleggen hoe we ons willen verhouden tot de directie,
organisatie en omgeving, en wat daaronze leidraad
is. Ook stelden we een toezichtagenda op met de
aandachtspunten voor 2023. Als raad vinden het
belangrijk om onafhankelijk te acteren, zowel ten
opzichte van elkaar als ten opzichte van de directie.
zijn een betrokken gesprekspartner voor alle
stakeholders, met inachtneming van de rolverdeling
tussen rvc en directie.
Vergaderingen
De rvc vergaderde in 2022 zeven keer regulier
met de directie, inclusief een strategiedag. Het
aanwezigheidspercentage van de leden van de rvc in deze
reguliere vergaderingen was 92%. Het eerste deel van
iedere vergadering vindt in besloten kring plaats, zonder
de directie. We staan dan kort stil bij omgevingsfactoren,
observaties van individuele commissarissen en de
belangrijkste doelen van de vergadering. Daarna delen we
de uitkomsten met de directie.
Net als in de afgelopen twee jaar vonden afgelopen
jaar additionele besprekingen plaats met de directie.
In de eerste helft van 2022 werd een 'deepdive-sessie'
gehouden door het Lighthouse-team om de stand van
zaken omtrent het veranderprogramma nader toe te
lichten en hielden we een 'benen-op-tafelsessie' om eens
los van een agenda over een aantal onderwerpen nader
met elkaar in gesprek te gaan. In de tweede helft van het
jaar hielden we een extra werksessie ter voorbereiding op
de laatste vergadering van het jaar.
Naast de functionele afstemmingsgesprekken hield de
voorzitter van de rvc in 2022 tweewekelijks telefonisch
overleg met de voorzitter van de directie. In de loop van
2022 voerden we ook een regulier tweewekelijks overleg
in tussen de voorzitter van de risicocommissie en de chief
risk officer en tussen de voorzitter van de auditcommissie
en de chief finance officer.
Ook hield een afvaardiging van ons in 2022 een tussentijds
overleg met de aandeelhouders en namen leden deel aan
twee overleggen van de ondernemingsraad.
De raad van commissarissen had begin 2022 de reguliere
supervisory dialogue meeting met het Joint Supervisory
Team, kortweg JST (team van toezichthouders van de
Europese Centrale Bank en De Nederlandsche Bank),
waarin onder meer de uitkomsten van de jaarlijkse
Als raad van commissarissen (rvc) n toezichthouder, adviseur en werkgever voor de directie
van NWB Bank. Wij opereren overeenkomstig letter en geest van de Nederlandse en Europese
wet- en regelgeving, richtlijnen en codes.
AANWEZIGHEID VERGADERINGEN RAAD VAN COMMISSARISSEN EN RELEVANTE COMMISSIES 2022
Joanne
Kellermann
Lex van
Overmeire
Petra van
Hoeken
Toon van
der Klugt
Frida van den
Maagdenberg
Annette
Ottolini
Manfred
Schepers
Raad van commissarissen 7 van 7 6 van 7 7 van 7 7 van 7 7 van 7 7 van 7 4 van 7
Auditcommissie 4 van 4 4 van 4 4 van 4 n.v.t. n.v.t. n.v.t. 4 van 4
Risicocommissie n.v.t. 4 van 4 4 van 4 n.v.t. 4 van 4 n.v.t. 4 van 4
Remuneratie- en
benoemingscommissie 3 van 3 n.v.t. n.v.t. 3 van 3 n.v.t. 3 van 3 n.v.t.
Totaal 14 14 15 10 11 10 12
Aanwezigheidspercentage 100% 93% 100% 100% 100% 100% 79%
89
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
SREP (Supervisory Review and Evaluation Process)n
besproken. Gedurende het jaar hielden de voorzitter
van de rvc, voorzitter auditcommissie en voorzitter
risicocommissie ook enkele voortgangsgesprekken met
het JST over onder meer het veranderprogramma
van de bank en de wijzigingen binnen de raad van
commissarissen en directie.
Speerpunten
In 2022 besteedde de rvc in het bijzonder aandacht
aan de gewijzigde geopolitieke situatie als gevolg van
de oorlog in Oekraïne, de dreiging van een recessie,
de stijgende inflatie en energiecrisis. volgden de
mogelijke impact hiervan op de bank, de organisatie en
haar klanten nauwlettend.
Daarnaast besteedden expliciet aandacht aan de
volgende onderwerpen.
Veranderprogramma
De directie initieerde in 2021 het veranderprogramma
'Lighthouse' binnen de bank; in 2022 is dit pogramma
verder uitgerold. In het veranderprogramma werkt de
bank aan vier prioriteiten voor de versterking van de
interne organisatie. De directie hield de auditcommissie
en rvc in iedere vergadering op de hoogte van de genomen
en geplande maatregelen en de vorderingen. Gezien
de vele veranderingen binnen de organisatie vroeg de
rvc aan de directie om extern te laten beoordelen of
de bezetting (kwantitatief en kwalitatief) van de interne
controlefuncties binnen de bank toereikend is. Hieruit
kwam naar voren dat de bank, na versterking van
de interne risicobeheersing de afgelopen jaren, goed
geëquipeerd is om deze functies uit te voeren. Deze
beoordeling zal de bank voortaan jaarlijks meenemen
de strategische personeelsplanning.
COVID-19-pandemie
In januari 2022 had Nederland nog te maken met de
omikron- en deltavariant van het coronavirus, daarna
volgden langzaamaan de eerste versoepelingen. Na lange
tijd online vergaderen kon de rvc-vergadering in maart
voor het eerst sinds tijden weer fysiek plaatsvinden.
Als raad constateerden we dat, net als in de afgelopen
twee jaar, de COVID-19-pandemie in 2022 geen negatieve
impact had op de kredietverlening en de bank haar
maatschappelijke rol als promotional bank goed wist
te vervullen.
Strategie 2019-2026
Tijdens de jaarlijkse strategiebespreking van de directie
met de rvc stonden we uitgebreid stil bij de strategie
van de duurzame waterbank met de scope 2019-2026.
Op basis van het strategisch dashboard waarmee
de voortgang wordt gemonitord, concludeerden we
vanuit de rvc dat de bank de gestelde doelen goed
weet te behalen. In de strategiebespreking stonden
we uitgebreid stil het veranderprogramma en de
resultaten daarvan waar het gaat om de versterking van
de interne organisatie. We bespraken het visievierluik en
de strategie voor de lange termijn, waarbij veel aandacht
uitging naar de ESG-aspecten (Environmental, Social
en Governance). de kerncompetenties heeft de rvc
gevraagd voor risicobewustzijn.
Ook bespraken we het waardecreatiemodel, de impact
reporting voor Sustainability Development Goals (SDG's),
de voortgang van het klimaatactieplan, het ESG-
risicomanagement en ontwikkelingen in nationale en
Europese wet- en regelgeving op het gebied van
duurzaamheid. Het waardecreatiemodel van de bank
werd ook eerder in 2022 in een rvc-vergadering
al gepresenteerd en toegelicht. De directie gaf aan
zich in lijn met de strategie van de duurzame
waterbank te blijven focussen op duurzaamheid en
de verdere inbedding van ESG binnen de organisatie,
zaken die ook expliciet onderdeel uitmaken van
het veranderprogramma.
Overige onderwerpen
Naast bovengenoemde onderwerpen stonden we in
de rvc onder meer stil bij de ontwikkelingen op
de financiële markten, de ontwikkelingen bij klanten,
de kredietverlening en de funding, de balans- en
resultaatontwikkeling, dividend, ontwikkelingen in wet-
en regelgeving, het toezicht van de Europese Centrale
Bank en De Nederlandsche Bank en het verslag van
de externe accountant. Conform onze wens om meer
kennis te vergaren over de veranderende markten waarin
NWB Bank zich beweegt, brachten we in juli 2022 een
90
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
werkbezoek aan woningcorporatie Ymere (een van onze
grootste klanten).
Verder besteedden we specifiek aandacht aan de
strategische personeelsplanning, het versterken van
de interne controls, IT-security, de deelname aan de
targeted longer-term refinancing operations (TLTRO) van
de ECB, de benoeming van een nieuwe commissaris, de
herbenoeming van een commissaris en directielid, de
evaluatie van de rvc-vergoedingen en de zelfevaluatie
van de rvc. Door een herziening van de Nederlandse
Corporate Governance Code eind 2022, die met ingang van
boekjaar 2023 in werking treedt, pasten we het charter
van de rvc begin 2023 op een beperkt aantal punten aan.
Verhouding met aandeelhouders
In november 2022 vond met de aandeelhouders-
waterschappen een informeel overleg plaats, waaraan
zowel de directievoorzitter als de voorzitter van de
rvc deelnam. Aan de orde kwamen onder andere de
halfjaarcijfers 2022, de vorderingen ten aanzien van de
strategie van de duurzame waterbank, de evaluatie van
de rvc-vergoedingen en de opvolging van de voorzitter van
de aandeelhouders-waterschappen.
Met de afdeling Deelnemingen van het ministerie van
Financiën voerde de rvc in 2022 tweemaal overleg. De
voorzitter van de rvc voerde samen met de voorzitter
van de auditcommissie het vooroverleg voorafgaand aan
de algemene vergadering van aandeelhouders. Hierin
bespraken ze de financiële resultaten van 2021, de
evaluatie van de rvc-vergoedingen en het rooster van
aftreden. Aan het najaarsoverleg met de aandeelhouders
namen de voorzitter van de rvc en de voorzitter van de
remuneratie- en benoemingscommissie deel. Aan bod
kwamen de evaluatie van de rvc, de benoeming van een
rvc-lid en herbenoeming van een rvc-lid, de evaluatie van
de directie en herbenoeming van een directielid en enkele
andere ontwikkelingen binnen de bank.
COMMISSIES
De raad van commissarissen heeft drie commissies: de
auditcommissie, de risicocommissie en de remuneratie-
en benoemingscommissie. De leden van de raad die
geen lid zijn van een commissie hebben een 'standing
invitation' om een commissievergadering te wonen.
De commissies bereiden conform eigen reglementen
(charters) besluitvorming voor en adviseren de raad van
commissarissen over diverse onderwerpen.
Auditcommissie (ac)
De auditcommissie bestaat uit: Lex van Overmeire
(voorzitter), Petra van Hoeken, Joanne Kellermann en
Manfred Schepers. Regelmatig maakten de overige rvc-
leden in 2022 gebruik van hun 'standing invitation'. De
auditcommissie bespreekt financiële en operationele
ontwikkelingen aan de hand van de kwartaalrapportage
van de directie en de kwartaalrapportage van de interne
accountant en geeft waar nodig commentaar. Daarnaast
bespreekt de commissie relevante ontwikkelingen in wet-
en regelgeving.
In 2022 kwam de auditcommissie vier keer samen in
een reguliere vergadering, telkens in het bijzijn van
de directie en de interne en externe accountant. Ook
het hoofd Finance & Control en het hoofd Internal
Audit Department waren bij de vergaderingen aanwezig.
Voorafgaand aan iedere vergadering had de voorzitter
van de auditcommissie een overleg met de interne
accountant, een overleg met de externe accountant
en een overleg met de chief financial officer (CFO).
Naast de reguliere commissievergaderingen besprak de
auditcommissie in een separaat overleg het auditplan
van de externe accountant ter voorbereiding op een
rvc-vergadering. De ac heeft afgelopen jaar ook een
presentatie gekregen over IT-security bij NWB Bank.
In 2022 vergaderde de auditcommissie tweemaal buiten
aanwezigheid van de directie met de externe accountant
en idem met de interne accountant.
De auditcommissie besteedde afgelopen jaar uitgebreid
aandacht aan het veranderprogramma binnen de bank en
de maatregelen ter versterking van bepaalde processen
van de bank. Dit gebeurde zowel in de vergaderingen van
de auditcommissie als in de contacten die er zijn tussen
de directie en de voorzitter van de auditcommissie, al dan
niet samen met de voorzitter van de risicocommissie en
voorzitter van de raad van commissarissen.
91
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Meer specifiek waren belangrijke onderwerpen in 2022
de periodieke voortgang en de verbeteringen in de
interne controles voor de kredietverlening en het
betalingsverkeer en de invoering van de workflow-CRM-
tool PEGA aan het eind van het jaar. Deze onderwerpen
waren, met uitzondering van laatstgenoemde, onderdeel
van werkstroom 1 'Stable banking' van het Lighthouse-
veranderprogramma, die in de loop van het jaar is
afgerond. Internal Audit voerde vervolgens een audit uit
om de effectiviteit van de maatregelen te toetsen.
Daarnaast besteedde de commissie aandacht aan:
de ontwikkeling van de rentemarge gedurende het jaar
in relatie tot de gestegen rente;
de ontwikkeling van het resultaat financiële
transacties (RFT), waaronder met name de credit value
adjustment (CVA);
de ontwikkelingen in de expected-credit-loss-
voorziening voor kredietverlening (ECL) in relatie tot de
economische onzekerheden;
de gevolgen van de COVID-19-pandemie voor de
financiële markten en de maatschappelijke rol van de
bank tijdens deze wereldwijde crisis;
de IT-omgeving en cybercrime;
de operatie van de bank.
In de vergadering waarin de jaarrekening werd
besproken, stonden zowel het onafhankelijke
auditrapport van de externe accountant als het
kwartaalrapport van de interne accountant geagendeerd.
De gerapporteerde key audit matters zijn ook met de
externe accountant besproken.
Andere onderwerpen die in 2022 in de commissie aan
bod kwamen:
de kredietverlening en de geld- en kapitaalmarkt;
de deelname aan de targeted longer-term refinancing
operations (TLTRO);
het waarborgen van de kritische
operationele processen, personeelsbezetting
en personeelsuitbreiding;
de NPL-backstop en de mogelijke impact daarvan op
de bank;
maatregelen vanuit prudentieel toezicht
en regelgeving;
de regulatory reporting en de rapportage van de
externe accountant;
hedge accounting en waardering van de reële waarde
van derivaten en niet-financiële informatie;
de dividenduitkering, uitgiftes van ESG-obligaties en
voorzieningen voor eventuele kredietverliezen op basis
van het IFRS9 ECL-model.
Vast op de agenda van de auditcommissie stonden de
rapportages van de externe en interne accountant. Aan
de orde kwamen onder andere het waarborgen van
de toegang en continuïteit van de geautomatiseerde
gegevensverwerking en meer specifiek de uitkomsten
van de business continuity test. Ook kwam het toezicht
van de Europese Centrale Bank aan de orde, met onder
meer aandacht voor onze interne controles van de
kredietverleningsketen, de relatieve omvang en bezetting
van de controlfuncties in de eerste, tweede en derde
lijn, de interactie tussen internal audit en de tweede
lijn en het uitbestede betalingsverkeer klanten. Vanwege
de geactualiseerde Nederlandse Corporate Governance
Code werd begin 2023 het charter van de auditcommissie
op enkele punten aangescherpt.
Risicocommissie (rc)
De risicocommissie bestaat uit Petra van Hoeken
(voorzitter), Frida van den Maagdenberg, Lex van
Overmeire en Manfred Schepers. Regelmatig maakten
de overige rvc-leden in 2022 gebruik van hun 'standing
invitation'. De risicocommissie kwam het afgelopen jaar
vier keer samen in het bijzijn van de directie, het hoofd
IAD en de externe accountant. Ook het hoofd Compliance,
dat sinds medio 2021 rapporteert aan de chief risk officer
(CRO), schoof aan deze vergadering. Daarnaast had de
voorzitter van de risicocommissie regelmatig overleg met
de CRO en met het hoofd Compliance.
In 2022 besteedde de risicocommissie veel aandacht
aan de verdere versterking van en controle op de
risicobeheersing binnen de bank, met name op het
gebied van credit risk en operationeel risico, inclusief
compliance. Daarbij keek de commissie naar zowel
de rol van de business als het functioneren en de
inrichting van de interne controlefuncties. Aan de orde
kwamen de (risico)cultuur en de uitbreiding van het
92
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
aantal medewerkers en de expertise in risicobeheersing.
Verder besprak de risicocommissie diverse malen de
sterk gewijzigde marktsituatie en geopolitieke situatie
sinds de Russische inval in Oekraïne in februari 2022
en de potentiële gevolgen voor de bank. Denk aan
oplopende rentes, hoge energieprijzen, inflatie, sancties
en verhoogde cyberrisicodreiging.
Afgelopen jaar intensiveerde de risicocommissie de
aandacht voor operational risk enn er deepdive-
sessies gehouden op het gebied van climate &
environmental risk en credit risk. De commissie is
uitgebreid meegenomen in de uitkomsten van de eerste
'ECB climate risk stresstest' voor NWB Bank, van de
thematic review van het interne ESG risk management en
de ontwikkelingen op dit gebied. De vernieuwde interne
risk & compliance-rapportages zijn inmiddels een vast
onderwerp in de rc-vergadering. In die rapportages
geeft de bank steeds meer aandacht en opvolging
aan niet-financiële risico's. De splitsing van Vestia
was in 2022 ook een terugkerend punt op de agenda
van de risicocommissie. Mede in het licht van de
volatiele marktomstandigheden besteedde de commissie
het afgelopen jaar extra aandacht aan kredietrisico.
Begin 2022 had de rc een educatieve sessie over
Non-Performing Exposures (NPE's) en de Europese
wetgeving inzake prudentiële voorzieningen. In lijn met
de herziene Corporate Governance Code is begin 2023
het charter van de risicocommissie op een beperkt aantal
punten aangepast.
Andere onderwerpen in de risicocommissie waren:
de beoordeling van de jaarlijkse kapitaals- en
liquiditeitstoereikendheid (ICAAP/ILAAP) inclusief
stress testing;
de jaarlijkse update van het Risk Appetite Statement;
het Risk Management Charter;
het Compliance Framework en Jaarplan;
de NPL-backstop en de mogelijke impact daarvan op
de bank;
de systematische integriteitsrisicoanalyse (SIRA)
en de customer due diligence (CDD)
en transactiemonitoring-reviews;
het Recovery Plan;
het SREP-besluit 2022, waarover gesprekkenn
gevoerd met het Joint Supervisory Team van de
Europese Centrale Bank.
Remuneratie- en
benoemingscommissie (rbc)
De remuneratie- en benoemingscommissie bestaat uit
Annette Ottolini (voorzitter), Toon van der Klugt en Joanne
Kellermann. De commissie vergaderde drie keer in het
afgelopen jaar in hetzijn van de CEO en het hoofd
Human Resources. Daarnaast hield de commissie zich
in de tweede helft van 2022 bezig met de werving en
voordracht tot benoeming van een rvc-lid, dat tevens
voorzitter van de risicocommissie wordt. Dit deed de
commissie samen met de selectiecommissie, die per
vacature apart wordt ingesteld en bestaat uit leden van
de raad die niet per se lidn van de remuneratie-
en benoemingscommissie.
Begin 2022 besteedde de rbc nog aandacht aan
de gevolgen van de COVID-19-maatregelen voor de
medewerkers en de organisatie. Na de versoepelingen
in de samenleving vanaf het voorjaar en de preventieve
maatregelen voor een mogelijke nieuwe uitbraak, is
corona geleidelijk aan naar de achtergrond geraakt.
Gebaseerd op de ervaringen met het thuiswerken tijdens
de pandemie stelde NWB Bank in 2021 een hybride
werkregeling op, die het voor medewerkers mogelijk
maakt op structurele basis afwisselend op kantoor en
thuis te werken. Deze regeling en de ervaringen ermee
zijn ook besproken in de rbc.
Verder hield de rbc zich afgelopen verslagjaar bezig
met haar toezicht op de strategische personeelsplanning
(SPP), met specifiek aandacht voor de opbouw van
de personeelsbezetting en de organisatiecultuur.
Vanwege het toegenomen personeelsbestand stond de
commissie uitgebreid stil bij de onboarding van nieuwe
medewerkers. Ook voor de komende jaren voorziet de
strategische personeelsplanning een verdere groei van
de organisatie. Het SPP-proces binnen de bank omvat
tevens een inventarisatie van prestaties, talenten en het
ontwikkelpotentieel van medewerkers.
93
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Overige onderwerpen die aan bod kwamen in de
rbc-vergadering betreffen de krappe arbeidsmarkt en
de daarmee samenhangende wervingsmogelijkheden
voor goed gekwalificeerd personeel, het ziekteverzuim,
de governance van het managementteam en de
samenwerking en versterking van de interne organisatie,
inclusief een externe beoordeling van de capaciteit van de
interne controlefuncties.
In vervolg op de agendering in de algemene vergadering
van april 2021 stelde de rbc voor de aandeelhouders
een presentatie op over de vijfjaarlijkse evaluatie
van de rvc-vergoedingen. Namens de aandeelhouders-
waterschappen zal een aandeelhouderscommissie zich
buigen over het voorstel van de raad van commissarissen
en een advies uitbrengen voor de besluitvorming in de
algemene vergadering van 20 april 2023.
De voorzitter van de raad van commissarissen
en de voorzitters van de commissies voerden
tussentijdse gesprekken en eindejaarsgesprekken met
de directieleden. Naast de individuele en gezamenlijke
doelstellingen van ieder lid is een 360-gradenfeedback
onderdeel van de beoordelingscyclus. Terugkoppeling
van deze gesprekken vond plaats in het besloten deel van
de vergadering.
De raad van commissarissen evalueerde eind 2022 het
eigen functioneren via een online tool, zie zelfevaluatie
(zie pagina 95). Vanwege de herziene Corporate
Governance Code is het charter van de rbc begin
2023 aangepast. Dezigingen hebben voornamelijk
betrekking op het beloningsbeleid, het ESG-beleid
alsmede diversiteit en inclusie.
SAMENSTELLING RAAD
VAN COMMISSARISSEN
De samenstelling en personalia van de raad van
commissarissen van NWB Bank is weergegeven aan het
begin van dit hoofdstuk. Bij de samenstelling van de raad
is rekening gehouden met de complementariteit van het
team voor wat betreft kennis en ervaring. De rvc bestaat
uit zeven leden, van wie vier vrouwen en drie mannen.
De raad voldoet daarmee aan de gewenste en vereiste
genderdiversiteit. Een nadere toelichting op diversiteit en
onafhankelijkheid van de rvc staat vermeld in het deel
Corporate governance (zie pagina 103).
VERDELING KENNISGEBIEDEN RAAD VAN COMMISSARISSEN
KENNISGEBIEDEN
Joanne
Kellermann
Lex van
Overmeire
Petra van
Hoeken
Toon van
der
Klugt
Frida van den
Maagdenberg
Annette
Ottolini
Manfred
Schepers
Bankwezen/financiële markten X X X X
Finance/accounting/risk
management
X X X X
Regelgeving X X X X
Ict/cyber security X X X X X
Hrm/beloningsbeleid X X X
Corporate governance X X X
Sociaal-politieke omgeving X X X
Waterschappen/
semipublieke sector
X X X
Environmental, social
en governance
X X X X X X
Bedrijfsvoering/uitbesteding X X
Communicatie X X
94
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
KWALITEITSBORGING TOEZICHT
Zelfevaluatie
Sinds 2013 maakt de rvc voor zijn jaarlijkse zelfevaluatie
gebruik van een online evaluatietool en eens in de drie
jaar voeren we de zelfevaluatie uit tezamen met een
onafhankelijke externe partij. Afgelopen jaar deden we de
reguliere zelfevaluatie met een online evaluatietool.
De openstaande punten uit de externe zelfevaluatie van
2021 zijn in het besloten deel van de rvc-vergadering
van 10 februari ingebracht en aan het eind van
2022 is vastgesteld dat vrijwel alle opvolgpuntenn
geadresseerd. Zo hielden de directie en rvc in het voorjaar
een 'benen op tafel'-sessie om te bespreken hoe de
raad meer kan aanhaken bij de 'soft controls' en cultuur
van de bank. Vanuit werkstroom 3 van het Lighthouse-
veranderprogramma heeft de directie een extern bureau
gevraagd te helpen het in kaart brengen van de
cultuurambitie van de bank en te nemen vervolgstappen.
de uitkomsten hiervan is uitgebreid stilgestaan tijdens
de strategiesessie van rvc en directie. Naast een selectie
van medewerkers en leden van het managementteam
vroeg de directie ook een aantal rvc-leden deel te nemen
aan interviews die hebben geholpen bij het in beeld
brengen van de huidige en gewenste governance binnen
de bank. In eeneenkomst in januari 2023n de
uitkomsten van dit onderzoek verder besproken met
de betrokken remuneratie- en benoemingscommissie,
aangevuld met enkele andere rvc-leden die hebben
deelgenomen aan de interviews.
Tijd nemen voor 'benen op tafel'-momenten, in
hetzonder voorafgaand of na afloop van rvc-
vergaderingen, blijft een aandachtspunt. Wel kregen we
als raad sinds het opheffen van veel coronamaatregelen
sinds maart 2022 de mogelijkheid om de (informele)
contacten met de organisatie weer meer op te pakken. We
hielden dan ook in maart een fysieke lunchbijeenkomst
met het managementteam.
In lijn met de verdere diversificatiewens binnen de rvc
hebben we de search naar een nieuw te benoemen
commissaris, naast diversiteit in gender, tevens gelet op
diversiteit qua leeftijd, expertise en achtergrond.
Begin 2022 is tijdens een rvc-vergadering een presentatie
gegeven over het waardecreatiemodel van de bank.
Tijdens de strategiedag met de rvc en directie is
ook uitgebreid stilgestaan de langeretermijnthema's
ESG, internal governance en digitalisering. Conform
onze wens om meer kennis te vergaren over de
veranderende markten waarin NWB Bank opereert,
brachten we in juli 2022 als raad een werkbezoek aan
woningcorporatie Ymere.
Uit de zelfevaluatie 2022 kan geconcludeerd worden dat
de rvc enn commissies goed functioneren, waar
vooral - naast kennis - integriteit en onafhankelijkheid als
positieve punten naar voren komen. Als aandachtspunten
zijn genoemd de planning en hetdsbeslag van
vergaderingen en wederom de mogelijkheid om
van gedachten te wisselen over niet-geagendeerde
onderwerpen. De interactie tussen rvc en directie is
onverminderd goed. De raad is door de directie van
goede informatie voorzien, zodat de rvcn rol als
toezichthouder naar behoren heeft kunnen uitoefenen.
Hoewel de rollen als werkgever en adviseur inn
algemeen goed zijn beoordeeld, is voor deze rollen
nog verbetering mogelijk. De geformuleerde uitdagingen
voor de komende 3 tot 5 jaar betreffen verdere
inbedding van ESG, het versterken van operational
excellence, cybersecurity, het monitoren van de cultuur
en onboarding van nieuwe medewerkers.
Permanente educatie
NWB Bank vindt permanente educatie (PE) zeer
belangrijk. In dat kader verzorgden interne en externe
deskundigen in 2022 wederom voor de rvc enkele
presentaties. In de reguliere PE-sessies kwamen aan de
orde: market abuse en insiderregeling, een presentatie
van een woninigbouwcorporatie met locatiebezoek en
PCAF-methodologie die de bank gebruikt om haar
klimaatvoetafdruk te berekenen. Daarnaast volgden
(enkele) rvc-leden webinars over ESG en duurzame
waardecreatie, verantwoording afleggen vanuit de rvc,
klimaatrapport en klimaatverandering.
95
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Verder volgden de directieleden in 2022 diverse
trainingsprogramma’s en/of -sessies, onder meer over
sustainable finance, leiderschap, biodiversiteit, cultuur,
corporate governance, ESG reporting en assurance,
social & governance risk, information security en
agile werken.
Beoogde nieuwe commissarissen en directieleden volgen
een introductieprogramma. In dit programma wordt
onder andere aandacht besteed aan bankspecifieke
kredietverlening en fundingonderwerpen, financiële
aspecten inclusief de toezichtrechtelijke kaders, risk
management-onderwerpen inclusief ESG, compliance,
integriteit, IT-infrastructuur en informatiebeveiliging.
OVERIGE ZAKEN
Afscheid van Petra van Hoeken
Conform het rooster van aftreden zal Petra van Hoeken
in de algemene vergadering van 2023aftreden wegens
het bereiken van de maximale zittingstermijn van acht
jaar. De raad van commissarissen is Petra bijzonder
erkentelijk voor haar inbreng als commissaris en haar
voortreffelijke voorzitterschap van de risicocommissie.
De raad roemt zowel haar bancaire/financiële kennis
als haar expertise en ervaring in risk management.
Petra heeft met haar relevante inhoudelijke kennis een
duidelijkedrage kunnen leveren aan het toezicht op
de bank.
Herbenoeming van Annette Ottolini
Op de algemene vergadering van aandeelhouders
2023 zal de raad van commissarissen Annette
Ottolini voordragen tot herbenoeming voor een periode
van vier jaar. Deze voorgenomen herbenoeming
is gecommuniceerd met zowel de toezichthouder
als de vertegenwoordiger van de aandeelhouders-
waterschappen en het ministerie van Financiën.
De Nederlandsche Bank heeft laten weten
met de herbenoeming in te stemmen. Het
herbenoemingsgesprek met het ministerie van Financiën
heeft reeds plaatsgevonden.
Afscheid van Melchior de Bruijne
Zoals medio januari 2023 aangekondigd zal Melchior de
Bruijne in de algemene vergadering van 2023 terugtreden
als CFO en statutair bestuurder van de bank. Melchior is
sinds december 2018 lid van de directie van NWB Bank.
Tijdensn periode als CFO heeft de bank haar positie
als uiterst solide bank voor de publieke sector verder
bestendigd. Intern n op het terrein van digitalisering en
innovatie goede resultaten geboekt. Melchior acht dit een
geschikt moment voor een volgende loopbaanstap buiten
NWB Bank. De raad van commissarissen is inmiddels
een search gestart naar een opvolger. De directie heeft
inmiddels een interim-CFO aangesteld die de taken van
de CFO waarneemt.
Herbenoeming Frenk van der Vliet
De raad zal de voorgenomen herbenoeming van
Frenk van der Vliet als directielid agenderen voor
de algemene vergadering van 2023 in verband met
de ingangsdatum van 1 januari 2024. De raad
heeft zijn voornemen gecommuniceerd met zowel
de toezichthouder als de vertegenwoordiger van de
aandeelhouders-waterschappen en het ministerie van
Financiën. De Nederlandsche Bank heeft laten weten in te
stemmen met de voorgenomen herbenoeming van Frenk
van der Vliet voor een volgende periode van twee jaar. Het
herbenoemingsgesprek met het ministerie van Financiën
heeft reeds plaatsgevonden.
96
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Dankwoord
De raad van commissarissen dankt zowel de
medewerkers als directie voor alle inspanningen die
in het afgelopen jaar hebben verricht. Nadat de COVID-19-
pandemie twee jaar lang veel van ieders flexibiliteit en
veerkracht heeft gevraagd, stond het afgelopen jaar in
het teken van de oorlog in Oekraïne, de dreiging van
een recessie, de stijgende inflatie en een energiecrisis.
Daarnaastn er in het verslagjaar extra inspanningen
geleverd in verband met het veranderprogramma gericht
op versterking van de interne organisatie. De raad van
commissarissen realiseert zich dat dit wederom veel
gevraagd heeft van alle medewerkers. We willen dan
ook graag nog eens benadrukken dat we trots zijn op de
gezamenlijk behaalde resultaten, waardoor NWB Bank
ook afgelopen jaar onverminderd klaarstond voor haar
klanten en haar maatschappelijke rol in lijn met de
strategie van de duurzame waterbank goed kon vervullen.
Den Haag, 20 maart 2023
Raad van commissarissen
Joanne Kellermann
Petra van Hoeken
Toon van der Klugt
Frida van den Maagdenberg
Annette Ottolini
Lex van Overmeire
Manfred Schepers
97
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
REMUNERATIERAPPORT
BELONINGSBELEID DIRECTIE
Het beloningsbeleid voor onze directie is voor het laatst
opnieuw vastgesteld in de algemene vergadering van
2020. Dit beloningsbeleid is vrijwel identiek aan het
beloningsbeleid dat was vastgesteld in 2015, met als
belangrijksteziging dat de mogelijkheid van een
variabele beloning is komen te vervallen.
Vaste beloning
Directieleden die benoemd zijn op of na 16 april 2020
mogen een maximumsalaris van €293.041 ontvangen. In
dit bedrag is een conversie opgenomen van de variabele
beloning die per 1 januari 2019 is afgeschaft. Het
maximumsalaris wordt jaarlijks geïndexeerd conform
de structurele inkomensaanpassing zoals vermeld in de
CAO Banken. het formuleren van het beloningsbeleid
2020 is de visie van de directieleden op de hoogte en de
structuur van hun eigen beloning meegenomen. gaven
allen aan dat zij zich in de uitgangspunten van het nieuwe
beloningsbeleid konden vinden.
Variabele beloning
Sinds 1 januari 2019 kent onze bank geen variabele
beloning meer. De directieleden op wie een eerdere
versie van het beloningsbeleid van toepassing is, hebben
vrijwillig en met terugwerkende kracht vanaf 1 januari
2019 afgezien van het ontvangen van een variable
beloning, met dien verstande dat ook recht hebben
op de conversie van de variabele beloning naar hun
vaste toeslag.
Pensioenen
Onze directieleden nemen net als onze medewerkers
deel aan een collectieve pensioenregeling. De regeling
is per 1 januari 2020 ondergebracht een
premiepensioeninstelling (PPI).
Per genoemde datum is een nieuw vijfjarig contract
afgesloten, waarbij de oude middelloonregeling is
vervangen door een beschikbare premieregeling. We
betalen hiervoor als werkgever maandelijks een premie
aan de uitvoerder, waarmee de medewerker spaart
voor een aan te schaffen pensioenuitkering op de
pensioendatum. Voor de premievrije aanspraken van
medewerkers die per 31 december 2019n bepaald
en in de toekomst niet meerzigen, hebben we een
compensatie afgesproken. De nieuwe pensioenregeling
voorziet evenals de oude regeling in een eigen bijdrage
van de deelnemers. Voor salarissen boven de €114.866
(zijnde de sinds 2015 geïndexeerde maximering van
het pensioengevend inkomen tot €100.000) bieden
we als werkgever een nettopensioenregeling aan. De
pensioenbijdrage van de werkgever boven de maximering
van €114.866 is gebaseerd op een leeftijdsafhankelijke
staffel over het pensioengevend salaris. Hierbij wordt 3%
werknemersbijdrage ingehouden.
Ons beloningsbeleid weerspiegelt onze maatschappelijke rol als bank van en voor de Nederlandse
publieke sector. We kiezen voor een gematigd en duurzaam beloningsbeleid dat past binnen
de strategie, het lage risicoprofiel en de risk appetite van onze bank. Daardoor draagt ons
beloningsbeleid bij aan de realisatie van onze doelstellingen, die zijn gericht op duurzame
waardecreatie voor de lange termijn. Ons beleid is eenduidig en transparant en gericht op het
aantrekken en behouden van gekwalificeerd en deskundig personeel.
98
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Overige arbeidsvoorwaarden
Directieleden die dat wensen, hebben een elektrische
auto tot hun beschikking. De bank neemt alle kosten voor
haar rekening die aan de koop en het gebruik van deze
auto verbonden zijn. De fiscaletelling is voor eigen
rekening van de directieleden. Alle overige
arbeidsvoorwaarden voor directieleden zijn in lijn met wat
de overige medewerkers ter beschikking wordt gesteld.
Dit is ter beoordeling van de voorzitter van de
remuneratie- en benoemingscommissie. Een directielid
dat geen gebruikmaakt van een elektrische auto van de
bank, maakt bijvoorbeeld aanspraak op een vergoeding
uit hoofde van de autoregeling van de bank zoals die voor
medewerkers geldt.
REMUNERATIE DIRECTIE
Vaste beloning
Lidwin van Velden, lid van de directie per 1 januari 2010
en voorzitter van de directie per 19 april 2018, valt sinds
19 april 2018 onder het beloningsbeleid dat in 2015 is
vastgesteld. Dit beleid is eveneens van toepassing op
Melchior de Bruijne, die lid is van de directie sinds
1 december 2018.
1)
Onder dit beleid geldt een
maximumsalaris, inclusief variabele beloning, van
€272.000 voor de voorzitter van de directie.
In 2022 vond per 1 maart een indexatie van 2,5% plaats,
gelijk aan de structurele inkomensaanpassing op basis
van de cao. Na verwerking van de conversie van de
variabele beloning naar een vaste toeslag is dit bedrag
€286.988 per 1 januari 2022 (inclusief indexatie 2022:
€293.041). Voor de overige directieleden (dus nietnde
voorzitter) geldt een maximum van 85% van dit bedrag:
€243.940per 1 januari 2022 (inclusief indexatie 2022:
€249.084).
Ard van Eijl is door de algemene vergadering van 14
apil 2022 benoemd als statutair lid van de directie. Het
beloningsbeleid 2020 is daarmee van toepassing op hem.
De salarissen in deze versie van het beloningsbeleid
zijn gelijk aan die in het beloningsbeleid dat in 2015
is vastgesteld. Ard maakte per 1 december 2018 al
onderdeel uit van de directie, maar die benoeming was
niet statutair en zodoende was het beloningsbeleid voor
directieleden toen nog niet van toepassing op hem.
1) Op 19 januari 2023 is aangekondigd dat Melchior de Bruijne in de algemene vergadering van aandeelhouders op 20 april 2023 zal terugtreden als CFO en statutair bestuurder van NWB Bank. De financiële
verantwoording vann vertrek zal worden gedaan in het jaarverslag 2023.
OVERZICHT BEZOLDIGING DIRECTIELEDEN
(in duizenden euro's) Vaste beloning Bijdrage pensioen Overig Totaal
2022
Lidwin van Velden 293 41 66 400
Frenk van der Vliet 262 39 56 357
Melchior de Bruijne 249 35 38 322
Ard van Eijl 177 25 32 234
Totaal 981 140 192 1.313
(in duizenden euro's) Vaste beloning
Uitbetaling uitgestelde deel
variabele beloning 2018 Bijdrage pensioen Overig Totaal
2021
Lidwin van Velden 285 12 40 64 401
Frenk van der Vliet 255 11 37 54 357
Melchior de Bruijne
1)
242 n.v.t. 34 37 313
Totaal 782 23 111 155 1.071
1) in dienst sinds 1 december 2018
99
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Frenk van der Vliet, in dienst als lid van de directie per
1 januari 2012, valt nog onder het beloningsbeleid dat
vóór 2015 van toepassing was. Onder dit oude beleid
geldt een maximale totale (vaste en variabele) beloning
van €280.000voor de voorzitter van de directie en
een maximum van 85% van dit bedrag voor de overige
directieleden. Na verwerking van de conversie van de
variabele beloning naar een vaste toeslag is dit bedrag
€256.815per 1 januari 2022 (inclusief indexatie 2022:
€262.209).
'Bijdrage pensioen' is inclusief compensatie DC-regeling
2020. In 2022 is deze voor Lidwin van Velden 5.000 (2021:
€5.000), voor Frenk van der Vliet €6.000 (2021: €6.000),
voor Melchior de Bruijne €6.000 (2021: €6.000) en voor
Ard van Eijl €7.000.
Overig
Onder 'Overig' vallen de volgende resterende beloningen:
1. een deels belaste onkostenvergoeding van €2.800
(2021: €2.800);
2. een vergoeding uit hoofde van de
hypotheekrentesubsidieregeling voor het personeel:
voor Lidwin van Velden €3.000 (2021: €3.000), voor
Frenk van der Vliet nihil (2021: nihil), voor Melchior
de Bruijne 6.000 (2021: 6.000) en voor Ard van Eijl
€4.000;
3. eendrage voor de nettopensioenregeling: voor
Lidwin van Velden €33.000 (2021: €33.000), voor
Frenk van der Vliet €23.000 (2021: €22.000), voor
Melchior de Bruijne 18.000 (2021: 17.000) en voor
Ard van Eijl €16.000;
4. een compensatie voor de harmonisatie van de
pensioenregeling per 1 januari 2015: voor Lidwin
van Velden €9.000 (2021: €9.000), voor Frenk van
der Vliet €11.000 (2021: €11.000), voor Melchior de
Bruijne nihil (2021: nihil) en voor Ard van l 3.000;
5. per 31 december 2019 is voor bepaalde premievrije
aanspraken van directieleden, die naar de toekomst
toe niet meer zullen wijzigen, een compensatie
toegekend. Deze bedraagt in 2022 voor Lidwin van
Velden €14.000 (2021: €13.000), Frenk van der Vliet
€8.000 (2021: €8.000), Melchior de Bruijne €9.000
(2021: €9.000) en voor Ard van Eijl €7.000;
6. de forfaitaire bijdrage op basis van de fiscale
bijtelling voor auto's bedraagt voor Lidwin van Velden
€3.000 (2021: €3.000), voor Frenk van der Vliet
€11.000 (2021: €10.000), voor Melchior de Bruijne
2.000 (2021: 2.000) en Ard van Eijl ontvangt vanuit
de autoregeling een geldelijke bijdrage van €9.000.
Variabele beloning
De variabele beloning voor directieleden is afgeschaft per
1 januari 2019. De raad van commissarissen heeft begin
2022 voor het laatst de langetermijndoelstellingen van
de directie uit 2018 beoordeeld, wat geresulteerd heeft
in het betaalbaar stellen van het uitgestelde deel van de
variabele beloning (2021).
BELONINGSBELEID MEDEWERKERS
Het beloningsbeleid medewerkers is integraal van
toepassing op al onze medewerkers, ongeacht hun
functie en niveau. We volgen als werkgever de CAO
Banken. De vaste beloning voor onze medewerkers
bestaat uit 12 maandsalarissen, een vakantietoeslag
van 8% en een 13
e
maand. Indexering gebeurt volgens
de structurele inkomensaanpassingen uit de CAO
Banken. Medewerkers ontvangen daarnaast een toeslag
van 10,745% naast hun salaris in verband met de
afschaffing van variabele beloningen. Deze toeslag is
niet pensioengevend.
De bank voert een genderneutraal beloningsbeleid en
streeft naar een gelijke beloning voor medewerkers
die werkzaamn in vergelijkbare functies. In
2022 voerden we een onderzoek uit naar mogelijke
beloningsverschillen tussen mannen en vrouwen. Uit de
resultaten blijkt dat de bank mannen en vrouwen gelijk
beloont. Aandacht voor gelijke beloning blijft belangrijk
en heeft daarom structureel onze aandacht.
In 2020 is het beloningsbeleid medewerkers geëvalueerd.
In het nieuwe beloningsbeleid medewerkers is de
wijziging van de pensioenregeling per 2020 verwerkt en
ook is de termijn van evaluatie verschoven van twee
naar vijf jaar. Dit is inn met de vijfjaarlijkse evaluatie
van het beloningsbeleid voor onze directie en raad
van commissarissen.
100
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Pensioenen
De collectieve pensioenregeling voor medewerkers is
gelijk aan die voor directieleden en staat beschreven op
pagina (zie pagina 98).
Overige arbeidsvoorwaarden
Onze medewerkers hebben diverse secundaire
arbeidsvoorwaarden, zoals de studiekostenregeling,
een fietsregeling, de hypotheekrentesubsidieregeling
en een aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Medewerkers die mede op basis van hun functie in
aanmerking komen voor de (elektrische-)autoregeling
van onze bank, kunnen hiervan gebruikmaken of
aanspraak maken op een vergoeding uit hoofde van
deze regeling.
Beloningsverhouding
het bepalen van de verhouding van de beloning
van de directievoorzitter en de beloning van de
overige medewerkers nemen we de Global Reporting
Initiative-standaard G2-21 als uitgangspunt. Volgens
deze standaard is de beloningsverhouding de ratio tussen
de totale bezoldiging van de hoogst betaalde medewerker
en de mediaan van de totale bezoldiging van alle overige
medewerkers. De totale bezoldiging bestaat uit de vaste
beloning en de pensioenkosten.
De vaste beloning van onze medewerkers en
directieleden bestond in 2022 uit 12 maandsalarissen,
8% vakantietoeslag en een 13
e
maand. Voor
medewerkers en directieleden geldt daarnaast een
toeslag van respectievelijk 10,745% en 11,1%
ter compensatie voor de afschaffing van de
variabele beloning. De pensioenkosten bestaan uit
de componenten 'kosten DC-regeling tot €114.866
minus werknemersbijdrage', 'werkgeversbijdrage boven
€114.866 minus werknemersbijdrage', een 'bijdrage
pensioen (2,8% bijdrage over pensioendragend salaris
2021)', 'bijdrage pensioen voor de harmonisatie van de
pensioenregeling per 1 januari 2015', 'compensatie DC-
regeling' en 'toeslagbudget middelloonregeling'.
Gebaseerd op deze uitgangspunten komt de ratio
beloningsverhouding tussen de directievoorzitter en
de mediaan van de overige medewerkers van onze
bank over 2022 uit op 3,9 (2021: 3,9). We kunnen
in ieder geval vaststellen dat in vergelijking met de
meeste andere staatsdeelnemingen en banken onze
beloningsverhouding relatief laag is.
REMUNERATIE RAAD VAN COMMISSARISSEN
De remuneratie van de raad van commissarissen is sinds
2003 ongewijzigd. De evaluatie van de vergoedingen van
de rvc vindt eens in de vijf jaar plaats en de laatste
evaluatie was in 2017. Eigenlijk stond de evaluatie
geagendeerd voor de algemene vergadering van 2022,
maar om diverse redenen is ervoor gekozen deze uit te
stellen tot de algemene vergadering van 2023.
Met ingang van 1 januari 2017 geldt voor onze
commissarissen de volgende remuneratiestructuur
(exclusief btw), waarde bedragen geïndexeerd zijn
met de structurele inkomensaanpassing volgens de CAO
Banken (2,5% per 1 maart 2022 en 1,4% per 1 juli 2021).
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Voorzitter + commissies 40 39
Vice-voorzitter + remuneratie-
en benoemingscommissie 25 24
Lid + auditcommissie + risicocommissie 25 24
Lid + remuneratie-
en benoemingscommissie
25 24
Deze bedragen zijn inclusief onkostenvergoedingen en
exclusief reiskostenvergoeding en btw.
De honorering van onze raad van commissarissen kent
geen variabele componenten en geen optieregelingen.
101
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Op individuele basis bedroeg de remuneratie van de
leden van de raad van commissarissen naar rato
van aanstellingsperiode:
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Joanne Kellermann 40 39
Maurice Oostendorp
1)
- 7
Petra van Hoeken 25 24
Toon van der Klugt 25 24
Frida van den Maagdenberg
2)
25 24
Annette Ottolini 25 24
Lex van Overmeire 25 8
Manfred Schepers 25 24
Totaal 190 174
1) Maurice Oostendorp maakte tot 15 april 2021 deel uit van de rvc.
2) Frida van den Maagdenberg droeg over 2021 de remuneratie af
aan het Academisch Medisch Centrum, waar zij lid van de raad
van bestuur was.
Bovenstaande vergoedingen zijn exclusief de
reiskostenvergoeding. Sinds 2021 is geen btw meer
meegenomen, omdat op 28 april 2021 in een beleidsregel
is vastgelegd dat commissarissen geen btw (meer)
hoeven te berekenen over de vergoeding die
hiervoor ontvangen.
102
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
CORPORATE GOVERNANCE
NEDERLANDSE CORPORATE
GOVERNANCE CODE
De Nederlandse Corporate Governance Code (hierna:
de Code) bevat principes en bestpracticebepalingen
die de verhoudingen regelen tussen de directie, de
raad van commissarissen en de (algemene vergadering
van) aandeelhouders. Governance heeft te maken
met besturen en beheersen, verantwoordelijkheid en
zeggenschap en toezicht en verantwoording. De Code
is van toepassing op Nederlandse vennootschappen
met beursgenoteerde aandelen. De aandelen van onze
bank zijn niet beursgenoteerd en daarom hebben we
geen wettelijke verplichting om de Code toe te passen.
Toch doen we dit, waarbij we in acht nemen dat de
aandelen in onze bank uitsluitend in handen kunnen
zijn van de Nederlandse Staat, waterschappen en
andere publiekrechtelijke rechtspersonen. Toepassing
van de Code is ook in overeenstemming met de Nota
Deelnemingenbeleidksoverheid.
Eind 2022 is de Code herzien, waarbij vanaf het
verslagjaar 2023 verantwoording dient te worden
afgelegd. Dit document is geactualiseerd op onder meer
de volgende punten: de langetermijnwaardecreatie en
ESG, diversiteit en inclusie, de nadere duiding van de rol
van aandeelhouders, versterking van de rapportagelijnen
tussen interne auditfunctie, directie en auditcommissie,
eenfjaarlijkse onafhankelijke externe beoordeling van
het functioneren van de interne audit, en rapportage
van de belangrijkste bevindingen en conclusies van de
directie- en rvc-evaluaties inclusief aandacht voor gedrag
en cultuur.
Op de volgende puntenken we als NWB Bank af van
de Code:
Vanwege de two-tier board van onze bank en het
gegeven dat onze aandelen niet gecertificeerdn,
laten we de principes en bestpracticebepalingen voor
de one-tier board en de certificering van aandelen
buiten beschouwing.
De bestpracticebepalingen over
informatieverschaffing en voorlichting aan de
jaarlijkse algemene vergaderingn niet volledig
geformaliseerd, omdat we geen beursgenoteerde
aandelen kennen. Zo hebben we als onderdeel van deze
bepalingen geen beleid vastgesteld voor bilaterale
contacten met aandeelhouders.
Aangezien onze bank alleen aandelen op naam kent,
zijn alle aandeelhouders bekend. We houden een
aandeelhoudersregister bij met de namen en adressen
van onze aandeelhouders, de datum van verkrijging van
de aandelen en het op elk aandeel gestorte bedrag.
Gedurende het jaar onderhouden we rechtstreeks
contact met onze aandeelhouders.
Vanwege de afwezigheid van variabele beloningen
hebben we voor het beloningsbeleid geen
scenarioanalyses uitgevoerd.
Om de onafhankelijkheid van de leden van de directie
en raad van commissarissen te borgen, volgen we de
relevante criteria uit de richtlijnen van de European
Banking Authority (EBA).
Als financiële instelling van en voor de publieke sector heeft NWB Bank eenzondere
maatschappelijke verantwoordelijkheid en dus een scherp oog voor corporate governance. Dit
betekent soliditeit en transparantie in het ondernemingsbestuur, waarbij we rekening houden met
de belangen van alle stakeholders. De raad van commissarissen en directie zijn verantwoordelijk
voor een passende corporate governance binnen de bank en de naleving daarvan.
103
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Overige richtlijnen
Naast de Nederlandse Corporate Governance Code
passen we de volgende richtlijnen toe:
Gedragsregels uit het pakket Toekomstgericht
Bankieren van de Nederlandse Vereniging van Banken
waaronder de Code Banken;
EBA Guidelines on internal governance;
EBA Guidelines on sound remuneration policies;
Joint ESMA and EBA Guidelines on the assessment of
the suitability of members of the management body
and key function holders (ESMA staat voor European
Securities and Markets Authority);
ECB Guide to fit and proper assessments;
BIS Guidelines Corporate governance principles
for banks.
RAAD VAN COMMISSARISSEN
Onze raad van commissarissen en zijn commissies
werken volgens reglementen, zogenoemde charters.
Deze charters bevatten onder meer regels over de
samenstelling, de taakverdeling en de werkwijze. Ook
bevatten ze bepalingen over tegenstrijdig belang en de
omgang met de directie en de aandeelhouders.
de jaarlijkse toetsing van de corporate governance
van de bank op de wet- en regelgeving en richtlijnen,
zijn begin 2023 de charters van de directie, raad van
commissarissen, audticommissie, risicocommissie en
remuneratie- en benoemingscommissie op kleine punten
aangepast. Dit betrof onder andere aanscherpingen in
verband met het opvolgen van de actuele Corporate
Governance Code in december 2022.
Samenstelling en profielschets
Onze raad van commissarissen bestaat uit zeven leden,
van wie drie mannen en vier vrouwen, een verhouding
van 43% mannen en 57% vrouwen. Ieder rvc-lid beschikt
over een specifieke deskundigheid en achtergrond die
noodzakelijk is voor de vervulling van zijn of haar
rol binnen de raad. Hiermee voldoet de rvc aan het
diversiteits- en inclusiebeleid van NWB Bank. De rvc
streeft naar een samenstelling van ten minste 30%
mannen en ten minste 30% vrouwen met diversiteit in
expertise, achtergrond en ervaring.
Voor onze commissarissen hebben we een algemene
profielschets als richtlijn voor de samenstelling van de
raad van commissarissen en de benoeming van zijn leden.
Deze is eind 2021 voor het laatst aangepast bij de toetsing
van onze corporate governance aan wet- en regelgeving.
Daarnaast stellen we voor elke vacature in de raad van
commissarissen een individuele profielschets op die past
binnen het algemene profiel. Commissarissen moeten
oog hebben voor (internationale) sociale, economische,
politieke en overige ontwikkelingen die relevantn
voor NWB Bank. Ook moeten zij in staat zijn deze
te beoordelen.
De huidige samenstelling van de raad van
commissarissen is evenwichtig, deskundig en divers.
De commissarissen Joanne Kellermann (voorzitter),
Petra van Hoeken en Manfred Schepers beschikken
over uitgebreide financiële expertise, een bancaire
achtergrond, kennis van de internationale geld- en
kapitaalmarkten, ervaring met prudentieel toezicht
en kennis van risicobeheer. Lex van Overmeire
heeft een brede expertise in accountancy in de
financiële/bancaire dienstverlening en heeft ervaring
als professioneel toezichthouder, zowel in de financiële
sector als in het publieke en maatschappelijke
domein. Toon van der Klugt beschikt in ruime mate
over bestuurlijke ervaring, heeft ruime kennis van
overheidsbeleid en beschikt over een netwerk binnen
het overheidsbestuur. Frida van den Maagdenberg en
Annette Ottolini hebben beiden algemene bestuurlijke
104
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ervaring in de semipublieke sector en uitgebreide kennis
van ict. Frida brengt daarbij extra financiële kennis
mee en Annette heeft aanvullende ervaring in een
commerciële omgeving.
In 2022 concludeerde de rvc dat de samenstelling
en verdeling van de commissielidmaatschappen
van de commissarissen voldoen en daaromn
deze gehandhaafd.
Informatie inwinnen
De raad van commissarissen heeft de mogelijkheid om
informatie in te winnen externe deskundigen als
de uitoefening vann functie hierom vraagt. In 2022
is hiervan geen gebruikgemaakt. Daarnaast raadpleegt
de raad interne deskundigen en wint de raad intern
infomatie in door overleggen tussen de directie en de
ondernemingsraad bij te wonen.
Onafhankelijkheid
De raad van commissarissen vindt dat de raad zodanig is
samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar en de
directie in staat zijn onafhankelijk en kritisch te opereren.
De rvc past daarvoor de volgende richtlijnen toe:
de regel uit de 'EBA Guidelines on internal governance'
die voorschrijft dat de rvc voldoende onafhankelijke
leden moet tellen; zie Directive 2013/36/EU article 32,
met kruisverwijzing naar section 9.3 EBA Guidelines
on the assessment of the suitability of members of the
management body and key function holders;
de bestpracticebepaling 2.1.7 tot en met 2.1.9 van de
Nederlandse Corporate Governance Code.
De eisen voor onafhankelijkheid beschrijven we in de
algemene profielschets voor de samenstelling van de
raad van commissarissen en de benoeming van zijn leden.
DIRECTIE
Het bestuur van onze bank is in handen van de
directie. De algemene vergadering benoemt de statutaire
leden van de directie, op voordracht van de raad van
commissarissen, voor een periode van vier jaar. De
directie bestaat uit vier leden: Lidwin van Velden (CEO),
Melchior de Bruijne (CFO), Ard vanl (CRO) en Frenk
van der Vliet (CCO). Op 20 april 2023 zal Melchior de
Bruijne terugtreden als CFO en statutair bestuurder van
NWB Bank, zo is 19 januari 2023 bekendgemaakt.
De directie werkt conform het zogenoemde Executive
Committee Charter. Het charter bevat onder meer regels
over de taakverdeling, werkwijze en besluitvorming,
bepalingen over gedrag en cultuur, de omgang
met enze van informatieverschaffing aan de
raad van commissarissen, het beloningsbeleid en
tegenstrijdig belang.
Net als bij de raad van commissarissen dient de
samenstelling van de directie te voldoen aan het
diversiteits- en inclusiebeleid van de bank. streven
naar een evenwichtige en gemengde samenstelling,
onder meer door diversiteit in gender, kennis en ervaring.
Voor de directie en het management streven we naar
een samenstelling van ten minste 30% mannen en
ten minste 30% vrouwen. Met de benoeming van de
CRO tot statutair directeur in de ava van 14 april 2022
kwam de verdeling man/vrouw in de statutaire directie
uit op 75/25%, waarmee die net niet voldoet aan het
streefcijfer. De directie en raad van commissarissen
streven ernaar om het invullen van de vacature
voor een nieuwe CFO weer tegemoet te komen aan de
directiesamenstelling van ten minste 30% man/vrouw. In
het managementteam behalen we het streefcijfer wel,
met een verdeling van 69% mannen en 31% vrouwen.
Voor iedere vacature binnen de directie stellen we een
individuele profielschets op met vereisten in expertise en
competenties. Elk directielid moet kennis hebben van de
financiële sector in het algemeen en de bankensector in
het bijzonder, de maatschappelijke rol van de bank en de
belangen van alle stakeholders.
105
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
MELDEN TEGENSTRIJDIGE BELANGEN
De commissarissen en directieleden hebben al
hun relevante nevenfuncties bekendgemaakt de
bank. In discussies in de rvc waarbij sprake
is van een potentieel tegenstrijdig belang in
relatie tot de hoofd- en/of nevenfunctie van een
commissaris, neemt de betreffende commissaris
niet deel aan de discussie en besluitvorming.
Sinds eind 2021 is de melding van eventuele
belangenverstrengeling een standaardagendapunt in
rvc- en commissievergaderingen. In 2022 waren er
geen meldingen.
TOEKOMSTGERICHT BANKIEREN
In 2014 lanceerde de Nederlandse Vereniging van
Banken (NVB) het pakket Toekomstgericht Bankieren,
een verzameling regels en richtlijnen voor dienstbaar
en duurzaam bankieren. Dit pakket bestaat uit drie
onderdelen: het Maatschappelijk Statuut, de Code
Banken en de Gedragsregels. Het Maatschappelijk
Statuut beschrijft de rol die de banken in de samenleving
willen vervullen en de gedeelde waarden van de bancaire
sector. De Code Banken borgt een goed bestuur
binnen alle Nederlandse banken en legt principes
vast voor integere en beheerste bedrijfsvoering, goed
risicobeleid en de inrichting van de directie en raad van
commissarissen. De Gedragsregels bevatten regels voor
medewerkers ten aanzien van integere en zorgvuldige
uitoefening van hun beroep. We onderschrijven het
belang van het Maatschappelijk Statuut, de Code Banken
en de Gedragsregels ten volle en leven deze na.
Code Banken
De Code Banken is een vorm van zelfregulering en
is van toepassing op Nederlandse banken. De code
beoogt een bijdrage te leveren aan het vertrouwen van
de samenleving in banken. De principes benadrukken
daarom het belang van een beheerste en integere
bedrijfsvoering van banken.
De Code Banken bevat de volgende onderdelen:
beheerste en integere bedrijfsvoering
principes voor de directie en de raad
van commissarissen
een adequaat risicobeleid
adequate auditprocessen
een zorgvuldig, beheerst en duurzaam beloningsbeleid
Bankierseed en gedragsregels
Al onze medewerkers leggen indiensttreding de
bankierseed af. Ook externe adviseurs die langer dan
drie maanden werkzaamn bij de bank, leggen de
bankierseed af. Het afleggen van de bankierseed, en de
ondertekening ervan, onderwerpt hen aan gedragsregels
en een tuchtrechtsysteem.
De gedragsregels gaan over:
integriteit en zorgvuldigheid
zorgvuldige belangenafweging
belang van de klant centraal stellen
naleving van de wet- en regelgeving en gedragscodes
geheimhouding van vertrouwelijke informatie
openheid en eerlijkheid over eigen gedrag en het
kennen van de eigen verantwoordelijkheid voor
de samenleving
eendrage leveren aan het vertrouwen van de
samenleving in de bank
OVERIGE AANDACHTSGEBIEDEN
Corporate governance is veelomvattend. In de volgende
paragrafen geven we een toelichting op enkele
overige aandachtsgebieden.
Ondernemingsraad
Onze bank heeft een ondernemingsraad (or) met
zes leden. De or werkt volgens het reglement
ondernemingsraad, dat regels bevat over de
samenstelling, de zittingsduur, de verkiezing en de
werkwijze. Maandelijks komt de or bijeen om belangen
van het personeel te bespreken en informatie uit te
wisselen met de afdeling HR. Naast dezeeenkomsten
vonden in 2022 vier overleggen plaats tussen de or en
een directielid, waarbij bij twee overleggen een delegatie
van de raad van commissarissen aanwezig was (conform
artikel 24, lid 2 van de Wet op de ondernemingsraden).
Beheerste en integere bedrijfsvoering
We hechten sterk aan onze reputatie van solide en
integere bank voor de publieke sector. Checks & balances
en integriteit zijn binnen het beheersysteem van onze
106
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
bank belangrijke aandachtsgebieden. Daarzijn onze
directieleden en commissarissen zich ook bewust van
hun voorbeeldfunctie voor de medewerkers van de bank.
Gedrag en cultuur
De directie bevordert verantwoord gedrag en een gezonde
cultuur en streeft naar een cultuur waarin transparantie,
diversiteit en veranderingsgezindheid de normn.
De cultuur van onze bank wordt gekenmerkt
door professionaliteit, betrokkenheid, korte lijnen en
openheid. Daarbij kennen we een klokkenluidersregeling
die werknemers de mogelijkheid geeft om melding
te maken van (mogelijke) misstanden en/of
onregelmatigheden binnen en buiten de organisatie.
Zowel directieleden als medewerkers stimuleren we om
360-gradenfeedback op te halen ter ondersteuning van de
persoonlijke ontwikkeling en om inzicht te verkrijgen in
het eigen functioneren.
Net als in voorgaande jaren besteedden we in 2022
aandacht aan kennisoverdracht en -deling via reguliere
informatiesessies, en 'brown bag'-lunchsessies die
de NWB Young Professionals organiseren. deze
sessies geeft een medewerker of een gastspreker een
presentatie over een actueel en interessant onderwerp. In
2022 vonden bijeenkomsten plaats over 'duurzaamheid
NWB Bank', 'het NWB Fonds', 'Diversity Day', 'ergonomie
van de (thuis)werkplek' en 'Risico Inventarisatie &
Evaluatie (RI&E)'.
Langetermijnwaardecreatie
zijn alert op marktontwikkelingen en de veranderende
behoeften van onze klanten en stakeholders. Waar
mogelijk spelen we daarop in met het aandragen
van oplossingen, bijvoorbeeld in de vorm van nieuwe
producten/dienstverlening of door kennis te delen.
zien dit als onderdeel van onze maatschappelijke rol
als promotional bank. Daarbij zijn we kostenefficiënt en
gebruiken we onze AAA/Aaa-ratings om zo goedkoop
mogelijk duurzaam geld aan te trekken voor passende
financiering van de Nederlandse publieke sector.
In 2018 stelden we een middellangetermijnstrategie
2019-2023 vast, onder meer om in de veranderende
behoefte van onze klanten te voorzien. Binnen deze
strategie van 'de duurzame waterbank' kijken we met
bijzondere aandacht naar financiering van organisaties en
projecten in de publieke sector die raakvlakken hebben
met water en/of duurzaamheid. In 2021 evalueerden
de rvc en de directie de strategie inclusief het
waardecreatiemodel uitgebreid in een mid-term review
en trokken ze de conclusie dat ze heel tevreden zijn
met de ingezette koers. Daarom besloten ze de strategie
en bijbehorende doelstellingen door te trekken tot en
met 2026.
De voortgang van de strategie staat jaarlijks op de
agenda in een strategiesessie van de rvc en directie.
Afgelopen jaar werd daarnaast ook uitgebreid aandacht
besteed aan ontwikkelingen in nationale en Europese
wet- en regelgeving op het gebied van duurzaamheid,
de voortgang van het klimaatactieplan en de verdere
inbedding van ESG binnen de organisatie.
Klantbelang centraal
Als promotional bank spelen we een belangrijke rol in
de financiële dienstverlening binnen de Nederlandse
publieke sector. We kunnen die rol optimaal vervullen
als de samenleving, in het bijzonder de klant, vertrouwen
heeft in de organisatie en de integriteit waarmee de bank
opereert. Bevlogen, betrokken en betrouwbaar zijn dan
ook de kernwaarden van NWB Bank. verwachten van
medewerkers dat deze kernwaarden de uitoefening
van hun functie uitdragen.
Accountmanagement voor onze klanten,
productontwikkeling en het monitoren van
duurzaamheidsambities hebben een hoge prioriteit.
Hierbij staat het overbruggen van het kennisverschil
tussen de publieke sector en de financiële wereld
centraal. Om dit te bereiken, organiseren we educatieve
relatiedagen, verspreiden we een dagelijkse nieuwsbrief,
delen we marktinformatie met onze klanten via NWB
Portal en spreken onze collega's regelmatig op seminars.
Individueel vindt de kennisoverbrugging plaats via
klantgesprekken en -bezoeken. Via NWB Portal kunnen
klanten zelf ook financiële analyses uitvoeren op
hun leningportefeuille.
107
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Compliance en integriteit
Met de compliancefunctie richten ons op het
bevorderen van en (doen) toezien op de naleving van wet-
en regelgeving, interne procedures en gedragsregels
die relevantn voor de integriteit en reputatie van
de organisatie.
De compliancefunctie valt organisatorisch onder
de chief risk officer en maakt onderdeel uit
van het risk & compliance-team. Binnen deze
tweedelijnsfuncties kunnen we bij het managen van
risico's gebruikmaken van de synergie tussen de
verschillende disciplines. Compliance heeft een directe
rapportagelijn naar de directie en een escalatielijn naar
de raad van commissarissen. Regelmatig rapporteert
Compliance aan de risicocommissie. De taken van de
compliancefunctie zijn vastgelegd in het Compliance
Charter dat we jaarlijks actualiseren.
In 2022 verstevigden we onze methodologie voor
de systematische integriteitsrisicoanalyse (SIRA)
verder. Met behulp van nieuwe tooling gaven we
vanuit Operational Risk Management en Compliance
geïntegreerd uitvoering aan de SIRA en de zogenoemde
risk control self assessment (RCSA). Die nieuwe tooling
stelde ons in staat de analyse nog zorgvuldiger uit te
voeren. We identificeerden onze integriteitsrisico's en
beoordeelden de mate waarin deze risico's beheerst
worden. Waar nodig benoemden we acties die door
het Non-Financial Risk Committee van de bank worden
gevolgd en het management en de directie waren en
zijn nauw betrokken dit proces. Op basis van een
rapportage met de analyseresultaten kunnen de directie
en raad van commissarissen gericht sturen op de
beheersing van de risico’s binnen de bank.
Verder actualiseerde Compliance gedurende 2022
het beleid voor customer due diligence (CDD) en
het beleid voor het voorkomen van marktmisbruik.
Ook voerde Compliance diverse monitors uit die de
organisatie informeren over de mate van beheersing
van compliancerisico’s. Onder andere betrof dit actieve
monitoring van het CDD-beleid en de insiderregeling.
Net als voorgaande jaren verzorgde Compliance in 2022
interne trainingen over diverse thema’s, waaronder
customer due diligence en transaction monitoring alert
handling. In de ‘Week van de Integriteit’ in december
was er een bankbrede activiteit over integriteit, waar
een externe spreker de medewerkers inzage gaf in
het eigen denken en handelen. En in samenwerking
met een extern adviseur werd een sessie gegeven over
psychologische veiligheid.
INTERNE ACCOUNTANT
De internal auditfunctie binnen onze bank is belegd
de Internal Audit Department (IAD). De missie van de
IAD is te dragen aan de waarde van onze bank en
deze te beschermen door een op risico's gebaseerd
auditprogramma uit te voeren waarmee assurance,
aanbevelingen en inzichten worden geboden.
De IAD biedt onafhankelijke en objectieve
assurancediensten. Deze diensten zijn bedoeld om
meerwaarde te leveren en onze activiteiten te verbeteren.
De afdeling helpt ons onze doelstellingen te realiseren
door systematisch en gedisciplineerd de effectiviteit
van de governance, het risicomanagement en de
risicobeheersing te evalueren en te verbeteren.
Op verzoek van de directie kan het hoofd IAD, als
niet-stemmend lid, participeren in stuurgroepen van
projecten die van strategisch belangn. Het mandaat
van de IAD is vastgelegd in het Internal Audit Charter,
dat door de raad van commissarissen is goedgekeurd.
Het hoofd rapporteert uitkomsten van de onderzoeken
aan de directie en de auditcommissie en neemt
deel aan vergaderingen van de auditcommissie en
de risicocommissie. Per kwartaal behandelen zij de
voortgang van het auditprogramma en de uitkomsten
daarvan. Daarnaast kan het hoofd IAD als toehoorder
deelnemen aan het Asset & Liability Committee, Credit
Committee en Non-Financial Risk Committee.
108
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
In 2022 had de IAD op verschillende momenten
overleg met de externe accountant en separaat met
de toezichthouders van de Europese Centrale Bank en
De Nederlandsche Bank. Tijdens deze besprekingen
wisselden inzichten uit over risicoanalyse, bevindingen
en het auditplan.
De IAD werkt volgens de beroeps- en gedragsregels
van de Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie van
Accountants en het International Professional Practices
Framework van het Instituut van Internal Auditors. Intern
hebben we deze regels verder uitgewerkt in een stelsel
van kwaliteitsbeheering.
EXTERNE ACCOUNTANT
Net als de interne accountant was de externe accountant
(EY) in 2022 aanwezig alle vergaderingen van
de auditcommissie en risicocommissie. Ook was de
externe accountant aanwezig de rvc-vergadering
in maart, waarin de jaarcijfers werden besproken.
De auditcommissie voerde in 2022 twee keer apart
overleg met de externe accountant. En net als in 2021
controleerde EY de jaarrekening van onze bank.
109
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
RISICOMANAGEMENT
Onze strategie stelt hoge eisen aan ons
risicomanagement en de interne beheersing. hebben
hiervoor een organisatiebrede aanpak. Dit hoofdstuk
geeft inzicht in de risicotaxonomie van onze bank en hoe
deze risico's zich kunnen uiten. De taxonomie hebben we
onderverdeeld in financiële risico's, niet-financiële
risico's en overige risico's. Jaarlijks herzien wij deze
taxonomie op basis van workshops op het gebied van
risico-identificatie en materialiteit.
De financiële risico's betreffen kredietrisico, renterisico,
marktrisico en liquiditeitsrisico. Het niet-financiële risico
betreft operationeel risico. Onder de overige risico's
vallen strategisch risico, ESG-risico (Environmental,
Social en Governance) en reputatierisico. Continu werken
eraan het inzicht in en beheer van de risico's te
verbeteren.
KREDIETRISICO
definiëren kredietrisico als de mogelijke impact op
winst/kapitaal doordat de kredietwaardigheid van de
debiteuren/tegenpartijen verslechtert. Onze
risicobereidheid voor dit risico is laag.
Ons beleid is erop gericht de zeer hoge
kredietwaardigheid van onze kredietportefeuille te
behouden. verstrekken kredieten aan klantgroepen in
de Nederlandse publieke sector. Dit betreft voornamelijk
kredieten aan of onder garantie van (lagere) overheden.
Naast de lagere overheden zijn onze klanten voornamelijk
woningcorporaties, zorginstellingen,
drinkwaterbedrijven, duurzaamheidsprojecten en
publiek-private samenwerkingen waarbij de overheid als
opdrachtgever fungeert. Ook verstrekken kredieten
aan universitair medische centra en regionale
netbeheerders.
Voor onze liquiditeitsportefeuille schaffen wij in
beperkte mate obligaties aan. Dit betreft rentedragende
waardepapieren aan met onder andere obligaties van, of
gegarandeerd door Nederlandse overheden, obligaties
van internationale organisaties en multilaterale
ontwikkelingsbanken en covered bonds van Nederlandse
banken. Wij hanteren hierdezelfde kwaliteitseisen
als voor kredietverlening aan de Nederlandse publieke
sector. Ten slotte sluiten derivatentransacties (valuta-
en renteswaps) af met banken en pensioenfondsen, uit
hoofde waarvan counterparty credit risk en CVA risk
ontstaan dat door collateral wordt afgedekt.
In 2022 scherpten we ons beleid voor de individuele
klantbeoordeling en de monitoring van solvabiliteitsvrije
kredieten verder aan. Besluitvorming over met name
de solvabiliteitsplichtige kredietverlening vindt plaats
in het Credit Committee, aan de hand van een
kredietvoorstel van de afdeling Specialised Finance en
een onafhankelijke risicobeoordeling van de afdeling
Risk Management.
Net als in alle voorgaande jaren hadden in 2022
niet te maken met een kredietverlies. Vanwege het
publiekesectorkarakter en het solvabiliteitsvrije karakter
van het overgrote deel van onze kredietrelaties is het
KREDIETRISICO KENT DE VOLGENDE SUBTYPEN
Subtype Definitie
Credit default risk Mogelijke impact op winst/kapitaal doordat debiteuren niet voldoen aan hun verplichtingen.
Credit migration risk Mogelijke impact op winst/kapitaal doordat de kredietwaardigheid verslechtert, gebaseerd op
interne/externe ratings van debiteuren of borgsteller.
Counterparty credit risk Mogelijke impact op winst/kapitaal doordat tegenpartijen niet voldoen aan hun verplichtingen
in derivatentransacties.
CVA risk Het risico op mark-to-market verliezen in Credit Valuation Adjustments (CVA) op
bilaterale derivatentransacties.
Settlement risk Het risico dat gedurende de settlement van een transactie de tegenpartij zijn verplichtingen
niet nakomt terwijl de instelling haar eigen verplichtingen wel al is nagekomen.
Credit concentration risk Het risico op significante kredietverliezen die voortvloeien uit een concentratie van
blootstellingen op een kleine groep klanten, een groep klanten met dezelfde default-
karakteristieken of financiële activa die zeer gecorreleerd zijn.
110
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
kredietrisico van onze kredietportefeuille beperkt. Dit
komt ook tot uitdrukking in de robuuste kapitaalratio's.
Voor het beheer van het rente- en valutarisico maken
gebruik van derivaten. Om het counterparty credit risk
van deze derivaten zo beperkt mogelijk te houden, doen
in principe alleen transacties met tegenpartijen met
een rating van minimaal single-A. Dit is van toepassing
als deze derivaten niet centraal zijn gecleard. Ook hebben
limieten gesteld om het risico per tegenpartij met
betrekking tot derivaten te beperken.
Met tegenpartijen maken wij afspraken binnen het
raamwerk van de International Swaps and Derivates
Association (ISDA). Deze afspraken hebben minimaal
betrekking op enerzijds ISDA-schedules waarmee
netting-afspraken van toepassing worden en anderzijds
onderpandovereenkomsten (Credit Support Annexes,
CSA's) waarmee de marktwaarden van de derivaten
worden afgedekt. Voor het overgrote deel zijn deze
CSA's zonder drempels (zero thresholds) en met een
dagelijkse uitwisseling van onderpand, grotendeels in de
vorm van cash. Het resterende tegenpartijrisico ziet met
name toe op een niet door collateral gedekte exposure
ter grootte van €120miljoen uit hoofde van lange
tijd geleden afgesloten derivatencontracten en daarbij
behorende CSA.
RENTERISICO
definiëren renterisico als het huidige of toekomstige
risico voor zowel de winst als de economische
waarde van een instelling, als gevolg van ongunstige
rentebewegingen die van invloed zijn op rentegevoelige
instrumenten. Dit risico wordt ook wel aangeduid als
Interest Rate Risk in the Banking Book (IRRBB). Onze
risicobereidheid voor dit risico is medium.
Risico’s door fluctuaties in de rente ontstaan door
verschillen in de rente- en looptijdcondities van de
uitgezette en opgenomen middelen. voeren ten
aanzien van deze risico’s een prudent beleid. We
beheersen het renterisico door rentederivaten af te
sluiten voor zowel de activazijde als passivazijde van
de balans. Hierdoor verplichten wij ons om op vooraf
overeengekomen momenten het verschil uit te wisselen
tussen de vaste en variabele rentetarieven, die zijn
berekend op basis van een overeengekomen hoofdsom.
RENTERISICO KENT DE VOLGENDE SUBTYPEN
Subtype Definitie
Gap risk Het risico dat voortvloeit uit de termijnstructuur van rentegevoelige instrumenten, als gevolg
van verschillen in het tijdstip van de renteveranderingen; denk aan veranderingen in de
rentetermijnstructuur die zich consistent over de rendementscurve voordoen (parallel risico)
of per periode verschillen (niet-parallel risico).
Basis risk Het risico dat voortvloeit uit de relatieve veranderingen van rentetarieven voor rentegevoelige
instrumenten die vergelijkbare looptijden hebben, maar geprijsd zijn op basis van
verschillende rente-indices. Basisrisico is het gevolg van de onvolledige correlatie in
de afstemming tussen verdiende en betaalde rente op verschillende rentegevoelige
instrumenten, met verder vergelijkbare kenmerken ten aanzien van renteveranderingen.
Option risk Het risico dat voortvloeit uit ingebedde en expliciete opties, wanneer de instelling of haar
klant het niveau en de timing van de kasstroom kan veranderen. Het vloeit met name voort uit
rentegevoelige instrumenten waarbij de houder de optie bijna zeker zal uitoefenen wanneer
dat in zijn financiële belang is. Ook vloeit het voort uit de flexibiliteit die impliciet of volgens de
voorwaarden van rentegevoelige instrumenten is ingebouwd, zodanig dat veranderingen van
rentes kunnen leiden tot een verandering van het gedrag van de klant.
Credit spread risk
from non-trading book
activities (CSRBB)
Het risico dat voortvloeit uit veranderingen in de perceptie van de markt over de
prijs van kredietrisico, liquiditeitspremie en mogelijk andere componenten; denk aan
veranderingen die leiden tot fluctuaties in de prijs die niet worden verklaard door IRRBB of
verwacht defaultrisico.
Refinancing risk Het risico dat aflosbare verplichtingen een stijging van de herfinancieringskosten niet wordt
gecompenseerd door overeenkomstige activaopbrengsten.
111
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
zijn als bank bereid een strategische
renterisicopositie in te nemen, als ditdraagt
aan het realiseren van het normrendement op het
eigen vermogen dat met de aandeelhouders is
overeengekomen. Dit normrendement is gebaseerd
op de opbrengst van een tienjarige voortschrijdende
belegging in een tienjarige Nederlandse staatsobligatie,
plus een opslag passend het profiel van NWB Bank.
Ons Fund Transfer Pricing-model voor de beprijzing
van nieuwe kredietverlening is gebaseerd op dit
normrendement. Op kwartaalbasis stellen we de
strategische renterisicopositie vast, onafhankelijk van
enige visie op de rente. De basis voor de berekening,
bewaking en beheersing van de renterisico’s is
prudent beleid, aangevuld met een beheersysteem
dat rekening houdt met de effectieve rentevoet van
de financiële instrumenten. Het Asset & Liability
Committee (ALCO) bepaalt de omvang van de
risico’s binnen de vastgestelde kaders. Voor het
beheer maken gebruik van een rentetypische gap-
analyse, risicomaatstaven als (spread) DV01, Earnings
at Risk en scenarioanalyses. De uitkomsten van
ingenomen posities analyseren vervolgens met
behulp van winstprognoses, rentemargeanalyse en
performanceanalyse. Ook deze managementinformatie
is van belang voor het besluitvormingsproces en de
monitoring in het ALCO.
Onderdeel van renterisico is refinancing risk. Dit
risico vloeit voort uit een van de belangrijkste
karakteristieken van een traditioneel bankbedrijf:
de looptijdtransformatie. In ons geval vragen onze
klanten voornamelijk naar financiering met een
relatief lange looptijd. Dit heeft te maken met de
langetermijninvesteringen die zij doen. Hoewel onze
bank in de positie is om ook funding met een relatief
lange looptijd aan te trekken, erkennen wel degelijk
het risico van een looptijdmismatch tussen de funding
en kredietverlening, waardoor herfinanciering in de
toekomst de funding spread (en de impact daarvan op
de rente-inkomsten) mogelijk toeneemt. Wij hanteren
daarvoor een limietsysteem, dat verder beschreven is in
de jaarrekening.
MARKTRISICO
definiëren marktrisico als het risico op verliezen in on-
dan wel off-balance posities als gevolg van een negatieve
verandering in marktprijzen. Onze risicobereidheid voor
dit risico is laag.
MARKTRISICO KENT HET VOLGENDE SUBTYPE
Subtype Definitie
FX risk De mogelijke impact op winst/kapitaal door
veranderingen in de wisselkoersen
Ons beleid is erop gericht valutarisico’s structureel af te
dekken, zowel voor verstrekte als opgenomen gelden.
Beheer van het valutarisico speelt vooral een rol bij
de funding die hebben aangetrokken. Mede in het
licht van diversificatie van onze funding trekken wij in
belangrijke mate funding in vreemde valuta aan. De
valutarisico’s die hieruit voortvloeien worden direct in
hun geheel door valutaswaps afgedekt.
LIQUIDITEITSRISICO
definiëren liquiditeitsrisico als de mogelijke impact
op winst/kapitaal als niet kan worden voldaan aan
aflossingsverplichtingen. Onze risicobereidheid voor dit
risico is laag.
LIQUIDITEITSRISICO KENT DE VOLGENDE SUBTYPEN
Subtype Definitie
Funding
liquidity
risk
Het risico dat we niet kunnen voldoen
aan onze aflossingsverplichtingen. Dit risico
dekt ook expliciet concentratierisico’s binnen
liquiditeit (bijvoorbeeld een concentratie van
liquiditeitsbronnen en het liquiditeitsrisico
afkomstig uit marginverplichtingen en
bewegingen hierin).
Market
liquidity
risk
Het risico dat niet met onmiddellijke ingang
op de markt gehandeld kan worden tegen een
redelijke prijs.
Onze bank beschikt over dezelfde AAA/Aaa-
kredietstatus als de Nederlandse overheid. Met
deze kredietstatusn wij ruimschoots in staat
om onder normale omstandigheden huidige en
toekomstige liquiditeitsbehoeften in de markt af te
dekken. Deze liquiditeitsbehoeften worden vrijwel
volledig op de internationale geld- en kapitaalmarkten
112
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
afgedekt en trekken geen deposito’s aan van
consumenten. Bij het aantrekken van funding houden wij
nadrukkelijk rekening met diversificatie over
geografische markten, investeerders, valuta,
fundingprogramma’s en -instrumenten. Mochten de
geld- en kapitaalmarkten onverhoopt stagneren, dan
beschikken wij altijd over ruime en voldoende
mogelijkheden om aflopende obligaties terug te betalen
en nieuwe kredieten te financieren. Zo beschikken wij
over meer dan voldoende liquide activa en onderpand en
een groot deel van onze portefeuille is beleenbaar De
Nederlandsche Bank. Voor liquiditeitsdoeleinden houden
naast een substantiële liquiditeitsbuffer ook een
portefeuille rentedragende waardepapieren aan met
onder andere obligaties van of gegarandeerd door
Nederlandse overheden, obligaties van internationale
organisaties en multilaterale ontwikkelingsbanken, en
covered bonds van Nederlandse banken.
OPERATIONEEL RISICO
definiëren operationeel risico als het risico op
verliezen door inadequate of falende processen, verliezen
veroorzaakt door mensen, systemen of externe
gebeurtenissen. Onze risicobereidheid voor dit risico is
laag. In dit risico zijn de integriteitsrisico's ingebed.
OPERATIONEEL RISICO KENT DE VOLGENDE SUBTYPEN
Subtype Definitie
People risk Het risico van schade die voortvloeit uit ontoereikende kennis, ervaring, beschikbaarheid en prestaties van
het personeel, als gevolg van inadequaat personeelsmanagement; of schade die voortvloeit uit handelingen
die niet in overeenstemming zijn met wet- en regelgeving op het gebied van arbeid, gezondheid of
veiligheid; of schade die voortvloeit uit de betaling van letselschadeclaims of voorvallen ten aanzien van
diversiteit/discriminatie.
Fraud risk Het risico van schade als gevolg van handelingen die bedoeld zijn om te frauderen, eigendommen te
verduisteren of wet- en regelgeving dan wel het intern beleid te omzeilen met betrokkenheid van interne
partijen en/of derden; of schade als gevolg van het overschrijden van bevoegdheden bij het aangaan,
goedkeuren of niet melden van transacties, of het verkeerd aangeven van posities; of opzettelijke schade aan
hardware- en/of softwaresystemen door intern personeel als gevolg van (nalaten van) handelingen of diefstal
van gegevens (integrity risk: fraud).
Physical
security &
safety risk
Het risico van verlies van of schade aan fysieke eigendommen en/of personen als gevolg van kwaadwilligheid,
boosaardigheid of terrorisme, zonder winstoogmerk, of als gevolg van een natuurramp of andere
gebeurtenissen, zoals ongelukken.
Business
continuity risk
Het risico van schade door belemmeringen in beschikbaarheid of het weerstandsvermogen van
gebouwen, mensen, processen, systemen, producten en diensten, veroorzaakt door natuurrampen,
stroomuitval, terrorisme of andere gebeurtenissen; of schade door storingen in de beschikbaarheid, de
continuïteitsoplossingen of het noodherstel in IT-systemen (bijvoorbeeld fallback recovery datacentre)
wanneer IT-personeel maatregelen in werking stelt in reactie op een incident.
Transaction
processing risk
Het risico van schade als gevolg van onnauwkeurige, onvolledige of ontijdige verwerking van transacties, met
als gevolg dat betalingsprocessen en/of klantenserviceprocessen niet effectief worden geleverd.
Technology
risk
Het risico van schade als gevolg van a) verstoring van het bedrijf of systeemfouten, zoals hardwarefouten,
softwarefouten en bugs, b) verstorende en destructieve cyberaanvallen, c) ontoereikend capaciteitsbeheer;
of d) uitvoeringsfouten in IT-processen, zoals de exploitatie, architectuur, ontwikkeling en implementatie.
Conduct risk Het risico van schade als gevolg van a) voorvallen die verband houden met het onbedoeld of door nalatigheid
niet nakomen van professionele verplichtingen jegens specifieke cliënten, b) de aard of het ontwerp van
een product, c) samenspanning en belangenverstrengeling, d) ongepaste bedrijfs- of marktpraktijken, e)
ongepaste bestuursstructuren, f) ongepast, onethisch of onrechtmatig gedrag van het management of de
werknemers (integrity risk: conflict of interest and socially unacceptable behaviour).
Legal risk Het risico van schade of procesvoering als gevolg van het niet nakomen van wettelijke
verantwoordelijkheden, en/of ongunstige uitleg of niet-afdwingbaarheid van contractuele bepalingen.
Financial crime
risk
Het risico van schade als gevolg van a) misdrijven zoals het witwassen van geld, b) het financieren van
terrorisme, c) het omzeilen van sancties, omkoping en corruptie, d) marktmisbruik, waaronder handel
met voorkennis (integrity risk: circumvention of sanction regulation, money laundering, terrorist financing,
corruption and bribery, tax integrity and market abuse, including insider trading).
113
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Omdat we een robuuste en duurzame bank voor de
publieke sector willen zijn, is onze risicobereidheid
voor operationele risico’s laag. Onze interne organisatie,
processen en systemen zijn zo ingericht dat operationele
incidenten en bijbehorende verliezen zoveel als mogelijk
tot een minimum worden beperkt.
Het operational risk management (ORM) van onze bank
is conform het Three Lines of Defence-principe ingericht,
waarbij de eerste lijn verantwoordelijk is voor de
beheersing van de operationele risico’s in onze primaire
processen. De eerste lijn bestaat uit de afdelingen
Treasury, Public Finance, Specialised Finance, Back
Office, ICT, Legal & Corporate Affairs, Finance & Control
en HR. De tweede lijn ondersteunt de eersten en
bewaakt de effectiviteit van het risicomanagement door
kaders te stellen, advies te geven en te monitoren.
Deze tweede lijn bestaat uit Compliance en Operational
Risk Management, die samen met HR de rapportage
aan de directie en het Non-Financial Risk Committee
(NFRC) voorbereiden.
ORM en Compliance hebben onder meer de volgende
instrumenten onder hun beheer.
Risk control self-assessments: jaarlijks voert de
eersten een zelfevaluatie uit inzake de risico’s en
de effectiviteit van processen en controlemaatregelen;
de systematische integriteitsrisicoanalyse is
hierin geïntegreerd.
Key-risk-indicatoren: voor verschillende
subcategorieën van operationeel risico hebben we
indicatoren ingericht om onze risicobeheersing te
kunnen beoordelen.
Incidentenregister en -rapportage: incidenten
registreren en rapporteren we aan het Non-Financial
Risk Committee, dat de incidenten en eventuele
maatregelen ter voorkoming van soortgelijke
incidenten bespreekt.
Administratieve organisatie en interne controle (AO/
IC): de processen, risico´s enbehorende key
controls hebben we vastgelegd in een risk & control
framework en beoordelen we jaarlijks. Het streven
is om continue verbetering te bewerkstelligen en de
eersten wordt hierin actief begeleid.
Non-financial risk report: we leveren een integrale
niet-financiële risicorapportage aan het NFRC en
het managementteam.
De Internal Audit Department (IAD) vormt de derde lijn
en heeft een onafhankelijke rol binnen de bank. De IAD
beoordeelt het beheer van de risico’s in de eerste en
tweeden die verband houden met onze activiteiten.
Daarnaast geeft de IAD advies over de structuur en
invulling van het risicobeheer.
OPERATIONEEL RISICO KENT DE VOLGENDE SUBTYPEN (VERVOLG)
Subtype Definitie
Regulatory
compliance risk
Het risico van schade als gevolg van het opzettelijk of door nalatigheid niet naleven van regelgeving,
wetten en andere regels die van toepassing zijn op de diensten/activiteiten van NWB Bank.
Third party risk Het risico van schade met betrekking tot leveranciers en uitbestede werkzaamheden. Dit risico vloeit
onder meer voort uit a) een ontoereikende governance met betrekking tot uitbesteding en/of b)
onvoldoende (digitaal) weerstandsvermogen in de diensten van derden en/of c) ontoereikende (digitale)
beveiliging bij derden.
Cyber &
information
security risk
Het risico van schade door aantasting van de privacy, vertrouwelijkheid, integriteit en/of beschikbaarheid
van informatie als gevolg van ontoereikende veerkracht in de interne (IT-)beveiliging en/of
cyberaanvallen (integrity risk: cybercrime).
Financial,
regulatory
reporting & tax risk
Het risico dat a) in gerapporteerde (financiële, wettelijk verplichte) informatie onjuistheden staan; b)
de te rapporteren of gerapporteerde inkomsten van de bank veranderen zonder dat de (economische)
waarde van NWB Bank verandert; c) de belastingwetgeving niet tijdig, op een transparante en effectieve
wijze wordt nageleefd, wat resulteert in boetes (sancties), rente en juridische kosten die de fiscus heft
op belastingen die voortvloeien uit de activiteiten van de bank.
Data
management risk
Het risico van verlies of ontoereikende beslissingen als gevolg van het niet effectief en niet efficiënt
beheren van data, datakwaliteit of datakennis over de gehele datalevenscyclus, waaronder verwerving,
creatie, verwerking, gebruik, delen, raadpleging, bewaring en/of verwijdering van data.
Model risk Het risico van schade als gevolg van beslissingen die gebaseerd zijn op de output van (interne) modellen,
door fouten in de ontwikkeling, de implementatie of het gebruik van deze modellen.
114
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Fraudebeoordeling
Als onderdeel van het operationeel risicoraamwerk
beoordelen we het frauderisico. Deze beoordeling
vindt plaats in de context van de Systematische
Integriteitsrisicoanalyse (SIRA) aan de hand van
de risicoscenario's. De beheersmaatregelen voor
frauderisico hebben we in 2022 verder versterkt.
Product Approval and Review Process
Het Product Approval and Review Process (PARP) is de
procedure die we doorlopen om te beslissen of we een
bepaald product voor eigen rekening en risico of voor
onze klanten zullen voeren of distribueren, of een nieuwe
markt zullen betreden. Bij dit proces toetsen we breed op
aspecten van transparantie en het beheersen van risico’s.
Nieuwe producten brengen we niet op de markt en nieuwe
markten betreden we niet zonder de risico’s zorgvudig
af te wegen en andere relevante aspecten te toetsen.
Onze directie is verantwoordelijk voor het adequaat
functioneren van dit proces. Ieder PARP leggen we ter
informatie voor aan de raad van commissarissen, en in
het geval van een materiële impact op het risicoprofiel
of resultaat van de bank, ter goedkeuring. De IAD
controleert op basis van de jaarlijkse risicoanalyse of
het proces effectief is en informeert de directie en de raad
van commissarissen over de uitkomsten.
Informatievoorziening
Om storingen in de informatievoorziening te voorkomen,
investeren wij continu in de verbetering van onze
systemen. Kernwoorden hierbij zijn beveiliging,
integriteit, beheersbaarheid en continuïteit. Met een
overzichtelijke infrastructuur en ict-organisatie en een
optimale beveiliging van ict-componenten willen de
gevolgen van eventuele operationele storingen zoveel
mogelijk beperken. Hiervoor hebben we onder meer
adequate service- en onderhoudscontracten voor alle
hard- en software, volgt ict-personeel trainingen en
seminars en hebben we contracten met externe partijen
voor back-up, recovery en uitwijkmogelijkheden. In het
geval van calamiteiten beschikken over een externe
locatie, waar wij onze kernactiviteiten in hun geheel
kunnen voortzetten. Het informatiebeveiligingsbeleid van
onze bank is opgesteld aan de hand van het Cybersecurity
Framework van National Institute of Standards and
Technology (NIST) en is compliant met de internationaal
erkende code voor informatiebeveiliging ISO-27002 van
het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN).
beschikken over een volledig geïntegreerd
managementinformatiesysteem (MIS). De datakwaliteit
van het MIS monitoren we, valideren we en reconciliëren
we met de financiële administratie. Om operationele
risico’s te minimaliseren, hebben we alle in- en externe
rapportages volledig geautomatiseerd. Aanpassingen
in het systeemlandschap en de informatievoorziening
accordeert de Change Advisory Board en voeren we via
een gecontroleerd changeproces uit.
hebben ons betalingsverkeer voor klanten
uitbesteed en ook de ondersteunende ict-activiteiten
die daaraan verbondenn. Dit houdt in dat bepaalde
diensten plaatsvinden buiten de onderneming. Daarom
hebben we afspraken gemaakt met de dienstverlener
over beheersmaatregelen.
Compliance
hechten sterk aan onze reputatie van solide en
integere bank. Compliance en integriteit zijn binnen onze
bank dan ook belangrijke aandachtsgebieden. Tegenover
onze klanten en investeerders willen er geen twijfel
over laten bestaan dat zij met een gerust hart gebruik
kunnen maken van onze diensten dan wel hun gelden
veilig kunnen onderbrengen.
Commissarissen, directieleden en medewerkers hebben
de bankierseed afgelegd (met daaraan verbonden
gedragsregels en tuchtrecht) uit hoofde van de Regeling
eed of belofte financiële sector respectievelijk de Code
Banken. Wij hebben ook een gedragscode die deel
uitmaakt van de arbeidsovereenkomst van medewerkers.
hebben een tweedelijns compliancefunctie met twee
kerntaken: bevorderen van en toezien op de naleving van
wet- en (interne en externe) regelgeving en bevorderen
van de integriteit. De compliancefunctie rapporteert
115
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
rechtstreeks aan de CRO en heeft een escalatielijn naar
de voorzitter van de raad van commissarissen.
Wet- en regelgeving nemen zowel qua hoeveelheid als
complexiteit toe. Daarnaast neemt ook het aantal regels
en eisen van de toezichthouders toe. Dit vergroot de druk
op de beheersing van compliancerisico’s. Wij hebben
een regulatory team om ontwikkelingen in wet- en
regelgeving te signaleren, kennis daarover te delen en
gepaste maatregelen te nemen. De compliancefunctie
heeft een coördinerende rol in dat team.
De afgelopen jaren hebben wij de compliancefunctie
verder verstevigd en een aantal processen, waaronder
customer due diligence en transactiemonitoring,
geoptimaliseerd. Dit bevestigt het belang dat wij hechten
aan de compliancewerkzaamheden.
Legal & Corporate Affairs
Net als elke andere bancaire organisatie lopen wij
mogelijk juridisch risico. Uitgangspunt van onze bank
is zorg te dragen voor een goede en degelijke
financiële dienstverlening. Door zoveel mogelijk gebruik
te maken van standaardcontracten streven we ernaar
de juridische risico’s voor zowel onszelf als voor
onze klanten te beperken. Om die risico's nog
verder te verminderen hebben we afgelopen jaar onze
leningdocumentatie volledig herzien en hebben we
algemene kredietvoorwaarden opgesteld. Voor juridische
vraagstukken en beoordeling van documentatie
transacties schakelen indien nodig externe
adviseurs in.
STRATEGISCH RISICO
definiëren strategisch risico als het risico dat de
door ons geformuleerde strategische doelstellingen niet
worden gehaald. Strategisch risico kan voortkomen
uit ontoereikende doelstellingen, foutieve beslissingen,
ondermaatse uitvoering van beslissingen, onvoldoende
toewijzing van middelen of niet goed reageren op
veranderingen in de omgeving. Onze risicobereidheid
voor dit risico is laag.
De directie en de raad van commissarissen hebben
een aantal strategische randvoorwaarden geformuleerd
waarbinnen de bank moet opereren om van toegevoegde
waarde ten voor haar klanten, aandeelhouders en
overige stakeholders. Een belangrijk startpunt het
beheersen van het strategisch risico is het behoud
van ons hoogwaardige risicoprofiel. Om onze klanten
optimaal te kunnen blijven bedienen, is het van belang
dat onze credit ratings gelijk blijven aan die van
de Nederlandse overheid. Onze ratings zijn voor een
groot deel afhankelijk van het publiekesectorprofiel van
onze aandeelhouders en klanten, in combinatie met
onze sterke solvabiliteit. Externe factoren die hierop
van invloed kunnenn, houden we scherp in de
gaten. Indien nodig brengt de directie in onze strategie
tijdig aanpassingen aan. Als promotional bank voor
de Nederlandse publieke sector is het van belang om
proactief in te spelen op de veranderende behoeften van
de publieke sector. Mocht het overheidsbeleid inzake
de financiering van de Nederlandse publieke sector
veranderen, dan heeft dat ook impact op ons. voeren
hierover continu een constructieve dialoog met onze
stakeholders. Ten slotte is de snel veranderende wet-
en regelgeving voor financiële instellingen een belangrijk
aandachtsgebied. Onze directie is verantwoordelijk voor
de beheersing van strategische risico’s.
ESG-RISICO
ESG staat voor Environmental, Social en Governance.
definiëren ESG-risico, waaronder klimaatrisico, als
het risico dat ESG-factoren de strategische doelen
(waaronder de Sustainable Development Goals zoals
die door de Verenigde Naties zijn geformuleerd), de
kapitaalpositie en/of de winst van onze bank negatief
beinvloeden. Het concept van dubbele materialiteit is
onderdeel van deze definitie, wat inhoudt dat we niet
alleen rekening houden met de impact van ESG-risico’s
op de bank, maar nadrukkelijk ook kijken naar de impact
die we zelf met onze kredietverlening hebben op mens
en milieu. ESG-factoren manifesteren zich in financiële
en niet-financiële risico's. Onze risicobereidheid voor dit
risico is laag.
116
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Governance
ESG-risicomanagement is geïntegreerd in ons
'dagelijkse' risicomanagement en acceptatiebeleid.
beleggen alle taken voor ESG-risicomanagement
binnen het Three Lines of Defence-model. De
verantwoordelijkheid voor het stellen van kaders, beleid
en monitoring van ESG-risicomanagement valt expliciet
binnen de tweede lijn. De eerste lijn is verantwoordelijk
voor de analyse, customer due diligence en klant-
engagement, en monitoring van duurzaamheidsambities
alsmede de reporting en disclosure. De derde lijn
voert onafhankelijke controles en assessments uit.
Besluitvorming omtrent ESG-risico’s vindt plaats
op directieniveau en in de bestaande committees,
waaronder de Credit Committee, Asset & Liability
Committee en Non-Financial Risk Commitee. De
Sustainability Advisory Board houdt zich vooral bezig met
strategisch advies over verschillende aan duurzaamheid
gerelateerde onderwerpen.
Materialiteit
Jaarlijks voert NWB Bank een materialiteitsassessment
uit en worden de materiële ESG-risico’s voor de
bank geïdentificeerd. Workshops met experts en
een identificatietraject specifiek gericht op social en
governancerisico’s waren in 2022 onderdeel van de
ESG-risico-identificatie en het materialiteitsassessment.
De risico’s zijn op klantniveau en op sectorniveau
bepaald. Hierbij is een bottom-up- en top-downmethode
gehanteerd, via onze strategie en ons businessmodel.
Daarnaast is ook rekening gehouden met ‘natural
hedges’ in en tussen onze klantsectoren en hoe deze
de relevante ESG-risico’s kunnen mitigeren. Uit het
assessment volgt dat we een materiële impact van ESG-
factoren op de volgende risicocategorieën (op termijn)
voorzien: strategisch risico, reputatierisco, kredietriscio
en renterisico.
Onder strategisch risico verstaan wij de impact van ESG-
ontwikkelingen, waaronder veranderend overheidsbeleid
en regelgeving, op het businessmodel van de bank
en op de verwachtingen van onze stakeholders en
de maatschappij. Fysieke klimaat- en milieurisico's
(bijvoorbeeld overstromingen en biodiversiteitsverlies)
en E&S gerelateerde transitierisico's (bijvoorbeeld de
verduurzaming van woningen) kunnen een materiële
impact hebben op het kredietrisico van een deel van
onze klanten.
Risicomanagement
Materiële ESG-risico’s beheersen we via de
risicomanagementcyclus. Hieronder valt het monitoren
en kwantificeren van de ESG-risico’s op sectorniveau
aan de hand van key risk indicators. Ook werken we
aan het verzamelen van ESG-data, waarmee we ESG-
risico’s verder kunnen kwantificeren en monitoren. Op
basis van deze data hebben we ESG-risico’s opgenomen
in de scorecards voor de verschillende klantengroepen,
waarmee we een kredietrisicoscore voor een individuele
klant wordt bepaald. Ook worden mogelijke ESG-risico's
toegelicht en beoordeeld in kredietanalyses en periodieke
revisies, die een kwalitatief beeld geven van de klant
en diens risico’s. ESG-risico’s nemen we ook mee
in de jaarlijkse sectoranalyses. Ten slotte hanteren
we stresstesting (binnen ICAAP) en scenarioanalyse
om verder onderzoek te doen naar de materiële ESG-
risico’s en de kwantitatieve impact ervan op de korte,
middellange en (zeer) lange termijn. De scenario’s die
gebruiken voor onze scenarioanalyse zijn gebaseerd
op de NGFS-scenario’s, terwijl we voor stresstesting
gebruikmaken van intern ontwikkelde scenario's.
REPUTATIERISICO
Reputatierisico is het risico van schade aan de reputatie
van onze bank als gevolg van een gebeurtenis.
Reputatierisico kan het gevolgn van elke gebeurtenis,
wat betekent dat dit type risico moet worden beheerd in de
context van alle andere risico’s.
Reputatierisico kan ertoe leiden dat minder
goed in staat zijn om onze (strategische)
doelstellingen te behalen, omdat niet meer
voldoen aan de verwachtingen van onze klanten,
toezichthouders, ratingbureaus, investeerders of andere
belanghebbenden. Onze directie is verantwoordelijk voor
de beheersing van het reputatierisico. Ook voor dit risico
is onze risicobereidheid laag.
117
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
RISICOMANAGEMENT-RAAMWERK
Het risicobeheer hebben we georganiseerd aan de
hand van onderstaand risicomanagement-raamwerk. Dit
raamwerk verenigt verschillende elementen die een rol
spelen in het risicomanagement van onze bank.
Risk governance
Onze strategie stelt hoge eisen aan het
risicomanagement en de interne beheersing. Voor onze
risicobeheersing en de controle daarop hanteren we een
organisatiebrede aanpak. De directie stelt de kaders voor
het risicobeheer vast en binnen deze kaders nemen het
Asset & Liability Committee, Credit Committee en Non-
Financial Risk Committee beslissingen over de risico's
van de bank. De raad van commissarissen, en in het
bijzonder de risicocommissie van de raad, evalueert de
beheersing van de risico's. Dit is een belangrijk onderdeel
vann toezichthoudende taak.
Strategy
Risk Appetite Framework
Risk Governance
Risk Appetite Statement
Risk Materiality Assessment
Strategic risk
Financial risk Non-Financial risk
Credit risk Interest rate risk Market risk Liquidity risk Operational risk
- Credit
default risk
- Credit migration risk
- Counterparty
credit risk
- CVA risk
- Settlement risk
- Credit concentration
risk
- Gap risk
- Basis risk
- Option risk
- Credit spread risk
from non-trading
book activities
- Refinancing risk
- FX risk - Funding
liquidity risk
- Market
liquidity risk
- People risk
- Physical security & safety risk
- Business continuity risk
- Transaction processing risk
- Technology risk
- Regulatory compliance risk
Integrity risk
- Fraud risk
- Conduct risk
- Financial crime risk
- Cyber & Information security risk
- Third party risk
- Legal risk
- Financial, regulatory reporting
& tax risk
- Data management risk
- Model risk
which interact with ESG risk
and/or could result in Reputational risk
Credit Committee Asset & Liability Committee NFR Committee
Model Committee
Credit Committee
Charter
ALCO Charter NFRC Charter Model Committee
Charter
ICAAP ILAAP ICAAP & ILAAP
ICAAP Policy ICAAP Policy
Recovery Plan Business Continuity Plan
Recovery Playbook
Recovery Runbook
Internal
governance
Assessments
Framework
Risk types
118
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Risk assessments
Internal Capital Adequacy Assessment Process
Voor het bepalen van de minimumkapitaaleisen is er
het Internal Capital Adequacy Assessment Process
(ICAAP). In dit proces beoordelen we op kwartaalbasis
per risicosoort de kapitaaltoereikendheid van onze bank.
Het vormt daarmee een belangrijke activiteit binnen het
kapitaalmanagement. Onderdeel ervan is het uitvoeren
van stresstests waarmee de robuustheid van onze
kapitalisatie op de proef wordt gesteld.
Internal Liquidity Adequacy Assessment Process
In het Internal Liquidity Adequacy Assessment Process
(ILAAP) beoordelen we intern de toereikendheid van de
liquiditeitspositie en het liquiditeitsrisicomanagement.
Dit is bepalend voor onze interne liquiditeitseisen.
Recovery Plan
Jaarlijks actualiseren we ons Recovery Plan en dienen we
dit in de Europese Centrale Bank en De Nederlandsche
Bank. In dit herstelplan staat welke maatregelen een
bank kan nemen in een ernstige stresssituatie en op
welke manier de bank daarna een herstel kan realiseren.
Een belangrijk onderdeel van het herstelplan vormen de
recovery triggers waarop we als bank actie ondernemen.
Deze recovery triggers zijn in lijn met onze risk appetite.
IN-CONTROLSTATEMENT
Eeneffectieve werking van deinterne risicobeheersings-
en controlesystemen binnen NWB Bank is continu een
punt van aandacht voor de directie. Het directieverslag
geeft in voldoende mate inzicht in de werking van
de interne risicobeheersings- en controlesystemen.
Voornoemde systemen bieden een redelijke mate
van zekerheid dat de financiële verslaggeving geen
onjuistheden van materieel belang bevat.
Er zijn geen materiële risico’s en onzekerheden
geïdentificeerd die relevant zijn als het gaat om de
verwachting van de continuïteit van de vennootschap
voor een periode van twaalf maanden na opstelling van
het verslag. Aan de beheersing van externe factoren en
risico’s die invloed kunnen hebben op de resultaten van de
bank in 2023 wordt voldoende invulling gegeven.
VERKLARING VAN DE DIRECTIE
De directie verklaart dat, voor zover haar bekend, de
jaarrekening een getrouw beeld geeft van de activa,
de passiva, de financiële positie en de winst van onze
bank. is van mening dat het gerechtvaardigd is dat de
financiële verslaggeving is opgesteld op going concern-
basis. Daarnaast verklaart de directie dat, voor zover haar
bekend, het bestuursverslag een getrouw beeld geeft
van de bank omtrent de toestand op de balansdatum, de
gang van zaken gedurende het boekjaar en dat in het
bestuursverslag de wezenlijke risico’s zijn beschreven
waarmee de bank wordt geconfronteerd.
Den Haag, 20 maart 2023
Directie
Lidwin van Velden
Melchior de Bruijne
Ard van Eijl
Frenk van der Vliet
119
J A A R V E R S L A G 2022 |
w
4
JAARREKENING
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
120
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
INHOUD
WINST-EN-VERLIESREKENING
122
BALANS
123
OVERZICHT VAN
HET TOTAALRESULTAAT
124
VERLOOPSTAAT VAN HET
EIGEN VERMOGEN
125
KASSTROOMOVERZICHT
126
TOELICHTING OP
DE JAARREKENING
128
Bedrijfsinformatie
128
Grondslagen bij de opstelling van
de jaarrekening
128
TOELICHTING OP DE WINST-
EN-VERLIESREKENING
137
1 Rente
137
2 Resultaat uit financiële transacties
137
3 Personeelskosten
139
4 Andere beheerkosten
140
5 Afschrijvingen
141
6 Bankenbelasting
en resolutieheffing
141
7 Waardeverminderingen van
vorderingen en voorzieningen
voor onder de balans
opgenomen verplichtingen
142
8 Belastingen
142
TOELICHTING OP DE BALANS
143
9 Kasmiddelen en tegoeden bij de
Centrale Bank
143
10 Bankiers
143
11 Kredieten en vorderingen
143
12 Rentedragende waardepapieren
144
13 Immateriële activa
145
14 Materiële activa
146
15 Overige activa
146
16 Derivaten
147
17 Overlopende activa
147
18 Bankiers
147
19 Toevertrouwde middelen
148
20 Schuldbewijzen
149
21 Overige schulden
149
22 Derivaten
149
23 Vennootschapsbelasting
150
24 Overlopende passiva
150
25 Voorzieningen
150
26 Achtergestelde schulden
152
27 Gestort en opgevraagd kapitaal
152
28 Herwaarderingsreserves
153
29 Overige reserves
153
30 Onverdeelde winst verslagjaar
154
31 Onherroepelijke toezeggingen
154
OVERIGE TOELICHTINGEN OP
DE JAARREKENING
155
32 Expected credit loss (ECL)
155
33 Reële waarde van
financiële instrumenten
163
34 Informatie over verbonden partijen
165
35 Risicomanagement
165
36 Gebeurtenissen na balansdatum
177
37 Voorgestelde winstverdeling
177
38 Directie en raad
van commissarissen
178
121
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
WINST-EN-VERLIESREKENING
voor het jaar eindigend op 31 december 2022
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Rente en soortgelijke baten 2.799 3.192
Rente en soortgelijke lasten 2.497 2.906
Rente 1 302 286
Resultaat uit financiële transacties 2 -30 -20
Overige bedrijfsopbrengsten - -
Som der bedrijfsopbrengsten 272 266
Personeelskosten 3 17 13
Andere beheerkosten 4 24 19
Personeels- en andere beheerkosten 41 32
Afschrijvingen en waardeveranderingen op immateriële en materiële
vaste activa 5 4 3
Bankenbelasting en resolutieheffing 6 28 38
Waardeverminderingen van vorderingen en voorzieningen voor onder de
balans opgenomen verplichtingen 7 - -
Som der bedrijfslasten 73 73
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen 199 193
Belastingen resultaat gewone bedrijfsuitoefening 8 56 72
Resultaat na belastingen 143 121
122
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
BALANS
per 31 december 2022 vóór winstbestemming
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Activa
Kasmiddelen en tegoeden bij de Centrale Bank 9 8.617 10.628
Bankiers 10 3.606 6.421
Kredieten en vorderingen 11 51.437 70.250
Rentedragende waardepapieren 12 4.312 4.760
Immateriële activa 13 8 6
Materiële activa 14 6 4
Overige activa 15 42 15
Derivaten 16 5.245 3.926
Overlopende activa 17 12 9
Totaal activa 73.285 96.019
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Passiva
Bankiers 18 1.651 12.513
Toevertrouwde middelen 19 6.838 6.300
Schuldbewijzen 20 57.991 65.098
Overige schulden 21 48 53
Derivaten 22 4.410 9.776
Vennootschapsbelasting 23 7 31
Overlopende passiva 24 6 5
Voorzieningen 25 13 15
70.964 93.791
Achtergestelde schulden 26 326 326
Gestort en opgevraagd kapitaal 27 7 7
Herwaarderingsreserve 28 - -
Overige reserves 29 1.845 1.774
Onverdeelde winst verslagjaar 30 143 121
Eigen vermogen 1.995 1.902
Totaal passiva 73.285 96.019
Onherroepelijke toezeggingen 31 4.812 5.358
123
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
OVERZICHT VAN HET TOTAALRESULTAAT
voor het jaar eindigend op 31 december 2022
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Veranderingen in de herwaarderingsreserve 28 - -1
Veranderingen in de overige reserves (Actuariële winsten en verliezen
voor belastingen) 29 - -
Vennootschapsbelasting op baten en lasten die rechtstreeks in het eigen
vermogen zijn verwerkt - -
Baten en lasten rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen - -1
Resultaat na belastingen 143 121
Totaalresultaat 143 120
124
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERLOOPSTAAT VAN HET EIGEN VERMOGEN
voor het jaar eindigend op 31 december 2022
(inmiljoenen euro's)
Gestort
kapitaal
Herwaarderings-
reserve
Overige
reserve
Onverdeelde
winst
verslagjaar Totaal
Stand per 1 januari 2021 7 - 1.738 81 1.826
Winstbestemming voorgaand boekjaar 81 -81 -
Dividend -45 -45
Rechtstreekse waardemutatie in
eigen vermogen - - -
Resultaat boekjaar 121 121
Stand per 31 december 2021 7 - 1.774 121 1.902
Stand per 1 januari 2022 7 - 1.774 121 1.902
Winstbestemming voorgaand boekjaar 121 -121 -
Dividend -50 -50
Rechtstreekse waardemutatie in
eigen vermogen - - -
Resultaat boekjaar 143 143
Stand per 31 december 2022 7 - 1.845 143 1.995
125
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
KASSTROOMOVERZICHT
voor het jaar eindigend op 31 december 2022
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening voor
belastingen en buitengewone baten 199 193
Aanpassingen voor:
Afschrijvingen en waardeveranderingen immateriële en
materiële activa 4 3
Ongerealiseerde waardemutatie activa en passiva tegen
reële waarde hedge
accounting -75 114
Mutatie Kredieten en vorderingen bankiers niet
terstond opeisbaar 10, 18 3.030 3.390
Mutatie Kredieten en vorderingen publieke sector 11 363 -466
Mutatie Toevertrouwde middelen 19 -1.546 -637
Mutatie Overige activa en passiva 4.144 1.257
Nettokasstroom uit operationele/bancaire activiteiten 6.119 3.854
Uitgaven uit hoofde van investeringen in
rentedragende waardepapieren 12 -1.685 -2.122
Ontvangsten uit hoofde van verkopen en aflossingen van
rentedragende waardepapieren 12 1.557 3.001
-128 879
Uitgaven uit hoofde van investeringen in materiële activa 14 -3 -1
Ontvangsten uit hoofde van desinvesteringen van
materiële vaste activa 14 - -
-3 -1
Uitgaven uit hoofde van investeringen in
immateriële activa 13 -4 -2
Nettokasstroom uit investeringsactiviteiten -135 876
(inmiljoenen euro's) Toelichting 2022 2021
Ontvangsten uit hoofde van uitgifte
langlopende schuldbewijzen 20 10.922 8.019
Uitgaven uit hoofde van aflossing
langlopende schuldbewijzen 20 -9.453 -9.766
Ontvangsten uit hoofde van uitgifte
kortlopende schuldbewijzen 20 258.760 189.280
Uitgaven uit hoofde van aflossing
kortlopende schuldbewijzen 20 -257.228 -191.883
Ontvangsten uit hoofde van opname langlopende
leningen Toevertrouwde middelen 19 200 320
Uitgaven uit hoofde van aflossing langlopende leningen
Toevertrouwde middelen 19 -103 -788
Ontvangsten uit hoofde van opname langlopende
leningen Bankiers 18 - 1.000
Uitgaven uit hoofde van aflossing langlopende
leningen Bankiers 18 -11.041 -41
-7.943 -3.859
Uitgaven uit hoofde van betaald dividend 29 -50 -100
Nettokasstroom uit financieringsactiviteiten -7.993 -3.959
Nettokasstroom -2.009 771
126
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
(inmiljoenen euro's) 2022 2021
Liquiditeiten per 1 januari 10.628 9.857
Kasstroom -2.009 771
Liquiditeiten per 31 december 8.619 10.628
De liquiditeiten omvatten de tegoeden bij de Centrale Bank en de rekening-
courantvorderingen kredietinstellingen. In 2022 is voor een bedrag van 653 miljoen
aan rentebetalingen verricht (2021: €765miljoen) en een bedrag van €792miljoen
aan rente-inkomsten ontvangen (2021: €1.166miljoen). Deze bedragen zijn in het
kasstroomoverzicht verantwoord onder de operationele/bancaire activiteiten. In 2022 is
per saldo €82,5miljoen aan vennootschapsbelasting betaald (2021: €54,1miljoen) en
€18,6miljoen aan bankenbelasting (2021: €32,3miljoen).
127
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ALGEMENE TOELICHTING OP DE JAARREKENING
BEDRIJFSINFORMATIE
De jaarrekening van de Nederlandse WaterschapsbankN.V. (hierna: NWB Bank, KVK-
nummer 27049562) over 2022 is opgesteld door de directie, goedgekeurd door de raad
van commissarissen op 20 maart 2023 en wordt ter vaststelling voorgelegd aan de
algemene vergadering van aandeelhouders op 20 april 2023.
NWB Bank is een naamloze vennootschap gevestigd aan het Rooseveltplantsoen
3, 2517 KR in Den Haag, waarvan de aandelen in handen zijn van overheden.
De bank is een essentiële speler in de financiering van de publieke
sector en financieringspartner voor de verduurzaming van Nederland. Zij
financiert waterschappen, gemeenten en provincies, alsmede aan de overheid
gelieerde instellingen, zoals woningcorporaties, ziekenhuizen, onderwijsinstellingen,
drinkwaterbedrijven, publiek-private samenwerkingsprojecten (PPS) en duurzame-
energieprojecten.
GRONDSLAGEN BIJ DE OPSTELLING VAN
DE JAARREKENING
OVEREENSTEMMINGSVERKLARING
De jaarrekening van NWB Bank is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke
bepalingen zoals opgenomen in Titel 9 Boek 2 BW en de in Nederland aanvaardbare
grondslagen voor financiële verslaggeving (NL GAAP). NWB Bank heeft geen
deelnemingen en stelt een enkelvoudige jaarrekening op.
SAMENVATTING VAN
BELANGRIJKE VERSLAGGEVINGSGRONDSLAGEN
Algemeen
De jaarrekening is opgesteld op basis van historische kostprijs met uitzondering van
bepaalde rentedragende waardepapieren en derivaten. De bepaalde rentedragende
waardepapieren en derivatenn gewaardeerd tegen reële waarde. De kosten en
opbrengsten worden toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. De
bedragen in deze jaarrekening zijn in miljoenen euro’s en alle bedragen in de toelichting
zijn afgerond naar duizendtallen (€000), tenzij anders is vermeld.
De benamingen zoals genoemd in het Besluit Modellen Jaarrekening zijn voor een aantal
posten vervangen door benamingen die volgens NWB Bank de inhoud beter aanduiden.
Continuïteit
De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.
Verwerking
Een actief wordt in de balans verwerkt als het waarschijnlijk is dat de toekomstige
economische voordelen daarvan naar de onderneming toevloeien en de waarde van het
actief op een betrouwbare manier kan worden vastgesteld. Vreemd vermogen wordt
in de balans verwerkt als het waarschijnlijk is dat de afwikkeling van een bestaande
verplichting gepaard gaat met een uitstroom van middelen die economische voordelen
in zich bergen en de omvang van het bedrag waartegen de afwikkeling plaatsvindt op een
betrouwbare manier kan worden vastgesteld.
128
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Financiële activa en passiva (met behoud van de hoofdsom van leningen) worden
opgenomen op transactiedatum. Dit houdt in dat een financieel actief of financieel
passief in de balans wordt opgenomen vanaf het tijdstip dat de vennootschap
respectievelijk recht heeft op de voordelen dan wel gebonden is aan de verplichtingen
voortkomend uit de contractuele bepalingen van het financieel instrument. De hoofdsom
van de leningen wordt opgenomen op de afwikkelingsdatum.
Baten worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt als een vermeerdering van het
economisch potentieel, dat verband houdt met een vermeerdering van een actief of
vermindering van vreemd vermogen, heeft plaatsgevonden en waarvan de omvang
op een betrouwbare manier kan worden vastgesteld. Lasten worden in de winst-en-
verliesrekening verwerkt als een vermindering van het economisch potentieel, dat
verband houdt met een vermindering van een actief of vermeerdering van vreemd
vermogen, heeft plaatsgevonden en waarvan de omvang op een betrouwbare manier kan
worden vastgesteld.
Niet langer opnemen in de balans van financiële activa en passiva
Een op de balans opgenomen actief of post van het vreemd vermogen blijft op de
balans als een transactie niet leidt tot een belangrijke verandering in de economische
realiteit met betrekking tot dit actief of deze post van het vreemd vermogen. Dergelijke
transacties moeten evenmin aanleiding geven tot het verantwoorden van resultaten.
Een financieel actief of een post van het vreemd vermogen (of, als het van toepassing is,
een deel van een financieel actief of een deel van de groep van soortgelijke financiële
activa of passiva) wordt niet langer in de balans opgenomen als de transactie ertoe leidt
dat alle of nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle
risico’s met betrekking tot het actief of de post van het vreemd vermogen aan een derde
zijn overgedragen.
Waardering
De financiële activa en passiva worden eerste opname in de balans gewaardeerd
tegen reële waarde vermeerderd respectievelijk verminderd met de transactiekosten
die direct toe te wijzen zijn aan de verwerving of uitgifte van het financieel actief
of het financieel passief, met uitzondering van de transacties met waardering tegen
reële waarde en verwerking van de resultaten via de winst-en-verliesrekening. De aan
deze balansposten direct toerekenbare transactiekosten worden direct verantwoord in
de winst-en-verliesrekening.
De reële waarde is het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld of een
verplichting kan worden afgewikkeld, tussen ter zake goed geïnformeerde en tot een
transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk van elkaar zijn. Voor zover voor posten
een relevante middenkoers beschikbaar is, wordt deze als de beste indicatie voor
de reële waarde gehanteerd. Van het merendeel van de financiële instrumenten van
NWB Bank kan de reële waarde niet op basis van een relevante middenkoers vastgesteld
worden, omdat een beursnotering en/of een actieve markt ontbreekt. NWB Bank
berekent de reële waarde van deze overige financiële instrumenten met modellen.
De modellen maken gebruik van diverse veronderstellingen met betrekking tot
de disconteringsvoet en hetdstip en de omvang van de verwachte toekomstige
kasstromen. de berekening van de reële waarde van opties is gebruikgemaakt
van optiewaarderingsmodellen.
het ontstaan van financiële activa worden deze geclassificeerd als Kredieten
en vorderingen, Bankiers, Rentedragende waardepapieren dan wel Derivaten.
Kredieten en vorderingen, Tot het einde van de looptijd aangehouden rentedragende
waardepapieren, Overige rentedragende waardepapieren zonder beursnotering evenals
Bankiers worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Overige
129
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
rentedragende waardepapieren met beursnotering en Derivaten worden gewaardeerd
tegen reële waarde.
het ontstaan van financiële passiva worden deze geclassificeerd als Bankiers,
Derivaten, Toevertrouwde middelen en Uitgegeven schuldbewijzen. Bankiers,
Toevertrouwde middelen evenals Uitgegeven schuldbewijzen worden vervolgens
gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs en Derivaten worden vervolgens
gewaardeerd tegen reële waarde.
Voorziening voor oninbaarheid van vorderingen
NWB Bank maakt gebruik van de mogelijkheid om de expected loss impairment
methodology van IFRS 9 toe te passen. Dit impairmentmodel is van toepassing op
alle exposures uit hoofde van financiële activa tegen geamortiseerde kostprijs, tegen
reële waarde gewaardeerde rentedragende waardepapieren met waardewijzigingen
direct in het eigen vermogen en onherroepelijke toezeggingen en contracten betreffende
financiële garanties.
De genoemde exposures worden onder IFRS 9 ingedeeld in drie groepen gebaseerd op
de verschillende stadia (‘Stages’) van kredietrisico.
In Stage 1 zitten exposures waarvan het kredietrisico niet significant is gewijzigd ten
opzichte van het moment waarop de exposure is ontstaan. Voor deze groep wordt
een 12-maands expected credit loss berekend, zijnde het verwachte kredietverlies op
basis van de kans dat de exposure binnen 12 maanden na de rapportagedatum in
default geraakt.
Stage 2 omvat exposures waarvan het kredietrisico significant is toegenomen ten
opzichte van het moment waarop de exposure is ontstaan, maar die nog niet in default
zijn geraakt. Voor deze exposures wordt een lifetime expected credit loss berekend,
rekening houdend met eventuele garanties en ontvangen zekerheden. Dit betreft de
verwachte tekorten op de contractuele kasstromen gedurende de resterende looptijd
van de exposure, contant gemaakt tegen het effectieve rentepercentage.
Onder Stage 3 vallen exposures die credit impaired zijn. Voor deze exposures wordt een
liftetime expected credit loss bepaald, rekening houdend met eventuele garanties en
ontvangen zekerheden.
Voor exposures begrepen in de post Rentedragende waardepapieren past de bank de
low credit risk exemption conform IFRS 9 toe op instrumenten die in de categorie
'investment grade' vallen.
Hedge accounting
De bank dekt aan financiële activa of passiva verbonden rente- en valutarisico’s
grotendeels af met behulp van financiële instrumenten. In marktwaardetermen
vindt een compensatie plaats van waardeveranderingen als gevolg van rente- en
valutamutaties. Hedge accounting maakt het mogelijk de resultaatverantwoording van
een afdekkingsinstrument en debehorende afgedekte positie te synchroniseren,
voor zover deze indekking effectief is. Hedge accounting is alleen toegestaan als
er afdoende documentatie is opgesteld en de vereiste effectiviteit van de afdekking
is aangetoond. NWB Bank gebruikt derivaten als afdekkingsinstrument en deze
worden tegen reële waarde op de balans opgenomen. Zowel de waardemutaties van
het afgedekte instrument die zijn toe te rekenen aan het afgedekte risico, als de
waardemutaties van derivaten die deel uitmaken van een reële waardehedge worden in
de winst-en-verliesrekening verantwoord als Resultaat uit financiële transacties.
130
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
NWB Bank past twee vormen van reële-waarde-hedge-accounting toe: micro- en
macrohedging. Microhedging heeft betrekking op individuele transacties die voor wat
betreft rente- en valutarisico in een economische hedgerelatie zijn betrokken. Er is
in geval van microhedging een een-op-eenrelatie tussen de afgedekte positie en het
afdekkinginstrument. Macrohedging heeft betrekking op een groep transacties die voor
het renterisico door meerdere derivaten wordt afgedekt. Daar is niet altijd een relatie
tussen afgedekte posities en afdekkingsinstrumenten op individueel niveau, maar wordt
op portefeuilleniveau aangetoond dat de betrokken derivaten de reële waardemutaties
als gevolg van rentebewegingen van de betrokken activa compenseren.
Vreemde valuta
Monetaire activa en passiva in vreemde valuta worden gewaardeerd in euro’s tegen
de middenkoersen op balansdatum (gepubliceerd door de ECB). Het hanteren van
middenkoersen houdt verband met het beleid van NWB Bank, waarbij alle valutaposities
een-op-een worden afgedekt en waardoor de dagelijkse geldstromen in vreemde valuta
per saldo nihiln.
Het saldo van baten en lasten voortvloeiend uit transacties in vreemde valuta wordt
gewaardeerd tegen de koers op transactiedatum. Alle valutakoersverschillen van
monetaire activa en passiva worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord.
Valutaswaps worden gebruikt als afdekkingsinstrument voor valutarisico’s inzake
opgenomen en uitgezette gelden. Deze valutaswaps worden gewaardeerd tegen de reële
waarde van het instrument per balansdatum. De waardemutaties worden verantwoord
onder Resultaat uit financiële transacties.
Kasmiddelen en tegoeden bij de Centrale Bank
Kasmiddelen en tegoeden de Centrale Bank worden gewaardeerd tegen de
geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode verminderd met
een eventuele voorziening voor oninbaarheid.
Kredieten en vorderingen en Bankiers
Kredieten en vorderingen en Bankiers worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde
kostprijs op basis van de effectieve rentemethode verminderd met een eventuele
voorziening voor oninbaarheid van vorderingen.
Rentedragende waardepapieren
Rentedragende waardepapieren zijn primair bedoeld om voor onbepaalde tijd te worden
aangehouden en kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of
als reactie op wijzigingen in het risicoprofiel van de emittent. De rentedragende
waardepapieren worden eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde.
Voor wat betreft de vervolgwaardering van de rentedragende waardepapieren zijn de
volgende twee subcategorieën te onderscheiden.
Tot het einde van de looptijd aangehouden
Gekochte rentedragende waardepapieren met vaste of bepaalbare betalingen waarvan
NWB Bank het stellige voornemen heeft, en zowel contractueel als economisch in
staat is, deze aan te houden tot het einde van de looptijd, worden gewaardeerd tegen
geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode verminderd met een
eventuele voorziening voor oninbaarheid.
131
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Overige rentedragende waardepapieren
Overige rentedragende waardepapieren zonder beursnotering worden gewaardeerd
conform de Tot het einde van de looptijd aangehouden waardepapieren.
Overige rentedragende waardepapieren met beursnotering worden gewaardeerd
tegen reële waarde. Voor zover een waardeverandering van een individueel
rentedragend waardepapier positief is, wordt deze tot het moment van realisatie
direct in het eigen vermogen verwerkt. Op het moment dat het desbetreffende
rentedragende waardepapier niet langer in de balans wordt verwerkt, wordt
het cumulatieve ongerealiseerde resultaat van een individueel actief dat in het
eigen vermogen was opgenomen verwerkt in de winst-en-verliesrekening. Een
eventuele cumulatieve waardevermindering tot onder de kostprijs wordt onmiddellijk
in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Als vervolgens een ongerealiseerde
waardevermeerdering op het betreffende rentedragende waardepapier plaatsvindt,
wordt deze in de winst-en-verliesrekening verantwoord voor zover deze lager is dan de
geamortiseerde kostprijs. Eventuele waardevermeerdering boven de geamortiseerde
kostprijs wordt in het eigen vermogen verwerkt.
Als de rentedragende waardepapieren zijn betrokken in een reële-waarde-hedgerelatie,
dan wordt het effectieve deel van de afdekking verwerkt in het resultaat in plaats van in
het eigen vermogen.
Immateriële activa
Onder deze post n de kosten en uitgaven die betrekking hebben op computersoftware
verantwoord. Na de eerste opname wordt het immaterieel actief gewaardeerd tegen
kostprijs verminderd met de geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere
waardeverminderingen. De gebruiksduur wordt geacht vijf jaar te zijn en de gehanteerde
afschrijvingsmethode is lineair over genoemde gebruiksduur. Als hiertoe aanleiding
bestaat, wordt de afschrijvingsperiode en afschrijvingsmethode herzien.
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa bestaan uit onroerende zaken en bedrijfsmiddelen. De
onroerende zaken en bedrijfsmiddelen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs
verminderd met lineaire afschrijving. De afschrijvingen hierop worden ten laste van de
winst-en-verliesrekening gebracht over een periode die overeenkomt met de verwachte
economische gebruiksduur.
De afschrijvingen bedragen jaarlijks:
Gebouw 2,5%
Installaties 10%
Inrichting, inventaris, etc.:
meubilair en dergelijke 10%
kantoormachines 20%
Informatieverwerkende apparatuur 20%
Personenauto’s 20%
Op de waarde van de grond wordt niet afgeschreven.
De restwaarde van het actief, de gebruiksduur en de waarderingsmethodes worden
jaarlijks beoordeeld en indien noodzakelijk aangepast.
132
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Derivaten
Een derivaat (afgeleid financieel instrument) is een financieel instrument dat de drie
volgende kenmerken bezit:
De waarde verandert als gevolg van veranderingen van marktfactoren zoals
een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, valutakoers,
kredietwaardigheid of andere variabele (de onderliggende waarde).
Er is geen of een geringe netto-aanvangsinvestering nodig in verhouding tot andere
soorten contracten die op vergelijkbare manier reageren op veranderingen in
genoemde marktfactoren.
Het wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld.
Derivaten worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde op
het moment van het aangaan van het contract. Eventuele verschillen tussen de reële
waarde en de door de bank gehanteerde waarderingsmodellen worden geamortiseerd
over de looptijd van het financieel instrument. Ook na eerste verwerking wordt het
derivaat gewaardeerd tegen reële waarde inclusief opgelopen rente. Derivaten met een
positieve marktwaarde worden als activa gepresenteerd, derivaten met een negatieve
marktwaarde als passiva. Veranderingen in de reële waarde van deze derivaten
worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord onder de post Resultaat financiële
transacties. Er worden algemeen aanvaarde waarderingsmodellen toegepast, waarbij
gebruik wordt gemaakt van de meest geëigende waarderingscurven, waaronder de
€STR-curve. Daarnaast is een credit valuation adjustment en een debt valuation
adjustment in de waardering opgenomen.
In contracten besloten derivaten worden als een apart derivaat gewaardeerd als aan de
volgende voorwaarden is voldaan:
Er bestaat geen nauw verband tussen de economische kenmerken en risico’s van het
in een contract besloten derivaat en die van het basiscontract.
Het basiscontract wordt niet tegen reële waarde – met waardemutaties via het
resultaatgewaardeerd.
Een afzonderlijk instrument met dezelfde voorwaarden zou voldoen aan de definitie
van een derivaat.
Derivaten die voldoen aan deze voorwaarden worden gepresenteerd in de balans
het basiscontract waartoe deze behoren en gewaardeerd tegen reële waarde,
waarbij waardemutaties worden verwerkt in het resultaat. Contracten worden alleen
op het moment van aangaan van de transactie beoordeeld, tenzij een wijziging
in de contractvoorwaarden heeft plaatsgevonden die de verwachte kasstromen
aanzienlijk beïnvloedt.
Bankiers, Toevertrouwde middelen, Schuldbewijzen en
Achtergestelde schulden
De in de passiefposten Bankiers, Toevertrouwde middelen, Schuldbewijzen en
Achtergestelde schulden opgenomen leningen worden bij de eerste opname
gewaardeerd tegen de reële waarde van de ontvangen tegenprestatie minus de direct
toerekenbare transactiekosten. Na deze eerste opname worden de rentedragende
leningen vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de
effectieve rentemethode. Winsten en verliezen worden opgenomen in het renteresultaat
zodra de schulden niet langer op de balans worden opgenomen.
133
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De bank heeft driemaal (tweemaal in 2020 en eenmaal in 2021) ingeschreven op het
programma voor targeted longer-term refinancing operations (TLTRO) van de ECB.
Dit financieringsprogramma heeft, afhankelijk van het monetaire beleid, specifieke
voorwaarden. De bank heeft de financieringen verwerkt overeenkomstig de andere
overige schulden, initieel op reële waarde. De vervolgwaardering is geamortiseerde
kostprijs. De rente die de ECB berekent over de financieringen worden marktconform
verondersteld en verantwoord als variabele rente in de winst-en-verliesrekening
volgens de effectieve rentemethode. In november 2022 heeft NWB Bank de TLTRO-
financieringen vervroegd afgelost.
Personeels- en pensioenverplichtingen
Conform Richtlijn 271 Personeelsbeloningen past NWB Bank voor pensioenen integraal
de onder IFRS-EU van toepassing zijnde standaard (IAS 19) inzake pensioenen en andere
post retirement benefits toe. Voor de actieve medewerkers geldt vanaf 1 januari 2020 een
defined contribution plan. De pensioenregeling voor niet-actieven betreft een defined
benefit plan en wordt gefinancierd door premies aan een verzekeringsmaatschappij op
basis van periodieke actuariële berekeningen.
Een defined contribution plan is een regeling waarbij de pensioenbijdrage voor de
medewerker is vastgelegd (en niet de uitkering). De verantwoorde verplichting voor
defined benefit plans is het saldo van de contante waarde van de pensioenverplichtingen
op balansdatum, verminderd met de reële waarde van de daarmee verbonden
beleggingen. De pensioenverplichtingen worden jaarlijks berekend door een externe
actuaris op basis van de ‘projected unit credit method’.
Saldering van financiële activa en financiële passiva
Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd en tegen het
nettobedrag in de balans opgenomen als er een juridisch afdwingbaar recht is om de
verantwoorde bedragen te salderen en als het voornemen bestaat om de verwachte
toekomstige kasstromen op nettobasis te verrekenen, of simultaan het actief te
realiseren en de verplichting af te wikkelen.
Opbrengstverantwoording
Opbrengsten worden verantwoord wanneer het waarschijnlijk is dat de economische
voordelen ten goede komen aan NWB Bank en de opbrengsten betrouwbaar kunnen
worden bepaald.
Rente
Rentebaten en -lasten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen volgens de
effectieve-rentemethode. De toepassing van deze methode omvat de amortisatie van
een eventueel disagio of agio of andere verschillen (met inbegrip van transactiekosten
en daarop betrekking hebbende provisies) tussen de eerste boekwaarde van een
rentedragend instrument en het bedrag per vervaldatum, berekend op basis van de
effectieve rentevoet. In 2022 is een ziging in de presentatie van de rente uit hoofde van
derivaten gemaakt (zie noot 1 Rente).
Winstbelastingen
Winstbelastingen worden gelijktijdig met de winst als last verantwoord. Uitgestelde
belastingvorderingen en uitgestelde belastingverplichtingen worden tegen het
nominale bedrag gewaardeerd.
134
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Verschuldigde en verrekenbare belastingen
Verschuldigde en verrekenbare belastingvorderingen en -verplichtingen voor lopende
en voorgaande jaren worden gewaardeerd op het bedrag dat naar verwachting wordt
teruggevorderd van of betaald wordt aan de Belastingdienst. Het belastingbedrag wordt
berekend op basis van de geldende belastingtarieven en belastingwetgeving.
Uitgestelde belastingen
Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor alle verrekenbaredelijke
verschillen, onbenutte fiscale faciliteiten en niet-verrekende fiscale verliezen indien het
waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar is waarmee de verrekenbare tijdelijke
verschillen kunnen worden verrekend en de verrekenbaredelijke verschillen,
onbenutte fiscale faciliteiten en onbenutte fiscale verliezen kunnen worden aangewend.
De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt per balansdatum
beoordeeld en verlaagd als het niet waarschijnlijk is dat voldoende fiscale winst
beschikbaar is waarmee het tijdelijke verschil geheel of gedeeltelijk kan worden
verrekend. Niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen worden per balansdatum
herbeoordeeld en opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat in de toekomst fiscale
winst aanwezig is waarmee deze uitgestelde vordering kan worden verrekend.
Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gewaardeerd op de
belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zijn op de periode waarin de
vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de
geldende belastingtarieven en belastingwetgeving.
Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd als er een recht
bestaat om deze te salderen.
Grondslagen voor het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode, waarbij
onderscheid wordt gemaakt tussen kasstromen uit operationele/bancaire activiteiten,
investerings- en financieringsactiviteiten.
Onder liquiditeiten worden die activa opgenomen die zonder beperkingen kunnen
worden omgezet in liquiditeiten, waaronder de aanwezige kasmiddelen evenals de per
saldo direct opeisbare tegoeden bij (centrale) banken.
De mutaties in de Kredieten en de Toevertrouwde middelen en die uit hoofde van
Bankiers zijn, gelet op de aard van de activiteiten, opgenomen onder de kasstroom uit
operationele/bancaire activiteiten.
Investeringsactiviteiten omvatten de aan- en verkopen en aflossingen inzake tot einde
looptijd gehouden rentedragende waardepapieren evenals de aan- en verkopen van
onroerende zaken en bedrijfsmiddelen. De opname en aflossing van zowel lang vreemd
vermogen (looptijd >1 jaar) als kortlopende schuldbewijzen (looptijd < 1 jaar) worden als
financieringsactiviteiten aangemerkt.
Gesegmenteerde informatie
De inrichting van de bank is niet afgestemd op werkzaamheden in verschillende
bedrijfstakken en bij de analyse en besluitvorming ter zake van rendement en inzet van
middelen maakt NWB Bank geen onderscheid naar segmenten. In deze jaarrekening is
dan ook geen gesegmenteerde informatie opgenomen.
135
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Belangrijke inschattingen en schattingsonzekerheden
De opstelling van de jaarrekening vereist dat de directie zich oordelen vormt en
schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van
grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, alsmede
van baten en lasten. De schattingen en hiermee verbonden veronderstellingenn
gebaseerd op ervaringen uit het verleden, marktinformatie en andere factoren die
gegeven de omstandigheden als redelijk worden beschouwd. De uitkomsten hiervan
vormen de basis voor het oordeel over het merendeel van de boekwaarde van activa en
passiva van NWB Bank die niet op een eenvoudige manier uit andere bronnen blijkt. De
daadwerkelijke uitkomsten kunnen daardoor afwijken van deze schattingen.
De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden periodiek beoordeeld.
Herzieningen van schattingen worden verantwoord in de periode waarin de schattingen
worden herzien, als de herziening alleen voor die periode gevolgen heeft. Heeft
de herziening ook gevolgen voor toekomstige perioden, dan wordt de herziening
verantwoord in zowel de verslagperiode als toekomstige perioden.
De door de directie gevormde oordelen die belangrijke gevolgen kunnen hebben voor de
jaarrekening en schattingen die een aanmerkelijk risico in zich bergen van een materiële
aanpassing in een volgend jaar, hebben met name betrekking op de waardering van
financiële activa en financiële passiva op reële waarde, in het zonder op de waardering
van de derivaten. Daarnaast ziet ze toe opzondere waardeverminderingen met
toepassing van de 'expected loss impairment methodology' van IFRS 9.
136
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
TOELICHTING OP DE WINST-EN-VERLIESREKENING
1RENTE
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Rentebaten Kasmiddelen en tegoeden de Centrale Bank, Bankiers
en Kredieten en vorderingen tegen geamortiseerde kostprijs 1.300.571 1.320.765
Rentebaten Rentedragende waardepapieren 26.392 16.240
Derivaten 1.396.214 1.730.361
Provisies 3.607 3.100
Negatieve rentelasten 72.325 122.576
Rentebaten 2.799.109 3.193.042
Rentelasten Bankiers, Toevertrouwde middelen, Hybride kapitaal en
Schuldbewijzen tegen geamortiseerde kostprijs 1.096.006 993.532
Derivaten 1.375.739 1.676.189
Negatieve rentebaten 26.487 236.566
Rentelasten 2.498.232 2.906.287
Rente 300.877 286.755
De post Rentebaten omvat rentebaten uit Kredieten en vorderingen, Rentedragende
waardepapieren, Kasmiddelen en tegoeden de Centrale Bank evenals ontvangen
provisies die het karakter van rente hebben, ontvangen vergoedingen voor vervroegde
aflossing van financiële instrumenten waarop geen hedge accounting wordt toegepast,
agio’s en disagio’s. Agio’s en disagio’s op Kredieten en vorderingen die niet gewaardeerd
worden op reële waarde, zijn samen met de respectievelijke rentebaten verantwoord
overeenkomstig de effectieve rentemethode.
De post Rentelasten omvat rentelasten uit al dan niet in schuldbewijzen belichaamde
schulden en derivaten, evenals betaalde provisies die het karakter van rente hebben,
betaalde vergoedingen voor vervroegde aflossing, agio’s en disagio’s. Agio’s en
disagio’s op al dan niet in schuldbewijzen belichaamde schulden die niet gewaardeerd
worden op reële waarde, zijn samen met de respectievelijke rentelasten verantwoord
overeenkomstig de effectieve rentemethode.
In 2022 is de rubricering van de Rentebaten en -lasten uit hoofde van derivaten gewijzigd,
waarbij een uitsplitsing is gemaakt naar baten en lasten van de rente op de derivaten. De
vergelijkendefers zijn hiervoor aangepast.
De post Negatieve rentebaten betreft de negatieve rente op de financiële activa
Kasmiddelen en tegoeden bij de Centrale Bank, Bankiers en Kredieten en vorderingen.
De post Negatieve rentelasten betreft de negatieve rente op de financiële passiva
Bankiers, Toevertrouwde middelen en Schuldbewijzen. In de post Negatieve rentelasten
is begrepen de rente van de TLTRO-financiering. Daarbij wordt opgemerkt dat het
gunstige tarief van de TLTRO geldt voor de eerste twee jaar, maar dat de kredietverlening
die ertegenover staat, en waaraan het gunstige tarief is doorgegeven, langere looptijden
kent. Er is daardoor sprake van een verschuiving van resultaat in de tijd.
2RESULTAAT UIT FINANCIËLE TRANSACTIES
NWB Bank past twee vormen van reële-waarde-hedge-accounting toe: micro- en
macrohedging. Microhedging heeft betrekking op individuele transacties die voor wat
betreft rente- en valutarisico in een economische hedgerelatie zijn betrokken. Er is
in geval van microhedging een een-op-eenrelatie tussen de afgedekte positie en het
afdekkinginstrument. Macrohedging heeft betrekking op een groep transacties die voor
het renterisico door meerdere derivaten wordt afgedekt. Daaris er niet altijd een
relatie tussen afgedekte posities en afdekkingsinstrumenten op individueel niveau,
maar wordt op portefeuilleniveau aangetoond dat de betrokken derivaten de reële
waardemutaties als gevolg van rentebewegingen van de betrokken activa compenseren.
137
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Het resultaat uit financiële transacties is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Marktwaardeverandering derivaten betrokken in macro
hedge accounting 17.831.333 6.441.485
Herwaardering financiële activa en passiva betrokken in
macro hedge accounting -17.839.645 -6.442.118
Macro hedge accounting ineffectiviteit -8.312 -633
Micro hedge accounting ineffectiviteit 6.986 807
Totaal ineffectiviteit hedge accounting -1.326 174
Overige marktwaardeverandering geherstructureerde
derivaten betrokken in hedge accounting -33.027 -37.756
Marktwaardeveranderingen van derivaten niet
betrokken in hedge accounting 1.121 2.062
Mutatie tegenpartij kredietrisico (CVA/DVA) -17.620 -134
Resultaat looptijdverlengingen en
vervroegde aflossingen 20.736 14.353
Overige marktwaardeveranderingen -184 1.541
Totaal -30.300 -19.760
In 2020 heeft de bank een aanvang gemaakt met de investering in groene pass-through
NHG RMBS en die is voortgezet en uitgebreid in 2021 en 2022. De investeringen zijn
afgedekt met rentederivaten. De bank past hierop reële-waarde-hedge-accounting toe.
Het resultaat valt onder de post ‘Macro hedge accounting ineffectiviteit’.
De Overige marktwaardeverandering geherstructureerde derivaten betrokken in
hedge accounting is het gevolg van in het verleden uitgevoerde herstructureringen
van de derivatenportefeuille met het oog op beheersing van de renterisicopositie.
Het renteresultaat wordt per saldo positief beïnvloed (lagere rentelasten) door
deze herstructureringen.
De mutatie tegenpartij kredietrisico (CVA/DVA) ziet met name toe op een niet door
collateral gedekt exposure ter grootte van €120miljoen uit hoofde van afgesloten
derivatencontracten en daar behorende collateral overeenkomst. De volatiliteit in het
resultaat financiële transacties is voor deze post met name afhankelijk van de mutaties
in de credit default swap (CDS) spread voor deze specifieke tegenpartij, waarmee reeds
lange tijd geen nieuwe transacties worden afgesloten.
Het resultaat looptijdverlengingen en vervroegde aflossingen heeft betrekking op
aanpassingen van leningen op verzoek van klanten.
De Overige marktwaardeveranderingen bestaan onder andere uit
marktwaardeveranderingen van financiële instrumenten na het moment van aankoop/
verkoop en het aangaan/verbreken van de hedgerelatie, marktwaardemutaties van
derivaten gesloten in het kader van asset & liability management, ontvangen en
betaalde agio's, disagio's en fees bij afwikkeling van derivatencontracten, gerealiseerde
(herwaarderings)resultaten verkoop van rentedragende waardepapieren
en provisies.
De reële waarde van de financiële instrumenten met toepassing van hedge accounting
bedraagt aan de actiefzijde per 31 december 2022 €4.524miljoen (per 31 december
2021: €22.009miljoen) en aan de passiefzijde per 31 december 2022 €-4.457miljoen
(per 31 december 2021: €12.562miljoen).
138
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
NWB Bank neemt in belangrijke mate middelen in vreemde valuta op. De hieruit
voortvloeiende valutarisico’s worden direct geheel door valutaswaps afgedekt. De
valutarisico’s voor de bankn daardoor nihil.
In 2021 zijn de Eonia-€STR-transities (Benchmark Reform) in bilaterale
overeenkomsten uitgevoerd en afgerond op basis van de Eonia-curve -/- 8.5bps.
De gerealiseerde waarderingsverschillen in verband met de BMR-transitie maken
onderdeel uit van het resultaat financiële transacties en bedroegen in 2021 in totaal
€3,8miljoen positief.
3PERSONEELSKOSTEN
Het aantal personeelsleden in fte’s (inclusief directie) bedroeg ultimo boekjaar 103,7
(2021: 89,3). Van dit aantal zijn er 4 statutair directielid, 13 managementteamleden
en 86,7 medewerkers (2021: 3 statutair directieleden, 1 niet-statutair directielid, 12
managementteamleden en 73,3 medewerkers). Het gemiddelde aantal fte’s (inclusief
directie) bedroeg 96,5 (2021: 80,5).
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Salarissen 9.774 8.034
Pensioenlasten 1.675 1.370
Overige sociale lasten 1.040 754
Andere personeelskosten 4.016 2.863
Totaal 16.505 13.021
De salariskosten zijn gestegen door een toename van het aantal personeelsleden
gedurende het jaar en als gevolg van de cao-indexatie en periodieke verhogingen. De
andere personeelskosten zijn gestegen door hogere kosten voordelijk personeel.
De bezoldiging van de statutaire directieleden inclusief reguliere pensioenlasten en
overige specifieke elementen, zoals weergegeven in onderstaande tabel, bedroeg in
2022 €1.313 duizend (2021: €1.048 duizend). Ard van Eijl is per 14 april 2022 benoemd
als statutair directielid.
(in duizenden euro’s) Vaste beloning Bijdrage pensioen Overig Totaal
2022
Lidwin van Velden 293 41 66 400
Melchior de Bruijne 249 35 38 322
Frenk van der Vliet 262 39 56 357
Ard van Eijl 177 25 32 234
Totaal 981 140 192 1.313
(in duizenden euro’s) Vaste beloning Bijdrage pensioen Overig Totaal
2021
Lidwin van Velden 285 40 64 389
Melchior de Bruijne 242 34 37 313
Frenk van der Vliet 255 37 54 346
Totaal 782 111 155 1.048
De vaste beloning bestaat uit het vaste salaris over 13 maanden plus 8% vakantiegeld en
een toeslag van 11,1%.
Onder Overig vallen de volgende resterende beloningen.
Een onkostenvergoeding; de belaste onkostenvergoeding bedroeg voor Lidwin van
Velden, Melchior de Bruijne en Frenk van der Vliet 3 duizend (2021: 3 duizend) en voor
Ard van Eijl €2 duizend.
139
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Een hypotheekrentesubsidieregeling voor het personeel; deze belaste vergoeding
bedroeg in 2022 voor Lidwin van Velden €3 duizend (2021: €3 duizend), voor Melchior
de Bruijne 6 duizend (2021: 6 duizend), voor Frenk van der Vliet nihil (2021: nihil)
en voor Ard vanl €2 duizend.
Eendrage voor de netto-pensioenregeling; deze belaste vergoeding bedroeg in 2022
voor Lidwin van Velden 33 duizend (2021: 32 duizend), voor Melchior de Bruijne 18
duizend (2021: €17 duizend), voor Frenk van der Vliet €23 duizend (2021: €22 duizend)
en voor Ard van l 13 duizend. Deze bijdrage van de werkgever boven de maximering
van 114.866 (2021: 112.189) is gebaseerd op een leeftijdsafhankelijke staffel over het
pensioengevend salaris. Hierbij wordt 3% werknemersbijdrage ingehouden.
Een compensatie voor de harmonisatie van de pensioenregeling per 2015; deze belaste
vergoeding bedroeg in 2022 voor Lidwin van Velden 9 duizend (2021: 9 duizend), voor
Frenk van der Vliet €11 duizend (2021: €11 duizend) en voor Ard vanl €2 duizend.
Een compensatie van per 31 december 2019 bepaalde premievrije aanspraken; deze
bedraagt in 2022 voor Lidwin van Velden €14 duizend (2021: €13 duizend), Melchior
de Bruijne €9 duizend (2021: €9 duizend), Frenk van der Vliet €8 duizend (2021: €8
duizend) en voor Ard vanl €5 duizend.
De forfaitaire bijdrage van de door de bank ter beschikking gestelde auto is gebaseerd op
de fiscale bijtelling en bedraagt voor Lidwin van Velden €3 duizend (2021: €3 duizend),
Melchior de Bruijne €2 duizend (2021: €2 duizend) en Frenk van der Vliet €11 duizend
(2020: 10 duizend). Ard van Eijl ontvangt vanuit de autoregeling een geldelijke drage
van €9 duizend.
4ANDERE BEHEERKOSTEN
Onder Andere beheerkosten zijn begrepen: de kosten van toezicht en advies,
huisvesting, kantoorkosten en algemene kosten. De beheerkosten kunnen als volgt
worden gespecificeerd.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Advies- en toezichtskosten 10.906 9.838
Informatie en communicatie 5.692 4.955
Overige kosten 7.115 3.858
Totaal 23.713 18.651
De stijging van de andere beheerkosten komt onder meer door hogere kosten voor
het bankbrede veranderprogramma, waaronder digitaliseringsprojecten, inbedding van
ESG in de primaire processen en IT-beheer. Daarnaast valt onder deze post een bijdrage
aan het Waterinnovatiefonds van €2,1miljoen in 2022.
De in de overige kosten begrepen bezoldiging van 7 commissarissen (2021: 7) bedroeg
€192 duizend (2021: €174 duizend).
Bezoldiging van leden van de raad van commissarissen
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Joanne Kellermann 42 39
Lex van Overmeire 25 8
Petra van Hoeken 25 24
Frida van den Maagdenberg 25 24
Toon van der Klugt 25 24
Maurice Oostendorp - 7
Annette Ottolini 25 24
Manfred Schepers 25 24
Totaal 192 174
140
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De bovengenoemde bedragen zijn inclusief de reiskostenvergoeding.
Honoraria van de accountant
In het boekjaarn de volgende honoraria ten laste gebracht van het resultaat,
een en ander zoals bedoeld in artikel 2:382a BW. De kosten voor onderzoek van de
jaarrekening hebben betrekking op het betreffende boekjaar. De genoemde bedragen
zijn inclusief btw.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Onderzoek van de jaarrekening 597 646
Andere controleopdrachten 314 462
Totaal 911 1.108
De accountantskosten betreffen het boekjaar waarop de jaarrekening betrekking
heeft, ongeacht of de werkzaamheden door de externe accountant en de
accountantsorganisatie reeds gedurende het boekjaar zijn verricht. Naast de wettelijke
controle verleent de accountant een aantal andere assurancediensten. Deze andere
assurancediensten bestaan uit de beoordeling van tussentijdse financiële informatie,
beoordeling van de niet-financiële informatie zoals opgenomen in dit jaarverslag en de
werkzaamheden inzake rapportage aan de toezichthouder. Daarnaast zijn in de andere
controleopdrachten extra werkzaamheden begrepen voor de controle van specifieke
projecten. De kosten in 2022 zijn lager dan in 2021. Het begin 2021 geconstateerde
fraude-incident bracht dat jaar additionele werkzaamheden met zich mee.
5AFSCHRIJVINGEN
De post Afschrijvingen betreft de afschrijvingen op het kantoorgebouw, de installaties,
inrichtingskosten, inventaris, informatieverwerkende apparatuur en personenauto’s,
zoals vermeld onder de toelichting op de actiefpost Materiële vaste activa. Ook de
afschrijvingen op Immateriële vaste activa zijn onder deze post opgenomen.
6BANKENBELASTING EN RESOLUTIEHEFFING
NWB Bank is belastingplichtig voor de bankenbelasting. De bankenbelasting 2022 en
2021zijn gebaseerd op de balans ultimo 2021 respectievelijk 2020 en het bedrag is ten
laste gebracht van het resultaat 2022 respectievelijk 2021.
De bankenbelasting wordt berekend op basis van de verhouding van kortlopende
schulden aan het einde van het voorgaande boekjaar ter grootte van €14.909miljoen
(2021: €17.517miljoen) en langlopende schulden van het voorgaande boekjaar ter
grootte van €79.208miljoen (2021: €87.539miljoen). In 2022 is een bedrag van
18,6 miljoen aan bankenbelasting betaald (2021: 32,3 miljoen). Het bedrag was voor
2021 met name hoger doordat voor dat boekjaar een eenmalig generiek 50% hoger
tarief gold.
Op basis van de richtlijn voor herstel en afwikkeling van banken (Bank Recovery and
Resolution Directive, BRRD) is de bank een resolutieheffing verschuldigd. De heffing
voor het jaar 2022 is betaald aan het Single Resolution Fund en bedraagt €10,7miljoen
(2021: €7,2miljoen). Hiervan is €1,6miljoen (2021: €1,1miljoen) voldaan in de vorm
van Irrevocable Payment Commitments en 9,1 miljoen (2021: 6,1 miljoen) is ten laste
van het resultaat gebracht. De heffing is met name hoger door een toename van het
doelvermogen van het resolutiefonds.
141
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
7WAARDEVERMINDERINGEN VAN VORDERINGEN EN
VOORZIENINGEN VOOR ONDER DE BALANS OPGENOMEN
VERPLICHTINGEN
NWB Bank maakt gebruik van de mogelijkheid om de expected loss impairment
methodology van IFRS 9 toe te passen. Deze post ziet er als volgt uit.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Kredieten en vorderingen 491 -295
Rentedragende waardepapieren -7 -
Totaal 484 -295
Een uitgebreide toelichting op het expected credit loss is opgenomen in paragraaf 32.
8BELASTINGEN
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Winst voor belastingen 199.520 193.550
Winstbelastingen tegen 25,8% resp. 25,0% 51.476 48.387
Niet-aftrekbare kosten (bankenbelasting) 4.802 8.079
Minimumkapitaalregel banken (thin cap rule) - 15.464
Aanpassingen voorgaande boekjaren 45 71
Mutatie uit hoofde van waardering onroerende zaken voor
eigen gebruik - -276
Wijziging toekomstig vpb-tarief - 386
Overige niet-aftrekbare kosten en aanpassingen -33 -22
Totaal winstbelastingen 56.290 72.089
Effectieve belastingdruk (%) 28,2% 37,2%
De belastinglast is als volgt te splitsen in acute belastingen en uitgestelde belastingen.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Acute winstbelastingen 57.795 73.834
Aanpassingen voorgaande boekjaren 45 71
Vrijval/dotatie uit hoofde van voorziening pensioenen 35 34
Fiscaal uitgesteld resultaat basisrenteleningen -811 -786
Fiscaal uitgesteld resultaat looptijdverlengingen voorgaande jaren -1.059 -1.174
Vrijval/dotatie uit hoofde van waardering onroerende zaken voor
eigen gebruik 285 -276
Wijziging toekomstig vpb-tarief - 386
Uitgestelde winstbelastingen -1.550 -1.816
Totaal winstbelastingen 56.290 72.089
Vanaf boekjaar 2020 is een minimumkapitaalregel voor banken van toepassing: de thin
cap rule. Deze regel beperkt de renteaftrek in de vennootschapsbelasting voor zover de
leverage ratio lager is dan 9% (2021: 9%). Door de aanpassing van de CRR per 28 juni
2019, van toepassing per 28 juni 2021, waarbij promotional loans niet tot de exposure van
de leverage ratio worden gerekend, voldoet de bank aan het minimumpercentage voor
de leverage ratio. Echter, de peildatum voor de leverage ratio is die van 31 december
voorafgaand aan het (fiscale) boekjaar. De verwerking van de aanpassing van de CRR per
28 juni 2019 is per 28 juni 2021 in de toezichtsrapportages geïmplementeerd. De bank
heeft daarom een last verantwoord uit hoofde van de regeling in 2021. Voor het boekjaar
2022 is de leverage ratio voor de berekening van de thin cap rule hoger dan 9% en daarom
bedraagt de last uit hoofde hiervan nihil.
Met name als gevolg van de niet-aftrekbaarheid van de bankenbelasting, die voor 2021
verhoogd was met 50%, is de effectieve belastingdruk hoger dan het nominale tarief van
25,8%. Voor 2021 is de effectieve belastingdruk tevens hoger dan het nominale tarief
(25,0%) als gevolg van de thin cap rule.
142
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
TOELICHTING OP DE BALANS
9KASMIDDELEN EN TEGOEDEN BIJ DE CENTRALE BANK
De post Kasmiddelen en tegoeden bij de centrale bank gaat over de wettige
betaalmiddelen en de direct opeisbare en overige tegoeden DNB en ECB.
10BANKIERS
De post Bankiers bestaat voornamelijk uit onderpand uit hoofde van collateral-
afspraken gerelateerd aan derivatencontracten. Dit onderpand staat niet ter vrije
beschikking van de bank.
Deze post kan als volgt worden uitgesplitst.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Direct opeisbare tegoeden 1.547 286
Vorderingen uit hoofde van onderpand 3.461.097 6.253.966
Vorderingen onder garantie van de Nederlandse overheid 143.359 166.940
Totaal 3.606.003 6.421.192
11KREDIETEN EN VORDERINGEN
De post Kredieten en vorderingen gaat over niet in rentedragende waardepapieren
belichaamde kredieten en vorderingen op anderen dan bankiers. De vorderingen, die
vrijwel uitsluitend de Nederlandse publieke sector betreffen, vloeien voor het grootste
gedeelte voort uit verstrekte langlopende leningen. Tot bedoelde publieke sector zijn
gerekend: de vorderingen op of onder garantie van Nederlandse overheden, evenals
vorderingen op nv-overheidsbedrijven en andere bedrijven of instellingen met een
afgeleide overheidstaak.
Het verloop van de post Kredieten en vorderingen ziet er als volgt uit.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Stand per 1 januari 70.249.649 76.562.252
Verstrekkingen langlopende kredieten 8.545.018 12.430.840
Verstrekkingen kortlopende kredieten 3.114.807 3.406.950
Aflossingen -11.805.175 -15.500.435
Waardeverandering reële waarde hedge accounting -18.668.086 -6.649.663
Expected Credit Loss 491 -295
Stand op 31 december 51.436.704 70.249.649
Specificatie Kredieten en vorderingen naar aard van de vorderingen.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Vorderingen op of onder garantie van de Nederlandse overheid 51.203.835 50.525.760
Niet gegarandeerde vorderingen op de overheidssector
en diversen 3.049.417 2.685.100
Vorderingen uit hoofde van onderpand - 1.187.742
Waardeverandering reële waarde hedge accounting -2.816.003 15.852.083
Expected Credit Loss -545 -1.036
Totaal 51.436.704 70.249.649
Niet gegarandeerde vorderingen op de overheidssector betreffen vorderingen
op drinkwaterbedrijven, publiek-private samenwerkingsprojecten en duurzame-
energieprojecten.
143
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De post Vorderingen op of onder garantie van de Nederlandse overheid kan als volgt
gespecificeerd worden.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Waterschappen 8.520.617 8.227.183
Gemeenten 5.126.859 5.387.681
Sociale woningbouw 33.472.022 32.891.636
Overige 4.084.337 4.019.260
Totaal 51.203.835 50.525.760
Er wordt een voorziening voor oninbaarheid bepaald op basis van de IFRS 9-
methodologie voor expected credit loss. Een nadere toelichting hierop bevat de
paragraaf 'Expected credit loss'.
De bank is in 2022 een pilot begonnen met sustainability linked loans. De vergoeding op
deze leningen is mede afhankelijk van het behalen van duurzaamheidsindicatoren.
Per rapportagedatum is een inschatting gemaakt van de mate waarin deze
duurzaamheidsindicatoren behaald zullen worden en het bedrag dat hiermee
gemoeid is.
De onderpandwaarde van het DNB ingebrachte beleenbare deel van de portefeuille
Kredieten en vorderingen bedraagt €15,7miljard ultimo 2022 (€16,5miljard ultimo
2021). Hiervan was in 2021 in totaal €11miljard beklemd door drie deelnames aan de
targeted longer-term refinancing operations (TLTRO). De deelnames aan de TLTRO zijn
in 2022 afgelost.
Van de Kredieten en vorderingen heeft nominaal €1,2miljard een resterende looptijd
korter dan 12 maanden (2021: €1,8miljard).
12RENTEDRAGENDE WAARDEPAPIEREN
De post Rentedragende waardepapieren kan als volgt worden uitgesplitst.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Tot het einde van de looptijd aangehouden 19.768 665.269
Overige rentedragende waardepapieren met beursnotering 685.733 876.471
Overige rentedragende waardepapieren zonder beursnotering 3.606.901 3.217.995
Totaal 4.312.402 4.759.735
Het verloop van de rentedragende waardepapieren in 2022 en 2021 was als volgt.
(in duizenden euro’s)
Publiekrechtelijke
lichamen Anderen Totaal
Stand op 1 januari 2022 2.363.052 2.396.683 4.759.735
Aankopen 386.960 1.297.911 1.684.871
Verkopen en aflossingen -847.488 -709.681 -1.557.169
Waardeveranderingen Overige
rentedragende waardepapieren -256.048 -318.980 -575.028
Expected Credit Loss - -7 -7
Stand op 31 december 2022 1.646.476 2.665.926 4.312.402
Stand op 1 januari 2021 3.348.387 2.431.084 5.779.471
Aankopen 855.094 1.267.370 2.122.464
Verkopen en aflossingen -1.763.048 -1.237.807 -3.000.855
Waardeveranderingen Overige
rentedragende waardepapieren -77.381 -63.964 -141.345
Expected Credit Loss - - -
Stand op 31 december 2021 2.363.052 2.396.683 4.759.735
144
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Onderdeel van de rentedragende waardepapieren is de investering in de senior notes
van een groene pass-through NHG RMBS (gesecuritiseerde hypotheken) inn met
de derde pijler van de strategie ‘Financieringspartner voor de verduurzaming van
Nederland’. In 2022 is de portefeuille verder uitgebreid door een nieuwe investering
in de senior notes van de NHG RMBS. Hiermee wil NWB Bank bijdragen aan lagere
hypotheeklasten voor eigenaren van duurzame woningen met een Nationale Hypotheek
Garantie. De totale investering ten bedrage van nominaal €2.230miljoen (31 december
2021: 1.329 miljoen) is opgenomen in de post 'Overige rentedragende waardepapieren
zonder beursnotering'.
Er wordt een voorziening voor oninbaarheid bepaald op basis van de IFRS 9-
methodologie voor expected credit loss. Een nadere toelichting hierop bevat de
paragraaf 'Expected credit loss'.
De onderpandwaarde van het DNB ingebrachte beleenbare deel van de portefeuille
rentedragende waardepapieren bedraagt nihil ultimo 2022 (€0,4miljard ultimo
2021). Van de rentedragende waardepapieren heeft nominaal €268miljoen (2021:
€651miljoen) een resterende looptijd korter dan 12 maanden.
13IMMATERIËLE ACTIVA
De post Immateriële activa bestaat uit geactiveerde uitgaven gerelateerd aan de
computersoftware. De specificatie van het verloop van deze post in 2022 respectievelijk
2021 is als volgt.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Boekwaarde op 1 januari 6.497 6.358
Investeringen 4.458 2.315
Afschrijvingen -2.601 -2.176
Boekwaarde op 31 december 8.354 6.497
De cumulatieve bedragen op 31 december waren als volgt.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Investeringen 25.481 21.024
Afschrijvingen -17.127 -14.527
Boekwaarde op 31 december 8.354 6.497
145
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
14MATERIËLE ACTIVA
De post Materiële activa bestaat uit geactiveerde uitgaven gerelateerd aan het pand
en overige bedrijfsmiddelen. De overige bedrijfsmiddelen betreffen voornamelijk
inventaris, informatieverwerkende apparatuur en personenauto’s.
In 2022 zijn (duurzaamheids-)investeringen gedaan in het pand voor eigen gebruik. De
gedane uitgaven in 2022 (€2.300)n geactiveerd.
De specificatie van het verloop van deze post in 2022 en 2021 is als volgt.
(in duizenden euro’s)
Onroerende zaken
voor eigen gebruik
Overige
bedrijfsmiddelen Totaal
Boekwaarde per 1 januari 2022 1.820 2.045 3.865
Investeringen 2022 2.300 475 2.775
Desinvesteringen 2022 - -3 -3
Afschrijvingen 2022 -277 -704 -981
Boekwaarde per
31 december 2022 3.843 1.813 5.656
Boekwaarde per 1 januari 2021 1.999 1.766 3.765
Investeringen 2021 - 978 978
Desinvesteringen 2021 - -31 -31
Afschrijvingen 2021 -179 -668 -847
Boekwaarde per
31 december 2021 1.820 2.045 3.865
De cumulatieve bedragen ultimo 2022 waren als volgt.
(in duizenden euro’s)
Onroerende zaken
voor eigen gebruik
Overige
bedrijfsmiddelen Totaal
Investeringen 12.303 11.752 24.055
Afschrijvingen -8.460 -9.939 -18.399
Boekwaarde per
31 december 2022 3.843 1.813 5.656
De cumulatieve bedragen ultimo 2021 waren als volgt.
(in duizenden euro’s)
Onroerende zaken
voor eigen gebruik
Overige
bedrijfsmiddelen Totaal
Investeringen 10.002 11.279 21.281
Afschrijvingen -8.182 -9.234 -17.416
Boekwaarde per
31 december 2021 1.820 2.045 3.865
15OVERIGE ACTIVA
De post Overige activa gaat voornamelijk over te ontvangen bedragen respectievelijk nog
te verrekenen bedragen in verband met rente en aflossing en het betalingsverkeer rond
de balansdatum.
146
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
16DERIVATEN
De post Derivaten gaat over renteswaps en valutaswaps, caps, floors en swaptions.
Deze producten worden gewaardeerd op reële waarde, inclusief opgelopen rente. De
waardering vindt plaats met behulp van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen.
Daarbij wordt gebruikgemaakt van de meest geëigende waarderingscurven, waaronder
de OIS- en €STR-curve die per ultimo 2022 op een hoger niveau lagen ten opzichte van
ultimo 2021. In onderstaande specificatie van de derivaten voor 2022 is voor een bedrag
van €264.109 (2021: €66.883) niet in hedge accounting betrokken.
Specificatie naar resterende looptijd van de reële waarden op 31 december 2022
respectievelijk 2021.
(in duizenden euro’s)
<3
maanden
3-12
maanden 1-5 jaar >5 jaar Totaal
2022
Renteswaps - 6.022 31.767 4.181.917 4.219.706
Valutaswaps 387.858 9.868 99.687 318.926 816.339
Caps, floors en swaptions - - 247 208.268 208.515
Totaal 2022 387.858 15.890 131.701 4.709.111 5.244.560
2021
Renteswaps 43.726 19.543 46.284 1.647.493 1.757.046
Valutaswaps 124.398 127.348 432.469 813.858 1.498.073
Caps, floors en swaptions - - 20 670.886 670.906
Totaal 2021 168.124 146.891 478.773 3.132.237 3.926.025
17OVERLOPENDE ACTIVA
De post Overlopende activa gaat over vooruitbetaalde bedragen voor kosten die
ten laste van de volgende periode(n) komen. Ook gaat deze post over de nog te
ontvangen, nog niet gefactureerde bedragen wegens baten ten gunste van de huidige of
voorgaande periode(n).
18BANKIERS
De post Bankiers betreft niet in schuldbewijzen belichaamde schulden aan binnenlandse
en buitenlandse bankiers. De post is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Opgenomen leningen bij banken 880.154 11.772.810
Waardeverandering reële waarde hedge accounting -106.213 45.020
Verplichtingen uit hoofde van onderpand 877.344 695.120
Exposure Central Clearing - -
Totaal 1.651.285 12.512.950
Verloop van opgenomen langlopende leningen bij banken:
Stand per 1 januari 11.772.810 10.923.168
Opname langlopende kredieten - 1.000.000
Aflossingen, mutatie in oprenting en valutaherwaarderingen -10.892.656 -150.358
Stand per 31 december 880.154 11.772.810
Het onderpand in deze post komt voort uit collateral-afspraken gerelateerd
aan derivatencontracten.
De post Exposure central clearing gaat over het saldo van de dagelijkse verrekening van
de derivaten met het ontvangen dan wel betaalde collateral met centrale tegenpartijen.
In de post Opgenomen leningen banken is voor het boekjaar 2021 begrepen de
deelname van de bank ter grootte van €11,0miljard aan door de ECB uitgevoerde
targeted longer-term refinancing operations (TLTRO III.4, TLTRO III.5 en TLTRO III.7).
De deelname is een operatie van het eurosysteem om financiering te verschaffen aan
banken ter ondersteuning van hun verruimende beleid. Voor NWB Bank betekent dit dat
zij kredieten tegen een aantrekkelijker tarief kan verstrekken en daarmee een bijdrage
kan leveren om de kosten voor de publieke sector zo laag mogelijk te houden.
147
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De rentevergoeding over het opgenomen bedrag onder de TLTRO wordt achteraf
vastgesteld en is afhankelijk van de mate waarin aan de voorwaarden is voldaan.
Een belangrijke voorwaarde is de mate waarin de bank leningen verschaft aan niet
financiële bedrijven en huishoudens, niet zijnde hypotheken. Het achteraf vast te
stellen rentepercentage bedraagt, afhankelijk of aan de voorwaarden is voldaan, -1%
of -0,5% over het opgenomen bedrag of lager indien de ECB de depositorente verder
zou verlagen. De bank heeft voldaan aan de voorwaarden voor de eerstezondere
renteperiode, waardoor tussen 24 juni 2020 en 23 juni 2021 het rentarief op het onder
TLTRO III verkregen krediet -1,0 % bedraagt. Daarnaast heeft de bank voldaan aan de
voorwaarden voor de renteperiode 24 juni 2021 tot en met 23 juni 2022, waardoor ook
voor deze periode het rentarief op het onder TLTRO III verkregen krediet -1,0% bedraagt.
Vanaf 24 juni 2022 tot het einde van de looptijd is het rentetarief bepaald op basis
van de gemiddelde effectieve rente over de gehele looptijd van de financiering.
In het tweede halfjaar 2022n de rentecondities aangepast voor de periode na
23 november 2022, de datum waarop de bank gebruik heeft gemaakt van de
vervroegde aflossingsmogelijkheid.
19TOEVERTROUWDE MIDDELEN
De post Toevertrouwde middelen gaat over schulden aan anderen dan bankiers,
waaronder Namensschuldverschreibungen en Schuldscheine.
Deze post is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Toevertrouwde middelen kortlopend 2.553.418 480.749
Toevertrouwde middelen langlopend 4.949.364 4.853.731
Waardeverandering reële waarde hedge accounting -664.600 965.234
Totaal 6.838.182 6.299.714
Verloop van opgenomen langlopende toevertrouwde middelen:
Stand per 1 januari 4.853.731 5.362.338
Opname langlopende toevertrouwde middelen 200.000 320.000
Aflossingen, mutatie in oprenting en valutaherwaarderingen -104.367 -828.607
Stand per 31 december 4.949.364 4.853.731
148
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
20SCHULDBEWIJZEN
De post Schuldbewijzen bevat verhandelbare rentedragende waardepapieren en is als
volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Obligatieleningen 61.303.002 59.479.640
Kortlopend waardepapier 4.914.724 3.641.423
Waardeverandering reële waarde hedge accounting -8.226.631 1.976.977
Boekwaarde per 31 december 57.991.095 65.098.040
Verloop van uitgegeven obligatieleningen:
Stand per 1 januari 59.479.640 59.776.427
Uitgifte obligatieleningen 10.921.875 8.018.647
Aflossingen, mutatie in oprenting en valutaherwaarderingen -9.098.513 -8.315.434
Stand per 31 december 61.303.002 59.479.640
Van de in totaal uitgegeven langlopende schuldbewijzen heeft nominaal €0,6miljard
(2021: €0,6miljard) een variabele rente. Van de langlopende schuldbewijzen heeft
nominaal €8,6miljard (2021: €9,3miljard) een resterende looptijd korter dan
12 maanden.
Als onderdeel van haar duurzaamheidsstrategie financiert NWB Bank zich (deels) met
ESG-obligaties (environmental, social en governance). Deze ESG-financiering bedroeg
ultimo 2022 nominaal €22,9miljard (2021: €18,5miljard).
21OVERIGE SCHULDEN
De post Overige schulden is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Vooruitontvangen rente en aflossingen 3.218 11.998
Overige schulden 44.336 41.007
Totaal 47.554 53.005
De overige schulden 2022 en 2021 betreffen overlopend betalingsverkeer.
22DERIVATEN
De post Derivaten gaat over renteswaps en valutaswaps, caps, floors en swaptions.
Deze producten worden gewaardeerd op reële waarde, inclusief opgelopen rente. De
waardering vindt plaats met behulp van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen,
waarbij gebruik wordt gemaakt van de meest geëigende waarderingscurven, waaronder
de OIS-en €STR-curve die per ultimo 2022 op een hoger niveau lagen ten opzichte van
ultimo 2021. In onderstaande specificatie van de derivaten voor 2022 is voor een bedrag
van €16.868 (2021: €49.359) niet in hedge accounting betrokken.
149
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Specificatie naar resterende looptijd van de negatieve reële waarden op 31 december
2022 en 2021.
(in duizenden euro’s)
<3
maanden
3-12
maanden 1-5 jaar >5 jaar Totaal
2022
Renteswaps 3.971 6.180 28.711 2.754.195 2.793.057
Valutaswaps 221.210 82.045 599.066 507.243 1.409.564
Caps, floors en swaptions - - - 207.499 207.499
Totaal 2022 225.181 88.225 627.777 3.468.937 4.410.120
2021
Renteswaps 3.590 12.277 104.215 8.626.614 8.746.696
Valutaswaps 60.407 172.913 62.996 62.702 359.018
Caps, floors en swaptions - - - 670.340 670.340
Totaal 2021 63.997 185.190 167.211 9.359.656 9.776.054
23VENNOOTSCHAPSBELASTING
De specificatie van de te betalen vennootschapsbelasting in 2022 en 2021 is als volgt.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Acute belastinglast 57.795 73.834
Betaalde voorschotten -51.247 -42.679
Totaal te betalen vennootschapsbelasting 6.548 31.155
24OVERLOPENDE PASSIVA
De post Overlopende passiva gaat over vooruit ontvangen bedragen voor baten die ten
gunste van de volgende periode(n) komen. Daarnaast gaat deze post over nog niet
gefactureerde, nog te betalen bedragen ter zake van lasten die aan de verstreken
periode(n) zijn toegerekend.
25VOORZIENINGEN
De post Voorzieningen bestaat uit een voorziening voor latente belastingen en een
voorziening voor pensioenen.
Voorziening voor latente belastingen
Het verloop van de uitgestelde belastingen is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Saldo per 1 januari 12.438 14.185
Vrijval/dotatie uit hoofde van voorziening pensioenen -104 110
Mutatie (ongerealiseerde) waarde rentedragende waardepapieren
via het eigen vermogen 4 -7
Vrijval/dotatie uit hoofde van waardering onroerende zaken voor
eigen gebruik 285 -276
Fiscaal uitgesteld resultaat basisrenteleningen -811 -786
Fiscaal uitgesteld resultaat looptijdverlengingen
voorgaande boekjaren -1.059 -1.174
Aanpassing vpb-tarief komende jaren - 386
Saldo 31 december 10.753 12.438
150
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Voorziening voor pensioenen
Het verloop van de voorziening voor pensioenen is als volgt te specificeren.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Rentekosten uitkeringsverplichting 337 158
Rente inkomsten op fondsbeleggingen -315 -147
Administratiekosten en overige 5 5
Netto kosten van de vergoedingsregelingen 27 16
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Brutoverplichting u.h.v. toegezegde (pensioen)regelingen 25.019 34.168
Reële waarde fondsbeleggingen -22.331 -31.885
Voorziening m.b.t. kosten van de vergoedingsregelingen 2.688 2.283
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Beginstand brutoverplichting u.h.v.
toegezegde (pensioen)regelingen 34.169 39.846
Rentekosten 337 158
Uitgekeerde bedragen -868 -862
Actuariële winst (verlies) a.g.v. (assumptie)veranderingen -8.619 -4.973
Eindstand brutoverplichting u.h.v.
toegezegde (pensioen)regelingen 25.019 34.169
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Beginstand reële waarde fondsbeleggingen 31.886 37.124
Bijdragen werkgever 163 150
Uitgekeerde bedragen -868 -862
Rente inkomsten 315 147
Rendement excl. rente inkomsten -9.165 -4.673
Eindstand reële waarde fondsbeleggingen 22.331 31.886
De voorziening betreft de opgebouwde rechten van alle deelnemers tot en met
2019 (in 2019 is de pensioenregeling voor medewerkers (actieven) gewijzigd van
een defined benefit plan naar een defined contribution plan) en de indexatie van
pensioenverplichtingen voor niet-actieven.
De verwachtedragen van de werkgever over 2023 aan de toegezegde
(pensioen)regelingen ultimo 2022 bedragen €163 duizend voor de niet-actieven (2021:
€150 duizend).
De belangrijkste veronderstellingen bij het bepalen van de voorziening voor
pensioenverplichtingen zijn:
2022
2021
Disconteringsvoet 3,20% 1,00%
Toekomstige indexatie niet-actieven 1,00% 0,50%
151
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
26ACHTERGESTELDE SCHULDEN
Vanwege toenmalige toezichtsvereisten ten aanzien van de leverage ratio is NWB Bank
in 2015 gestart met het aantrekken van hybride kapitaal in de vorm van achtergestelde
leningen. In september 2015 vond de storting van de eerste tranche van €200miljoen
plaats. De leningen zijn bedoeld om het Tier 1-kapitaal van de bank te versterken. In 2016
was de tweede tranche van €120,5miljoen. In de jaren daarna is geen nieuw hybride
kapitaal aangetrokken.
De leningen zijn verstrekt door partijen uit de Nederlandse publieke sector en
achtergesteld bij de vorderingen van crediteuren met een hogere rangorde dan gewone
aandelen. Ook zijn de leningen eeuwigdurend zonder vaststaande terugbetalingsdatum.
Vervroegde aflossing is alleen mogelijk met toestemming van de toezichthouder op
vooraf overeengekomen data of in specifieke situaties. Het rentepercentage ligt tussen
de 2,34% en 4,025% voor de eerste periode tot aan de eerste vervroegde aflossingsdatum
en wordt daarna herzien, mits niet vervroegd afgelost. Rentebetalingen door de bank zijn
volledig discretionair. Als de Tier 1-kernkapitaalratio beneden de 5,125% komt, wordt de
nominale hoofdsom van deze en alle gelijksoortige leningen verlaagd met een zodanig
bedrag dat de Tier 1-kernkapitaalratio weer boven de 5,125% komt.
Het verloop van de achtergestelde schulden ziet er als volgt uit.
(in duizenden euro’s)
2022 2021
Stand per 1 januari 325.977 326.110
Uitgegeven achtergestelde schulden - -
Mutatie opgelopen rente en agio -132 -133
Stand per 31 december 325.845 325.977
27GESTORT EN OPGEVRAAGD KAPITAAL
Wat betreft Gestort en opgevraagd kapitaal, zijn te onderscheiden:
Aandelen A
De nominale waarde bedraagt 115, waarop verplicht 100% is gestort. Voor elk aandeel
A kan tijdens een aandeelhoudersvergadering één stem worden uitgebracht.
Aandelen B
De nominale waarde bedraagt 460, waarop verplicht 25% is gestort. Verdere stortingen
worden overeenkomstig de statuten door de raad van commissarissen bepaald.
Voor elk aandeel B kunnen tijdens een aandeelhoudersvergadering vier stemmen
worden uitgebracht.
SPECIFICATIE ULTIMO 2022
(in duizenden euro’s) Geplaatst Gestort
Aandelen A
Stand op 31 december 2022 (50.478 aandelen) 5.805 5.805
Aandelen B
Stand op 31 december 2022 (8.511 aandelen) 3.915 1.019
Hiervan nog te storten (inzake 8.510 aandelen) -2.896
Totaal gestort op 31 december 2022 6.824
Totaal gestort op 31 december 2021 6.824
152
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
28HERWAARDERINGSRESERVES
Het verloop van de herwaarderingsreserves in 2022 en 2021 was als volgt.
(in duizenden euro’s)
Herwaarderings-
reserve
rentedragende
waardepapieren
Overige
herwaarderings-
reserves Totaal
Verloop 2022:
Stand per 1 januari 2022 23 2 25
Verloop in (ongerealiseerde) waarde
rentedragende waardepapieren 11 11
Stand per 31 december 2022 34 2 36
Verloop 2021:
Stand per 1 januari 2021 23 2 25
Verloop in (ongerealiseerde) waarde
rentedragende waardepapieren - -
Stand per 31 december 2021 23 2 25
29OVERIGE RESERVES
Het verloop van de overige reserves is als volgt.
(in duizenden euro’s) Totaal
Verloop 2022:
Stand per 1 januari 2022 1.773.825
Toevoeging uit winstverdeling 2021 121.462
Uitkering over 2021 -50.000
Actuariële winsten en verliezen na belastingen -401
Stand op 31 december 2022 1.844.886
Verloop 2021:
Stand per 1 januari 2021 1.738.096
Toevoeging uit winstverdeling 2020 80.500
Uitkering over 2020 -45.000
Actuariële winsten en verliezen na belastingen 229
Stand op 31 december 2021 1.773.825
153
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
30ONVERDEELDE WINST VERSLAGJAAR
De balans is opgesteld vóór winstverdeling. Het voorstel voor de winstverdeling is
als volgt.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Winst boekjaar 143.230 121.462
Het voorstel tot winstbestemming luidt
als volgt:
Dividend in contanten op aandelen A 879% 51.042 733% 42.535
Dividend in contanten op aandelen B 879% 8.958 733% 7.465
60.000 50.000
Door de raad van commissarissen
goedgekeurde toevoeging aan de
overige reserves 83.230 71.462
143.230 121.462
31ONHERROEPELIJKE TOEZEGGINGEN
De Onherroepelijke toezeggingen betreffen het volgende.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Toegezegde leningen 1.418.885 1.290.046
Toegezegde aankoop rentedragende waardepapieren - 318.300
Niet-opgenomen kredietfaciliteiten in rekening courant 712.401 722.263
Niet-opgenomen financieringsfaciliteiten 2.677.602 3.024.411
Verstrekte garanties 2.751 3.081
4.811.639 5.358.101
Niet-opgenomen kredietfaciliteiten in rekening-courant hebben een korte looptijd
(korter dan 1 jaar). De overige posten hebben een lange looptijd (langer dan 1 jaar).
Er zijn kredietfaciliteiten (WSW-obligoleningen) aangegaan met 147
woningbouwcorporaties onder garantie van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw
(WSW) met een omvang van €960miljoen (2021: €933miljoen), die vallen onder
de post Niet-opgenomen financieringsfaciliteiten. Onder deze kredietfaciliteiten mag
alleen getrokken worden onder bepaalde omstandigheden.
154
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
OVERIGE TOELICHTINGEN OP DE JAARREKENING
32EXPECTED CREDIT LOSS (ECL)
NWB Bank maakt gebruik van de mogelijkheid om de expected loss impairment
methodology van IFRS 9 toe te passen. Onder IFRS 9 neemt NWB Bank voor iedere
klant met een krediet(faciliteit) een voorziening op voor verwachte kredietverliezen. Ook
voor de verwachte verliezen op kredietverplichtingen en financiële garantiecontracten,
de zogenaamde off-balance-sheetposities, wordt een voorziening getroffen. Opgemerkt
wordt dat het grootste deel van de exposures van de bank onder overheidsgarantie is.
Het kredietrisico is hierdoor beperkt.
De ECL-methodologie die de bank hanteert, bestaat uit een scoring en rating model, een
macro-economisch model, modellen voor probability of default (PD), loss given default
(LGD) en exposure at default (EAD), en scenario’s (macro-economische vooruitzichten).
Elk van deze componenten wordt gebruikt om de uiteindelijke ECL-voorziening
te berekenen.
Onderstaand wordt het verloop van de expected credit loss in 2022 en 2021 weergegeven.
(in duizenden euro’s)
Stand per
31 december 2021 2022
Stand per
31 december 2022
Kredieten en vorderingen -1.036 491 -545
Rentedragende waardepapieren -7 -7 -14
Totaal -1.043 484 -559
(in duizenden euro’s)
Stand per
31 december 2020 2021
Stand per
31 december 2021
Kredieten en vorderingen -741 -295 -1.036
Rentedragende waardepapieren -8 1 -7
Totaal -749 -294 -1.043
Uitgesplitst naar oorzaken is het verloopoverzicht als volgt.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Stand per 1 januari -1.043 -749
Update macro-economische projecties -50 96
Wijzigingen in Credit risk scores 534 -390
Stand per 31 december -559 -1.043
De specificatie van de in het boekjaar verantwoorde ECL in de winst-en-verliesrekening
is als volgt.
(in duizenden euro’s)
Van 01-01-2022 tot 31-12-2022
Stage 1 Stage 2 Stage 3 Totaal
Mutatie ECL via W&V:
- Toename door nieuwe verstrekkingen
en overnames 43 43
- Afname door aflossingen -14 -3 -17
- Veranderingen wegens kredietrisico
(per saldo) -3 -507 -510
Totaal 26 -510 - -484
(in duizenden euro’s)
Van 01-01-2021 tot 31-12-2021
Stage 1 Stage 2 Stage 3 Totaal
Mutatie ECL via W&V:
- Toename door nieuwe verstrekkingen
en overnames 186 186
- Afname door aflossingen -51 - -51
- Veranderingen wegens kredietrisico
(per saldo) -350 510 160
Totaal -215 510 - 295
155
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De bank heeft de macro-economische parameters in het ECL-model opnieuw
beoordeeld en verwerkt. Gezien de huidige economische onzekerheid veroorzaakt door
met name de oorlog in Oekraïne, een dreigende recessie en de energiecrisis, is een
zwaardere weging toegekend aan het neerwaarts scenario. Dit veroorzaakte een stijging
van de ECL-voorziening, waartegenover echter een daling van de ECL-voorziening door
kredietrevisies die voor een aantal klanten leidde tot een verbetering van de credit risk
(CRS) score met als gevolg een mutatie van Stage 2 naar Stage 1. Per saldo hebben
voorgaande ontwikkelingen geleid tot een daling van de ECL-voorziening. Tot slot is een
CRS override van +2 toegepast voor de zorgsector en is de override van CRS+1 voor de
gemeentesector, die sinds 2021 van toepassing is, ook in 2022 toegepast. Deze overrides
hebben niet geleid tot een mutatie in ECL-voorziening.
Waardevermindering van Kredieten en vorderingen en
Rentedragende waardepapieren
De volgende tabel geeft een specificatie van de Kredieten en vorderingen en
Rentedragende waardepapieren waarop het ECL-model wordt toegepast. Het betreft
zowel Kredieten en vorderingen en Rentedragende waardepapieren dien ingegaan
als die nog ingaan. Eventuele garanties worden buiten beschouwing gelaten voor
deze analyse.
Stage 1 betreft de performing exposures zonder een significante toename in
kredietrisico (significant increase in credit risk (SICR)) sinds de aanvangsdatum.
Stage 2 betreft de performing exposures met een significante toename in kredietrisico
sinds de aanvangsdatum.
Stage 3 betreft de non-performing exposures die credit impairedn.
per 31 december 2022
(in duizenden euro’s)
Bruto
exposure
Performing
Stage 1
Performing
Stage 2
Non-
Performing
Stage 3
Kredieten en vorderingen 56.092.299 55.329.011 756.594 6.694
Rentedragende
waardepapieren 3.626.669 3.626.669 - -
Totaal 59.718.968 58.955.680 756.594 6.694
per 31 december 2021
(in duizenden euro’s)
Bruto
exposure
Performing
Stage 1
Performing
Stage 2
Non-
Performing
Stage 3
Kredieten en vorderingen 73.835.629 72.129.866 1.704.594 1.169
Rentedragende
waardepapieren 4.201.564 4.201.564 - -
Totaal 78.037.193 76.331.430 1.704.594 1.169
De afname van Stage 2-exposure komt voornamelijk door een daling van de
balanswaarde als gevolg van de stijging van de marktrente in 2022. Daarnaast is de credit
risk score van een aantal klanten verbeterd op basis van uitgevoerde kredietrevisies.
Dit heeft geleid tot een mutatie van Stage 2 naar Stage 1 voor deze klanten en tot een
daling van de ECL-voorziening. Analyse van de woningcorporatie-, zorg-, waterschap-
en gemeentesector heeft geleid tot een CRS override van +2 voor de zorgsector en
daarmee een mutatie van Stage 1 naar Stage 2 alsmede continuering van de CRS+1
override voor de gemeentesector.
Ultimo december is een bedrag van €6,7miljoen (2021: €1,2miljoen) als ‘credit
impaired’ aangemerkt. Dit bedrag betreft exposures in Stage 3 en ziet op exposures van
4 klanten (2021: 2). Deze Stage 3-exposures hebben een overheidsgarantie en leiden niet
tot een ECL-voorziening of een write-off.
156
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Een specifiekere toelichting op het verloop van de stages volgt hieronder.
Stage 1: 12-maands ECL
In Stage 1 zitten exposures waarvan het kredietrisico niet significant is gewijzigd ten
opzichte van het moment waarop de exposure is ontstaan. Voor deze groep wordt een
12-maands expected credit loss berekend (ECL), zijnde het verwachte kredietverlies op
basis van de kans dat de exposure binnen 12 maanden na de rapportagedatum in default
geraakt. De 12-maands ECL wordt berekend voor alle individuele exposures als functie
van de exposure at default (EAD), probability of default (PD) en loss given default (LGD)
en inclusief toekomstgerichte (macro-economische) indicatoren.
Een exposure gaat in beginsel van Stage 1 naar Stage 2 wanneer aan een van de volgende
criteria wordt voldaan:
1. Een vordering staat meer dan of gelijk aan 30 dagen open (30-dagenindicator
fungeert als een backstop-indicator).
2. Er is sprake van een significante toename van het kredietrisico ten opzichte van
het moment van verstrekking. Dit is het geval als er een overschrijding is van een
interne ratinggrens.
3. Er is sprake van andere kwalitatieve indicatoren, waaronder informatie van
een kredietbeoordelingsinstantie, de kwalificatie van een exposure als forborne
performing of wanneer de exposure voorkomt op de interne watchlist.
De 12-maands ECL wordt berekend voor alle individuele exposures als functie van de
EAD, PD en LGD en inclusief toekomstgerichte (macro-economische) indicatoren.
Stage 2: lifetime ECL (niet credit impaired)
Stage 2 omvat exposures waarvan het kredietrisico significant is toegenomen ten
opzichte van het moment waarop de exposure is ontstaan, maar die nog niet in default
zijn geraakt.Voor deze exposures wordt een lifetime expected credit loss berekend,
rekening houdend met eventuele garanties en ontvangen zekerheden. Dit betreft de
verwachte tekorten op de contractuele kasstromen gedurende de resterende looptijd
van de exposure, contant gemaakt tegen het effectieve rentepercentage. De lifetime ECL
wordt berekend voor alle individuele exposures als functie van de EAD, PD en LGD en
inclusief toekomstgerichte (macro-economische) indicatoren.
Voor de vaststelling of een exposure van Stage 2 naar Stage 3 verschuift, fungeert de
'achterstallige betalingen van 90-dagen'-periode als een backstop-indicator.
Een exposure gaat naar Stage 3 wanneer deze credit impaired is. Hiervan kan sprake
zijn wanneer:
1. een substantiële vordering meer dan 90 dagen openstaat;
2. de bank oordeelt dat het onwaarschijnlijk is dat de klant aan zijn kredietvorderingen
voldoet (unlikely to pay (UTP)) zonder aanspraak te maken op herstelacties zoals
inroeping van een garantie.
157
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Stage 3: lifetime ECL (credit impaired)
Exposures met achterstallige betalingen van 90 dagen en langer vallen onder Stage
3 en worden aangemerkt als default. Maar onder Stage 3 vallen ook exposures die
vastgesteld zijn als credit impaired, inn met de intern gehanteerde definitie van
default. Hieronder vallen derhalve ook exposures die forborne non-performing zijn.
Wanneer een klant in default raakt, worden alle exposures op die klant naar Stage 3
verplaatst en dus aangemerkt als credit impaired.
Voor deze exposures wordt een liftetime expected credit loss bepaald, rekening houdend
met eventuele garanties en ontvangen zekerheden. Dit betreft de verwachte tekorten op
de contractuele kasstromen gedurende de resterende looptijd van de exposure, contant
gemaakt tegen het effectieve rentepercentage. De lifetime ECL wordt berekend voor alle
individuele exposures als functie van de EAD, PD en LGD en inclusief toekomstgerichte
(macro-economische) indicatoren. Vervolgens wordt de lifetime ECL in mindering
gebracht op de uitstaande brutoboekwaarde op de balans. Met andere woorden: er wordt
een impairment op de exposure genomen.
Herstel van ECL-Stage
Wanneer de kredietwaardigheid verbetert en de exposure niet langer aan voornoemde
criteria voldoet, kan een exposure weer van Stage 2 naar Stage 1 gaan of van Stage 3 naar
Stage 2. Dit is conform de ECL policy, credit risk management policy en non-performing
loan policy van de bank.
Vaststelling van significante toename kredietrisico (SICR)
Er is sprake van een significante toename van kredietrisico (significant increase in
credit risk (SICR)) wanneer de credit rating tende van verslaglegging significant
is verslechterd ten opzichte van de credit rating die is vastgesteld op de eerste
opnamedatum (rating at origination date). Of er sprake is van een significante toename
van kredietrisico is afhankelijk van de kredietrisicoclassificatie:
exposures die worden opgenomen met een credit rating van 7 of beter (dus7):
significante kredietrisicotoename vindt plaats wanneer de credit rating verschuift
naar 8 of slechter (dus ≥ 8);
exposures die worden opgenomen met een credit rating van 8 of slechter (dus8):
significante kredietrisicotoename vindt plaats wanneer de credit rating verschuift
met een stap (notch);voorbeeld van 8 naar 9 is een verschuiving van een notch.
NWB Bank kent een interne credit-ratingclassificatie van 1 tot en met 15. De credit
ratings 1 tot en met 7 betreffen hoog kredietwaardige geclassificeerde exposures
(investment grade), ratings 8 tot en met 14 betreffen de lager kredietwaardige
geclassificeerde exposures (non-investment grade) en 15 betreft exposures die in
default zijn. De interne credit-ratingclassificatie is gekalibreerd met de hulp van
een gerenommeerd extern credit-ratingbureau. Interne credit ratings van > 7n
non-investment grade en corresponderen met een rating van BB+ of slechter.
158
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Rating classes
De ECL-voorziening is gebaseerd op rating classes. Onderstaand overzicht geeft de
bruto-exposure en de ECL per ratingklasse weer.
De specificatie per 31 december 2022 en 31 december 2021 is als volgt.
31 december
2022 (in
duizenden euro’s) Stage 1 Stage 2 Stage 3
Rating Class
Bruto
exposure ECL
Bruto
exposure ECL
Bruto
exposure ECL
1 8.667.046 15 - - - -
2 2.486.697 - - - - -
3 5.814.687 - - - - -
4 10.218.501 80 - - - -
5 7.165.433 57 299.799 - - -
6 14.968.561 62 7.735 - - -
7 8.954.092 296 43.791 - - -
8 541.591 47 231.769 - - -
9 23.888 - 114.744 - - -
10 8.093 - 48.897 - - -
11 107.091 - 9.859 - - -
12 - - - - - -
13 - - - - - -
14 - - - - - -
15 - - - - 6.694 -
Totaal 58.955.680 557 756.594 - 6.694 -
31 december
2021 (in
duizenden euro’s) Stage 1 Stage 2 Stage 3
Rating Class
Bruto
exposure ECL
Bruto
exposure ECL
Bruto
exposure ECL
1 6.997.465 7 - - - -
2 3.004.395 - - - - -
3 9.229.765 - - - - -
4 5.785.398 50 23.178 - - -
5 11.434.282 44 - - - -
6 11.959.073 140 89.290 - - -
7 17.406.146 201 38.247 - - -
8 4.266.156 91 467.119 510 - -
9 5.979.331 - 991.119 - - -
10 355 - 44.738 - - -
11 269.064 - 39.746 - - -
12 - - 11.157 - - -
13 - - - - - -
14 - - - - - -
15 - - - - 1.169 -
Totaal 76.331.430 533 1.704.594 510 1.169 -
De rating classes 1 tot en met 7 worden geclassificeerd als investment grade en de
rating classes 8 tot en met 14 als non-investment grade. Rating class 15 heeft de
classificatie default.
159
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Analyse van de performing exposures naar vervaldatum
In onderstaande tabel worden de bedragen weergegeven die vervallen, maar nog niet
ontvangenn per rapportagedatum, en nietn begrepen in Stage 3.
(in duizenden euro’s) 31 december 2022 31 december 2021
Kleiner of gelijk aan 30 dagen 24.014 1.905
Groter dan 30 dagen en kleiner of gelijk aan
60 dagen - -
Totaal 24.014 1.905
Gehanteerde parameters en veronderstellingen
De ECL van een financieel actief wordt bepaald op basis van 12 maanden of de gehele
looptijd, afhankelijk van het feit of er een significante toename van het kredietrisico is
opgetreden. De totale ECL wordt bepaald op basis van het product van de PD, LGD en
EAD, verdisconteerd naar rapportagedatum.
Probability of default (PD)
De PD, kans op wanbetaling, wordt gebruikt voor de bepaling van de ECL en de SICR.
De bank heeft PD-modellen ontwikkeld voor uitzettingen waarvoor geen externe rating
beschikbaar is en die grotendeels gebaseerd zijn op expert judgement gecombineerd
met aanvaarde mathematische technieken.
Loss given default (LGD)
De LGD betreft het verlies bij wanbetaling. De portefeuille van de bank bestaat voor het
grootste deel uit door de Nederlandse overheid gegarandeerde leningen.
Exposure at default (EAD)
De EAD betreft de verwachte waarde van de uitzettingen op het moment dat de
tegenpartij in gebreke blijft. Deze waarde omvat de hoofdsom, de opgelopen rente,
het agio/disagio, de waardeaanpassing als gevolg van de toepassing van fair value hedge
accounting en het eventueel vervallen maar nog niet ontvangen bedrag. Het effect van
mogelijke vervroegde aflossingen is minimaal en om die reden niet meegenomen in
de EAD.
Low credit risk exemption
Voor exposures begrepen in de post Rentedragende waardepapieren gebruikt de bank
de low credit risk exemption (LCRE) conform IFRS 9. IFRS 9 staat toe om zonder
verdere analyse aan te nemen dat het kredietrisico op een financieel instrument niet
significant is toegenomen sinds de eerste opname, indien wordt vastgesteld dat het
financiële instrument op de verslagdatum een laag kredietrisico heeft. Een externe
rating van investment grade is een voorbeeld van een financieel instrument dat kan
worden beschouwd als een laag kredietrisico.
Van credit risk score per klant naar PD-rating per exposure
NWB Bank kent aan iedere exposure een (interne) credit rating toe op het moment
van origination. De credit rating komt uit de master scale van het ECL-model. Het ECL-
model heeft als belangrijke input de credit risk scores (CRS) vastgesteld door de afdeling
Risk Management. De bank kent aan iedere klant een CRS toe voor de berekening van
de ECL per exposure. CRS kent een ratingclassificatie van beste naar slechtste scores
van 1 tot en met 21. De interne credit ratings uit de master scale worden gebruikt
conform IFRS-richtlijnen. De master scale koppelt CRS met defaultpercentages en de
uiteindelijke credit rating. De master scale die de bank heeft ontwikkeld is gekalibreerd
met de hulp van een gerenommeerd extern credit-ratingbureau. Periodiek conform de
160
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
kredietmanagementcyclus wordt de CRS gereviewd en hiermee wordt vastgesteld of
sprake is van een SICR onder ECL IFRS-richtlijnen.
Macro-economische variabelen
Voor de bepaling van de ECL wordt rekening gehouden met macro-economische
variabelen. Dit impliceert rekening houden met toekomstgerichte ontwikkelingen
die van invloed kunnen zijn op potentiële kredietverliezen. De macro-economische
variabelen die in beschouwing zijn genomen zijn de werkloosheid en de inflatie.
Met de intern ontwikkelde modellen maakt de bank projecties over werkloosheid
en inflatie. In december 2022 en december 2021 heeft de bank de projecties voor
inflatie en werkloosheid geactualiseerd. Hiervoor is gebruikgemaakt van inputdata van
het Centraal Planbureau (CPB) respectievelijk de ECB-scenario’s voor heel Europa
betreffende inflatie en werkloosheid. Gezien de huidige economische onzekerheid
veroorzaakt door met name de oorlog in Oekraïne, een dreigende recessie en de
energiecrisis is de weging van de scenario's aangepast naar 60-30-10% (31 december
2021: 25-50-25%) voor respectievelijk het neerwaarts, basis- en opwaarts scenario.
De volgende specificatie geeft een overzicht van de macro-economische variabelen en
de weging die eraan is toegekend.
Macro-economische
variabele Scenario
Weging
per
31 december 2022
Weging
per
31 december 2021
Werkloosheid Basis scenario 0,30 0,50
Opwaarts scenario 0,10 0,25
Neerwaarts scenario 0,60 0,25
Inflatie Basis scenario 0,30 0,50
Opwaarts scenario 0,10 0,25
Neerwaarts scenario 0,60 0,25
De volgende specificatie geeft een overzicht van de macro-economische variabelen en
de gehanteerde percentages in het basisscenario.
Macro-economische
variabele Jaar
%
per 31 december 2022
%
per 31 december 2021
Werkloosheid 2022 3,96
2023 3,90 4,04
2024 4,40 4,08
2025 4,40
Inflatie 2022 1,05
2023 4,50 1,57
2024 1,90 2,00
2025 2,30
Sensitiviteitsanalyse
Om de gevoeligheid van de ECL te meten naar de verschillende factorenn de
onderstaande analyses uitgevoerd. De berekening van de ECL wordt mede bepaald door
161
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
de veronderstelde macro-economische variabelen. In onderstaand overzicht wordt de
invloed op de ECL weergegeven voor verschillende scenario's.
Uitsplitsing van de ECL naar economische scenario's
31 december 2022 2023 2024 2025
Weging
scenario
Gewogen
ECL
Totaal
ECL
Scenario 1:
Neerwaartse markt Inflatie NL 2,24 1,26 1,66 0,60 379
Werkloosheid
NL 4,13 5,18 5,18 0,60
Scenario 2: Neutraal Inflatie NL 4,50 1,90 2,30 0,30 145 559
Werkloosheid
NL 3,90 4,40 4,40 0,30
Scenario 3:
Opwaartse markt Inflatie NL 2,68 2,56 2,96 0,10 35
Werkloosheid
NL 3,76 3,56 3,56 0,10
31 december 2021 2022 2023 2024
Weging
scenario
Gewogen
ECL
Totaal
ECL
Scenario 1:
Neerwaartse markt Inflatie NL 0,60 0,98 1,43 0,25 346
Werkloosheid
NL 4,43 5,05 5,67 0,25
Scenario 2: Neutraal Inflatie NL 1,05 1,57 2,00 0,50 508 1.043
Werkloosheid
NL 3,96 4,04 4,08 0,50
Scenario 3:
Opwaartse markt Inflatie NL 1,50 2,14 2,57 0,25 189
Werkloosheid
NL 3,49 3,04 2,53 0,25
Analyse 1: gevoeligheid van de ECL bij toepassing van 100% van de
afzonderlijke scenario’s
Onderstaande tabel geeft de gevoeligheid weer van de expected credit loss indien de
afzonderlijke scenario's (neerwaarts, basis en opwaarts) voor 100% zouden worden
toegepast op alle exposures per ultimo december 2022. Gezien de beperkte omvang
van niet-overheidsgegarandeerde exposures is de gevoeligheid naar de verschillende
scenario’s beperkt.
Gevoeligheidsanalyse - scenario's
(in duizenden euro’s)
per 31 december 2022
100%
Neerwaartse
scenario
100% Basis
scenario
100% Opwaartse
scenario
ECL 632 483 350
Gevoeligheidsanalyse - scenario's
(in duizenden euro’s)
per 31 december 2021
100%
Neerwaartse
scenario
100% Basis
scenario
100% Opwaartse
scenario
ECL 1.384 1.026 757
Analyse 2: Alle credit risk scores verslechteren met 1 stap (CRS+1)
In deze analyse is de belangrijkste factor credit risk scores (CRS) in de berekening
van de ECL geshift met een verslechtering van plus 1. De impact van deze shift op de
ECL is een toename van circa €5,2miljoen (2021: €4,6miljoen). Daardoor zou de ECL
circa €6miljoen (2021: €6miljoen) bedragen in plaats van het op 31 december 2022
gerapporteerde bedrag van €559 duizend (2021: €1.043 duizend).
162
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
33REËLE WAARDE VAN FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Algemeen
De reële waarde is het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld of een
verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een
transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk van elkaar zijn.
de bepaling van de reële waarde van financiële instrumenten wordt gebruikgemaakt
van marktprijzen voor zover het om financiële instrumenten gaat die op een actieve
markt worden verhandeld. Voor de meeste financiële instrumenten is een dergelijke
marktprijs niet beschikbaar. De reële waarde wordt dan bepaald met behulp van
waarderingsmodellen. De modellen gaan uit van diverse veronderstellingen met
betrekking tot de disconteringsvoet en hetdstip en de omvang van de verwachte
toekomstige kasstromen. de berekening van de reële waarde van opties wordt
gebruikgemaakt van algemeen aanvaarde optiewaarderingsmodellen.
NWB Bank stelt periodiek vast dat toepassing van de waarderingsmodellen leidt
tot betrouwbare, reële waarden, die het risicoprofiel van de activa en passiva
passen. Continu veranderende marktomstandigheden moedigen de bank aan tot
regelmatige aanpassing van de waarderingsparameters die de input vormen voor
de waarderingsmodellen.
Kasmiddelen en tegoeden bij de Centrale Bank, Bankiers, Kredieten
en vorderingen, Toevertrouwde middelen en Schuldbewijzen
Voor de reële waardebepaling van Kasmiddelen en tegoeden de Centrale Bank,
Bankiers, Kredieten en vorderingen, Toevertrouwde middelen en Schuldbewijzen
wordt een waarderingsmodel gehanteerd. Dit model wordt ook gebruikt voor de
interne risicorapportages.
Uitgangspunt het model is een going concern-benadering waarbij de bank:
1. leningen verstrekt die in principe tot het einde van de looptijd worden aangehouden en
2. de relatief langlopende leningen financiert met gemiddeld genomen korter
lopende funding.
De waarderingscurve wordt gebaseerd op de gemiddelde fundingkosten, zijnde
swaprente plus opslag. Deze opslag geeft in feite aan wat de extra financieringslasten
zijn voor de bank uit hoofde van liquiditeit- en kredietopslagen. Deze extra lasten worden
bepaald uitgaande van de funding die op de verslaggevingsdatum uitstaat. De opslag,
die uit de berekeningsmethodiek voortvloeit, wordt gehanteerd voor alle relevante
looptijden (continue curve). Er wordt van uitgegaan dat de voor de bank geldende
opslagen ook representatief n voor de niet in de markt observeerbare opslagen voor de
kredietnemers van de bank. Een voorziening voor oninbaarheid wordt bepaald op basis
van de IFRS 9-methodologie voor expected credit loss.
Rentedragende waardepapieren
De overige rentedragende waardepapieren met beursnotering worden gewaardeerd
tegen marktprijzen. Voor de bepaling van de reële waarde van de overige rentedragende
waardepapieren tot einde looptijd aangehouden en overige rentedragende
waardepapieren zonder beursnotering wordt gebruikgemaakt van hetzelfde model dat
wordt gehanteerd voor de kredieten en vorderingen. Een voorziening voor oninbaarheid
wordt bepaald op basis van de IFRS 9-methodologie voor expected credit loss.
Derivaten
Voor de waardering van derivaten wordt gebruikgemaakt van algemeen aanvaarde
waarderingsmodellen, waarbij de meest geëigende waarderingscurven, waaronder de
OIS-curve en de €STR-curve, gehanteerd worden. Daarnaast zijn een credit valuation
adjustment en een debt valuation adjustment in de waardering opgenomen. De
163
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
gehanteerde curven weerspiegelen het prijsniveau waarop de bank swaps afsluit. Het
kredietrisico op de afgesloten derivatentransacties wordt grotendeels gemitigeerd door
het uitwisselen van collateral.
Overzicht reële waarde van de financiële instrumenten
De volgende tabel geeft inzicht in de geschatte reële waarde van de financiële activa en
passiva. Daarbij is de opgelopen rente voor vergelijkingsdoeleinden toegerekend aan de
boekwaarde. Een aantal balansposten is niet in de tabel opgenomen, omdat deze niet
voldoen aan de definitie van een financieel actief of passief.
(inmiljoenen euro's)
Boekwaarde
31-12-2022
Reële
waarde
31-12-2022
Boekwaarde
31-12-2021
Reële
waarde
31-12-2021
Activa
Kasmiddelen en tegoeden bij de
Centrale Bank 8.617 8.617 10.628 10.628
Bankiers 3.606 3.606 6.421 6.421
Kredieten en vorderingen 51.437 56.738 70.250 74.998
Rentedragende waardepapieren 4.312 4.312 4.760 4.803
Derivaten 5.245 5.245 3.926 3.926
Passiva
Bankiers 1.651 1.596 12.513 12.507
Toevertrouwde middelen 6.838 6.916 6.300 6.386
Schuldbewijzen 57.991 58.142 65.098 65.899
Achtergestelde schulden 326 325 326 366
Derivaten 4.410 4.410 9.776 9.776
Bepaling reële waarde van de financiële instrumenten
Onderstaande tabel geeft inzicht in de manier waarop de reële waarde wordt bepaald van
financiële instrumenten die tegen reële waarde zijn gewaardeerd in de balans.
(inmiljoenen euro's)
Waardering op
basis van
marktprijzen
Waardering op
basis van
modellen met
in de markt
beschikbare data
Waardering op
basis van
modellen met
niet in de markt
beschikbare data
31 december 2022
Activa
Rentedragende waardepapieren 686
Derivaten 5.245
Passiva
Derivaten 4.410
31 december 2021
Activa
Rentedragende waardepapieren 876
Derivaten 3.926
Passiva
Derivaten 9.776
De waardering van de overige financiële instrumenten, dien opgenomen in de
toelichting onder reële waarde van de financiële instrumenten, zijn tot stand gekomen
op basis van modellen met in de markt beschikbare data.
164
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Financiële derivaten
(inmiljoenen euro's) ≤1 jaar 1-5 jaar >5 jaar Totaal
2022
Hoofdsommen rentederivaten 13.930 16.803 113.240 143.973
Hoofdsommen valutaderivaten 11.069 11.543 4.784 27.396
2021
Hoofdsommen rentederivaten 9.598 24.908 102.464 136.970
Hoofdsommen valutaderivaten 8.963 9.939 5.275 24.177
De totale hoofdsom van de caps en floors bedraagt €81miljoen (2021: €49miljoen) en
van de swaptions 1.476 miljoen (2021: 1.811 miljoen). Deze derivaten n opgenomen
onder de rentederivaten in de bovenstaande tabel.
34INFORMATIE OVER VERBONDEN PARTIJEN
Als verbonden partijenn aangemerkt: de aandeelhouders, de directie en de leden
van de raad van commissarissen. Inzake de verplichte vermelding met betrekking tot
verbonden partijen is NWB Bank geen sprake vanzonderheden.
Voor een nadere toelichting op de bestuursbezoldigingen wordt verwezen naar de
toelichting onder 4.
Ultimo 2022 staat voor een bedrag van €7.795miljoen aan kredieten uit aan
aandeelhouders, verstrekt tegen marktconforme condities (2021: €7.724miljoen).
35RISICOMANAGEMENT
De strategie van de bank stelt hoge eisen aan het risicomanagement en de inrichting
en handhaving van een adequate interne beheersing. NWB Bank hanteert een
organisatiebrede aanpak voor haar risicobeheersing en de controle daarop. Dit
hoofdstuk geeft een verdere inkijk in met name de kwantitatieve aspecten van de
verschillende risico's. De indeling volgt de risicotaxonomie zoals besproken in de
risocomanagementparagraaf van het directieverslag.
Financiële risico's
Financiële risico’s zijn risico’s die geassocieerd worden met financiering en die
NWB Bank beheert op individueel en/of portefeuilleniveau. De bank probeert het
begrip wat betreft blootstelling aan deze risico’s en het beheer ervan continu
te verbeteren. Financiële risico’s zijn onderverdeeld in kredietrisico, renterisico,
marktrisico en liquiditeitsrisico.
Kredietrisico
Het totale kredietrisico (inclusief onherroepelijke toezeggingen) uitgedrukt in
risicogewogen activa op basis van de standaardbenadering zoals beschreven in de
CRR is op de verslagdatum als volgt.
165
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
(inmiljoenen euro's)
Europa
Noord-
Amerika
Rest van de
wereld Totaal RWANL EU Niet-EU
2022
Centrale overheden 0% 8.683 - - - - 8.683 -
Regionale overheden 0% 15.878 - - - - 15.878 -
Instellingen met afgeleide overheidstaak 0% -100% 41.910 79 - - - 41.989 1.903
Internationale organisaties 0% - 12 - - - 12 -
Ontwikkelingsbanken 0% - 20 - - - 20 -
Bancaire tegenpartijen
1)
0% -50% 799 918 11 288 10 2.026 574
RMBS (NHG) notes
1)
15% 1.992 - - - - 1.992 299
Covered bonds 10% 511 58 - - - 569 57
Overige 100% 231 - - - - 231 231
Totaal 2022 70.004 1.087 11 288 10 71.400 3.064
2021
Centrale overheden 0% 10.693 - - - - 10.693 -
Regionale overheden 0% 19.659 - - - - 19.659 -
Instellingen met afgeleide overheidstaak 0% -100% 56.832 434 - - - 57.266 2.089
Internationale organisaties 0% - 13 - - - 13 -
Ontwikkelingsbanken 0% - 369 - - - 369 -
Bancaire tegenpartijen
1)
0% -150% 868 700 6 230 3 1.807 573
RMBS (NHG) notes
1)
15% 1.625 - - - - 1.625 196
Covered bonds 10% 600 - - - - 600 60
Overige 100% 233 - - - - 233 232
Totaal 2021 90.510 1.516 6 230 3 92.265 3.150
1) Op basis van externe rating (External Credit Assessment Institution)
De meeste uitzettingen van NWB Bank vallen in de categorie met een 0%-risicoweging,
hetgeen betekent dat het kredietrisico zeer beperkt wordt geacht. De tegenpartijrisico’s
en eventuele geldmarktuitzettingen bij bancaire tegenpartijen vallen onder de 20%-,
50%- en 100%-wegingscategorie. De portefeuille van RMBS met NHG bestaat uit
senior A-notes onder de 15%- en 20%-wegingscategorie. Voor de kredieten aan
umc's geldt een 20%-wegingscategorie. Ten slotten de kredieten aan Nederlandse
drinkwaterbedrijven, regionale netwerkbedrijven, duurzame-energieprojecten en PPS-
166
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
projecten in de 100%-wegingscategorie opgenomen, waarbij voor de meeste duurzame
energie en PPS een 0,75 multiplier wordt toegepast.
De tabel hieronder geeft inzicht in de onderverdeling van de door de bank verstrekte
(gestorte) langlopende kredieten.
(inmiljoenen euro's)
2022 2021
Nominale
waarde Balanswaarde
Nominale
waarde Balanswaarde
Waterschappen 7.699 6.795 7.577 8.788
Gemeenten 5.020 4.655 5.272 6.094
Andere overheden 324 296 356 403
Sociale woningbouw 31.015 33.172 30.586 46.236
Zorginstellingen 1.871 1.775 1.811 2.081
Overig onder garantie
van overheden 726 623 691 746
Gemeenschappelijke regelingen 1.010 862 1.049 1.112
Drinkwaterbedrijven 1.134 1.037 936 1.088
Duurzame Energie 909 876 738 733
Publiek-Private Samenwerking 683 579 705 774
Kredietinstellingen 151 143 168 167
Overige 199 200 132 132
Totaal 50.741 51.013 50.021 68.354
In de balanswaarde van de post Kredieten en vorderingen ter grootte van 51.437 (2021:
€70.249)n naast de langlopende kredieten ook kortlopende kredieten, rekening-
courantvorderingen en verstrekt onderpand aan niet-financiële tegenpartijen begrepen
ter grootte van €516 (2021: €2.081).
Bovenstaande klantgroepen zijn voornamelijk overheden en door overheden
gegarandeerde financieringen in de sociale woningbouw en zorg. De niet gegarandeerde
financieringen zijn begrepen in de posten Publiek-Private Samenwerking,
Drinkwaterbedrijven en Duurzame Energie. Zowel gedurende het jaar als op de
balansdatum zijn de betalingsachterstanden qua omvang gering, technisch van aard en
van zeer korte duur geweest. NWB Bank heeft in 2022 in haar portefeuille notes van
RMBS-programma's van twee Nederlandse originators (2021: twee), met als onderpand
gesecuritiseerde Nederlandse hypothecaire geldleningen met NHG. Voor deze notes
is de bank alleen in de rol van investeerder actief in securitisaties, waarze de
risico's gedurende de looptijd monitort en het stellige voornemen heeft om deze RMBS
(NHG)-notes tot de verwachte einddatum aan te houden. Als onderdeel daarvan heeft
de bank in 2020 een aanvang gemaakt met de investering in groene pass-through NHG
RMBS. Met de investering in deze obligaties draagt NWB Bank aan de financiering
van door de overheid gegarandeerde groene particuliere woninghypotheken. Uit hoofde
van de CRR wordt het kredietrisico uitgedrukt in risicogewogen activa op basis van
de standaardbenadering voor securitisaties zoals verwoord in artikel 251 van de CRR,
waarbij de beschikbare ratings van S&P, Moody's en/of Fitch worden gebruikt als
indicatie van het kredietrisico.
De gegevens in onderstaande tabeln per einde boekjaar 2022.
Rating
Nominaal bedrag
(€mln)
Verwachte
einddatum Klasse
AAA 1.329 2067 A
De totale marktwaarde-exposure uit hoofde van derivaten op financiële tegenpartijen is
ultimo 2022 1.009 miljoen (2021: 835 miljoen). Hiervan is 876 miljoen afgedekt door
onderpand geleverd aan de bank (2021: €607miljoen).
167
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De totale marktwaarde-exposure uit hoofde van derivaten van financiële tegenpartijen
op de bank bedraagt ultimo 2022 €3.063miljoen (2021 €6.149miljoen) en hiervan is
2.880 miljoen (2021: 5.958 miljoen) afgedekt door onderpand geleverd door de bank.
Onderstaande tabellen geven de nettomarktwaarde van de derivaten weer, inclusief het
ontvangen en betaalde onderpand.
(inmiljoenen euro's)
Positieve resp. negatieve
marktwaarde derivaten
Netting negatieve resp. positieve
marktwaarde derivaten Cash collateral ontvangen resp. geleverd Nettopositie
31 december 2022
Activa
Bancaire tegenpartijen 2.262 -1.254 -876 132
Niet-bancaire tegenpartijen 2.983 - -2.006 977
Totaal 2022 5.245 -1.254 -2.882 1.109
Passiva
Bancaire tegenpartijen -4.408 1.254 2.945 -209
Niet-bancaire tegenpartijen -2 - - -2
Totaal 2022 -4.410 1.254 2.945 -211
(inmiljoenen euro's)
Positieve resp. negatieve
marktwaarde derivaten
Netting negatieve resp. positieve
marktwaarde derivaten Cash collateral ontvangen resp. geleverd Nettopositie
31 december 2021
Activa
Bancaire tegenpartijen 2.905 -2.069 -593 243
Niet-bancaire tegenpartijen 1.021 -351 -7 663
Totaal 2021 3.926 -2.420 -600 906
Passiva
Bancaire tegenpartijen -8.226 2.069 5.958 -199
Niet-bancaire tegenpartijen -1.550 351 1.077 -122
Totaal 2021 -9.776 2.420 7.035 -321
168
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Renterisico
NWB Bank gebruikt verschillende indicatoren om het renterisico te meten.
Gap-analyse
Hieronder is een rentetypische gap-analyse weergegeven van niet-verdisconteerde
kasstromen op basis van de contractuele renteherzieningsdatum of aflossingsdatum
indien laatstgenoemde eerder ligt.
(inmiljoenen euro's) Totaal
<3
maanden
3-12
maanden 1-5 jaar >5 jaar
31 december 2022
Activa
Kredieten en vorderingen 74.239 24.240 3.547 10.598 35.854
Rentedragende
waardepapieren 4.368 378 284 1.766 1.940
Derivaten met een vaste rente -29.327 4.117 -2.384 -4.113 -26.947
Derivaten met een
variabele rente 41.284 24.863 16.157 40 224
Totaal activa 90.564 53.598 17.604 8.291 11.071
Passiva
Bankiers, toevertrouwde
middelen en schuldbewijzen 68.381 11.990 6.576 24.562 25.253
Achtergestelde schulden 324 1 8 296 19
Derivaten met een vaste rente -45.600 -3.636 -6.884 -18.253 -16.827
Derivaten met een
variabele rente 63.546 49.632 13.595 108 211
Totaal passiva 86.651 57.987 13.295 6.713 8.656
Totaal activa minus
passiva 2022 3.913 -4.389 4.309 1.578 2.415
(inmiljoenen euro's) Totaal
<3
maanden
3-12
maanden 1-5 jaar >5 jaar
31 december 2021
Activa
Kredieten en vorderingen 99.175 31.107 3.915 11.856 52.297
Rentedragende
waardepapieren 4.854 506 475 1.796 2.077
Derivaten met een vaste rente 46.547 2.511 7.592 17.695 18.749
Derivaten met een
variabele rente -38.975 -30.025 -8.902 -82 34
Totaal activa 111.601 4.099 3.080 31.265 73.157
Passiva
Bankiers, toevertrouwde
middelen en schuldbewijzen 84.797 15.678 10.877 24.763 33.479
Achtergestelde schulden 363 1 8 330 24
Derivaten met een vaste rente 39.460 -345 -1.205 4.528 36.482
Derivaten met een
variabele rente -17.422 -8.240 -9.290 -27 135
Totaal passiva 107.198 7.094 390 29.594 70.120
Totaal activa minus
passiva 2021 4.403 -2.995 2.690 1.671 3.037
169
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
In het licht van brexit heeft NWB Bank aansluiting gezocht bij Eurex Clearing, zodat de
bank behalve via LCH ook via Eurex derivaten kan clearen. Dit proces was in gang gezet
nog voordat de Europese Commissie eind december 2018 met een no deal contingency
action plan kwam, waardoor LCH na de brexit een third party recognition van de
European Securities and Markets Authority (ESMA) kan krijgen en dus clearing voorlopig
mogelijk blijft via LCH. Deze third party recognition is eind december 2019 voortgezet
vanwege het uitstel van brexit. Op 28 september 2020 heeft ESMA onder andere LCH
erkend als third country CCP, wat betekent dat clearing via LCH vooralsnog mogelijk
blijft. Voor wat betreft de VK-swaptegenpartijen, waar de bank niet centraal geclearde
(bilaterale) derivaten mee afsluit of heeft afgesloten, heeft de bank de transitie naar
EU-entiteiten van deze instellingen afgerond. De aansluiting Eurex en de transitie
van VK-swaptegenpartijen naar EU-entiteiten zorgen ervoor dat zowel de clearing van
derivaten als het afsluiten van bilaterale derivaten voor NWB Bank niet in gevaar
is gekomen door de brexit. Daarnaast heeft de bank actie ondernomen inzake de
vervanging van de Inter Bank Offered Rate ofwel IBOR-benchmarkrentes. In 2021 heeft
de bank de transitie van Eonia naar €STR afgerond.
DV01
NWB Bank hanteert DV01 (dollar value of a basis point) als belangrijkste
renterisicomaatstaf. Deze maatstaf geeft in geldeenheden de prijs of
marktwaardeverandering aan als gevolg van één basispunt (0,01%) verandering van
de rentecurve. Voor de totale renterisicopositie geldt een stelsel van DV01-limieten
dat volgt uit de risk appetite van de bank. Deze limietenn gerelateerd aan
de strategische renterisicopositie. De rentegevoeligheid van de portefeuille waarop
macrohedging wordt toegepast, wordt gemonitord aan de hand van DV01’s voor
verschillende tijdsintervallen. Voor beheersing van het spreadrisico gerelateerd aan de
herfinanciering van de bank geldt een spread-DV01-maatstaf met bijbehorende limiet.
Dit is een indicator voor de looptijdmismatch tussen de opgenomen financiering en
de uitgezette leningen. De spread DV01 wordt gekwantificeerd aan de hand van de
rentegevoeligheid van alle (langlopende) leningen en financiering en lag eind 2022
binnen de daarvoor gehanteerde limiet.
Earnings at risk
Earnings at risk (EAR) is een maatstaf voor de rentegevoeligheid van de netto
rente-inkomsten (NII) van de bank. EAR berekent de mutatie in de NII van een
veronderstelde verandering in de rentetermijnstructuur. Het meest relevante scenario
veronderstelt dat alle renten onmiddellijk met 25 basispunten toenemen. In de
maand na het peilmoment neemt de rente geleidelijk verder toe, totdat de schok 50
basispunten bedraagt. Men kan hierbij denken aan een onverwachte renteverhoging
door de Europese Centrale Bank (ECB), waarna financiële markten ook een tweede
renteverhoging een maand later verwachten.
NWB Bank streeft naar een evenwichtige blootstelling van haar balansposities
aan korterentetarieven. Ditn vooral de eendaags-, driemaands- en
zesmaandsrentetarieven. Deze tarieven hebben verschillende gevoeligheden voor de
toegepaste renteschokken. Het meest gevoelig is de eendaagsrente. Deze wijzigt
dagelijks, waardoor de schok dus binnen een dag in de berekening doorwerkt. De
zesmaandsrente zal dat echter maar één keer per zes maanden doen, het vaststellen
van het nieuwe tarief. Zo zal voor een lening waarvoor het tarief op de peildatum wijzigt
pas na zes maanden de schok, i.c. 50 basispunten, doorwerken. Voor een lening die een
dag later het tarief wijzigt zal vrijwel direct de oorspronkelijke schok van 25 basispunten
doorwerken en pas na zes maanden de volledige schok van 50 basispunten (bp).
170
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
De EAR is daardoor gevoelig voor zowel het moment waarop de tarieven voor te betalen
en te ontvangen rentetarieven wijzigen. Daarnaast is deze maatstaf gevoelig voor welke
tarieven op enig moment wijzigen. NWB Bank hanteert een limiet voor de maximale
blootstelling. Ze probeert zo veel mogelijk te betalen en te ontvangen rente op elkaar af
te stemmen, maar accepteert afwijkingen binnen die limiet.
Het meest negatieve scenario per eind 2022 en 2021, waarin een plotselinge parallelle
verschuiving van de rente van +25 bp plaatsvindt, wordt in onderstaande tabel
weergegeven. Na deze verschuiving vindt er een geleidelijke parallelle verschuiving
van de rente plaats van +25 bp.
(inmiljoenen euro's)
Meest negatieve
scenario
Meest negatieve
scenario
2022 2021
Renteschok +25 bp (plotseling) plus renteschok +25
bp (geleidelijk)
-3,8 -5.1
Scenario-analyse
NWB Bank voert scenario-analyses uit om additioneel inzicht te krijgen in het
renterisico. Een van deze scenario's is het berekenen van de mutaties in de economische
waarde van het eigen vermogen een parallelle verschuiving van de rente van -200
basispunten en +200 basispunten. Deze scenario's worden voorgeschreven door de
European Banking Authority (EBA) en de bank wordt geacht de toezichthouder te
informeren als de uitkomsten groter dan 20% van het eigen vermogenn. Voor elke
valuta wordt een looptijdafhankelijke post-schokrenteondergrens toegepast. Dit begint
met -100 bp bij een onmiddellijke vervaldag. Deze ondergrens wordt verhoogd met 5 bp
per jaar en komt uit op 0% voor looptijden van 20 jaar en meer. In onderstaande tabel
worden de zes voorgeschreven scenario's per 31 december 2022 en 31 december 2021
weergegeven en het effect op de economische waarde van het eigen vermogen. Voor de
eerste twee scenario's wordt ook de impact op net interest income weergegeven.
(inmiljoenen euro's)
Verandering van economische
waarde van het
eigen vermogen
Verandering van de net
interest income
Current
period
Last period
Current
period
Last period
1 Parallel up (190.5) (273.1) (3.4) (8.9)
2 Parallel down 110.1 52.7 3.4 8.9
3 Steepener (19.8) (41.4)
4 Flattener (11.9) (13.0)
5 Short rates up (68.9) (96.1)
6 Short rates down 36.5 32.9
171
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Marktrisico
Onderstaande tabel geeft de nominale waarden inmiljoenen aan in vreemde valuta.
Valuta
(inmiljoenen)
2022 2021
Actief PassiefDerivaten Totaal Actief PassiefDerivaten Totaal
AUD - -5.800 5.800 - - -5.566 5.566 -
CAD - -393 393 - - -393 393 -
CHF - -1.575 1.575 - - -1.725 1.725 -
GBP - -3.917 3.917 - - -2.208 2.208 -
HKD - - - - - - - -
JPY - -67.660 67.660 - - -80.343 80.343 -
NOK - -500 500 - - -500 500 -
NZD - -696 696 - - -446 446 -
SEK - -8.150 8.150 - - -8.450 8.450 -
USD - -13.494 13.494 - - -16.190 16.190 -
ZAR - -230 230 - - -230 230 -
Liquiditeitsrisico
De onderpandwaarde van het DNB ingebrachte beleenbare deel van de portefeuille
bedraagt 15,7 miljard ultimo 2022 (€ 16,6 miljard ultimo 2021). Deze onderpandwaarde
was gedurende 2021 verder uitgebreid en tevens gedeeltelijk beklemd door drie
deelnames aan de targeted longer-term refinancing operations (TLTRO's), die in
2022 zijn afgelost. Deelname werd ingegeven door de aangepaste, zeer gunstige
voorwaarden van het programma. Voor kortlopende financiering doet de bank vooral
een beroep op deze CP-markt (commercial paper). De bank heeft een ECP-programma
ter grootte van maximaal €25miljard en een USCP-programma ter grootte van
maximaal $ 25miljard. Ze beschikt over de hoogste kortetermijnratings (A-1+/P-1)
voor deze twee programma’s. Op 31 december 2022 staat in totaal €5,1miljard
uit aan commercial paper (2021: €3,6miljard). De liquiditeitspositie wordt dagelijks
bewaakt. Liquiditeitsbeheer heeft tot doel ervoor te zorgen dat er voldoende middelen
beschikbaar zijn om niet alleen voorziene, maar ook onvoorziene financieringsbehoeften
te kunnen opvangen. Het management van de bank wordt dagelijks geïnformeerd met
een liquiditeitstypische gap-analyse, waarin verschillen tussen te ontvangen en te
betalen kasstromen worden weergegeven. Op de liquiditeitspositie is een stelsel van
limieten van toepassing.
De balanscategorieën uitgesplitst naar resterende contractuele looptijd, inclusief alle
toekomstige niet gedisconteerde rentestromen, inclusief centraal geclearde derivaten
en vóór winstverdeling, kunnen als volgt worden weergegeven.
Liquidity coverage ratio
Een van de limieten heeft betrekking op de LCR, een liquiditeitsratio opgenomen in
CRD IV/CRR, waarvoor een minimumvereiste geldt van 100%. De LCR meet of er
voldoende liquide activa aanwezign ten opzichte van de verplichtingen op de korte
termijn. De interne LCR-limiet is hoger dan deze minimumvereiste. De LCR bedraagt per
balansdatum 285% (2021: 185%).
Net stable funding ratio
De NSFR toont de verhouding tussen de aanwezige en vereiste stabiele financiering,
waarbij onderscheid wordt gemaakt in producten met een korte en lange looptijd
en buitenbalansposten.
De NSFR stimuleert het gebruik van langlopende financiering voor lang uitgezette
kredieten, oftewel gematchte financiering. Voor de NSFR geldt een minimumvereiste
van 100%. Ultimo 2022 voldoet NWB Bank aan deze vereiste met een ratio per
balansdatum van 141% (2021: 133%).
172
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
(inmiljoenen euro's) Totaal <3 maanden 3-12 maanden 1-5 jaar >5 jaar
31 december 2022
Activa
Kasmiddelen en tegoeden bij de
Centrale Bank 10.628 10.628 - - -
Bankiers 3.625 62 19 85 3.459
Kredieten en vorderingen 76.879 1.442 4.885 17.277 53.275
Rentedragende waardepapieren 4.952 -80 563 1.896 2.573
Immateriële activa 8 - - 8 -
Materiële vaste activa 6 - - 2 4
Vennootschapsbelasting - - - - -
Derivaten 13.114 410 672 2.798 9.234
Overige activa 54 45 1 - 8
Overlopende activa - - - - -
Totaal activa per 31 december 2022 109.266 12.507 6.140 22.066 68.553
Passiva
Bankiers 4.634 44 48 488 4.054
Toevertrouwde middelen 18.441 98 17 11.207 7.119
Schuldbewijzen 68.657 3.287 10.318 22.744 32.308
Achtergestelde schulden 363 1 8 329 25
Derivaten 25.509 307 1.053 4.143 20.006
Pensioenvoorzieningen 3 - - - 3
Voorziening
latente vennootschapsbelasting 11 - - 11 -
Vennootschapsbelasting 7 7 - - -
Overige schulden 48 39 9 - -
Overlopende passiva 6 3 3 - -
Eigen vermogen 1.995 - - - 1.995
Totaal passiva per 31 december 2022 119.674 3.786 11.456 38.922 65.510
173
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
(inmiljoenen euro's) Totaal <3 maanden 3-12 maanden 1-5 jaar >5 jaar
31 december 2021
Activa
Kasmiddelen en tegoeden bij de
Centrale Bank 10.628 10.628 - - -
Bankiers 6.424 12 19 85 6.308
Kredieten en vorderingen 76.861 1.433 4.885 17.277 53.266
Rentedragende waardepapieren 4.952 -80 563 1.896 2.573
Immateriële activa 6 - - 6 -
Materiële vaste activa 4 - - 2 2
Vennootschapsbelasting - - - - -
Derivaten 13.114 410 672 2.798 9.234
Overige activa 24 17 1 - 6
Overlopende activa - - - - -
Totaal activa per 31 december 2021 112.013 12.420 6.140 22.064 71.389
Passiva
Bankiers 4.452 44 48 488 3.872
Toevertrouwde middelen 18.488 98 17 11.207 7.166
Schuldbewijzen 68.657 3.287 10.318 22.744 32.308
Achtergestelde schulden 363 1 8 329 25
Derivaten 25.491 307 1.053 4.125 20.006
Pensioenvoorzieningen 2 - - - 2
Voorziening
latente vennootschapsbelasting 12 - - 12 -
Vennootschapsbelasting 31 31 - - -
Overige schulden 53 46 7 - -
Overlopende passiva 6 3 3 - -
Eigen vermogen 1.902 - - - 1.902
Totaal passiva per 31 december 2021 119.457 3.817 11.454 38.905 65.281
174
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Toezicht
Het prudentieel toezicht op de bank valt onder de directe verantwoordelijkheid van
de Europese Centrale Bank (ECB). De ECB voert het toezicht uit samen met De
Nederlandsche Bank (DNB) als nationale bancaire toezichthouder in een zogenoemd
Joint Supervisory Team (JST). De intensiteit van het toezicht is de afgelopen jaren
toegenomen. Het is van wederzijds belang dat het JST een goed begrip heeft van zowel
het specifieke profiel en bedrijfsmodel van de bank als van het risicobeheer. Ook zijn
heldere en efficiënte communicatielijnen met de toezichthouder belangrijk.
Jaarlijks vindt het Supervisory Review and Evaluation Process (SREP) plaats en
beoordeelt de toezichthouder de risico’s van de bank. Het SREP-besluit, dat de bank aan
het einde van de procedure van de toezichthouder ontvangt, bevat de belangrijkste zaken
die de bank moet bereiken om de geïdentificeerde issues aan te pakken. In 2022 is er
een volledig SREP uitgevoerd waarvan de hieruit voortkomende kapitaaleisen verderop
zijn weergegeven. Verder heeft de ECB in het kader van haar toezichtstaak afgelopen
jaar een on-site-inspectie uitgevoerd naar internal governance and risk management.
De bank werkt aan het sluiten van de bevindingen die hieruitn voortgekomen.
De bevindingen uit de on-site-inspectie naar kredietrisicobeheer die is uitgevoerd in
2021 zijn opgevolgd. Deze opvolging moet nog beoordeeld worden door de interne
audit afdeling.
In 2022 heeft NWB Bank deelgenomen aan de Europese sectorbrede stresstest, ditmaal
gericht op klimaatrisico's. In 2023 zal de bank wederom deelnemen aan de Europese
algehele stresstest.
Elk jaar actualiseert de bank haar herstelplan (recovery plan), mede op basis van de
uitkomsten van het jaarlijkse SREP en de aanbevelingen van de ECB. In het herstelplan
beschrijft een bank welke maatregelen er genomen kunnen worden om in een financiële
crisis overeind te blijven. Een dergelijk plan is voor iedere bank vereist. NWB Bank
vindt het belangrijk goed na te denken over de crisismanagementorganisatie en de ter
beschikking staande herstelmaatregelen voor extreme omstandigheden.
Naast het Single Supervisory Mechanism (SSM), waarbinnen het prudentieel toezicht op
Europese banken wordt geregeld, omvat de oprichting van een bankenunie in Europa ook
een tweede en derde pijler. De tweede ler is het Single Resolution Mechanism (SRM),
bestaande uit de Single Resolution Board (SRB) en de nationale resolutie-autoriteiten,
inzake het herstel en de afwikkeling van banken. De derde ler is het Deposit Guarantee
Scheme (DGS). Daarin worden regels gesteld voor de garantieverplichting van banken
ten behoeve van depositohouders. Van deze twee pijlers is met name de tweede van
belang voor NWB Bank. Met de inwerkingtreding van de Bank Recovery and Resolution
Directive (BRRD) in 2015 heeft de bank ook te maken met de SRB, die verantwoordelijk
is voor een ordelijk proces rond herstel en een eventuele afwikkeling van een bank.
Per bank stelt de SRB een resolutiestrategie vast. Eind 2020 heeft de SRB besloten dat
voor NWB Bank een vereenvoudigd verplichtingenplan van toepassing blijft. Dit betekent
dat in het geval van onoverkomelijke problemen de resolutie verloopt via de nationale
faillissementswetgeving. De SRB heeft in 2022 bevestigd dat dit plan nog steeds van
kracht is.
175
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Kapitaaleisen
In tegenstelling tot de ICAAP, waarin alle risicosoorten worden meegenomen, hebben
de minimale kapitaaleisen zoals gehanteerd onder de Richtlijn Banken of Capital
Requirements Directive betrekking op kredietrisico, marktrisico en operationeel risico.
Voor deze drie risicosoorten past de bank verschillende methodes toe.
Kredietrisico
Voor wat betreft het algemene kredietrisico past NWB Bank de standaardmethode toe.
Hierbovenop komt het kapitaal-voor-tegenpartijrisico waarvoor de standaardmethode
wordt toegepast. Bovenop dit laatste kapitaalbeslag voor het defaultrisico op
tegenpartijen komt het kapitaalbeslag uit hoofde van de credit valuation adjustment
(CVA). Dit kapitaalbeslag wordt berekend met een standaardformule op basis van
onder andere de exposure, rating en gemiddelde looptijd van de derivatenposities met
een tegenpartij.
Marktrisico
marktrisico gaat het om de valutarisico’s van de bank. Vanwege het strikte beleid
van NWB Bank met betrekking tot valutarisico zijn er per saldo geen openstaande
valutaposities. Daardoor is het aan te houden kapitaal voor marktrisico nul.
Operationeel risico
de berekening van het toetsingsvermogen voor operationeel risico gebruikt
NWB Bank de standaardbenadering. Hierbij wordt 15% van de relevante indicator
genomen als uitgangspunt voor het operationeel risico. De relevante indicator is het
driejaarsgemiddelde van de som van de jaarlijkse netto-rentebaten en de jaarlijkse
netto-niet-rentebaten einde boekjaar.
Berekening Tier 1-ratio per verslagdatum.
(inmiljoenen euro's) 2022 2021
Activa
Eigen vermogen exclusief winst lopend boekjaar 1.852 1.781
Immateriële vaste activa -8 -6
Prudentiële filters en overige -9 -12
CET 1-kapitaal 1.835 1.763
Additioneel Tier 1-kapitaal 321 320
Tier 1-kapitaal (A) 2.156 2.083
Gewogen kredietrisico (SA)
1)
3.064 3.150
Kapitaalsbeslag uit hoofde van CVA (SA)
1)
1.335 1.150
Gewogen operationeel risico (SA)
1)
393 342
Risicogewogen activa (B) 4.792 4.642
Tier 1-ratio (A/B) 45% 45%
1) Standardised Approach
Het zichtbare eigen vermogen bedroeg ultimo 2022 €1.852miljoen (exclusief winst
lopend boekjaar) ten opzichte van ultimo 2021 €1.781miljoen (exclusief winst lopend
boekjaar). Het CET 1-kapitaal inclusief additioneel Tier 1-kapitaal bedroeg ultimo
2022 €2.156miljoen (exclusief winst lopend boekjaar) ten opzichte van ultimo 2021
€2.083miljoen (exclusief winst lopend boekjaar). De omvang van de risicogewogen
activa van de bank is gestegen van €4.642miljoen eind 2021 naar €4.792miljoen eind
2022. Deze stijging komt voor een belangrijk deel door een hoger kapitaalbeslag uit
hoofde van de prudentieel voorgeschreven credit value adjustment voor derivaten.
De ECB heeft in 2022 weer een regulier Supervisory Review and Evaluation Process
(SREP) uitgevoerd. Hierbij zijn de kapitaalvereisten voor NWB Bank opnieuw beoordeeld.
De eis voor de bankspecifieke Pillar 2-kapitaalvereiste is daar aangepast van 2% naar
176
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
2,25%. De totale SREP-kapitaaleis voor de bank bedraagt 10,25%. Dit is een optelsom
van de totale Pillar 1-kapitaalvereiste van 8% en de Pillar 2-kapitaalvereiste van 2,25%.
Samen met de vereiste kapitaalconserveringsbuffer van 2,5% en de countercyclische
kapitaalbuffer van 0,09% komt de totale kapitaaleis voor de bank uit op 12,59%.
Leverage ratio
Met de finalisering van CRR II is een eis van 3% geïntroduceerd voor de leverage ratio. De
CRR II voorziet in bepaalde aanpassingen in de blootstellingen die meegenomen moeten
worden in de berekening van de ratio. Voor public development credit institutions zoals
NWB Bank geldt dat blootstellingen waarmee publiekesectorinvesteringen gefinancierd
worden, uitgesloten mogen worden. De leverage ratio per balansdatum komt inclusief
kasmiddelen en tegoeden de Centrale Bank uit op 18,4% (2021: 14,3%) (exclusief
resultaat boekjaar) .
Additionele informatie over het risicomanagement van NWB Bank is te vinden in de Pillar
3-rapportages op www.nwbbank.com/over-nwb-bank/publicaties. Deze rapportages
vormden geen onderdeel van de accountantscontrole.
36GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
Op het moment van het opmaken van de jaarrekening is er sprake van onrust op
de financiële markten als gevolg van zorgen omtrent de bancaire sector in de VS
en Europa. Dit heeft geresulteerd in oplopende credit spreads en daarmee verhoogd
tegenpartijrisico op niet volledig door collateral afgedekte derivatenposities met een
negatieve ongerealiseerde marktwaardemutatie in het resultaat financiële transacties
tot gevolg.
37VOORGESTELDE WINSTVERDELING
De winst van het boekjaar bedraagt €143,2miljoen (2021: €121,5miljoen). De directie
en de raad van commissarissen hebben de voor dividend beschikbare winst vastgesteld
op 60 miljoen (2021: 50 miljoen). Dit besluit is genomen met inachtneming van artikel
21 van de statuten.
(in duizenden euro’s) 2022 2021
Winst boekjaar 143.230 121.462
Het voorstel tot winstbestemming luidt als volgt:
Dividend in contanten op aandelen A 879% 51.042 733% 42.535
Dividend in contanten op aandelen B 879% 8.958 733% 7.465
60.000 50.000
Door de raad van commissarissen goedgekeurde toevoeging
aan de overige reserves 83.230 71.462
143.230 121.462
Het in de jaarrekening 2022 en 2021 over het boekjaar voorgestelde en in de algemene
vergadering van aandeelhouders vastgestelde dividend is ten laste van de overige
reserves gebracht.
177
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
38DIRECTIE EN RAAD VAN COMMISSARISSEN
Statutaire directie
Lidwin van Velden
Ard van Eijl
Melchior de Bruijne
Frenk van der Vliet
Raad van commissarissen
Joanne Kellermann
Petra van Hoeken
Toon van der Klugt
Frida van den Maagdenberg
Annette Ottolini
Lex van Overmeire
Manfred Schepers
Den Haag, 20 maart 2023
178
J A A R V E R S L A G 2022 |
w
5
OVERIGE GEGEVENS
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
179
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Aan: de aandeelhouders en de raad van commissarissen van
Nederlandse Waterschapsbank N.V.
VERKLARING OVER DE IN HET JAARVERSLAG OPGENOMEN
JAARREKENING 2022
Ons oordeel
hebben de jaarrekening voor het jaar geëindigd op 31 december 2022 van
Nederlandse Waterschapsbank N.V. (hierna: ‘NWB Bank’ of 'de vennootschap') te Den
Haag gecontroleerd.
Naar ons oordeel geeft de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening een getrouw beeld
van de grootte en de samenstelling van het vermogen van NWB Bank per 31 december
2022 en van het resultaat over 2022 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
De jaarrekening bestaat uit:
de balans per 31 december 2022;
de winst-en-verliesrekening over 2022;
de toelichting met een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële
verslaggeving en andere toelichtingen.
De basis voor ons oordeel
hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook
de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond
hiervan zijn beschreven in de sectie Onze verantwoordelijkheden voor de controle van
de jaarrekening.
zijn onafhankelijk van NWB Bank zoals vereist in de Europese verordening
betreffende specifieke eisen voor de wettelijke controles van financiële overzichten
van organisaties van openbaar belang, de Wet toezicht accountantsorganisaties
(Wta), de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-
opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in
Nederland. Verder hebben voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels
accountants (VGBA).
vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als
basis voor ons oordeel.
INFORMATIE TER ONDERSTEUNING VAN ONS OORDEEL
hebben onze controlewerkzaamheden bepaald in het kader van de controle van
de jaarrekening als geheel en het vormen van ons oordeel hierover. Onderstaande
informatie ter ondersteuning van ons oordeel en onze bevindingen moeten in dat kader
worden bezien en niet als afzonderlijke oordelen of conclusies.
Ons inzicht in NWB Bank
NWB Bank is een bank van en voor de Nederlandse publieke sector en verstrekt leningen
aan waterschappen, gemeenten en provincies en aan andere publieke instellingen zoals
woningbouwcorporaties en zorginstellingen die (indirect) worden gegarandeerd door de
Nederlandse Staat. NWB Bank is ook betrokken de financiering van publiek-private
samenwerking (PPS) en duurzame energieprojecten en door de overheid gesteunde
exportfinanciering. Wij hebben in onze controle bijzondere aandacht besteed aan aantal
onderwerpen op basis van de activiteiten van NWB Bank en onze risicoanalyse.
Wij beginnen de materialiteit bepaald en de risico’s geïdentificeerd en ingeschat dat de
jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten,
180
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
om in reactie op deze risico’s de controlewerkzaamheden te bepalen ter verkrijging van
controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Materialiteit
Materialiteit €19miljoen (2021: €19miljoen)
Toegepaste
benchmark
1% van het eigen vermogen
Nadere toelichting Op basis van onze professionele oordeelsvorming beschouwen
wij een benchmark van 1% van het eigen vermogen als meest
geschikte basis voor de materialiteit aangezien dit een van de
belangrijkste indicatoren is voor de financiële positie voor de
gebruikers van de jaarrekening. De materialiteitsbepaling heeft
consistent plaatsgevonden met het voorgaande boekjaar.
houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze
mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn.
zijn met de raad van commissarissen overeengekomen dat aan de raad tijdens
onze controle geconstateerde afwijkingen boven €1miljoen rapporteren alsmede
kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve redenen relevant zijn.
Opdrachtteam en gebruikmaken van het werk van specialisten
hebben zorggedragen dat het opdrachtteam over de juiste kennis en vaardigheden
beschikt die nodign voor de controle van een bank. hebben in het opdrachtteam
specialisten opgenomen op het gebied van IT audit, forensische accountancy en
duurzaamheid. Daarnaast hebben eigen deskundigen ingeschakeld voor de controle
van de kredietvoorziening, de waardering van financiële instrumenten, belastingen,
hedge accounting, pensioenen, kapitaalvereisten en reële waarde-toelichting.
Onze aandacht voor klimaatrisico's en de energietransitie
Klimaatverandering en de energietransitie bepalen in belangrijke mate de
maatschappelijke agenda en leiden tot significante veranderingen voor veel bedrijven
en de samenleving. De directie heeft in het directieverslag, paragraaf ‘De duurzame
waterbank: resultaten en impact in 2022’ en in het hoofdstuk ‘Risicomanagement’,
onderdeel van ‘Governance’, in paragraaf ‘ESG-risico’ factoren gerapporteerd die
direct en indirect van invloedn op de bedrijfsvoering van NWB Bank, en de
afweging van de impact van klimaatverandering, waaronder de potentiële impact van
klimaat gerelateerde risico's, daarbij rekening houdend met de van toepassing zijnde
richtlijnen en aanbevelingen van toezichthouders en regelgevers. Verder heeft de
directie toegelicht dat op 14 april 2022 het klimaatactieplan is gepresenteerd waarin de
NWB Bank haar ambities en doelstellingen laat zien.
Als onderdeel van onze controle van de jaarrekening, hebben geëvalueerd in
hoeverre schattingen en belangrijke veronderstellingen NWB Bank rekening
houdt met klimaatrisico’s en de mogelijke effecten van de energietransitie alsmede
met de ambities en doelstellingen van het klimaatactieplan. Verder hebben wij
het directieverslag gelezen en overwogen of er een inconsistentie van materieel
belang is tussen de niet-financiële informatie in de hoofdstukken ‘Directieverslag’
en ‘Risicomanagement’ en de jaarrekening.
Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden achten wij dat klimaatrisico’s en
de energietransitie voor NWB Bank geen materiële impact hebben op schattingen of
belangrijke veronderstellingen per 31 december 2022.
Onze focus op fraude en het niet-naleven van wet- en regelgeving
Onze verantwoordelijkheid
Hoewel niet verantwoordelijk n voor het voorkomen van fraude of het niet-naleven
van wet- en regelgeving en van ons niet verwacht kan worden dat het niet-naleven van
iedere wet- en regelgeving ontdekken, is het onze verantwoordelijkheid om een redelijke
mate van zekerheid te verkrijgen dat de jaarrekening als geheel geen afwijkingen
van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude. fraude is het risico
181
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten.
fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk
nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het
doorbreken van de interne beheersing.
Onze controle-aanpak met betrekking tot frauderisico’s
hebben de risico’s geïdentificeerd en ingeschat op een afwijking van materieel
belang op de jaarrekening die het gevolg is van fraude. Wij hebben tijdens onze controle
inzicht verkregen in NWB Bank en haar omgeving, de componenten van het interne
beheersingssysteem, waaronder het risico-inschattingsproces en de wijze waarop
de directie inspeelt op frauderisico’s en het interne beheersingssysteem monitort
en de wijze waarop de raad van commissarissen toezicht uitoefent, alsmede de
uitkomsten daarvan.
Wij verwijzen naar hoofdstuk ‘Risicomanagement’, onderdeel van ‘Governance’, waarin
de directie haar (fraude)risicoanalyse heeft opgenomen.
hebben de opzet en de relevante aspecten van het interne beheersingssysteem en
in het zonder de frauderisicoanalyse geëvalueerd alsook voorbeeld de gedragscode
NWB Bank, de klokkenluidersregeling NWB Bank en het incidentenregister en de
-rapportage. hebben de opzet en het bestaan geëvalueerd, en voor zover wij
noodzakelijk achten, de werking getoetst van interne beheersmaatregelen gericht op het
mitigeren van frauderisico’s.
Als onderdeel van ons proces voor het identificeren van frauderisico’s, hebben
frauderisicofactoren overwogen met betrekking tot frauduleuze financiële
verslaggeving, oneigenlijke toe-eigening van activa en omkoping en corruptie in nauwe
samenwerking met onze forensische specialisten. hebben geëvalueerd of deze
factoren een indicatie vormden voor de aanwezigheid van het risico op afwijkingen van
materieel belang als gevolg van fraude.
In onze controle bouwen een element in van onvoorspelbaarheid. Ook hebben
de uitkomst van andere controlewerkzaamheden beoordeeld en overwogen of
er bevindingen zijn die aanwijzing geven voor fraude of het niet-naleven van wet-
en regelgeving.
Zoals in al onze controles houden rekening met het risico dat het management
interne beheersmaatregelen kan doorbreken.Vanwege dit risico hebben wij onder meer
schattingen beoordeeld op tendenties die mogelijk een risico vormen op een afwijking
van materieel belang, met name gericht op belangrijke gebieden die oordeelsvorming
vereisen en significante schattingsposten, zoals toegelicht in de paragraaf ‘Belangrijke
inschattingen en schattingsonzekerheden’ in het hoofdstuk ‘Algemene toelichting
op de jaarrekening’ in de jaarrekening. Ook hebben data analyse gebruikt om
journaalposten met een verhoogd risico te signaleren en te toetsen en de zakelijke
beweegredenen (of het ontbreken daarvan) beoordeeld van bijzondere transacties. Dit
risico vereiste echter geen significante aandacht in onze controle. Wij hebben geen
frauderisico geïdentificeerd ten aanzien van de opbrengstenverantwoording.
Zoals beschreven in ons kernpunt van de controle ‘Kredietwaardigheid
leningenportefeuille en voorziening voor verwachte kredietverliezen’, hebben wij
vanwege het risico van doorbreken van interne beheersmaatregelen door management
bij de bepaling van de kredietvoorziening, specifiek voor de ‘staging’ en bepaling van de
interne credit rating voor niet-gegarandeerde leningen, onder meer de oordeelsvorming
en schattingen beoordeeld op tendenties die mogelijk een risico vormen op een afwijking
van materieel belang.
hebben kennis genomen van de beschikbare informatie en om inlichtingen gevraagd
leden van de directie, management, de interne accountantsdienst, juridische zaken,
compliance afdeling, personeelszaken, risk afdeling en de raad van commissarissen.
182
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Uit de door ons geïdentificeerde frauderisico’s, ontvangen inlichtingen en andere
beschikbare informatie volgen geen specifieke aanwijzingen voor fraude of vermoedens
van fraude met een mogelijk materieel belang voor het beeld van de jaarrekening.
Onze controle-aanpak met betrekking tot het risico van niet voldoen aan wet-
en regelgeving
hebben passende controlewerkzaamheden verricht inzake de naleving van de
bepalingen van de relevante wet- en regelgeving die van directe invloed zijn op de
verantwoorde bedragen en toelichtingen in de jaarrekening. Daarnaast hebben de
omstandigheden ingeschat met betrekking tot het risico van niet-naleven van wet- en
regelgeving waarvan redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze van materiële invloed
kunnen n op de jaarrekening, op basis van onze ervaring in de sector, door afstemming
met de directie, het kennis nemen van de systematische integriteitsrisicoanalyse (SIRA),
het lezen van notulen, het kennisnemen van rapporten van de interne accountant en
compliance afdeling en het uitvoeren van gegevensgerichte werkzaamheden gericht op
transactiestromen, jaarrekeningposten en toelichtingen.
We hebben verder kennis genomen van de bevestigingsbrief van de afdeling ’Legal
& Corporate Affairs’ (interne ‘legal letter’) en correspondentie met toezichthouders
en zijn alert gebleven op indicaties voor een (mogelijke) niet-naleving gedurende de
controle.Ten slotte hebben we schriftelijk de bevestiging ontvangen dat alle bekende
gebeurtenissen van niet-naleving van wet- en regelgeving met ons zijn gedeeld.
Onze controle-aanpak met betrekking tot
de continuïteitsveronderstelling
Zoals toegelicht in het onderdeel 'Continuïteit' in het hoofdstuk ‘Algemene
toelichting op de jaarrekening’, is de jaarrekening opgemaakt op basis van de
continuïteitsveronderstelling. het opmaken van de jaarrekening heeft de directie
een specifieke beoordeling gemaakt van de mogelijkheid van NWB Bank om haar
continuïteit te handhaven en de activiteiten voort te zetten voor tenminste de komende
twaalf maanden.
hebben de specifieke beoordeling met de directie besproken en professioneel-
kritisch geëvalueerd.
hebben overwogen of de specifieke beoordeling van de directie op basis van onze
kennis en ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, alle
relevante gebeurtenissen en omstandigheden bevat waardoor gerede twijfel zou kunnen
bestaan of NWB Bank haar activiteiten in continuïteit kan voortzetten,waar
ons ook hebben gericht op de vraag of de vennootschap kan blijven voldoen aan
de wettelijke solvabiliteitsvereisten voor een kredietinstelling. Als concluderen
dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn verplicht om
aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde
toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten onze
verklaring aanpassen.
Op basis van onze werkzaamheden hebben geen materiële onzekerheden ten aanzien
van de continuïteit geïdentificeerd voor de komende twaalf maanden. Onze conclusies
zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van onze
controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter
toe leiden dat een vennootschap haar continuïteit niet langer kan handhaven.
De kernpunten van onze controle
In de kernpunten van onze controle beschrijven zaken die naar ons professionele
oordeel het meest belangrijk warendens onze controle van de jaarrekening.
De kernpunten van onze controle hebben met de raad van commissarissen
gecommuniceerd, maar vormen geen volledige weergave van alles wat is besproken.
Vanwege het belang van de betrouwbaarheid en continuïteit van de IT-omgeving en de
verdere versterking van de IT-omgeving en de IT-organisatie van NWB Bank, hebben
dit als kernpunt van onze controle toegevoegd.
183
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Kredietwaardigheid leningportefeuille en voorziening voor verwachte kredietverliezen
Risico
Kredieten en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, verminderd met een voorziening
voor verwachte kredietverliezen (‘expected credit loss’). NWB Bank maakt gebruik van de mogelijkheid om, zoals toegestaan onder de Richtlijnen voor de
Jaarverslaggeving (hierna: ‘RJ’), de vereisten voor opname van ‘expected credit losses’ van IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’ (hierna: ‘IFRS 9 ECL’) toe te passen.
De voorziening voor verwachte kredietverliezen vertegenwoordigt de beste schatting van NWB Bank van verwachte verliezen. Op 31 december 2022 bedraagt de
post kredieten en vorderingen €51,4miljard, na aftrek van een voorziening voor verwachte kredietverliezen van €0,5miljoen, zoals toegelicht in noot 11 en 32 in
de jaarrekening.
De voorziening voor verwachte kredietverliezen is gebaseerd op parameters en veronderstellingen zoals de kans op wanbetaling, het verlies bij wanbetaling, de
toewijzing van kredieten en vorderingen aan ‘stages’ en het gebruik van scenario’s (macro-economische vooruitzichten).
De bepaling van de kredietvoorziening vormt een belangrijk schattingsproces voor de directie. De identificatie van verwachte kredietverliezen is een inherent
onzeker proces dat veronderstellingen en factoren bevat, waaronder de financiële toestand van de tegenpartij en verwachte toekomstige kasstromen.
Als onderdeel van onze risicoanalyse hebben we rekening gehouden met het risico dat het management interne beheersingsmaatregelen doorbreekt met
betrekking tot de ‘staging’, in het bijzonder voor de bepaling van interne credit rating voor niet-gegarandeerde leningen. Gezien de inherente complexiteit van de
toepassing van IFRS 9 ECL beschouwen we dit als een kernpunt van onze controle.
Onze controleaanpak
Onze controlewerkzaamheden omvatten, onder andere, het evalueren van de geschiktheid van de door NWB Bank toegepaste methode voor het bepalen van de
verwachte kredietverliezen inzake kredieten en vorderingen in overeenstemming met de relevante paragrafen van IFRS 9 ECL. Tevens hebben wij beoordeeld of
de toegepaste methoden en gehanteerde parameters in de bepaling van de verwachte kredietverliezen passend zijn en consistent zijn toegepast.
Wij hebben inzicht verkregen in het proces van de bepaling van de voorziening van verwachte kredietverliezen, de opzet en de implementatie van interne
beheersingsmaatregelen geëvalueerd voor alle processen die relevant zijn voor de berekening van de kredietvoorziening en gegevensgerichte werkzaamheden
uitgevoerd. Dit omvatte de toewijzing van activa in stages, model governance, datakwaliteit, meerdere economische scenario’s, de gevoeligheidsanalyses en het
testen van journaalboekingen.
Met ondersteuning van onze interne modelspecialisten hebben wij het door NWB Bank gehanteerde voorzieningenmodel beoordeeld en geverifieerd of het
model adequaat is ontworpen en geïmplementeerd. Wij hebben de voorzieningenniveaus per stage gecontroleerd, rekening houdend met het risicoprofiel van de
portefeuille, en kredietrisicobeheer en de macro-economische omgeving.
We hebben de criteria die werden gebruikt om leningen toe te wijzen aan stage 1, 2 of 3 in overeenstemming met IFRS 9 gecontroleerd en een deelwaarneming
uitgevoerd op de juiste 'staging'. Wij hebben de gegevens die worden gebruikt in het kredietvoorzieningenmodel getest door aansluitingen met bronsystemen.
Wij hebben het basisscenario en de alternatieve economische scenario’s beoordeeld.
Dit omvatte het beoordelen van de wegingen per scenario’s, evenals het beoordelen van de gevoeligheid van bepalende factoren in de modelberekeningen alsook
de gevoeligheid voor wijzigingen van de interne credit rating.
Ten slotte hebben wij de toelichtingen met betrekking tot de voorziening voor verwachte kredietverliezen geëvalueerd in overeenstemming metde op grond van
de RJ relevante vereisten inzake informatieverschaffing over het kredietrisico van IFRS 7 Financiële instrumenten: informatieverschaffing.
Belangrijke
observaties
Op basis van onze uitgevoerde werkzaamheden achten wij de voorziening voor verwachte kredietverliezen aanvaardbaar en de toelichtingen met betrekking tot
deze voorziening in alle materiële aspecten in overeenstemming met de relevante vereisten van IFRS 7.
184
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Hedge-accounting
Risico
NWB Bank dekt het grootste deel van haar renterisico’s en valutarisico’s in relatie tot financiële activa
en passiva af. NWB Bank past twee methodes toe van reële waarde hedge accounting: micro- en macro
hedge accounting. De toepassing van hedge accounting zorgt voor synchronisatie van de gerapporteerde
resultaten voor het hedginginstrument en de afgedekte positie, voor zover de hedge effectief is en formeel
vastgelegd. NWB Bank gebruikt derivaten als hedginginstrument en verwerkt deze in de balans tegen reële
waarde. Zowel de reële waarde veranderingen in de afgedekte positie gerelateerd aan het afgedekte risico
als de reële waarde veranderingen in de derivaten positie worden verwerkt in de winst-en-verliesrekening
in de post financiële transacties, inclusief eventuele ineffectiviteit. Over 2022 rapporteert NWB Bank een
hedge accounting ineffectiviteit onder noot 2 resultaat uit financiële transacties van €1,3miljoen positief
(2021: €0,2miljoen negatief).
De toegepaste hedge accounting modellen om de effectiviteit van de hedges te bepalen, inclusief de
documentatie waaraan de toepassing van hedge accounting is gebonden, is een kernpunt van onze
controle, omdat het proces complex is, in hoge mate subjectief en gebaseerd op veronderstellingen.
Onze
controleaanpak
Onze controlewerkzaamheden omvatten, onder andere, het evalueren van de geschiktheid en de
consistente toepassing van hedge accounting door NWB Bank in overeenstemming met RJ290 Financiële
instrumenten, of de gebruikte derivaten in aanmerking komen voor hedge accounting en de geschiktheid
van de hedge documentatie.
Wij hebben de opzet en de implementatie geëvalueerd en de werking getoetst van de interne
beheersingsmaatregelen met betrekking tot het hedge accounting proces.
Als onderdeel van onze controle hebben wij steekproefsgewijs de hedge documentatie beoordeeld en
getoetst aan de vereisten van RJ 290.
Wij hebben, met ondersteuning van onze hedge accounting specialisten, de effectiviteit van de
hedgerelaties en de berekening van de hedge effectiviteit geëvalueerd.
Ten slotte hebben wij de toereikendheid van de toelichting in de jaarrekening geëvalueerd in
overeenstemming met RJ 290.
Belangrijke
observaties
hebben geen materiële afwijkingen geconstateerd ten aanzien van de toepassing van hedge accounting
en de gerelateerde toelichting in de jaarrekening in overeenstemming met de relevante vereisten
van RJ290.
185
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Reële waardebepaling en gerelateerde toelichtingen inzake financiële instrumenten
Risico
De reële waardebepaling van financiële instrumenten en daaraan gerelateerde waardeveranderingen
kunnen subjectief zijn al naargelang er sprake is van modelmatige waarderingen ingegeven door beperkte
liquiditeit en beperkte beschikbaarheid van prijzen in de markt. Voor een belangrijk deel heeft NWB Bank
financiële instrumenten waarvoor geen prijzen uit een actieve markt beschikbaar zijn, maar waarbij wel
gebruik wordt gemaakt van marktdata. Deze worden geclassificeerd als level 2 financiële instrumenten.
NWB Bank heeft level 2 financiële activa en financiële verplichtingen ultimo 2022 ter grootte van
respectievelijk €5,2miljard en 4,4miljard.
(2021: €3,9miljard en €9,8miljard) zoals toegelicht in noot 33 reële waarde van financiële instrumenten
in de jaarrekening.
Vanwege de omvang van de financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde, de inherente
complexiteit en de veronderstellingen van management hebben de reële waardebepaling van financiële
instrumenten als kernpunt geïdentificeerd.
Onze
controleaanpak
Onze controlewerkzaamheden omvatten, onder andere, het evalueren van de geschiktheid van de door
NWB Bank toegepaste waarderingsgrondslagen met betrekking tot de waardering tegen reële waarde van
financiële instrumenten in overeenstemming met RJ290. hebben verder beoordeeld of de gehanteerde
veronderstellingen en methoden voor het bepalen de reële waarde van de financiële instrumenten,
inclusief de waardering van het tegenpartijrisico (CVA/DVA) uit hoofde van afgesloten derivatentransacties,
passend zijn en consistent zijn toegepast.
Wij hebben de opzet en de implementatie de interne beheersingsmaatregelen met betrekking tot het
waarderingsproces geëvalueerd en de werking getoetst. Wij hebben de beoordeling en goedkeuring van
aannames en de methodes toegepast bij de modelmatige berekeningen geëvalueerd, evenals de controle
op datakwaliteit en aanpassingen van interne modellen.
Wij hebben onze waarderingsspecialisten betrokken bij het beoordelen van de aannames en methodes
gebruikt bij de berekening van de reële waardes van de financiële instrumenten waarvoor geen
actieve markt beschikbaar is, inclusief de waardering van het tegenpartijrisico (CVA/DVA) uit hoofde
van afgesloten derivatentransacties. Wij hebben de methodes in de waarderingsmodellen geëvalueerd
aan de hand van door de markt geaccepteerde waarderingsrichtlijnen en methodes. Tevens hebben
wij de aanvaardbaarheid van de schattingen getoetst aan de hand van tegenpartij waarderingen en op
steekproefbasis eigen waarderingen uitgevoerd.
Ten slotte hebben wij de toereikendheid van de toelichting ten aanzien van de
reële waarde van de financiële instrumenten geëvalueerd in overeenstemming met RJ 290.
Belangrijke
observaties
Wij hebben geen materiële afwijkingen geconstateerd ten aanzien van de waardering tegen reële waarde
van financiële instrumenten per 31 december 2022, met inachtneming van de toepassing van hedge
accounting en de toelichtingen met betrekking tot de reële waarde van financiële instrumenten in
overeenstemming met de relevante vereisten van RJ290.
186
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Betrouwbaarheid en continuïteit van de IT-omgeving
Risico
De activiteiten en financiële rapportages van NWB Bank zijn afhankelijk van de betrouwbaarheid
en continuïteit van de IT-omgeving. Effectieve algemene IT-beheersmaatregelen met betrekking tot
wijzigingsbeheer, logische toegangsbeveiliging, infrastructuur en bedrijfsvoering ondersteunen de
betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevensverwerking en de werking van de
geautomatiseerde beheersmaatregelen.
Zoals beschreven in het directieverslag onder het veranderprogramma, wordt de
IT-omgeving en de IT-organisatie van NWB Bank verder versterkt. Het risico bestaat dat de algemene IT-
beheersingsmaatregelen niet altijd werken zoals bedoeld, waardoor interne beheersingsmaatregelen niet
effectief zijn. Daarom hebben de betrouwbaarheid en continuïteit van de IT-omgeving geïdentificeerd als
kernpunt van onze controle.
Onze
controleaanpak
IT-auditspecialisten maken integraal onderdeel uit van het opdrachtteam en beoordelen de
betrouwbaarheid en continuïteit van de IT-omgeving voor zover relevant in het kader van de
jaarrekeningcontrole. Onze controle is niet namelijk primair gericht op het geven van een oordeel
over de continuïteit en de betrouwbaarheid van de IT-omgeving (of onderdelen daarvan). Als
onderdeel van onze jaarrekeningcontrole hebben wij de inrichting van de IT-processen geëvalueerd,
inclusief cyberbeveiliging, en de werking van algemene IT-beheersmaatregelen getoetst, alsmede
applicatiecontroles met betrekking tot dataverwerking, invoer van gegevens en interfaces waar relevant
voor de financiële verslaggeving.
We hebben aanvullende gegevensgerichte werkzaamheden uitgevoerd op het gebied van toegangsbeheer
en functiescheiding voor de gerelateerde systemen. We hebben ook de impact op de interne
beheersing geëvalueerd van de veranderingen in IT-omgeving en de IT-organisatie als onderdeel van
het veranderprogramma.
Belangrijke
observaties
Onze toetsing van de algemene IT-beheersingsmaatregelen en de uitgevoerde gegevensgerichte
werkzaamheden hebben voldoende informatie opgeleverd om te kunnen steunen op de geautomatiseerde
gegevensverwerking die relevant is voor onze controle van de jaarrekening.
187
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERKLARING OVER DE IN HET JAARVERSLAG OPGENOMEN
ANDERE INFORMATIE
Het jaarverslag omvat andere informatie naast de jaarrekening en onze
controleverklaring daarbij.
Op grond van onderstaande werkzaamhedenn wij van mening dat de
andere informatie:
met de jaarrekening verenigbaar is en geen materiële afwijkingen bevat;
alle informatie bevat die op grond van Titel 9 Boek 2 BW is vereist voor het
bestuursverslag en de overige gegevens.
hebben de andere informatie gelezen en hebben op basis van onze kennis en
ons begrip, verkregen vanuit de jaarrekeningcontrole of anderszins, overwogen of de
andere informatie materiële afwijkingen bevat. Met onze werkzaamheden hebben
voldaan aan de vereisten in Titel 9 Boek 2 BW en de Nederlandse Standaard 720. Deze
werkzaamheden hebben niet dezelfde diepgang als onze controlewerkzaamheden
de jaarrekening.
De directie is verantwoordelijk voor het opstellen van de andere informatie, waaronder
het bestuursverslag en de overige gegevens in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
VERKLARING BETREFFENDE OVERIGE DOOR WET- OF REGELGEVING
GESTELDE VEREISTEN EN ESEF
Benoeming
zijn door de algemene vergadering op 23 april 2015 benoemd als accountant van
NWB Bank vanaf de controle van het boekjaar 2016 en zijn sinds dat boekjaar tot nu toe
de externe accountant.
Geen verboden diensten
hebben geen verboden diensten geleverd als bedoeld in artikel 5, lid 1 van de
Europese verordening betreffende specifieke eisen voor de wettelijke controles van
financiële overzichten van organisaties van openbaar belang.
Europees uniform elektronisch verslaggevingsformaat (ESEF)
NWB Bank heeft het jaarverslag opgesteld in ESEF. De vereisten hiervoor zijn vastgelegd
in de Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/815 met technische reguleringsnormen voor
de specificatie van een uniform elektronisch verslagleggingsformaat (hierna: de RTS
voor ESEF).
Naar ons oordeel voldoet het jaarverslag, opgesteld in het XHTML-formaat met daarin
opgenomen jaarrekening van NWB Bank, in alle van materieel zijnde aspecten aan de
RTS voor ESEF.
De directie is verantwoordelijk voor het opstellen van het jaarverslag, inclusief de
jaarrekening, in overeenstemming met de RTS voor ESEF.
Het is onze verantwoordelijkheid een redelijke mate van zekerheid te krijgen voor ons
oordeel dat het jaarverslag voldoet aan de RTS voor ESEF.
188
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
hebben ons onderzoek uitgevoerd volgens Nederlands recht, waaronder de
Nederlandse Standaard 3950N ‘Assurance-opdrachten inzake het voldoen aan de
criteria voor het opstellen van een digitaal verantwoordingsdocument’. Ons onderzoek
bestond onder andere uit:
het verkrijgen van inzicht in het financiële rapportageproces van NWB Bank,
waaronder het opstellen van het jaarverslag in XHTML-formaat.
het identificeren en inschatten van de risico’s dat het jaarverslag niet in alle van
materieel belang zijnde aspecten voldoet aan de RTS voor ESEF en het in reactie op
deze risico’s bepalen en uitvoeren van verdere assurance-werkzaamheden als basis
voor ons oordeel, waaronder het verkrijgen van het jaarverslag in XHTML-formaat en
het uitvoeren van validaties om vast te stellen of het jaarverslag voldoet aan de RTS
voor ESEF.
BESCHRIJVING VAN VERANTWOORDELIJKHEDEN VOOR
DE JAARREKENING
Verantwoordelijkheden van de directie en de raad van
commissarissen voor de jaarrekening
De directie is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de
jaarrekening in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. In dit kader is de directie
verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de directie noodzakelijk
acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van
materieel belang als gevolg van fouten of fraude.
het opmaken van de jaarrekening moet de directie afwegen of de onderneming
in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van
genoemd verslaggevingsstelsels moet de directie de jaarrekening opmaken op basis van
de continuïteitsveronderstelling, tenzij de aandeelhouders het voornemen hebben om
NWB Bank te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het
enige realistische alternatief is. De directie moet gebeurtenissen en omstandigheden
waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of NWB Bank haar bedrijfsactiviteiten in
continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.
De raad van commissarissen is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het
proces van financiële verslaggeving van NWB Bank.
Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een
controleopdracht dat daarmee voldoende en geschikte controle-informatie
verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel.
Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid
waardoor het mogelijk is datdens onze controle niet alle materiële fouten en
fraude ontdekken.
Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fouten of fraude en zijn materieel
indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van
invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze
jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze
controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op
ons oordeel.
hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben
waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming
met de Nederlandse controlestandaarden, ethische voorschriften en de
onafhankelijkheidseisen. De sectie ‘Informatie ter ondersteuning van ons oordeel’
hierboven, bevat een informatieve samenvatting van onze verantwoordelijkheden en de
uitgevoerde werkzaamheden als basis voor ons oordeel.
189
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Onze controle bestond verder onder andere uit:
het in reactie op de ingeschatte risico’s uitvoeren van controlewerkzaamheden en
het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor
ons oordeel;
het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de
controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passendn in
de omstandigheden. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om een oordeel uit te
spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van NWB Bank;
het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële
verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door de directie
en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan;
het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de
daarin opgenomen toelichtingen;
het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende
transacties en gebeurtenissen.
Communicatie
communiceren met de raad van commissarissen onder andere over de geplande
reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze
controle naar voren zijn gekomen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in
de interne beheersing. In dit kader geven ook een verklaring aan de auditcomissie
van de raad van commissarissen op grond van artikel 11 van de Europese verordening
betreffende specifieke eisen voor de wettelijke controles van financiële overzichten
van organisaties van openbaar belang. De in die aanvullende verklaring verstrekte
informatie is consistent met ons oordeel in deze controleverklaring.
bevestigen aan de raad van commissarissen dat de relevante ethische
voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd. communiceren ook met
de raad over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid
kunnen beïnvloeden en over de daarmee verband houdende maatregelen om onze
onafhankelijkheid te waarborgen.
bepalen de kernpunten van onze controle van de jaarrekening op basis van alle
zaken die wij met de raad van commissarissen hebben besproken. Wij beschrijven deze
kernpunten in onze controleverklaring, ten dit is verboden door wet- of regelgeving of
in buitengewoon zeldzame omstandigheden wanneer het niet vermelden in het belang
van het maatschappelijk verkeer is.
Amsterdam, 20 maart 2023
Ernst & Young Accountants LLP
w.g. drs. R. Koekkoek RA
190
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
ASSURANCE-RAPPORT VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Aan: de aandeelhouders en de raad van commissarissen van de
Nederlandse Waterschapsbank N.V.
Ons oordeel
hebben de, in het jaarverslag opgenomen, niet-financiële informatie van de
Nederlandse Waterschapsbank N.V. (hierna: 'NWB Bank' of 'de vennootschap') te Den
Haag over 2022 gecontroleerd. Een controle is gericht op het verkrijgen van redelijke
mate van zekerheid.
Daarnaast hebben wij binnen de niet-financiële informatie opgenomen geselecteerde
impact indicatoren beoordeeld. Een beoordeling is gericht op het verkrijgen van een
beperkte mate van zekerheid.
De scope van onze assurance-opdracht is beschreven in de sectie ‘Onze scope’.
Naar ons oordeel geeft de niet-financiële informatie, in alle van materieel belang zijnde
aspecten, een betrouwbare en toereikende weergave van:
het beleid en de bedrijfsvoering ten aanzien van duurzaamheid; en
de gebeurtenissen en de prestaties op dat gebied in 2022;
in overeenstemming met de rapportagecriteria zoals toegelicht in de
sectie 'Rapportagecriteria'.
Op grond van de door ons uitgevoerde beoordelingswerkzaamheden hebben geen
reden om te veronderstellen dat de geselecteerde impact indicatoren niet, in alle
van materieel belang zijnde aspecten,n opgesteld in overeenstemming met de
rapportagecriteria zoals toegelicht in de sectie ‘Rapportagecriteria’.
De basis voor ons oordeel
hebben onze controle met betrekking tot de niet-financiële informatie
en onze beoordeling met betrekking tot de geselecteerde impact indicatoren
verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse
Standaard 3810N, ‘Assurance-opdrachten inzake maatschappelijke verslagen’.Onze
verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie
‘Onze verantwoordelijkheden’.
zijn onafhankelijk van NWB Bank zoals vereist in de Verordening inzake de
onafhankelijkheid van accountants assurance-opdrachten (ViO). Dit houdt onder
meer in dat geen activiteiten ondernemen die conflicterend kunnen zijn met
onze onafhankelijke assurance-opdracht. Daarnaast hebben wij voldaan aan de
Verordeninggedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).
vinden dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt is als
basis voor ons oordeel en onze conclusie.
Onze scope
De niet-financiële informatie is opgenomen in het hoofdstuk ‘Directieverslag’, de sectie
‘ESG-risico’ in het hoofdstuk ‘Risicomanagement’ en de ‘GRI-index’ in het jaarverslag.
De geselecteerde impact indicatoren zijn opgenomen in de tabel ‘Uitkomsten SDG-
Impact kredietverlening’ op pagina 200 in het jaarverslag.
191
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Rapportagecriteria
De gehanteerde rapportagecriteria voor het opstellen van de niet-financiële informatie
zijn de Sustainability Reporting Standards van het Global Reporting Initiative (GRI
Standaarden) en de aanvullend gehanteerde rapportagecriteria zoals toegelicht in:
de sectie ‘Verslaggevingsrichtlijnen niet-financiële informatie’ van het jaarverslag
het document ‘Rapport PCAF 2022 NWB Bank’ zoals opgenomen op de website van
NWB Bank (hierna: het PCAF-rapport 2022)
De niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met (“in accordance
with”) de GRI Standaarden. De gehanteerde GRI Standaarden zijn opgenomen in de GRI
Content index zoals toegelicht in het hoofdstuk ‘GRI-index’.
De gehanteerde rapportagecriteria voor het opstellen van de geselecteerde impact
indicatoren zijn toegelicht in de tabel ‘Uitkomsten SDG-impact kredietverlening’ zoals
opgenomen op pagina 200 in het jaarverslag en het document Sustainable Development
Goals Impact of NWB Bank’s loan portfolio’ zoals opgenomen op de website van
NWB Bank (hierna: het SDG impact rapport 2022).
Het ontbreken van gevestigde praktijken ter beoordeling en meting van niet-financiële
informatie biedt de mogelijkheid verscheidene, acceptabele meettechnieken toe te
passen. Hierdoor kan de vergelijkbaarheid tussen entiteiten onderling en in de tijd
beïnvloed worden.
Derhalve dient de niet-financiële informatie gelezen en begrepen te worden samen met
de gehanteerde rapportagecriteria.
Beperkingen in de reikwijdte van onze controle en onze beoordeling
In de niet-financiële informatie is toekomstgerichte informatie opgenomen in de vorm
van ambities, strategie, plannen, verwachtingen, schattingen en risico-inschattingen.
Inherent aan deze toekomstgerichte informatie is dat de werkelijke uitkomsten in
de toekomst onzeker zijn. geven geen zekerheid de veronderstellingen en de
haalbaarheid van toekomstgerichte informatie in de niet-financiële informatie.
Beperkingen in de reikwijdte van onze controle
In de sectie ‘Kerncijfers’ zijn de resultaten van de CO
2
-emissie equivalenten van de
leningenportefeuille gepresenteerd. de gehanteerde berekeningen wordt tevens
gebruik gemaakt van verschillende assumpties en bronnen van externe partijen. De
gehanteerde bronnen en assumptiesn toegelicht in hetPCAF rapport 2022 zoals
opgenomen op de website van NWB Bank. Wij hebben ten aanzien van de inhoud van
deze externe bronnen en assumpties geen werkzaamheden verricht, anders dan het
beoordelen van de geschiktheid van de assumpties en bronnen van externe partijen die
zijn gehanteerd voor de berekening.
Beperkingen in de reikwijdte van onze beoordeling
In de tabel ‘Uitkomsten SDG-Impact kredietverlening’ zijn de resultaten van de
geselecteerde impact indicatoren gepresenteerd. de gehanteerde berekeningen
wordt tevens gebruik gemaakt van verschillende assumpties en bronnen van externe
partijen. De gehanteerde bronnen en assumptiesn toegelicht in het SDG impact
rapport 2022 zoals opgenomen op de website van NWB Bank. hebben ten aanzien
van de inhoud van deze externe bronnen en assumpties geen werkzaamheden verricht,
anders dan het beoordelen van de geschiktheid en plausibiliteit van deze externe
bronnen en assumpties.
De verwijzingen naar externe bronnen of websites in de niet-financiële informatie maken
geen onderdeel uit van de niet-financiële informatie die door ons is gecontroleerd en
van de geselecteerde impact indicatoren die door ons zijn beoordeeld. verstrekken
derhalve geen zekerheid over deze informatie.
Deze aangelegenheden doen geen afbreuk aan ons oordeel en onze conclusie.
192
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Verantwoordelijkheden van de directie en de raad van
commissarissen voor de niet-financiële informatie en geselecteerde
impact indicatoren
De directie is verantwoordelijk voor het opstellen van betrouwbare en toereikende niet-
financiële informatie in overeenstemming met de rapportagecriteria zoals toegelicht
in de sectie ‘Rapportagecriteria’, inclusief het identificeren van belanghebbenden en
het bepalen van materiële onderwerpen. De directie is tevens verantwoordelijk voor
het selecteren en toepassen van deze rapportagecriteria en voor het bepalen dat deze
rapportagecriteria toereikend zijn voor de gerechtvaardigde informatiebehoefte van
belanghebbenden, rekening houdend met de van toepassing zijnde wet- en regelgeving
met betrekking tot verslaggeving. De door de directie gemaakte keuzes ten aanzien
van de reikwijdte van de niet-financiële informatie en het verslaggevingsbeleidn
uiteengezet in de sectie ‘Verslaggevingsrichtlijnen niet-financiële informatie’ van
het jaarverslag.
De directie is ook verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de directie
noodzakelijk acht om het opstellen van de niet-financiële informatie mogelijk te maken
zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude.
De raad van commissarissen is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het
rapportageproces over de niet-financiële informatie van NWB Bank.
Onze verantwoordelijkheden
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een assurance-
opdracht dat daarmee voldoende en geschikte assurance-informatie verkrijgen voor
het door ons af te geven oordeel en de door ons af te geven conclusie.
Onze controle van de niet-financiële informatie is gericht op het verkrijgen van een
redelijke mate van zekerheid. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate, maar geen
absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet
alle materiële fouten en fraude ontdekken.
Onze beoordeling van de geselecteerde impact indicatoren is gericht op het verkrijgen
van een beperkte mate van zekerheid. De werkzaamheden die worden verricht bij het
verkrijgen van een beperkte mate van zekerheidn gericht op het vaststellen van de
plausibiliteit van informatie en variëren in aard en timing van, en zijn ook geringer in
omvang, dan die bij een assurance-opdracht gericht op het verkrijgen van een redelijke
mate van zekerheid. De mate van zekerheid die wordt verkregen bij een beoordeling is
daarom ook aanzienlijk lager dan de zekerheid die wordt verkregen bij een controle.
passen de ‘Nadere voorschriften kwaliteitssystemen’ (NVKS) toe. Op grond
daarvan beschikken over een samenhangend stelsel van kwaliteitsbeheersing
inclusief vastgelegde richtlijnen en procedures inzake de naleving van ethische
voorschriften, professionele standaarden en andere relevante wet- en regelgeving.
Een verdere beschrijving van onze verantwoordelijkheden is opgenomen in de lage bij
dit assurance-rapport.
Den Haag, 20 maart 2023
Ernst & Young Accountants LLP
w.g. drs. R.J. Bleijs RA
193
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
BIJLAGE BIJ HET ASSURANCE-RAPPORT VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Onze controle en onze beoordeling bestonden onder andere uit:
het uitvoeren van een omgevingsanalyse en het verkrijgen van inzicht in de relevante maatschappelijke thema’s en kwesties en de kenmerken van de vennootschap;
het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte rapportagecriteria, de consistente toepassing hiervan en de toelichtingen die daarover in de niet-financiële informatie staan. Dit
omvat het evalueren van de uitkomsten van de dialoog met belanghebbenden en het evalueren van de redelijkheid van schattingen gemaakt door de directie;
het aansluiten van de relevante financiële informatie met de jaarrekening;
het evalueren van de consistentie van de niet-financiële informatie met de informatie in het jaarverslag buiten de scope van onze controle en onze beoordeling;
het evalueren van de algehele presentatie en inhoud van de niet-financiële informatie;
het overwegen of de niet-financiële informatie als geheel, inclusief de daarin opgenomen toelichtingen, het beeld weergeeft in relatie tot het doel van de
gehanteerde rapportagecriteria.
Onze controle van de niet-financiële informatie bestond onder andere uit:
het verkrijgen van inzicht in de systemen en processen die ten grondslag liggen
aan het verzamelen, rapporteren en consolideren van de niet-financiële informatie,
inclusief het verkrijgen van inzicht in de interne beheersingsmaatregelen, voor
zover relevant voor onze controle. Deze werkzaamheden hebben niet als doel om
een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van
de vennootschap;
het evalueren van de werkzaamheden uitgevoerd door de interne auditafdeling en
de externe materiedeskundigen van NWB Bank;
het identificeren en inschatten van de risico’s dat de niet-financiële informatie
misleidend of onevenwichtig is of afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg
van fouten of fraude. Het in reactie op deze risico's bepalen en uitvoeren van verdere
controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en
geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat de niet-financiële
informatie misleidend of onevenwichtig is of dat een afwijking van materieel belang
niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning,
valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk
Onze beoordeling van de geselecteerde impact indicatoren bestond onder andere uit:
middels het inwinnen van inlichtingen het op hoofdlijnen inzicht verkrijgen in de interne
beheersing, rapporteringsprocessen en informatiesystemen relevant voor het opstellen
van de geselecteerde impact indicatoren, zonder assurance-informatie te verkrijgen over
de implementatie of de effectieve werking van interne beheersmaatregelen te toetsen;
het kennis nemen van de werkzaamheden uitgevoerd door de externe materiedeskundige
van NWB Bank;
het identificeren van gebieden in de geselecteerde impact indicatoren met een hoger
risico op misleidende of onevenwichtige informatie of afwijkingen van materieel belang
als gevolg van fouten of fraude. Het op basis van deze risico-inschatting bepalen en
uitvoeren van verdere werkzaamheden gericht op het vaststellen van de plausibiliteit van
de geselecteerde impact indicatoren. Deze werkzaamheden bestonden onder meer uit:
- het afnemen van interviews met relevante medewerkers verantwoordelijk voor
het aanleveren van informatie voor, het uitvoeren van interne controles op, en de
consolidatie van gegevens in de geselecteerde impact indicatoren;
- het verkrijgen van assurance-informatie dat de geselecteerde impact indicatoren
aansluiten op de onderliggende administraties van de vennootschap;
194
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing. Deze
werkzaamheden bestonden onder meer uit:
- het afnemen van interviews met de directie en relevante medewerkers
verantwoordelijk voor de duurzaamheidsstrategie, –beleid en prestaties;
- het afnemen van interviews met relevante medewerkers verantwoordelijk voor
het aanleveren van informatie voor, het uitvoeren van interne controles op, en de
consolidatie van gegevens in de niet-financiële informatie;
- het verkrijgen van assurance-informatie dat de niet-financiële informatie aansluit op
de onderliggende administraties van de vennootschap;
- het beoordelen van de geschiktheid van de assumpties en bronnen van externe
partijen die zijn gehanteerd voor de berekeningen die ten grondslag liggen aan de
CO
2
-emissie equivalenten van de leningenportefeuille en welke zijn toegelicht in het
PCAF rapport 2022;
- het evalueren van relevante interne en externe documentatie, op basis
van deelwaarnemingen, om de betrouwbaarheid vast te stellen van de niet-
financiële informatie;
- het analytisch evalueren van data en trends.
- het beoordelen van de geschiktheid en plausibiliteit van de assumpties en bronnen van
externe partijen die zijn gehanteerd voor de berekeningen die ten grondslag liggen
aan de geselecteerde impact indicatoren en welke zijn toegelicht in het SDG impact
rapport 2022;
- het op basis van beperkte deelwaarnemingen beoordelen van relevante interne en
externe documentatie;
- het analytisch evalueren van data en trends.
Wij communiceren met de raad van commissarissen onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de beoordeling en de controle en over de significante bevindingen die uit
onze beoordeling en onze controle naar voren zijn gekomen. Daarnaast communiceren wij over eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die uit onze controle
naar voren zijn gekomen.
195
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
STATUTAIRE WINSTBESTEMMINGSREGELING
De statutaire winstbestemmingsregeling is gebaseerd op artikel 21 van de statuten en
luidt als volgt.
Artikel 21
1. Winstuitkeringen kunnen slechts plaatshebben voor zover het eigen vermogen van
de vennootschap groter is dan het bedrag van het gestorte en opgevraagde deel van
het geplaatste kapitaal, vermeerderd met de reserves die krachtens de wet of de
statuten moeten worden aangehouden.
2. De volgens de vastgestelde winst-en-verliesrekening behaalde jaarwinst wordt als
volgt aangewend:
a. De directie is bevoegd met voorafgaande goedkeuring van de raad van
commissarissen de winst geheel of gedeeltelijk toe te voegen aan de reserves.
b. De na reservering eventueel resterende winst staat ter beschikking van de
algemene vergadering.
c. Voor zover de algemene vergadering niet besluit tot uitkering van winst over
enig boekjaar, wordt deze winst aan de reserves toegevoegd.
3. De algemene vergadering kan uitsluitend op grond van een door de raad van
commissarissen goedgekeurd voorstel van de directie besluiten tot uitkering van
winst ten laste van een voor uitkering vatbare reserve.
4. Voor zover er winst in de vennootschap is, kan de directie onder goedkeuring van
de raad van commissarissen besluiten tot uitkering van een interim-dividend, met
inachtneming van het in het eerste en tweede lid bepaalde, blijkens een tussentijdse
vermogensopstelling overeenkomstig het bepaalde in artikel 105, vierde lid, van
boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
5. De algemene vergadering kan op een door de directie onder goedkeuring van de
raad van commissarissen gedaan voorstel besluiten aan de aandeelhouders, ten
laste van het hun toekomende deel van de winst, als dividend of interim-dividend
andere waarden dan contanten uit te keren.
196
J A A R V E R S L A G 2022 |
w
6
AANVULLENDE INFORMATIE
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
197
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERSLAGGEVINGSRICHTLIJNEN NIET-FINANCIËLE INFORMATIE
De niet-financiële informatie is opgenomen in het hoofdstuk ‘Directieverslag’ en sectie
GRI-indexvan het jaarverslag.
Global Reporting Initiative
NWB Bank rapporteert op een transparante manier over haar activiteiten.We hanteren
daarbij de richtlijnen van het Global Reporting Initiative (GRI). Deze rapportage is
gebaseerd op de ‘standards’ van het GRI voor 2022. Het GRI-rapportageniveau komt voor
de bank uit op ‘in accordance with’. Het Directieverslag is opgesteld op basis van deze
standards van het GRI en is geverifieerd door Ernst & Young Accountants LLP; zie het
Assurancerapport (zie pagina 191).
NWB Bank heeft voor het GRI gekozen, omdatwe een goede internationale
vergelijkingsmogelijkheid nastreven met andere instellingen en ook andere banken en
staatsdeelnemingen in Nederland dit raamwerk hanteren. Een compleet overzicht van
de relevante inhoudscriteria en prestatie-indicatoren (eigen ontwikkelde) is opgenomen
in de GRI-index van de bank (zie pagina 201).
Bekendmaking van niet-financiële informatie en informatie
inzake diversiteit
In 2014 is de EU-richtlijn 2014/95 EU met betrekking tot de bekendmaking van niet-
financiële informatie en informatie inzake diversiteit opgesteld. Deze richtlijn verplicht
organisaties meer openheid te geven over niet-financiële informatie, zoals milieu
en sociaal beleid en diversiteit aan de top. Deze richtlijn is sinds 1 januari 2017 in
twee delen opgenomen in de Nederlandse wet. Het ministerie van Financiën heeft als
aandeelhouder gevraagd de niet-financiële informatie op te nemen in het jaarverslag. Op
grond van de Nederlandse wet is NWB Bank al wettelijk verplicht om te rapporteren over
diversiteit in haar bestuursverslag.
IMVO-convenant bancaire sector
In 2016 heeft de bank het IMVO-convenant (Internationaal Maatschappelijk Verantwoord
Ondernemen) bancaire sector getekend. In december 2019 liep het IMVO-convenant
Bancaire Sector officieel ten einde. NWB Bank onderschrijft dat mensenrechten
universele waardenn en dat als onderneming de verantwoordelijkheid heeft deze
te respecteren. We zeggen toe om, indien en voor zover relevant, eventuele ongunstige
effecten van mensenrechten voor onze klanten en/of medewerkers te verminderen of
beter nog, te voorkomen. Gezien de aard van onze kredietportefeuille zijn de risico's
voor ons beperkt. Desalniettemin houden we er rekening mee bij het verstrekken van
financiering en in de eigen kantoororganisatie. Het mensenrechtenbeleid is te vinden op
onze website.
UN Global Compact
NWB Bank onderschrijft de UN Global Compact-principes. Door ondertekening van deze
principes hebben wij ons uitgesproken om belangrijke thema’s zoals mensenrechten,
arbeidsrechten, milieu en anticorruptie mee te wegen in onze bedrijfsprocessen.
Daarnaast betekent dit dat we onze belanghebbenden – waar mogelijk en relevant
op de inhoud van deze principes aanspreken. Meer informatie over de invulling van de
principes is opgenomen in de ESG Facts en Figures-rapportage op onze website.
Klimaatimpact kredietverlening
Algemene principes
Voor de berekening van de klimaatimpact van de kredietverlening passen we PCAF
(Partnership for Carbon Accounting Financials) toe. PCAF biedt een raamwerk
en geharmoniseerde methodologie die de transparantie en het bewustzijn over
broeikasgas-uitstoot (equivalenten) vergroot. Het onderzoeksinstituut Het PON & Telos,
dat gelieerd is aan de Tilburg University, heeft ons geholpen bij het toepassen van
198
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
de PCAF-methodologie. De toepassing is verwerkt in het 2021 GHG Emissions report
of NWB Bank Loan Portfolio. De methodologie in dit document dient als basis voor
de berekening.
Datakwaliteit
Een belangrijk element voor de berekening is de kwaliteit van gegevens over de uitstoot
van leningen. Voor de berekening gelden de volgende scores. Een nadere toelichting
hierover is opgenomen in het methodologiedocument:
Score
Housing associations 2
Municipalities 4/5
Water authorities 2/3
Healthcare sector 3/5
Drinking water utilities 2/3
Regional governments 4/5
Educational institutions 4
PCAF onderscheidt vijf kwaliteitsniveaus voor de uitstoot:
Klasse 1 betreft individuele emissiegegevens of actuele energieverbruiksgegevens
die onderwerp van audit zijn geweest.
Klasse 2 betreft niet ge-audite emissiegegevens of andere
primaire verbruiksgegevens.
Klasse 3 betreft gemiddelde gegevens die specifiek zijn voor de sector of
vergelijkbare instellingen.
Klasse 4 zijn benaderde gegevens op basis van regio of land.
Klasse 5 behelst ruwe schattingen.
Gebruikte methodiek
Het aandeel van de NWB Bank-financieringen in de emissies van een klant of project
is berekend door het aandeelpercentage van de bank in de balansomvang van die
klant of project te vermenigvuldigen met de totale emissie van broeikasgassen
(equivalenten) van die klant. De emissiegegevensn onder andere ontleend aan
of berekend aan de hand van openbare gegevens van het Centraal Bureau voor de
Statistiek, de Inspectie leefomgeving en transport, de klimaatmonitor waterschappen
en duurzaamheidsrapportages van de gefinancierde instellingen. De berekening van de
klimaatimpact voor 2021 is gebaseerd op de leningportefeuille per 31-12-2020 en de
berekening voor 2022 is gebaseerd op de leningportefeuille per 31-12-2021. Hiervoor is
gekozen omdat de verschuivingen in de portefeuille van jaar op jaar beperktn.
Indien aanpassingen in de methodiek worden doorgevoerd vindt hercalculatie plaats van
eerder gerapporteerdefers. De nulmeting (2019) wordt opnieuw berekend, evenals
het huidige jaar en afgelopen jaar.
Beperkingen
Er zijn nog onvoldoende gegevens beschikbaar van de omvang van de vermeden of
tenietgedane emissies als gevolg van projecten die hebben gefinancierd. Het was
niet mogelijk voor woningcorporaties de Scope 3-emissies te berekenen. Hieronder
zouden onder meer de emissies die het gevolg zijn van de bouw (en groot onderhoud) van
corporatiebezit moeten vallen. Ern geen berekeningen of gegevens beschikbaar op
basis waarvan een redelijke schatting kan worden gemaakt van deze emissies.
199
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
SDG-impact kredietverlening
Algemene principes
We hebben de Principes van impactrapportage voor financiële instellingen (BFI
Methodologie), gebruikt als leidraad voor de rapportage over impact. Het in kaart
brengen van de prestatie van onze klanten op deze SDG's is belangrijk voor ons om
een aantal redenen. Allereerst stelt het ons in staat de trend op deze prestaties te
monitoren over de jaren heen en hierover het gesprek aan te gaan met onze klanten en
daarmee de impact van onze financieringen te vergroten. Daarnaast helpt het meten van
de prestaties op de verschillende SDG's ons ook met het in kaart brengen van eventuele
risico’s. Een nadere toelichting hierover is opgenomen in het methodologiedocument.
Datakwaliteit
Een belangrijk element voor de berekening is de kwaliteit van gegevens over de impact.
Een nadere toelichting hierover is opgenomen in het methodologiedocument. Voor de
berekening gelden de volgende vijf kwaliteitsniveaus:
Klasse 1 betreft individuele gegevens of actuele verbruiksgegevens die onderwerp
van controlen geweest.
Klasse 2 betreft niet gecontroleerde gegevens of andere primaire verbruiksgegevens.
Klasse 3 betreft gemiddelde gegevens die specifiek zijn voor de sector of
vergelijkbare instellingen.
Klasse 4 zijn benaderde gegevens op basis van regio of land.
Klasse 5 behelst ruwe schattingen.
Uitkomsten SDG-impact kredietverlening
SDG-impact / Impact KPI Beschrijving Realisatie
Verbetering waterkwaliteit oppervlaktewater % oppervlaktewateren-KRW-doelen behaald 0%
Verbetering waterkwaliteit - drinkwater % meting dat voldoet aan gestelde normen 99,9%
Passend toewijzen sociale huurwoningen Toewijzingen per jaar binnen inkomensgrenzen 74%
Vergroening daken % groen dak t.o.v. potentie 1%
Verbetering natuurkwaliteit zoete wateren Index (intact ecosysteem = 100) 37%
Meer natuur inclusief openbaar groen
Oppervlakte (openbaar) groen uitgesplitst naar
tuinen en natuur (niet-agrarisch) 30%
200
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
GRI-INDEX
GRI-RICHTLIJNEN VOOR DUURZAAMHEIDSVERSLAGGEVING
Ref. nr Omschrijving Verwijzing
Organisatiemodel
2-1 Organisatorische details Bedrijfsinformatie
2-2 Entiteiten die zijn opgenomen in de duurzaamheidsrapportage van
de organisatie
Bedrijfsinformatie
2-3 Verslagperiode, frequentie en aanspreekpunt Colofon
2-4 Herformuleringen van informatie Kerncijfers
2-5 Externe verificatie Assurancerapport
2-6 Activiteiten, waardeketen en andere zakelijke relaties Waardecreatie
2-7 Medewerkers ESG Facts en Figures
2-8 Medewerkers die geen werknemer zijn nvt (heeft NWB Bank niet)
2-9 Bestuursstructuur en samenstelling Corporate governance
2-10 Benoeming en selectie van het hoogste bestuurslichaam Corporate governance
2-11 Voorzitter van het hoogste bestuurslichaam Corporate governance
2-12 Rol van het hoogste bestuurslichaam bij het toezicht op het beheer
van impact
Verslag van de rvc
2-13 Delegeren van verantwoordelijkheid voor het beheersen van impact Corporate governance
2-14 Rol van het hoogste bestuurslichaam in duurzaamheidsrapportage Verslag van de rvc (Supervisory
Board Charter)
2-15 Belangenverstrengeling Corporate governance
2-16 Kritische zorgen communiceren Corporate governance
2-17 Kennisniveau van hoogste bestuurslichaam Verslag van de rvc
2-18 Evaluatie van het functioneren van het hoogste bestuurslichaam Corporate governance
2-19 Beloningsbeleid Remuneratierapport en
Corporate governance
2-20 Proces om beloning vast te stellen Remuneratierapport
2-21 Jaarlijkse totale vergoedingsratio Remuneratierapport
201
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Ref. nr Omschrijving Verwijzing
2-22 Verklaring over de strategie voor duurzame ontwikkeling Interview met Lidwin van Velden
2-23 Beleidstoezeggingen ESG Facts en Figures
2-24 Beleidsafspraken verankeren ESG Facts en Figures
2-25 Processen om negatieve effecten te verhelpen Kansen en risico's (klimaatactieplan)
2-26 Mechanismen voor het inwinnen van advies en het uiten van zorgen Toekomstgericht bankieren
2-27 Naleving van wet- en regelgeving Corporate governance
2-28 Lidmaatschap verenigingen Onze stakeholders
2-29 Benadering van betrokkenheid van belanghebbenden Onze stakeholders
2-30 Collectieve arbeidsovereenkomsten Remuneratierapport
Materiele onderwerpen
3-1 Proces om materiële onderwerpen te bepalen Materialiteitsanalyse
3-2 Lijst met materiële onderwerpen Materialiteitsanalyse
3-3 Beheer van materiële onderwerpen Materialiteitsanalyse
Top 6 materiële onderwerpen
1 Beschikbaarheid en betaalbaarheid van financiering Eigen indicator:
omvang totale kredietverlening 2022
Essentiële speler in de financiering
van de Nederlandse publieke sector
(NWB Bank 2022 in beeld)
2 Bijdragen aan klimaatmitigatie, klimaatadaptatie en
biodiversiteitsherstel Eigen indicator: omvang van nieuwe
kredietverlening aan duurzame energie-projecten
Verantwoord rendement en
maatschappelijke impact
3 Faciliteren/financieren van duurzame energie GRI 305-5: gewaagde
doel (reductie van emissies)
Financieringspartner voor de
verduurzaming van Nederland
4 Faciliteren van veilig, schoon en duurzaam oppervlakte- en drinkwater
Eigen indicator: omvang nieuwe kredietverlening waterschappen
Bank van en voor de publieke watersector
5 Veilige, stabiele en efficiënte bank Eigen indicator: Financiele ratio's Duurzame, efficiënte en maatschappelijk
betrokken organisatie
6 Klimaatimpact kredietverlening GRI 305-3: CO
2
-uitstoot
kredietportefeuille (scope 3)
Verantwoord rendement en
maatschappelijke impact
Eigen indicatoren zijn toegepast voor de onderwerpen 1, 2, 4 en 5 omdat de
GRI-disclosures niet passen bij de materiele onderwerpen van de NWB Bank.
202
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
LIJST VAN AANDEELHOUDERS PER 1 JANUARI 2022
aantal aandelen
A
à €115
aantal aandelen
B
à €460
Waterschap Aa en Maas 627 301
Waterschap Amstel, Gooi en Vecht 281 60
Waterschap Brabantse Delta 2.016 483
Hoogheemraadschap van Delfland 755 60
Waterschap De Dommel 533 360
Waterschap Drents Overijsselse Delta 2.236 232
Wetterskip Fryslân 3.309 100
Waterschap Hollandse Delta 1.893 143
Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 4.399 204
Waterschap Hunze en Aa’s 1.915 175
Waterschap Limburg 2.401 299
Waterschap Noorderzijlvest 1.107 170
Provincie Drenthe 15 25
Provincie Friesland 24 25
Provincie Gelderland 44 50
Provincie Limburg 11 20
aantal aandelen
A
à €115
aantal aandelen
B
à €460
Provincie Noord-Brabant 33 40
Provincie Noord-Holland 43 60
Provincie Utrecht 43 60
Provincie Zeeland 15 20
Provincie Zuid-Holland 33 40
Waterschap Rijn en IJssel 5.666 345
Hoogheemraadschap van Rijnland 4.858 289
Waterschap Rivierenland 3.968 437
Waterschap Scheldestromen 4.380 166
Hoogheemraadschap van Schieland en
de Krimpenerwaard
610 430
Staat der Nederlanden 1.208 3.333
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 224 47
Waterschap Vallei en Veluwe 631 88
Waterschap Vechtstromen 7.158 423
Waterschap Zuiderzeeland 42 26
50.478 8.511
203
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
BEKENDMAKING VAN NIET-FINANCIËLE INFORMATIE EN INFORMATIE INZAKE
DIVERSITEIT (REFERENTIETABEL)
Onderwerpen Aspect Toegevoegd
ja/nee
Hoofdstuk/
Paginareferentie
Bedrijfsmodel n.v.t. Ja Profiel van de NWB Bank (zie
pagina 11)
Relevante sociale en personeels-
aangelegenheden
(bijv. hr, veiligheid etc.)
Het gevoerde beleid,
inclusief due diligence
Ja Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie (zie pagina 66)
De resultaten van het
gevoerde beleid
Ja Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie (zie pagina 66)
De voornaamste risico's
van de eigen operaties en
binnen de waardeketen
Ja Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie (zie pagina 66)
De beheersing van
deze risico's
Ja Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie (zie pagina 66)
Niet-financiële prestatie-
indicatoren
Ja Duurzame, efficiënte en
maatschappelijk betrokken
organisatie (zie pagina 66)
Relevante milieu-aangelegenheden
(bijv. impact van klimaatverandering)
Het gevoerde beleid,
inclusief due diligence
Ja Verantwoord en maatschappelijk
rendement (zie pagina 71)
De resultaten van het
gevoerde beleid
Ja Verantwoord en maatschappelijk
rendement (zie pagina 71)
De voornaamste risico's
van de eigen operaties en
binnen de waardeketen
Ja Verantwoord en maatschappelijk
rendement (zie pagina 71)
De beheersing van
deze risico's
Ja Verantwoord en maatschappelijk
rendement (zie pagina 71)
Niet-financiële prestatie-
indicatoren
Ja Verantwoord en maatschappelijk
rendement (zie pagina 71)
204
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Onderwerpen Aspect Toegevoegd
ja/nee
Hoofdstuk/
Paginareferentie
Relevante onderwerpen met betrekking
tot eerbieding van mensenrechten
(bijv. werknemersbescherming)
Het gevoerde beleid,
inclusief due diligence
Ja Verslaggevingsrichtlijnen (zie
pagina 198)
De resultaten van het
gevoerde beleid
Ja Verslaggevingsrichtlijnen (zie
pagina 198)
De voornaamste risico's
van de eigen operaties en
binnen de waardeketen
Ja Verslaggevingsrichtlijnen
De beheersing van
deze risico's
Ja Verslaggevingsrichtlijnen (zie
pagina 198)
Niet-financiële prestatie-
indicatoren
Ja Verslaggevingsrichtlijnen (zie
pagina 198)
Relevante onderwerpen met betrekking
tot bestrijding van corruptie en omkoping
Het gevoerde beleid,
inclusief due diligence
Ja Risicomanagement - Operationeel
risico (zie pagina 106)
De resultaten van het
gevoerde beleid
Ja Risicomanagement - Operationeel
risico (zie pagina 106)
De voornaamste risico's
van de eigen operaties en
binnen de waardeketen
Ja Risicomanagement - Operationeel
risico (zie pagina 106)
De beheersing van
deze risico's
Ja Risicomanagement - Operationeel
risico (zie pagina 106)
Niet-financiële prestatie-
indicatoren
Ja Risicomanagement - Operationeel
risico (zie pagina 106)
Inzicht in het diversiteitsbeleid
(directie en raad van commissarissen)
Het gevoerde beleid Ja Corporate Governance
(zie pagina 103)
Diversiteitsdoelen Ja Corporate Governance
(zie pagina 103)
Beschrijving van hoe het
beleid is geïmplementeerd
Ja Corporate Governance
(zie pagina 103)
Resultaten van het
gevoerde beleid
Ja Corporate Governance
(zie pagina 103)
205
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
VERKLARENDE WOORDENLIJST
Aantrekken van funding middels ESG-obligaties
Optimaal gebruik van de uitgifte van duurzame obligaties
(social responsible investing).
SDG Housing Bond
NWB Bank heeft zogenaamde Social Bonds uitgegeven,
waarvan de opbrengsten worden aangewend ter
financiering van sociale woningbouw. We gebruiken
hierbij de ICMA’s Social Bond Guidance.
Beschikbaarheid en betaalbaarheid van financiering
Zorgdragen voor zo goedkoop mogelijke financiering voor
onze (nieuwe) klanten teneinde de lasten voor de burger
zo laag mogelijk te houden.
Bijdragen aan klimaatmitigatie, klimaatadaptatie
en biodiversiteitherstel
Verstrekken van passende en zo goedkoop mogelijk
financiering die bijdraagt aan klimaatmitigatie,
klimaatadaptatie en herstel van biodiversiteit, en het
entameren van de dialoog daarover.
Biodiversiteit
Biodiversiteit of biologische diversiteit is een graad
van verscheidenheid aan levensvormen binnen een
gegeven ecosysteem, bioom of een gehele planeet. De
biodiversiteit wordt vaak gebruikt als een indicator voor
de gezondheid van een ecosysteem.
CET 1-kapitaalratio
Het kernkapitaal van de bank, uitgedrukt als percentage
van het totaal van de risicoposten.
Circulaire economie
Een economisch systeem dat bedoeld is om
herbruikbaarheid van producten en grondstoffen te
maximaliseren en waardevernietiging te minimaliseren;
anders dan in het huidige lineaire systeem, waarin
grondstoffen worden omgezet in producten die aan het
einde van hun levensduur worden vernietigd.
Cost/income ratio
Bedrijfslasten (exclusief bankenbelasting,
resolutieheffing en expected credit loss) ten opzichte van
de operationele baten.
Datalek
Toegang tot of vernietiging, wijziging of vrijkomen van
persoonsgegevens bij een organisatie zonder dat dit
de bedoeling is van deze organisatie, of zonder dat dit
wettelijk is toegestaan.
Dividend pay-out ratio
Dividenduitkering ten opzichte van de netto-winst.
Duurzame-energieprojecten
Duurzame-energieprojecten gaan over energie uit
natuurlijke bronnen: zon, wind, bodem en water.
Het groenfonds is ook aangemerkt als duurzaam-
energieproject.
Equator Principles
Een kader voor risicobeheer projectfinanciering,
vastgesteld door financiële instellingen, dat wordt
gebruikt het vaststellen, beoordelen en beheren van
sociale en milieurisico’s bij de financiering van projecten.
Faciliteren van veilig, schoon en duurzaam
oppervlakte- en drinkwater
Voorzien in de financieringsbehoefte van de
waterschappen en drinkwaterbedrijven, door passende
financiering te verstrekken tegen gunstige voorwaarden
en het bevorderen van innovatie in de
publieke watersector.
Global Reporting Initiative (GRI)
GRI is een internationale onafhankelijke organisatie die
organisaties helpt te communiceren over de invloed van
de handel op kritieke duurzaamheidsonderwerpen, zoals
klimaatverandering, mensenrechten, corruptie, etc.
206
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Green Bonds
NWB Bank heeft zogenaamde waterbonds uitgegeven,
waarvan de opbrengsten worden aangewend ter
financiering van de ‘groene’ activiteiten van de
waterschappen. NWB Bank gebruikt hierbij de Green
Bond Principles, die in de markt de toonaangevende
standaardn bij de uitgifte van dergelijke obligaties.
IMVO-convenant
Een convenant met afspraken van banken in
Nederland over het aanpakken en voorkomen
van mensenrechtenschendingen gerelateerd aan de
ondernemingsfinanciering en de projectfinanciering van
banken en hun zakelijke partners.
Klachtenprocedure
NWB Bank biedt stakeholders de mogelijkheid een klacht
in te dienen via een klachtenprocedure. Deze procedure
staat vermeld op de website.
Klimaatadaptatie en -mitigatie
Klimaatverandering kan grote gevolgen hebben. Om die
gevolgen het hoofd te bieden, kan worden gekozen voor
het aanpassen aan die gevolgen (adapteren) en voor het
beperken van de klimaatverandering (mitigeren).
Klimaatneutraal
Alle activiteiten van een onderneming mogen per saldo
geen negatieve impact hebben op het klimaat en dus niet
bijdragen aan klimaatverandering.
Liquidity coverage ratio
De liquidity coverage ratio (LCR) is een indicator die
inzichtelijk maakt of voldoende liquide activa aanwezig
zijn om een 30-daagsstress-scenario op te vangen.
Leverage ratio (gecorrigeerd voor
promotional assets)
De verhouding tussen het Tier 1-vermogen en het
(gecorrigeerde) balanstotaal van de bank. De promotional
assets worden uit het balanstotaal gehaald.
Leverage ratio (niet gecorrigeerd voor
promotional assets)
De verhouding tussen het Tier 1-vermogen en het
(gecorrigeerde) balanstotaal van de bank. De promotional
assets worden niet uit het balanstotaal gehaald.
Managementbenadering
Dit is een rapportage-item binnen het GRI-raamwerk
en moet lezers informatie bieden over de strategie
en het management van NWB Bank. Ook moet de
managementbenadering context geven ten aanzien van
de gerapporteerde performancedoelstellingen, minimale
randvoorwaarden en trends in de MVO-prestaties.
Net stable funding ratio
De net stable funding ratio (NSFR) heeft als doel vast te
stellen in welke mate langerlopende activa met stabielere
vormen van funding worden gefinancierd.
NWB Fonds
Het NWB Fonds biedt waterschappen financiële
middelen, zodat vanuit hun kerntaken en kernwaarden
eendrage kunnen leveren aan oplossingen voor de
mondiale watervraagstukken.
Platform Carbon Accounting Financials
Het Platform Carbon Accounting Financials (PCAF) heeft
een meetmethode ontwikkeld waarmee de CO
2
-impact
van beleggingen en financieringen zichtbaar wordt.
Plot Materiële Onderwerpen
Een overzicht van de materiële onderwerpen waarbij deze
beoordeeld worden naar enerzijds het belang voor het
bedrijf (NWB Bank) zelf, en anderzijds het belang voor
haar stakeholders.
Productgoedkeuringsproces
Dit proces wordt door de bank ter besluitvorming
uitgevoerd om een bepaald product voor eigen rekening
en risico of ten behoeve van haar klanten te produceren
of te distribueren. Alle nieuwe producten doorlopen
dit proces.
Promotional loan
Lening ter bevordering van de beleidsdoelstellingen
van de centrale overheid, regionale overheid of
lokale overheid van een lidstaat van de Europese
Unie direct of via een intermediaire kredietinstelling
op een niet-concurrerende, non-profitbasis; een
207
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
lening die is verstrekt door een publiekrechtelijke
ontwikkelingskredietinstelling of door een entiteit die
door de centrale overheid, regionale overheid of lokale
overheid van een lidstaat is opgezet.
Richtlijnen GRI
Rapportagerichtlijnen van het Global Reporting Initiative
voor rapportage van organisaties over hun materiële
onderwerpen metbehorende milieu-, sociale en
economische effecten.
SDE+
De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie
(SDE, later SDE+, vanaf 2020 SDE++) is een ministeriële
regeling om de productie van schone en duurzame
energie te stimuleren.
Stakeholderdialoog
In het kader van MVO beschouwt de bank als stakeholders
alle personen en organisaties met wie zij samenwerkt,
of die belang hechten aan de maatschappelijke rol die
als promotional bank vervult. Tot deze stakeholders
rekent de bank in ieder geval haar aandeelhouders,
klanten, investeerders, medewerkers, toezichthouders
en de overheid.
Sustainable Development Goals
SDG's zijn in 2015 gelanceerde doelen, opgesteld
door de Verenigde Naties en bedoeld als een nieuw,
richtinggevend denkkader voor duurzame ontwikkeling.
NWB Bank en de andere Nederlandse banken willen
een actieve rol spelen in de verduurzaming van de
economie en daarvoor zullen de SDG's een zeer voornaam
referentiekadern.
Tier 1-kapitaalratio
Het kernkapitaal inclusief Additional Tier-1 kapitaal van
de bank, uitgedrukt als percentage van het totaal van
de risicoposten.
Transparantie
Transparantie is de mate van openheid, zichtbaarheid en
toegankelijkheid van NWB Bank naar haar stakeholders
met betrekking tot de relevante aspecten van haar
organisatie en de bijbehorende bedrijfsactiviteiten.
UN Global Compact
Een initiatief van de Verenigde Naties dat relevant
is voor ondernemingen die op een maatschappelijk
verantwoorde manier willen opereren en rapporteren.
Het bestaat uit tien principes op het gebied van
mensenrechten, arbeidsomstandigheden, milieu en anti-
corruptie.
Veilige, stabiele en efficiënte bank
We richten ons op behoud van het hoogwaardig
risicoprofiel, een sterke kapitalisatie en efficiënte
organisatie van de bank om op die manier onze strategie
zo goed mogelijk ten uitvoer te brengen.
208
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
AFKORTINGENLIJST
Afkorting
Omschrijving
ac auditcommissie
AFM Autoriteit Financiële Markten
ALCO Asset & Liability Committee
AO/IC administratieve organisatie en interne controle
AUD Australische dollar
AUMC Amsterdam Universitair Medische Centra
ava algemene vergadering van aandeelhouders
AZM academisch ziekenhuis Maastricht
bava
buitengewone algemene vergadering
van aandeelhouders
BFI bijzondere financiële instelling
BIS Bank for International Settlements
bp basispunt
BRRD Bank Recovery and Resolution Directive
btw belasting toegevoegde waarde
BW burgerlijk wetboek
CAD Canadese dollar
cao collectieve arbeidsovereenkomst
CCO chief commercial officer
CCP central counterparty
CDD customer due diligence
CET1 common equity tier 1 (kapitaalbuffer)
CHF Zwitserse frank
CO2e koolstofdioxide-equivalent
COP Conference of the Parties of the UNFCCC
COVID-19 Corona virus disease-2019
CP commercial paper
Afkorting
Omschrijving
CPB Centraal Planbureau
CRD Capital Requirements Directive
CRM customer relationship management
CRO chief risk officer
CRR Capital Requirements Regulation
CRS credit risk score
CSA Credit Support Annex
CSRD Corporate Sustainability Reporting Directive
CSRBB credit spread risk in the banking book
CVA credit valuation adjustment
DAEB Diensten van Algemeen Economisch Belang
DGS Deposit Guarantee Scheme
DNB De Nederlandsche Bank
DV01 Dollar Value of one basis point
DVA debit valuation adjustment
EAD exposure at default
EAPB European Association of Public Banks
EAR earnings at risk
EBA European Banking Authority
ECB Europese Centrale Bank
ECL expected credit loss
ECP Euro commercial paper
EIB Europese Investeringsbank
Eonia Euro OverNight Index Average
ESEF
Europees uniform
elektronisch verslaggevingsformaat
ESG environmental, social and governance
Afkorting
Omschrijving
ESMA European Securities and Markets Authority
€STR Euro short-term rate
EU Europese Unie
ExCo Executive Committee
EY Ernst & Young
FSB Financial Stability Board
fte full-time equivalent
FX foreign exchange
GDDZ Green Deal Duurzame Zorg
GAAP generally accepted accounting principles
GBP Britse pond
GHG Greenhouse Gas
GJ gigajoule
GR gemeenschappelijke regeling
GRI Global Reporting Initiative
GWh gigawattuur
HICP harmonised index of consumer prices
HKD Hong Kong dollar
hr Human Resources
IAD Internal Audit Department
IBOR InterBank Offered Rate
ic intensive care
ICAAP Internal Capital Adequacy Assessment Process
ict informatie- en communicatietechnologie
IFRS international financial reporting standards
ILAAP
Internal Liquidity Adequacy
Assessment Process
209
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
Afkorting
Omschrijving
ILT Inspectie Leefomgeving en Transport
imug Institut für Markt Umwelt Gesellschaft
IMVO
Internationaal Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen
IRRBB Interest Rate Risk in the Banking Book
ISDA International Swaps and Derivates Association
ISO International Organization for Standardization
ISS Institutional Shareholder Services
IT informatietechnologie
JPY Japanse yen
JST Joint Supervisory Team
KIWI
Kennismaking en
Introductieprogramma Waterschappen
KPI key performance indicator
KRW Kaderrichtlijn Water
KVK Kamer van Koophandel
LCR Liquidity Coverage Ratio
LCRE low credit risk exemption
LGD Loss given default
LMA Loan Market Association
LUMC Leids Universitair Medisch Centrum
MIS managementinformatiesysteem
MSCI Morgan Stanley Capital International
MVO maatschappelijk verantwoord ondernemen
NBA
Koninklijke Nederlandse Beroepsorganisatie
van Accountants
NEN
Stichting Koninklijk Nederlands
Normalisatie Instituut
NFRC Non-Financial Risk Committee
NFRD Non-Financial Reporting Directive
Afkorting
Omschrijving
NII net interest income
NL Nederland
OIS overnight index swaps
ok operatiekamer
PPI premiepensioeninstelling
PPS publiek-private samenwerking
pr public relations
QE quantitative easing
rbc remuneratie- en benoemingscommissie
rc risicocommissie
RCSA risk control self assessment
RGB Regionale Belastinggroep
RFT resultaat financiële transacties
RI&E Risico Inventarisatie en Evaluatie
RJ Richtlijnen voor de jaarverslaggeving
RMBS Residential Mortgage-Backed Securities
RTS regulatory technical standards
rvc raad van commissarissen
RVO Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
SBTi Science Based Targets initiative
SDE
Stimuleringsregeling Duurzame
Energieproductie en Klimaattransitie
SDG Sustainable Development Goal
SEK Zweedse kroon
SICR significant increase in credit risk
SIRA systematische integriteitsanalyse
SLL sustainability linked loan
SRB Single Resolution Board
SPP strategische personeelsplanning
Afkorting
Omschrijving
SREP Supervisory Review and Evaluation Process
SRM Single Resolution Mechanism
SSA Sovereigns, Supranationals and Agencies
SSM single supervisory mechanism
SVP Stadsverwarming Purmerend
TCFD
Task Force on Climate-related
Financial Disclosures
TJ tera-joule
TLTRO targeted longer-term refinancing operation
umc universitair medisch centrum
UMCG Universitair Medisch Centrum Groningen
UN United Nations
USCP US commercial paper
USD Amerikaanse dollar
UTP unlikely to pay
VGBA
Verordening gedrags- en
beroepsregels accountants
VK Verenigd Koninkrijk
vpb vennootschapsbelasting
WACC weighted average cost of capital
WEC
Waddenzee
Werelderfgoedcentrum Waddenzee
W&V winst-en-verlies
WFZ Waarborgfonds voor de Zorgsector
WSW Waarborgfonds Sociale Woningbouw
ZAR Zuid-Afrikaanse rand
210
J A A R V E R S L A G 2022 |
IN EEN OOGOPSLAG DIRECTIEVERSLAG GOVERNANCE JAARREKENING OVERIGE GEGEVENS AANVULLENDE INFORMATIE
COLOFON
Redactie, productie en vormgeving
NWB Bank
Het Nederlands Tekstbureau
CF Report
Report Company
Fotografie
Portretten directie en rvc - Martijn Beekman
Foto van Waterschap Zuiderzeeland (zie pagina 44)
Foto van Vitens (zie pagina 46)
Foto van Ymere (zie pagina 56)
Foto van UMCG (zie pagina 58)
Foto van Stadsverwarming Purmerend (zie pagina 62)
Foto van Werelderfgoedcentrum Waddenzee (zie pagina 64)
Foto van Ymere (zie pagina 81)
Vragen en opmerkingen
In geval van vragen en/of opmerkingen over dit jaarverslag verzoeken u contact op te
nemen via het volgende e-mailadres: persinfo@nwbbank.com.
© 2023 | Nederlandse Waterschapsbank N.V.
211
J A A R V E R S L A G 2022 |